DE MASAI MOGEN GEEN LEEUWEN MEER DODEN Een Masai-krijger en zijn vee: evolutionair gegroeide twee eenheid, die de stam onontkoombaar tot uitsterven doemt In het moderne Kenya is geen plaats voor nomaden. I r»h°ninklyke verschijningen zijn het, met hun hoog IL," hoofden en hun rode gewaden, die meer als I ersc'leidingsteken gedragen worden dan om hun I e naa';,.heid te verhullen. Je zou verwachten, dat kerstmis Onbewust van het trieste ïot dat haar volk boven het hoofd hangt tooit deze Masai-vrouw zich met haar sieraden en speelt ze voor de hut van koeiemest met haar kind. De casettes van kleinbeeldfilms zijn een geliefd verzamelobject de Masai. Ze worden bij wijze van exclusieve versiering door grote gaten in hun oorlellen gestoken. Hoewel het doden van leeuwen officieel verboden is gaat de Masai „simba" nooit uit de weg. Deze krijger won het gevecht ten koste van zware verwondingen. Y^/anneer mijn chauffeur Peter, die een Kikuyu is en een christen, dit "mysterie aanroert tijdens de lange, hete safari-ritten door Masailand, rollen rijn ogen van verbazing in hun kassen. „Ah, de Masai", zegt hij, „een heel vreemde stam, meneer. Weet u, wat ze doen? Ze nemen een stokje, zo lang (zijn handen wijzen dertig centimeter aan), en ze slijpen er aan beide kanten een punt aan. Ze binden het vast aan hun pols en ze gaan een leeuw zoeken. Als ze er een gevonden hebben, dagen ze hem uit. Ze houden hem een arm voor, net zolang totdat hij bijt, U gelooft het niet, meneer, maar dat doen ze. Ijskoud. Nou als die leeuw gebeten heeft, blijft het stokje tussen zijn kaken zitten en kunnen ze hem op hun gemak met hun speren afmaken. Ik zweer u meneer: als een leeuw een Masai ruikt, vlucht hij weg zo snel hij kan". Het zal ongetwijfeld te maken hebben met de traditie, dat een Masai-jongen pas moran wordt, als hij een leeuw heeft gedood. En moran zijn betekent in het gemeenschapshuis mogen leven, waar de mooiste meisjes van de stam tot je beschikking staan, vijftien jaar lang. Zo'n beloning is enig risico waard, nietwaar? Maar de ingekankerde haat jegens simba gaat dieper. Hij behoort tot het wezen van een volk, dat nog maals: hoeveel duizend jaar? maar één grote da gelijkse zorg heeft gekend: zijn kwetsbare kudden be schermen tegen hongerige leeuwen. Daarop is de hela cultus gebaseerd. Overdag praten de Masai niet veel. Dat vinden zij daglicht verknoeien en de grote god Ngai kan je ervoor straffen met blindheid. Maar 's avonds komen de sterke verhalen en legendes los. Het centrale thema is altijd simba. Toen eerst de Duitse en later de Engelse kolonialis ten in Kenya kwamen, maakten ze een hardhandig einde aan de moord- en plundertochten van de Masai. De stam legde zich er uiteindelijk bij neer. Ook door verbeterde fokmethoden en ziektenbestrijding kon je je veestapel uitbreiden en als je veel vee had, hoefde je je vrouwen niet te gaan roven dan kon je ze kopen. Die filosofie wilde er nog wel in. En ze hielden de leeuwen,, als ze de essentie van hun wezen wilden bewijzen: hun moed. J-Jet departement voor de wildstand heeft hun nu ook de leeuwen afgenomen. Simba is een beschermd dier geworden, een onmisbaar onderdeel van de appa ratuur, die de toeristen-industrie op gang moet bren gen en houden. Simba mag slechts worden gedood als het strikt, strikt noodzakelijk is. Maar als de Masai- jongen eerst geen Kikuyu of Giriama meer mag doden en dan ook al geen leeuw meer, hoe moet hij dan ooit moran worden, het gezelschap van vrouwen waardig? Moet hij zich soms met de laffe gnoe gaan meten of met het wanstaltige zwijn De Masai zijn.hun waardigheid kwijt geraakt, dat is het hele, ellendige probleem. De nieuwe waardigheid, die hun in ruil wordt aangeboden een nuttig burger zijn in de moderne Afrikaanse staat, die Mzee Kenyatta voor ogen staat kennen ze niet. Begrijpen ze niet, willen ze niet. Hier en daar heb ik de tekenen van degeneratie al gezien. Ik heb Masai ontmoet, die niet naar me spogen, zoals de beleefdheid eist, wanneer een moran een vreemdeling begroet, maar die hun hand ophielden of zich beschikbaar stelden voor een foto, mits ik er goed voor wilde betalen. De trotse krijgers van vroeger, die shilling! veracht ten, tot het laagste gebracht, wat denkbaar is: de bedel staf. En dat zijn dan misschien de jongens, die het nog wel zullen redden, ook al zullen ze werken beneden de stand van hun stam blijven vinden. De stroom van nieuwsgierige, gulle, fotograferende toeristen neemt toe. Maar de echte Masai? Zijn speer is zijn alles hij mag hem niet meer gebruiken. Zijn blauw en rood ge schilderde schild is zijn trots hij mag het niet meer dragen. ^EEUWEMANEN als hoofdtooi bewijzen, dat hij een man is hij mag geen leeuwen meer doden. Waar moet hij heen? „In deze moderne wereld van schoolborden, commissies en demagogen", zegt Elspeth Huxley, die misschien beter dan wie ook be voegd is om over Kenya te spreken, „lijken deze stijfhoofdige, conservatieve nomaden op dinosauris- sen en petrodactylen, overlevenden uit vervlogen tijden met een aantal attributen, die langzaam maar zeker in waarde achteruit gaan. Zij zijn aristocratisch, manhaftig, vrij, doch getekend. Zoals alles in de na tuur, dat zich niet wil of kan aanpassen aan zijn om geving, zijn zij gedoemd ten onder te gaan". PIET SNOEREN KENYA In hun oorlellen zitten gaten, zo groot, dat je er een pakje siga retten doorheen kunt steken. De schaarse keren, dat ze lachen, zie je, dat in wn ondergebit verschillende tanden ont breken - die trekken ze uit, om gevoerd te kunnen worden, mochten ze ten prooi vallen aan een van Kenya's meest gevrees de ziektende mondklem. Ze worden maar twee keer in hun leven gewassen, onmiddellijk na de geboorte en bij de be- snijdingsplechtigheid, en de geur die ze verspreiden, is navenant. In hun ooghoeken, hun neusgaten, hun oorholten, krioelen vieze vliegen. I En toch zijn de Masai het prachtigste volk, dat ik ■tót heb gezien.. De jonge morans krijgers lijken met hun atletische bouw en hun adelaarskoppen, met lange haren en baarden, die gevlochten zijn en verstevigd met rode klei, op de figuren op oude Ijttkse vazen, zoals ze, leunend op hun onafscheide- 1"N speer, in het landschap geworteld staan. De trouwen hebben de golvende gang van leeuwinnen, I ct rijzige rankheid van de giraf en de schuwe, glan- 1 tonde oogopslag van de thomsons-gazelle. u paleizen wonen, maar in werkelijkheid hokken ze I ™a,nyatta's donkere krotten van koeiemest, zo I tJ' a' een kind er nauwelijks rechtop kan staan, zo en l' ,een man er nauwelijks languit kan liggen, Imu- benauwd, want er brandt altijd een ra «eng vuur. Ihoor/'t" m'nu';en gastvrijheid genoten te hebben, Een?' l met sP'erPÜn en verschroeide longen uit. Jen I?15 niets voor de Masai. Het zijn noma- tan» i? wijze vereist, dat hun inboedel niet om- nen°J j ls rïan wat hun vrouwen op hun hoofd kun- te»raeedragen. I wft ®ras ^er P£aa£se is verbruikt, steken ze een- I snderï manyatta in brand en bouwen ergens H voor'a" ■»l!-aar **et gr0™ is, een nieuwe. Het enige, dat I Masai iets betekent, is hun vee. I E n fep tragisch, wat ontworteld volk een natie 'takken er t0n i>re'n£ie toekomst. Daar zijn de kop- I 'ver Pm'" i sne^ evoluerende Kenya het roerend I !fe rechti ®aan ze tot het "iterste, om de stam in hebben L a ?len' .^e kes£e weidegronden van Afrika I "es aan H Masai toegewezen schitterende savan- I. t6o ze nnV°e' van t'e Kilimanjaro. Desondanks schij- I te lav! ranc* van £u«°os uitsterven te balanceren I zend iaarnsmoe om er iets aan te doen. Hoeveel dui- I rente aan tüü-iï evolutie geïnvesteerd hebben om de tente aan t j- gcuivchtcciu ucuucxi um uc uni»lr 1 en tahoes te krijgen, die de Masai ^sto»ionrt tn? T°en kwam de beschaving en trok Ande uit' Pesten zich aan, met name de uitblazen, klakken waarderend met de verwende tong. Een gek idee, dat op hetzelfde moment, misschien maar een steenworp ver, een jonge moran neerknielt, de boog spant en schiet. De pijlpunt, waaromheen een kraagje zit, zodat hij niet te ver kan doordringen, raakt precies de halsslagader van een koe. Het bloed, dat uit de hals gutst, wordt opgevangen in een houten nap en vervolgens wordt de wond gedicht met een antiscep- tisch kneedsel van mest en as. De operatie is zo effi ciënt, dat het dier niet eens met zijn ogen heeft geknip perd en rustig is blijven doorgrazen. In de nap wordt melk toegevoegd en een mengsel van as en urine, dat het stremmingsproces bevordert. De volgende dag heeft de moran een soort kaas van bloed en melk, die hij bewaart in een kalebas en waar hij van eet, als hij honger voelt. Ander voedsel kennen de Masai niet of nauwelijks. Generatie na generatie hebben zij slechts bloed en melk gegeten en er zich wel bij bevonden. Waarom zouden ze veranderen Bovendien zal er in ander voedsel wel een thahu schuilen een vloek en dat geeft maar overbodig gesjouw naar de plaatselijke medicijnman. Het is eén traditie, die nog wel vol te houden is, ook in moderne tijden. Anders is het met de allesoverheer sende passie, waarvan het Masai-hart in lichterlaaie staat: zijn haat jegens simba de leeuw.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1968 | | pagina 25