DE BREE
BRUID
AOEDER
IH
Veertien uur achtereen dineren
„Dat was geen eten meer, dal was vreselijk!"
Kerstdiner zonder wild
PARIS
c'est
DE PAAUW
TERNEÜZEN
sfeer en
jheid
Bleyenberg
ratuur
snflitsers
'erst-
eschenken..
ij De Paauw
ndt u alles op
AS VAN GENT
Wachten
Veertien gangen
liliii'üw li mi in
Vréselijk©"
Hautes Sautemes
Ananas
Vroeger- nu
Integratie
'DE STEM VAN ZATERDAG 14 DECEMBER 1968
lv
TERNEÜZEN
schikking.
53
geen enkel moment
SARENAANSTEKERS
RFUMERIE-ARTIKEN
z enz.
)OR KERSTSFEER...
IARSENSTAANDERS
RLOVINGSKADO'S
iSETTES (Gero of W.M.N
wilt u nog een leuke foto
iken
Dtografiegebiea.
DSTSTRAAT 1
S VAN GENT
BREDA Het is nog geen dertig jaar geleden dat er maar één
soort publick was dat zich kon permitteren „uit eten" te gaan.
En in die tijd was buitenshuis eten alleen mogelijk in één soort
zaak. In huizen, waarvan de naam alleen al een beeld opriep van
gastronomische geneugten.
Maar de maalstroom van veranderingen heeft ook onze eet
gewoonten niet met rust kunnen laten. Wij „culinaire" wester
lingen, ervaren dat minstens drie maal per dag. Bij de gerenom
meerde hotel- en restaurantbedrijven kan men er van meepraten.
Van liet rijk geschakeerde publiek dat tegenwoordig de cafetaria's,
lunchrooms, automatieken, coffee-shops, zelfbedienings- en weg
restaurant en hamburgerliouses waar alles op snelheid is inge-
steld frekwenteert, kon men zich dertig jaar geleden nog geen
voorstelling maken. Toen verliep elk diner in alle rust en degelijk
heid. De hedendaagse menu's zijn echter kort en de gasten gehaast.
In de tijd dat de koetsier de paar-'
denhoofdstellen voorgoed aan de
muur hing en zijn rijbewijs pro
beerde te halen, lagen de (menu)-
kaarten nog onvergelijkbaar an
ders. De heer H. Slawik, directeur
van het befaamde café - restau
rant Princeville in Princenhage,
weet daarover mee te praten. Hij
diste uit zijn commis-de-rang-tijd
een diner op, dat zeer ongeloof
waardig zal klinken in de oren van
heer Slwaik schetst en en
de moderne aardappeleter. De
neer Slawik schetst sprekend
met Toon Hermans een voor
treffelijk karakteristiek van de oude
eetgewoonten: „Dat was geen eten
meer, dat was vreselijk!"
Hij werkte in 1928 mee aan een
diner dat de destijds meest beken
de strafpleiter in Rotterdam liet
aanrichten. Alles wat toen naam
had in Rotterdam, Den Haag en
Wassenaar zat aan het diner aan,
ter gelegenheid van het koperen
huwelijksfeest van de advocaat.
De heer Slawik: „Een week van
tevoren werd de eetzaal verbouwd.
De tafels werden in carré gezet,
met in het midden een zinken bak,
gecamoufleerd door bloemen. Er
was een motortje in gemaakt, zp-
dat er een soort fonteintje ont
stond. In de bak zwommen forel
len. Voor moderne begrippen wil
dat allemaal weinig zeggen, maar
deze voorzieningen waren voor die
tijd exceptioneel".
Op de bewuste dag werden des
middags tegen twee.; uqr#*Loj
Sfe-stoelen aangeschoven, -i 1
bhnket kreeg bëpaatd ëeb 'matiï
neus slot De drie pauzes meegere
kend, nam het geheel veertien
(14) uur in beslag. De gewaardeer
de gasten vertrokken dus weer rond
vier uur. In de tussentijd had
men vrijwel uitsluitend gegeten en
gedronken.
De heer Slawik: „Het begon met
een hors d'oeuvre van een kleine
vier uur. Tijdens deze eerste gang
moest men om de gedachte te
bepalen twaalf ma 1 van bestek
verwisselen. De gasten konden uit
minstens zestig verschillende ge
rechten kiezen: oesters, kaviaar,
kreeft, etc. Zoiets bestaat nu niet
meer".
-• room. Alles was moddervet en oer
degelijk.
Na het warme voorgerecht en de
visschotel kwam de eerste gros
pièce (hoofdschotel) ter tafel. In
middels waren de tafels afge
zien van de zeer regelmatige be
stekwisseling helemaal schoon
gemaakt. Na twee tot drie gerech
ten werden de tafels zelf „ver
schoond" en nieuwe servetten rer-
gelegd. waarna het kelner-korps op
nieuw kon indienen.
De hoofdschotel werd gevolgd
door asperges en een sorbet. Dit
laatste diende om de inwendige
mens wat „ruimte" te bieden. De
eerste pauze viel meestal na de
sorbet. Men gunde zich de tijd.
Om de zware, vette gerechten
het hoofd te kunnen bieden, was
er bij elke gang een keuze uit vier,
vijf verschillende wijnen. Bij deze
gigantische eetpartij was alles reeds
vooraf tot in de puntjes geregeld.
Maar wanneer kleinere gezel
schappen gingen eten, was de wijn
niet een-twee-drie besteld. Het kie
zen vormde een ceremonie apart.
Pas na een uitgebreid wijnfiloso-
fisch gesprek, dat zich toespitste
op de beklemmende vraag of een
wijn uit '19 was te pref eren boven
één van '23 viel de beslissing.
Huitres Impériales.
Mixta a la Norwégienne.
Consommé Tosca.
Potage Crème a la Voisin.
Crousfacles a Ia Nissarde.
Truite du Iac Lêhman a l'Hrchanget.
Dinde braisée aux qualre-saisons.
Mignonnefles d'agneau a la Chatelaine.
Bécassines a l'lfa/ienne.
Rrtichauis (l'ila Barigoule.
Heige au Tjrip/e-séc.
Gélinofles röfies au Cresson.
Compote Bar/lefl.
Parfait de Strasbourg.
Timbate a Ia Montreuit.
Bombe a Ia Georgette.
Gautres au Chester.
Fruits.
Dessert.
Een .menuutje' in gepaste omlijsting. Let op de negentien gangen.
Dit menu is niet uitgedreven' met een aantal gerechten, waaruit
men een keuze kon doen. Al deze gerechten kwamen achtereen
volgens ter tafel.
De tweede van de in totaal veer
tien gangen, die het menu telde,
bestond uit soep. Niet onze helde-
re kippesoep, waar een haan met
opgetrokken poten doorheen schijnt
te z'jn gerend, maar een zware,
"ette crème, die stijf stond van de
Terug naar het diner: De eerste
pauze moest hongerig gemaakt
hebben, want na de sorbet werd
;d#S'h*f^5de Jtfoföschotel opgediend.
er®£ geschiedde niet met
de nonchalance, die tegenwoordig
wel eens stoort. Nee, het gebeurde
dat eeri kelner gerust een kwar'tièr
stond te wachten, omdat twee gas
ten met elkaar zaten te conserve
ren. „Daarbij: Het bestond niet dat
kip of gevogelte achter de gast
w.erd gesneden en waarna de kel
ner de stukken met bord en al
neerzette. Alles moest aan tafel
worden afgewerkt", vertelt de
heer Slawik.
Het tweede hoofdgerecht kreeg
als waardige opvolger gevogelte,
zoals fazant, patrijs, eend, e.d. Ver
volgens diende het personéelspelo-
ton koude zalm of kreeft als ge
recht op. („Wanneer een gastheer
een „bescheiden" diner wilde heb
ben, liet hij deze gang weg"). Een
ijsgerecht, daarna fruit en tenslotte
gember completeerden het eigenlij
ke diner.
Ondertussen was ér een nieuwe
dag aangebroken, die werd ingezet
met een kop geurige koffie, geser
veerd met friandises, likeurs en ge
bak. Niet zplden was het koffie-
JIkwrelr---""-
akeli?'
'fmen
dronk óm de verbranding te prik
kelen. Goede eters zochten hun
heil zelfs bij infusions als Thé Til-
iieuil (lindebloesemthee) of Thé
Camomille (kamillethee), die een
sterk zuiverende werking heb
ben
Na de koffie werd het gezelschap
uitgenodigd de eetzaal te verlaten
om naar een naastgelegen zaal te
gaan. De „vreselijke" eetpartij
was nog niet afgesloten. In de tus
sentijd had men lange, geschraag
de tafels overladen met spijzen
voor een koud buffet. „Na ander
half uur was ook dat op! We nad-
den er alles bijgesleept. Tot s'ot
was er niets meer in huis", ver
zucht de heer Slawik na veertig
■j jaar nog. „Geen kruimeltje had
den ze laten liggen." Hij vertelt
dat het koud buffet na, ook voor
die dagen al als iets buitengewoons
gold.
'k wil dit jaar geen wildrecepten
Eeven v°w mijn kerstmenu. Op de
eerste plaats heeft iedere wild lief
eer toch zo zijn eigen berei-
"Igswijze, en vervolgens heb ik het
v°rig jaar uren in dg rij moeten
staan kij de poelier omdat ik ver
ben had tijdig tevoren mijn haas
5 bestellen. Ik wilde dit jaar
*ee hoofdgerechten geven, die ie-
^'er voortreffelijk zijn en onderling
®ed harmoniëren. Een helder
,r'a|),e V00[,af. een licht nagerechtje
e' w alles rijkelijk besproeid met
paat uitgezochte wijntjes.
soeiT'LI001' de heldere gevogelte-
te vet ZW,aie hen uit> die niet
Sniiri ,1 en bovendien niet te oud.
maalS m°ten en laat ze een et-
liter m_. n 'n anderhalf tot twee
Send» it waaraan ge de navol-
toevoeap^ ,n 'en specerijen moet
Prikt mot» Ulen' ieder
Werhlo kruisnagels en een
draadioo verder een paar
peen e> een flinke winter -
klein'e „ijaa" schijven gesneden
loof Va„ aen.lkno] en het groene
'het wit ,een °f twee preistokken
haat d !<>mt straks aan de beurt).
k°ken vo°ral niet woest
'J het hen gaar, dan neemt
va« de na^S- t.r uit' zeeft de rest
?nSerechti„u °ud en vertrouw de
°udt a»n j n' welke u over-
t'an <c de vmlnisbak toe. Neem
'e vleet kippeborstjes het wit-
«hjjfij, „!eg ,eP snijdt dit aan
""febouiiiJi J?es' LeS het terug
Pevlees n,,,!?' rest van het kip-
agen criwi u een van de kerst-
s olel nf V00r een koude
lpc,t hét rmJ-0°r een ragout. Vlak
Pdienen snijdt u het wit
van de beide preistokken aan heel
dunne ringetjes en warmt het
even in de soep op. Het spul hoeft
niet te koken. Een beetje réuw is
geraffineerd lekker.
De tong laat u door de vishan
delaar' schoonmaken. Vraag de
graten en de koppen terug, want
die hebt u straks nodig bij 't koken
van de via. Of liever bij het poche
ren, want deze vis koken, we niet:
daar is hij veel te teer voor. Per
persoon hebt u aan een halve
tong wel genoeg; van iedere tong
komen immers; vier filets. Rol ie
dere filet óp en bindt dat rolletje
met een wit idraad'jc. vast. Ik ge
bruik steeds vilt garen uit de naai
doos van mijn vrouw.- Zorg er wel
voor dat u de buitenkant naar .lin
nen rolt, anders valt straks na het
koken het hele gevalletje uit me
kaar. Nu- gaat u de koppen en de
graten die u meegebracht hebt op
koken. U doet er een gesnipperde
ui, twee laurierbladen, wat foelie-
draadjqs, een tiental peperkorrels en
een paar blaadjes van de selderij
knol bij. Als 'de visafval lang ge
noeg getrokken is na een uur
is de fut er wel uit zeeft u
het hele geval en u houdt een kos
telijke visbouillon over, laat ons
zeggen vanongeveer een liter, net
genoeg om de tongrolletjes allemaal
kopje onder te laten gaan. U voegt
er nog een -giès witte wijn bij van
het soort dat u straks bij dit ge
recht gaat drinken. U!- brengt het
visnat tegen de kook aan he
vocht mag nooit woest kolken,
maar slechts lichtjes beven u
legt de tongrolletjes er in en u
wacht tot het -yocht begint te „be
ven" u houdt het tien minuten op
die temperatuur. Inmiddels smelt
u in een andet pannetje 50 gram
boter, u mengt met een garde of
een .pollepel daar 50 gram bloem
door en met -, bijna: een halve liter
Visbouillon roert ",u daar. een ge
bonden sausje van. Dit sausje
maakt u op sïnaak af met een
sbheut room er zonodig enke
le druppels vai dezelfde wijn, maar
op dit punt nu.et u heel voorzich-
tig zijn. Twee druppels te veel, en
heel dit gerecht is naar de knop-
pen. De hoeveelheid saus die u zo
krijgt is voldoende voor acht vis
rolletjes, en ook nog wel voor tien-
Bij deze tongrolletjes móet u ge
kookte aardappelen geven, precies
gaar gekookt en met vers geknipte
peterselie bestrooid) Nog één op
merking: de saus mag niet te dik
zijn. Dit kunt u voorkomen door
kleine scheutjes visbouillon toe te
voegen. Ik raad u aan bij dit ge
recht een niet al te droge Bordeau-
wijn te drinken, ik zou zeggen een
Hautes Sautemes uit het jaar 1964.
Dan hebt u een ietwat zoet en licht
gearomatiseerd wijntje uit een jaar
dat de zon m het zuiden van Frank
rijk voortreffelijk haar best heeft
gedaan.
Voor hetvolgende gerecht zoudt
u eigenlijk w,el-tijdig bij de poelier
moeten .zij'n. Schrikt u ook terug
voor de kerstdrukte bij die men
sen, neem daif in plaats van kippe-
levertjes 'kalfs- Qf runderlever.
Voor 'vier personen telkens eèn
pond op zijn minst. Houdt u nu
goed aan dê', vollende regels.
Neem per persoon een reep ge
rookt vers mager spek uit de Ar
dennen. Kunt u dat niet krijgen,
stel u dan tevreden met het pro-
dukt van een slager die een goede
efficiency produkten zijn. Hij
moet zijn personeel goed honore
ren en de sociale verplichtingen
spreken tevens een hartig woordje
mee.
De heer J. H. M. Stevens, direc
teur van „Auberge De Arent" te
Breda in luttele jaren een re
cord-omzet zegt over het ver
schil tussen de restaurateur van
loen en nu: „Vroeger maakte hij
overal een levenswerk van. Hij
schonk er alle beschikbare tijd en
aandacht aan. Ook wanneer hij er
niet beter van kon worden wilde hij
toch goed werk leveren. Hoe prima
bedoeld, zoiets kan nu niet meer."
„Thans moet je een springlevend
gezicht tonen; op de actualiteiten
inhaken en je aanpassen aan de
socio-economische geaardheid van
de omgeving, waar je je zaak ves
tigt", aldus de heer Stevens. Uit
gebreide marktanalyses en voor
studies gaan aan de definitieve ves
tiging van een zaak vooraf. Dat is
noodzakelijk geworden, doordat de
verscheidenheid in horecabedrijven
beduidend groter is geworden. Een
sfeerrestaurant situeert men bij
voorkeur niet op een industrieter
rein. Daar zal een zelfbedienings
restaurant, waar men snel wat
goedkope maagvulling tot zich kan
nemen, meer op zijn plaats zijn.
Om zo goed mogelijk aan de
wensen van de moderne gast tege
moet te kunnen komen, heeft de
heer Stevens zijn bedrijf onderver
deeld in een auberge die doet
denken aan een natuurgetrouwe
dorpsherberg en een luxe res
taurant op de eerste etage, dat
tot in de wijde omgeving naam be
gint te maken.
Hoewel de tendens van verva
ging van de klassescheiding als
maar sterker wordt en dus de
scheiding tussen luxe en volksres
taurants steeds minder duide
lijk is te zien heeft de directeur
van De Arent uit financieel-eco-
nomisch oogpunt tot deze opzet be
sloten. De praktijk geeft hem hét
volste gelijk. „Wie er komt, maakt
niet uit, als men maar kan genie
ten. Dit is tegenwoordig de grond
slag voor het bestaan van een res
taurant", zegt hij.
Bedrijfsleider R. J. J. Brizzi
van de Arent voegt eraan toe: Een
reeks factoren als een sfeervol in
terieur, harmonieuze kleuren,
smaakvolle kleding van het perso
neel, stijlvolle diners, maar ook
snel geserveerde schotels en hap
jes, aantrekkelijke seizoenartike
len, maken het huidige bedrijf. In
een tijd die een harde mentaliteit
ademt, wil de gast sfeer. Sfeer die
in de auberge spreekt uit de hou
ten banken, stoelen en tafels, aan
gepaste kleuren van plafond en
wanden, bruinrode met de hand ge
weven groflinnen gordijnen, maar
ook uit de teakhouten trancheer
plank, waarop sommige gerechten
worden geserveerd, de originaliteit
van dg gerechten zelf, de manier,
waarop Ze vaak aan tafel worden
klaar gemaakt", aldus de heer
Brizzi.
„Daar tegenover staat de stijlvolle
inrichtig van de Admiraalskamer
voor inti'emere dinertjes. Vast ta
pijt, ranke korenaar stoeltjes, zach
te gedempte kleuren (groen) stem
mig zwart gekleed personeel, per
soonlijke behandeling enz."
Toch is het nog maar een kleine
twintig jaar geleden dat verschil
lende soorten publiek zich in één
zaak op hun gemak gingen voelen.
Ingewijden zijn het er over eens,
dat „de Chinees" in Nederland op
dit gebied baanbrekend werk heeft
verricht. In zaken met uitheems e-
ten voor weinig geld in een to
taal verschillende omgeving, daar
stapte ook de minder bemiddelde
man binnen. Maar Heek moet met
zijn lunchrooms als de eerste, gro
te baanbreker worden aangemerkt.
De brede massa kon buiten de deur
gaan eten.
Het nijpend gebrek aan huisper
soneel dreef anderzijds de wel
gestelde middenstander er toe, bui
ten de deur te gaan eten. Niemand
minder dan de fiscus zorgde bo
vendien voor een leuk toetje: za-
kendiner, -lunches, etentjes, e.d.
konden van de belasting worden
afgeschreven. Deze omstandighe
den leidden er toe dat het klasse-
verschil in de restaurant minder
werd. Mensen die nu nog niet ver
der komen dan een cafetaria zijn
de potentiële klanten van de restau
rants van morgen. Maar op den
duur zal ook het omgekeerde niet
vreemds meer zijn.
Door deze integratie kan men te
genwoordig gekleed in shirt en short
dineren. En niet alleen in de vierde
klas zaken.
Met de komst van het fenomeen
Chinees zijn de pikanterieën de
Hollandse keuken binnengehaald.
Veertig jaar geleden werd kip met
kerrie nog als nieuwlichterij ge-
„ien. D' latere poulet a l'Indienne
kon als een bescheiden voorloper
van het Chinese eten worden gezien,
verzekert de heer Brizzi.
Dineren is niet los te denken van
bediening. Wanneer men zo nu en
dan van een slonzig geklede kel
ner wat op een bord gemikt krijg',
is het niet voorstelbaar dat vijftig
jaar terug een kelner „een slaaf"
een „ondergeschikte" was. „Je be
hoorde met de glazen en de pilaren
tot de entourage", vertelt de heer
Slawik.
Daar staat tegenover dat de
klanten niet zo bruusk optraden te
gen het personeel, zoals tegenwoor
dig wel gebeurt. De heer Slawik:
„Had een kelner de pech jus te
morsen op de japon van één der
gasten, dan viel zij echt niet tegen
hem uit. Ze bleef hem niet zien.
De obei-kelner werd erbij gehaald,
die onmiddellijk de directeur er bij
riep. Hij spoedde zich met mevrouw
weg om haar kleding te reini
gen."
Een kelner haalde het in die da
gen niet in zijn hoofd tegen een
gast te spreken. Hij bleef op gepaste
afstand staan. Aan de houding van
de gast moest hij zien dat deze hem
nodig had.
Ook dat gedoe is voorbij. De evo
lutie van de etende Nederlander is
nu dan zo vergevorderd dat vrijwel
iedereen, al dan niet regelmatig,
buitenshuis eet. De tijd ligt voor
goed achter ons dat een gemiddeld
burger slechts een enkele maal in
z'n leven lekker ging eten: Op zijn
trouwdag en de keer dat hij Lour-
des bezocht. Ook de periode dat
men in de dorpsherberg hooguit
eens stamppot of zuurkool at is ge
weest. En een haring met drie man
delen, hoeft ook niet meer. Dat is
„de goede tijd". Al blijft de vraag
of we nu gelukkiger moeten zijn
met een zak friet, een bal gehakt
of een kroket-uit-de-muur?
PIM GAANDERSE
„Als we daar naar kijken, kun-
we tegenwoordig niet meer
eten, Men dee'd werkelijk het hele
,Sl"oln<év' meeT'Allés'''was vet, over
goten met zware room en sausen.
Tegenwoordig weten we niet hoe
we de koolhydraten moeten mijden,
terwijl er niet voldoende vitaminen
en eiwitten in de licht verteerbare
gerechten aanwezig kunnen zijn"!
aldus de heer Slawik. „Eten is
tegenwoordig secundair geworden.
Wij eten nu om te leven, vroeger
scheen de elite meer te leven om
te eten."
De omstandigheden maakten dat
mogelijk. De uitgaven voor arbeid,
grondstoffen en ruimte waren een
fractie van de tegenwoordige be
dragen. In elk bedrijf is het arbeids
loon de zwaarste financiële post
geworden, zijn de prijzen van de
grondstoffen verveelvuldigd en
werkt iedere vierkante meter onbe
nutte ruimte verliesgevend.
De eigentijdse restaurateur kan
alleen op economisch verantwoor
de basis nog een bedrijf opzetten.
Zijn gerechten moeten hoe ap
petijtelijk en hoe exotisch benaamd
Zo dekte men vijftig jaar geledeji in hui^eji vaiji naam de tafel. Wel riant, maaj: onpraktisch.
'jt' 'Ir 'ij, J 'V,r -j -
manier van roken heeft. Snijdt het
spek aan schijfjes, bak die goed
uit, neem de spekjes uit de pan,
voer de vlam tot hoogste hitte, en
leg 'dan zonder uw handen te
branden de aan stukjes gesne
den lever in de pan, laat ze vijf
minuten, en niet langer, fel aan
braden, strooi er een eetlepel
bloem op en roer vervolgens
na de vlam klein gedraaid te heb
ben dit alles goed los met een
kopje bouillon. Die bouillon maakt
u als volgt; in een kopje bouillon
van een blokje laat u eep goede
handvol kleine champignons vijf
minuten koken. Is de bouillon
dooT het pannetje geroerd, dan
voegt u het spek en de champig
nons toe. Op smaak afmaken met
peper en zout. Spuit nu een krans
van aardappelpuree tegen de rand
van een mooie schaal en deponeer
in het midden daarvan de lever
tjes. Drink er een Petit Bourgogne
bij, eveneens van het gezegende
jaar 1964.
Besluit dit maal met schijven
ananas, gedrenkt in Kirsch. Hebt
u die niet in huis, strooi dan wat
poedersuiker over deze vrucht,
neem de cognacfles echte Fran
se astublieft, of anders een oprech
te brandy vul de pollepel halver
wege, éven opwarmen boven de
gasvlam of hét spiritusbrandertje
van het fondue-stel en de vlam in
d®. drank laten schieten, lichten dó-
ven en iedere schijf ananas flam
beren. Een sterke kop koffie na.
Eet smakelek.
P. O. L. Lepelaar
(Van onze Parijse correspondent)
Een Parijse restaurateur is aan een
gewaagde onderneming begonnen. In
de Rue Dragon gaat hij dezer dagen
een restaurant openen, dat als twee
druppels water op de ondergrondse
metro lijkt. Precies dezelfde banken,
dezelfde monogrammen, de chef kok
draagt de pet van een stationschef
en de kelners de pet van de kaartjes
knippers. Wie zijn kleren afgeeft in
de vestiaire krijgt van de juffrouw
een kaartje, dat het evenbeeld is van
het gewone metrokaartje. Ieder tafel
tje heeft de naam van een metro
station en het menu wemelt van me
tro-spijs en drank. Een paar voor
beelden: men kan bestellen en cote
Madeleine met een chateau-rouge,
een veau Girard, een ommelette aux
Malesherbes, een mouton-duvernet of
een filet Solferino. 't Is alleen maar
de vraag of Parijzenaars, die iedere
dag in de rammelende metro zitten,
er veel voor voelen 's avonds weer
metro-ambiance te zien. De restaura
teur is optimistisch. Ik zal Madeleine
zo mals braden, heeft hij aangekon
digd, dat het net zo druk wordt als
op de spitsuren van de echte metro.
Een andere nieuwigheid komt van
ons centraal bureau voor de statis
tiek, dat mee wil gaan met de tijd
een een eind wil maken aan alle
overbodige administratieve romp
slomp. Dat alleen al is lofwaardig.
Leven we in de tijd van de computers
of niet? Het bureau heeft een ont
werp in studie om iedere Fransman
bij zijn geboorte een nummer te ge
ver, dat hij tot zijn dood houdt. Mijn
heer Dubonnet zal dus voortaan niet
meer hoeven te zeggen, dat hij Du-
bonnet heet, wanneer hij geboren is
of waar hij woont, hij behoeft alleen
maar zijn nummer 7S.987.646 te la
ten zien aan de agent, die hem be
keurt of aan de rechter, die hem
veroordeelt. Op brieven en drukwerk
voortaan alleen maar het nummer.
Bij trouwpartijen leest de burgemees
ter op, dat nummer zoveel trouwt
met nummer zoveel en hij -al ze een
trouwboekje meegeven met open
vakjes voor de te nummeren kinde
ren. Het nummerbord van de auto
klopt vanzelfsprekend met het num
mer van de eigenaar. Het plan zal
pas over vijftien jaar uitgewerkt zijn,
maar dan is het de vraag, of het er
d.oor komt. Want iedereen met een
titel krijgt dan geen brieven meer
met weledelgeboren of hoogedelge
strenge heer doctor of ingenieur of
meester in de rechten die en die,
maar op zijn enveloppe alleen nog
maar 78.987.646 en de computer zoekt
het verder wel uit. Aan de andere
kant: wat een feest voor kinderen,
als vader en moeder aan de kerst
boom de nummerplaat ophangen voor
de latere auto".
Wij zitten in Parijs nog altijd met
het probleem, wat er moet gebeuren
met het Odéo-theater, alias Theatre
de France. In de meidagen was Odéon
door de studenten bezet, wat de di
recteur Louis Barrault zijn baan heeft
gekost. Malraux, minister van cul
turele zaken, heeft hem ontslagen,
omdat hij de bezetting niet direct en
indirect o.m. door afsnijding van
de electrische stroom heeft weten
te verhinderen. Sedertdien staat het
theater er maar haveloos en leeg bij,
ofschoon van binnen de zaal weer is
opgeknapt. Zolang er geen nieuwe di
recteur is blijft Odéon ongebruikt.
Edgar Faure, de voortvarende mi
nister van onderwijs, wil Odéon van
zijn collega Malraux wegpikken en
loopt met het voornemen rond er een
studententheater van te maken. „Als
Odéon eenmaal van de studenten is",
zegt hij, „zullen ze het bij een volgend
studentenoproer wel uit hun hart la
ten het andermaal te bezetten". Hij
stelt maar één voorwaarde: de naam
Odéon moet verdwijnen en het zal
voortaan alleen nog maar Theatre de
France zijn. De reactie van de stu
dentenbonden is nog niet bekend.