Een goede hond word je zo maar niet maar het kan ook anders een goeie lobbes ja.... „ONDESKUNDIGHEID VAN DE MENS KAN EEN HOND VALS MAKEN, MAAR DE TROUWSTE VRIEND VAN DE MENS IS DAT NIET UIT ZICHZELF" ]7 DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 17 AUGUSTUS 1968 23 men bij de kop men nemen, jar vechten tegen iligheid, aanvan- at onwennig, jrbeten ernst- respectievelijk het klimaat riek (hitte, tocht, straling, luchtverontreiniging, het verlichting (ook hinder- sen, contrasten, die ver van het oog veroorzaken), en arbeidsbelasting, fysiek mentaal, maar meer en de nadruk op het laatste, lat niet academisch, maar ie 300 werkplekken, die telt, zelf bij het personeel nen inventariseren. Zonder in je niet meten, dus levert kundige dienst de normen. iltaten van de metingen rapportvorm vrijblijvend edrijfschefs, die de eind- rdelijkheid hebben vOOf eid en de hygiëne op hun „De adviezen", aldus ir. Idaan, „worden graag op- De werkgroepen kunnen erugzien op zeer tastbare Vroeger zaten de chefs klachten van hun mensen, ;een raad mee wisten, gen ze concrete feiten on- ïeus en kunnen ze geld bepaalde toestanden te Hoogovens investeert ;I jaarlijks 2 tot 3 miljoen het verbeteren van de ar- andigheden. werd bij Hoogovens voor- angnetten aan te brengen hilderen van constructie- in 1966 zijn deze netten eerst gebruikt. Veiligheid ik van lange adem. Dat alleen aan de bedrijfslei- ggen. Toen ir. A. Ingen- i Hoogovens in 1933 terug- li een studiereis naar Amê- de overtuiging, dat het n helmen in zijn bedrijf uit ;-oogpunt een noodzaak t hij zelf met zo'n ding op „voor schut" gaan lopen, de arbeiders hun valse kwijtraakten. En veilig- snen die voerde Hoog- 1935 in, maar ze kostten per paar en dat moet je lissen hebben in een crisis- dingen kunnen meespe- ugblikkend op vijftig vooruitblikkend in de oeiende jaren, die Hoog- s grootste industrie op d in Europa ongetwijfeld ihoren zullen zijn, rruj- ligheidsdeskundige Wijf' ïardop: „We gaan voort reg naar een dorp, d® d heet, maar dat ne llen bereiken. Zolang J niet kunt meten, blij obberen op een zee van sten in wezen onveilig* t is verkeerd. Er is nog rstoel in veiligheid. Er een opleiding voor. Maar is strijdt op alle fronten- hebben we toch wel re- Cr zit vooruitgang in en moed. ien, beer Wijnschenk en ren, die hebben meej>e'f i deze reportage, zal e gaan, als de bijzien an het begin niet alleen rt, dat het mooi wee ;r ook een schietgebedje Onmiddellijk gaat hij ons be wijzen dat niets minder waar kan zijn. De heer Van Bergen die in ttten-Leur aan de rand van het Liesbos tussen bouw- en weideland woont de volstrekte rust wordt er zo nu en dan alleen door bas stemmen van blaffende herders verstoord laat zijn tien maanden oude kleindochter Karin uit haar bedje halen, om zijn stelling te be proeven. „In goede handen kan de Duitse herder de contrasterende eigenschappen bezitten van een meedogenloos wapen en schoot hond tegelijk." Nauwelijks wakker, kruipt blonde Karin op de reusachtige hond af. Er gebeurt niets. Ze steekt haar handje tussen de vlijmscherpe tanden. Konjak kijkt bijna sullig. Ze trekt D aan zijn haren. De hond gaapt. Een kwartier later schiet dezelfde «Mjak als een pijl uit de boog op af ?ie zich uit voorzorg eeft gehuld in een zwaar leren har ras met daar overheen een broek en jas van jute. Het woedende beest, ziet dat zijn baas wordt joinf/ met een metalen vboÏ, ,Zijn kaken klappen. Ruim tig kilo hond rukt en trekt aan ,anf® y?n de pseudo-boef. Net zo Wit?» ,otdat de schavuit roerloos ie™ Door„de .mte jas en het k» j' 11 zÜn de tanden van baar n on™stbarend goed voel- deert a„aai? Yan, Bergen comman- tün dat hÜ los moet la- rek'mH v °ef kan w°rden inge- die £1'., nydlge sch°P na van HiaitenwL gewaPend is met een valDartn resulteert in een haaf» .want„voordat de man kans ernna »eZIen zyn been weer °P de wéér en' lling de hond er al Dan af ongev°elig voor de klap- kletaon fP zPn kop en rug neer- bei'ciavi?at us "°k diezelfde Duitse Itfn l«„PIe> „°,nd die even tevoren ™ke lobbes leek. in eiVo if6 J,a'ente eigenschappen die bê» ai» ,erder kunnen schuilen bij tiveran ,bewust te maken en te cul- ie<£, T4 heel. wat kijken. Niet ziin hor»/ 20 sck'jnbaar klakkeloos rS' Vr °P een ander kunnen afstu- voor geoefendUren' dag6n' nwanden nwnte^amhT311 Be!;gen ("een ge* varlinrre'-P e de vrijheid '«af" Zijn-Z°0n Hans <25> voede rtio /n ln zulke wcl-opge- hebbtn T£,,at te ieveren' Vijf jaar school hp e, hun hondenopleidings- len hona! st°uw", waar al tiental- dankzii a!"»,1111 el west-Europa, varL begeesterende instructies Prima nJLf", zoon Van Bergen als bide- ST* PdUtie-, blindege- Een' a» nd zyn vertrokken. Duitse hor!f ndeP niet alleen lean s zijn er enkel en al- huisdieren tlJ goed-°PPassende of an/ warden. Als gevolg van d'e diere vreemd voorval hebben lle hu'n""rofen ?twijking gekregen het JA„rffPec Olijke niet uit ir, MtctIeveli]ke bazen er moeten 1 ï.en knigen. Of de dieren krijgen 'v eerste „opvoeding" Leuï" don. paar weken „Etten- Zeer n/ wond®ren. arson ?langs kregen de heren Van „Etten- een z.ndeiyk v^Ktdijnen, vloerbedekking', meu- «i«fiiÜk™-L,0?ge herder die niet bilai'r SnC"' Y1UHrneueKKmg, meu- *rar hfdie kortom deed het dier d 'n'o '1ad Achteraf bleek dé gehele dag alleen in het was, alles vernielde, zoals huis van zijn baas te moeten rond scharrelen. Zowel man als vrouw werkten en van voldoende uitlaten was geen sprake. Dit dier is inmid dels toch weer een keurig nette reu geworden. „De Stouw" kent ook andere soor ten bazen. Momenteel is een herder in opleiding voor welk dier een re tourtje Madrid - Schiphol, bij de KLM is besteld- De Spaanse schone beet naar kinderen en moest maar direct helemaal worden afgericht. „Zoals in alle gevallen hebben we ook bij deze hond eerst naar de oor zaak gezocht die tot dit vreemde ge drag heeft geleid", vertelt de heer Van Bergen. Hij heeft ontdekt dat een neefje van de eigenaar die overigens een paar maal per week opbelt om naar de toestand van het dier te informeren de hond zwaar op de zenuwen werkte. Zodra het kind het beest zag, vloog hij op een stoel, stak krijsend zijn handen in de lucht en ging te keer tegen het dier, dat naar het joch begon te bijten en vervolgens ook naar andere kinde ren. Om nog enkele „afwijkingen" die moeten worden afgeleerd te noe men: vechten met soortgenoten; de ganse dag blaffen; weglopen; achter brommers aanrennen, enz. Dit soort opleidingsgevallen neemt overigens maar een bescheiden plaats in, in het totale programma van „De Stouw". Het grenzeloos veel geduld vragend opleidingswerk voor poli tie- en blindegeleide- of gewoon ge- bruikshond en het fokken van zeer bepaalde typen Duitse herder vergt meer tijd. De laatste jaren is de Duitse her der in een kwade reuk komen te staan. Oorzaak daarvan was het feit dat de Duitse herder een mode-hond was geworden. Met als gevolg dat bij het fokken een niet geringe ac centverschuiving naar uiterlijke kwaliteiten merkbaar werd. De show-herders die op tentoonstellin gen uitstekend voor de dag kwamen, vertoonden kwalijke karaktertrek ken. „De dieren werden bang en vals. Te ver doorgevoerde inteelt veroorzaakte degeneratie"- Met nog een enkele andere fokker van Duitse herders hebben vader en zoon Van Bergen ingezien dat het mis ging met de Duitse herder. Hoe goed zij het al heel vroeg bij het rechte eind hadden, blijkt nu. Het zal namelijk niet lang meer du ren, dat de Vereniging van Fokkers en Liefhebbers van Duitse Herders honden (VDH) verplicht gaat stellen dat alleen nog maar met honden mag worden gefokt die een moed- proef (zogenaamde aankeuring) hebben doorstaan. „Al in het begin van de'jaren zes tig hadden we besloten ons niet meer met mooie edelbloedige honden in te laten, maar dat we uitsluitend uiterlijk minder fraaie karak terhonden wilden fokken", zo vertelt Hans. Dat was eenvoudiger gezegd dan gedaan, want de aftakeling van de Duitse herder was al zover gevor derd dat hij duizenden kilometers door Duitsland moest rijden om aan een partner voor zijn hond te komen die nog het onaangetaste oerbloed van de Duitse herder bezat. Na veel moeite en pijn „ik moest zelfs stoppen met roken, zo veel geld ging er inzitten" slaagden zij er in een reu voor hun „Perle" eveneens oerbloedig te vinden. Het eerste nest mét zes pups bracht alleen ellende. Ze stierven al le zes door een bloedziekte, ondanks verwoede pogingen van dierenarts en eigenaars, die de beestjes zelfs óm de twee uur (óók 's nachts) de fles gaven. Naderhand liep het wat be- ter. Uiterlijk niet te mooie pups, weliswaar, maar rustige, standvasti ge honden. Kennel „Van Lievenshove", zoals de heer Van Bergen zijn fok-afdeling heeft gedoopt, kon zijn eerste oud- bloedige nakomelingen inschrijven. „Wij geven onze dieren liefst (voori namen uit de Griekse mythologie", vertelt de héér Van Bergen. Ontzettend veel pluswerk is er voor nodig om enige zekerheid te hebben van een bepaalde combina tie- Een herder met een goed karak ter, maar hangoren is niet je ware. De „Van Lievenhoves" ontbrak het aanvankelijk wat aan voldoende moed. „Maar de jonkies vererven steeds beter", zegt Hans. „We sla gen er nu ook in dieren met een aantrekkelijk uiterlijk te fokken". „Dressuur" en „politiehond" zijn woorden met een belast verleden. Dit heeft tevens een rol gespeeld bij de groeiende drang meer en meer showhonden te fokken", aldus de heer Van Bergen. „Bovendien be stond in zuid-Nederland geen enkele mogelijkheid je hond op te leiden voor een ander diploma dan dat van de Kon. Ned. Politiehonden Vereni ging. De dressuur daar is wel erg ruw". De heer Van Bergen is jaren ge leden in Tilburg instructeur gewor den van een afdeling van de VDH, om, zoals hij zegt, het niveau van de Duitse herder op te voeren, zodat de buitenwereld kon zien dat er (ook) plezierige Duitse herders wa ren. Getuige het feit dat er in oos telijk Brabant nog drie andere kring groepen werden opgericht sloeg zijn werk wel aan. De fokprodukten van de kennel zijn uiteraard tevens steunpilaren voor de opleidings school De heer Van Bergen die ook landelijk keurmeester is maakt het zichzelf en andere bezitters van Duitse herders niet gemakkelijk. „Ik ben iemand die eerlijk wil zijn. Daar om zeg ik de mensen zo snel moge lijk of hun hónd karakter heeft Wesen, zoals de Duitser trefzekerder zegt. Die houding bracht en .brengt nogal wat moeilijkheden met zich mee, want mensen in de kynologie zijn de meest kinderachtige wezens, als er iets minder positiefs over hun dieren wordt gezegd". Hij Vervolgt in zijn stem klinkt genegenheid voor de hond „De buitenstaander wil eenvoudig niet aannemen dat men gerust zo'n „val se" herder bij kinderen kan laten. Ondeskundigheid van de mens kan een hond val's maken, maar de trouwste vriend van de mensen is dat niet uit zichzelf". Zoon Hans vertelt, waarom hij zich zo' tot het opleiden van honden voelt aangetrokken: „Je bezit liefde voor in de gaten. De grootste moeilijk- het dier, dat heeft dat bliksemsnel heid is dat je je moet aanpassen bij het bepaalde karakter vfcn een hond. De ene wordt al gestraft als je hard tegen hem praat en de andere zal pas na een ruk aan de riem gehoor zamen. Maar je moet je als mens tegenover mens ik bedoel alsof je van mens tot mens praat, gedragen met je hond". Dit is de reden, waarom bij „De Stouw" altijd slechts ten hoogste vier of vijf honden in opleiding zijn. „Tien honden kun je met z'n twee- en ai niet meêr individueel behande len. We hebben alle mogelijke hon den gehad- Van St. Bernhard tot een piepklein beestje van het ras der Verenigde Naties". In hoofdzaak gaan de verlangens van hondenbezitters die zich tót de heren Van Bergen wenden niet ver der dan het hun hond bijbrengen van gehoorzaamheid. Het dier moet pret tig in de omgang met de mens zijn; op straat; in het verkeer; thuis. Soms wordt een hond helemaal afge richt. Dan leert hij of zij zich niet alleen onberispelijk te gedragen, maar ook zijn baas te verdedigen en (eenvoudig) speurwerk te verrich ten. Elke zondagmorgen oefent een groepje van zes of zeven man in, de omgeving van Etten-Leur. In bos sen, weilanden, op bouwland, in een verkeersstraat, tussen kinderen, enz. Wanneer hond én begeleider er in slagen deze moeizame weg zonder haperen af te leggen zal het plezier dat men aan zijn hond beleeft gren zeloos groot zijn. Er is echter een niet geringe dosis zettingsvermogen voor nodig om een hond ogenblikkelijk te laten ge hoorzamen, zoekgeraakte mensen en voorwerpen terug te laten vinden, op het juiste moment zijn baas we ten te verdedigen, enz. Het leerpro- gram is zo veel omvattend dat noch hond, noch baas zich hoeven te schamen als niet het hoogste diplo ma wordt behaald. Om een hond over een hek van 1.80 hoog te laten klauteren, op een beheerste manier een aanval te la ten uitvoeren, niet beducht te laten zijn voor klappen of schoten, moet een baas over heel wat vindingrijk heid en overtuigingskracht beschik ken, zegt de heer Van Bergen uit er varing. Hij heeft diverse blindegeleidehon- den afgericht- Hij heeft vergevor derde plannen om dat werk beter te kunnen uitvoeren. Achter de kennel- hokken wil hij een stukje dorpsplein van board gaan optrek-ken. „Ik weet precies hoe het er op de Amster damse blindegeleidehondenschool aan toe gaat. In zo'n imitatie-dorpje zijn de hond de grondbeginselen ge makkelijker bij te brengen. Met een stukje trottoir, waarop je de om standigheden steeds laat veranderen kom je al op de juiste weg. Je 'zet een ladder neer, vuilnisemmers, of je laat afleidende kinderen langs komen, de straat opbreken, andere honden rond lopen, stukjes vlees neerleggen, enz. Op dergelijke pro blemen moet het dier zelfstandig een antwoord weten te vinden. Zoiets lukt niet in één week", zegt de heer Van Bergen. Vanaf zijn twaalfde jaar is hij op getrokken met honden. „Ik stond 's nachts om drie uur op om met mijn eerste herder, Tarzan, te gaan oefenen. Om acht uur moest ik op mijn werk zijn". Dat deze man een rijk „hondenle ven" achter de rug heeft, is duide lijk. Zijn ervaringen eerst die, welke hij in zijn geboorteplaats Ber gen op Zoom opdeed en ideeën is hij aan het vastleggen in een ma nuscript voor een boek. De eerste vijf hoofdstukken van de vijftien ge plande heeft hij gereed. Hij heeft met enige tegenspoed te kampen. Een vriend van hem was namelijk bereid zijn stukken te corrigeren en van wat franje te voorzien „ik heb er dan wel gloeiend de pest aan, maar mijn stijl verraadt de ambte naar in me nog steeds. Die vriend was de oud-Bergenaar Anton t van Duinkerken, die bij 't lezen van het eerste hoofdstuk enthousiast was ge worden. „Dat honden nog voor zo'n aardig boek kunnen zorgen, zei hij toen". P1M GAANDERSE j-TTEN-LEUR Konjak is r een ontzagwekkend grote Duitse herders hond. Negen jaar oud al, maar uiterst vitaal. In de huiskamer ziet hij er uit als een goeie lobbes die geen vlieg kwaad zal doen. Eigenaar N. P. van Bergen weet uit ervaring dat niet- hondenkenners die uiter lijke schijn maar erg bedrieglijk vinden. „Ik hoor u in gedachte al scham peren", zo zegt hij. „Men is er over het algemeen heilig van overtuigd dat Duitse herders geen goeie lobbesen zijn, doch valse beesten."

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1968 | | pagina 17