„Onze camping biedt
ook plaats aan
licht gehandicapten"
SPAANSE GRIEP
Huiveringwekkende nasleep
van Eerste Wereldoorlog
Dagblad
De Stem
t
gemeente
Gedurfd experiment van echtpaar
Deelen-Boessenkool
provinciaal
ambtenaar V
MEDEWERK(ST)ER
Eerste stadium
Beperkt
UITBREIDING
EERSTEN
PRECAIR
COMPLICATIES
Avontuur
Hertel en ïsola
gaan samen
„isoleren"
Vragen over werk
gelegenheid
in Deventer
Provincie Zeeland
OPENBARE
BEKENDMAKING
KATHOLIEKE HOGESCHOOL
4
DAGBLAD DE STEM VAN DINSDAG 30 JULI 1968
4
Mevr. G. Deelen-Boessenkool
..plaats voor invaliden
(Van een onzer verslaggevers)
ALMELO De vlag waait vrolijk
onder een huilende zomerhemel. Er
staan enkele caravans op de Reutu-
meres. Ze zijn goeddeels verborgen
in het door mensenhand geplante,
zich allengs tot natuurlijke scheidin
gen ontwikkelende groen. Het ver
sterkt het gevoel voor privacy. Het
past volkomen in „het straatje" van
de exploitanten. Piet Deelen (49) en
zijn 36-jarige echtgenote Jos Boes-
senkool, tot voor kort als wijkzuster
werkzaam te Enter nabij Rijssen.
Zij ontvangt mij in de verbouwde
boerderij, thans kantine van de cam
ping. „Alleen de muur waartegen u
zit is misschien blijven staan, anders
is alles tegen de grond geweest", ver
telt ze.
Het is er gezellig in de huiskamer.
Veel boeken geven sfeer aan het in
lichte kleuren gehouden, stemmig ge
meubileerde vertrek.
„Wij lezen beiden erg graag", zegt
de zuster met haar korenbloemblauwe
ogen. „Piet had vroeger een graan
handel in Lekkerkerk. Hij kwam met
vakantie in Enter. Zo hebben we el
kaar leerde kennen. Hij wilde altijd
al een camping, 's Winters werkt hij
in zijn oude vak. Bij de ABTB te
Hengelo".
Mevrouw Deelen spreekt wat voor-
zichtig-aarzelend. Zij verzoekt mij
ook zo over hun experiment te schrij
ven. Niet al te enthousiast, opdat de
Nederlandse invaliden niet na le
zing reistas en -deken ter hand ne
men en zich richting Reu turn (15 km
ten oosten van Almelo) spoeden.
Het idee, namelijk invaliden gees
telijk of lichamelijk gehandicapten,
gelegenheid te bieden met hun fami
lie op deze camping te verblijven,
verkeert nog in een eerste stadium
van ontwikkeling. Maar het bestaat.
En dat feit op zichzelf al is verheu
gend. Hoeveel pensionbedrijven en
hotels zijn er bijvoorbeeld niet die
beslist deze gehandicapte mensen de
deur wijzen. Om praktische redenen:
ze zijn er niet op ingericht. Uit fi-
ninciéle voorzorg: er zijn gasten die
niet met het beeld van een geeste
lijk of lichamelijk gehandicapte ge
confronteerd willen worden. Stellig
niet in hun vakantie.
Mevr. Deelen heeft hier begrip voor.
„In een pension gaat dat ook moeilijk.
Daar zit je vaak boven op elkaar in
één kamer. Met slecht weer bijvoor
beeld. Daarom juist kan het op een
camping zoveel beter. Het idee kwam
bij ons op omdat we hierboven drie
slaapkamers hebben.
Door mijn vroegere beroep kan ik
gehandicapte mensen helpen. Geen
volledige dagverzorging natuurlijk.
Maar hulp bij het opstaan of bij het
aankleden, bij het wassen of verscho
nen kan ik gemakkelijk geven.
Ik kan me voorstellen, dat een fa
milie met een invalide (lichamelijk
of geestelijk) zoon of dochter graag
met de anderen in caravan of tent
verblijft, terwijl ze weten dat hij of
zij hierboven kan slapen. De moge
lijkheid voor die mensen om op va
kantie te gaan, wordt door ons aan
bod vergroot. En dat is onze bedoe
ling. Het gaat uiteraard niet om „zwa
re" patiënten. Ze moeten 'n beweeg
lijkheid hebben. Bed-patiënten kun
nen ook wij niet accepteren. Daar
voor zijn andere mogelijkheden als 't
Henri-Dunanthuis en 't Zonnebloem-
werk plus de boottochten. Maar een
lichte verzorging en ook een niet te
ingewikkeld dieet, daar kan ik best
voor zorgen. Gezien de drukte hier in
het hoogseizoen kan ik anderzijds niet
de hele dag achter zo'n patiënt aan
rennen.
Mevrouw Deelen behiudt zich 't
recht voor eerst met de patiënten
kennis te maken, voordat zij hem ac
cepteert. Omdat alleen zij kan bekij
ken of de gehandicapte op haar cam
ping zonder bezwaar voor hem of
haar zou kunnen verbl'iven.
„We hebben een beperkte staf en
dus beperkte mogelijkheden", meent
zij. „Maar in principe willen we een
ieder graag een kans bieden binnen
het raam van onze mogelijkheden".
Grensgevallen, mensen die niet al te
veel hulp behoeven, kunnen op de
Reutumeres een ongetwijfeld prettige
vakantie doorbrengen. „Wij rfioeten
het per patiënt, liever gezegd van
gast tot gast bekijken", zegt mevrouw
Deelen. Ze is nu weer echt zuster
Boessenkool, die angstvallig vermijdt
het woordje „geval" te gebruiken. Het
tekent haar.
Het is tevens een veelbelovend voor
uitzicht voor hen die zich aan haar
zorgen zullen toevertrouwen.
„Bent u niet bang, dat u gezonde gas
ten wegjaagt, als u hier invaliden
„toelaat" op de camping?"
„Dat is inderdaad een punt van
ernstige overweging voor ons ge
weest. Maar gezien de beperkingen
waaraan wij de gasten moeten on-
(Van een onzer verslaggevers)
ENSCHEDE. „Ik was een meisje van twintig toen in Duitsland
de revolutie uitbrak. Wij werkten met veel andere Hollanders bij
Krupp, maar na de wapenstilstand was er geen werk meer, dus maak
ten we aanstalten om naar huis terug te gaan. Mijn ouders, die vroeger
in Gronau gewoond hadden, woonden nu in Enschede. Van de ene
dag op de andere stonden de machinegeweren in de straten van
Essen, met arbeiders erachter. Ik heb er nog bij staan kijken, de dag
voordat ik naar huis reisde".
Mevrouw G. Wisselo-Steenbergen (70) kan zich van die turbulente tijd
nog een paar hoogtepunten herinneren. De machinegeweren op straat en
de vier begrafenisstoeten, die zij op de laatste etappe naar huis, de tien
kilometer tussen Gronau en Enschede, tegenkwam. „Toen ik thuis kwam,
lagen drie van mijn broers ziek in bed. Ik had het ook gauw te pakken. Er
waren zes kinderen, en die zijn allemaal ziek geweest. Ik weet nog, dat mijn
moeder de een of andere thee gebruikte. Vader niet. Die zei: „een flinke
borrel, dan heb je nergens last van. Ik weet wel, dat hij niet ziek is geweest,
net zo min als moeder".
Mevrouw Wisselo en haar broers
hebben het allemaal overleefd, maar
in diezelfde tijd heeft de „Spaanse
griep" tientallen gezinnen uitge
roeid. Vier begrafenissen binnen
het halve uur, dat was iets in het
Enschede van die dagen! „In Essen
moet er teen een compleet nieuw
kerkhof bijgekomen zijn, heb ik al
tijd genoord. Het was erg. De men
sen, die vandaag nog bij je werk
ten, waren soms morgen al dood"
Een stukje uit een Encyclopedie:
„De epidemie van 1918 begon in
China en breidde zich van daar snel
over Azië naar Europa uit. Daar ze
vanuit Spanje naar Nederland
schijnt te zijn gekomen, noemt men
de ziekte ook wel de Spaanse griep.
Vooral in het najaar was de sterf
te zeer hoog. Alleen in Duitsland
stierven in dat jaar 187.800 perso
nen aan deze ziekte".
Uit Spanje naar Nederland geko
men? In zekere zin is dat juist,
maar het gebeurde toch niet recht
streeks. In Nederland is de ziekte
Vanuit Duitsland verspreid. Dat ge
beurde al enkele maanden, voordat
zij, in november 1918, haar hoogte
punt bereikte.
Bladerend in de kranten van vijf
tig jaar geleden, komen we op 29
mei het eerste bericht over de
ziekte tegen: Vreemde ziekte in
Spanje. Ongeveer een derde van al
le mensen in Spanje zijn plotseling
door een vreemde ziekte aangetast.
De koning en zijn ministers niet uit
gezonderd.
Zondag waren verscheidene
schouwburgen te Madrid niet in
staat te spelen, ten gevolge van het
feit, dat bet gehele personeel aan
de geneimzinnige ziekte lijdt. De
trams lopen eveneens slecht wegens
ziekte van het merendeel der be
ambten. De dokters bevelen voor
zorgsmaatregelen aan, de bladen
wi.iden uitvoerige beschouwingen
aan de bijzonderheden der epide
mie. Het publiek wordt gemaand
om alle kamers te luchten, vaak
naar buiten te gaan en een langdu
rig verblijf in een stoffige omgeving
te mijden.
Op 3 juni een bericht, dat volgens
de Matin, de ziekte van de Spaanse
koning een gunstig verloop had,
maar dat nu de infante Isabella
aangetast was.
Een bericht uit Londen spreekt
over verdere uitbreiding, nu ook
naar Marokko, waar het Spaanse
garnizoen zou zijn aangetast In
tien dagen zouden meer dan 700
mensen aan de ziekte gestorven
zijn.
Op 6 juli wordt gemeld, dat de
geheimzinnige ziekte ook in enkele
Duitse steden, te Parijs en in Zwe
den is waargenomen. In Engeland
zouden ook duizenden aan de
vreemdsoortige kwaal lijden. Twee
dagen later: „In Duitsland breidt de
Spaanse ziekte zich nog steeds uit,
hoewel niet op onrustbarende wijze.
In Oostenrijk en Hongarije heeft Ie
influenza epidemie thans ook haar
intrede gedaan"
Spaanse ziekte influenza nog
een stapje en het begrip Spaanse
griep was gevormd. Op 13 juli is er
in de krant voor het eerst sprake
van: „De Spaanse griep breidt zich
in Engeland nog voortdurend uit. In
Zwitserland zijn een vijftiental sol
daten aan de Spaanse griep bezwe
ken".
Het is geen wonder dat de ziekte
dan inmiddels ook Nederland heeft
bereikt. Men leest op 10 juli:
„Spaanse ziekte?'
Er wordt medegedeeld, dat in de
gemeente Losser twee arbeiders uit
Éssen zouden zijn teruggekeerd, die
verschijnselen vertoonden van aan
getast te zijn door de Spaanse ziek
te"
En dan op 13 juli: „De geheimzin
nige Spaanse griep heeft nu ook in
Nederland haar gevreesde intocht
gedaan.
Te Losser waren, naar woensdag
gemeld werd, reeds 38 personen
door de ziekte aangetast". In de
zelfde krant wordt melding ge
maakt van gevallen elders in het
land: „Honderd in het Engelse inter
neringskamp in Groningen, 3 in Da
len, enkele in Rotterdam. De on
mars in Nederland was begonnen.
Al op 18 maart was er een soort
gelijk bericht verschenen. Alleen
betrof dit geen griep, maar
schurft. In de Gelderse Achterhoek
was deze ziekte in verschillende ge
meenten, zowel bij kinderen als bij
volwassenen, geconstateerd. Men
vermoedde, dat zij door Duitse de
serteurs en smokkelaars was over
gebracht. In dit laatste oorlogsjaar
werd ons land overstroomd met
buitenlandse vluchtelingen vanal
lerhande nationaliteiten. Zij zochten
en vonden er een zekere veiligneid,
maar bepaald geen vetpot.
Grote werkloosheid dwong duizen
den om in Duitsland werk te aan
vaarden. Daar stom1 tegenover, dat
een deel van de bevolking onwaar
schijnlijk veel verdiende. „Op de
pinkster-kermis te Heerenveen beur
de een stoomcarrousel in vier dagen
bijna 30.000 gulden. Of er ook geld
is!" luidt een krantebericht.
Een ander bericht, onder de titel
„Oorlogs-winst" maakte melding
van een Hagenaar, die een juwelier
opdracht had gegeven om gouden
gordijnringen te maken en elke ring
met een diamantje te bezetten! Ook
kwamen we het volgende bericht te
gen: Neede, 9e juni 1918. Op oen
huwelijksfeest van de landbouwer
Den R. op woensdag a.s. werden
niet minder dan 450 huisgezinnen
uitgenodigd. Het schijnt, dat daai
aan nog niets gebrek is".
Gebrek heerste er wel in duizen
den gezinnen, vooral van de gewone
man. „Van welvaart krimpt uw
bruin verschiet", had Potgieter ge
zongen over de ontginningen in
Twente. Die ontginning werd nu ver
sneld voortgezet, maar niet van
welvaart, doch uit honger. Fabrie
ken en gemeentebesturen lieten
werklozen grote heidevelden „aan
maken". Zij sloegen er twee vliegen
ui een klap mee: de mensen hadden
werk en er kwam cultuurland vrij
voor de voedselvoorziening. Tot in
de stedelijke parken werden bonen
verbouwd.
Vooral sinds het maartoffensief
van de Duitsers, die een laatste po
ging ondernamen om hun verloren
oorlog als nog te winnen, was de-
voedsel-situatie in Nederland pre
cair geworden. Boter en kaas gin
gen nu op de bon, de vleesrantsoe
nen voor militairen werden inge
krompen. Weldra zou er regelmatig
te weinig vlees zijn om de bonnen
te kunnen inwisselen. En naar ma
te de oude oogst opraakte en er nog
geen nieuwe van het land kwam.
werden vooral brood en aardappels
schaars. Onder andere in Meppel en
Amsterdam hadden de eerste hon-
ger-opstootjes plaats. Soldaten, i-ie
ze moesten bedwingen riepen: „Wij
hebben ook honger". In steeds meer
plaatsen (Breda, Rotterdam, Scho
ten, Lonneker) werden bakkerijen
en venterskarren geplunderd. Ten
slotte zag de regering zich zelfs ge-
roodzaakt de jeneverkraan van
Schiedam dicht te draaien, om uog
zoveel mogelijk graan voor de voed
selvoorziening te behouden. Geiten
werden geslacht, een konijn bracht
14 gulden op. In Oude Pexela wer
den boeren geplunderd. Een 16-jarig
meisje in Den Haag, op weg naar
de avondschool, werd bij een relletje
door een verdwaalde kogel gedo >d.
Maar veel meer slachtoffers zou
de nonger nog eisen. Niet zozeer
rechtstreeks, als wel door de ver
minderde weerstand van de mensen.
De griep-bacil, overgewaaid van de
grens, meegekomen met geïnter
neerde Britse, Belgische of Russi
sche vluchtelingen, greep zijn slacht'
offers en weldra vulden zich ook in
ons land de kerkhoven. Van de
griep zelf kon je in een dag of cirie,
vier herstellen, maar veelal kwam
net tot complicaties. Vooral een bij-
'komende longontsteking (de penicil
line zou pas in een volgende oorlog
beschikbaar komen) betekende voor
velen de dood. Het eerste geval
met dodelijke afloop wordt uit Roer
mond gemeld. Dit betreft een 18-ja-
rig meisje. Een 63-jarige man in
Delft is het tweede slachtoffer.
„Spaanse griep" wordt een vaste
rubriek onder gemengd nieuws in de
krant. Merkwaardig genoeg ver
dwijnt zij daar ook al gauw weer.
Maar niet voor lang. In de herfst
slaat de ziekte met verdubbelde
kracht toe. Nu vallen de slachtoffers
bij duizenden. Oktober is voor Twen
te de zwartste maand. In Vriezen-
veen overlijdt van elke honderd in
woners er een aan de Spaanse
Griep. Een krant, bestemd voor een
Vriezenveens gezin, komt terug met
de opmerking „allen overleden"
Scholen en bioscopen worden geslo
ten, hoewel de medici het niet eens
zijn over de al dan niet besmettelij
ke aard van de ziekte.
Een Amsterdamse arts, dr. B. S.
De Smitt past met goed gevolg in
spuitingen met sublimaat toe, lezen
we in de krant. Niettemin vallen er
in november in Nederland 10.676
gi iep-slachtoffers, in maart 1919
komt het einde. Dan hebben 18.769
Nederlanders hun tol aan de ziekte
betaald. Over de gehele wereld wa
ren het er zeker naar schatting 20
miljoen'
derwerpen, zullen we hier niet de al
lerzwaarste gevallen krijgen, die kun
nen we eenvoudig niet aan. We moe
ten er dus, vooral met psychisch ge
stoorden eerst terdege op kunnen ver
trouwen dat de patiënt in kwestie
gewend is onder de mensen te ver
keren, of hij werkt in een werkplaats
voor invaliden etc. Maar dat gezonde
mensen een camping als de onze niet
pruimen, omdat we invaliden een
kans geven, dat moeten wij dan maar
avonturen".
„In een pension, waar je in de huis
kamer bij elkaar zit, zijn er meer
bezwaren dan op een camping, waar
velen er overdag op uit trekken. Bo
vendien hebben we door de aanplant
van elzen en struikgewas de camping
zodanig in vakken verdeeld dat er
voor iedereen voldoende privé-ter-
reis is, zonder al te veel met de bu
ren te worden geconfronteerd. Als
de gezonden desondanks ons toch de
rug toekeren, dan vinden wij dat jam
mer: in de eerste plaats voor henzelf
dat zij eigenlijk hun gebrek aan me
demenselijkheid op deze wijze de
monstreren, in de 2e plaats voor ons
zelf, al zijn we beiden niet puur za
kelijk helaas. Want dat moet je ei
genlijk wel zijn.
Een camping is geen filantropische
inrichting. Lopen de gezonden weg
dan staan er twee wegen voor ons
open: we moeten in de toekomst ge
handicapten weigeren of we gaan ons
geheel inschakelen op gezinnen met
invalide kinderen. De tijd zal het le
ren. Het is een experiment. Een stap
in het duister, maar een stap die wij
beiden wel aandurven".
HILVERSUM (ANP) Hertel en
Co N.V. (Amsterdam) en N.V. ïso
la (Hilversum) gaan voortaan om
vangrijke opdrachten met betrekking
tot de totale isolatie van installaties
op land gezamenlijk uitvoeren. Bij
andere activiteiten behouden ze elk
hun volledige zelfstandigheid. Deze
categorie isolatie-werken zullen zij in
maatschappijverband verrichten on
der de naam „Herstel-Isola-Partner-
ship".
(Van onze parlementaire redactie)
DEN HAAG Het Tweede Ka
merlid Nypels (D '66) heeft aan
minister De Block (Econ. Zaken) ge
vraagd of hij bereid is de financiële
faciliteiten, die het gemeentebestuur
van Deventer aan de Deventer Al
gemene Industriële Maatschappij kan
verlenen, zodanig aan te vullen, dat
de vestiging van dit bedrijf met plm.
500 werknemers voor Deventer kan
worden behouden.
Het heeft God be
haagd tot Zich te
roepen onze dierbare
Zus en Tante
DOROTHEA VAN
NUENEN
Op de leeftijd van 84
jaar gaf zij, in het St.-
Adrianuspension, nog
vrij plotseling, na voor
zien te zijn van het H.
Oliesel, haar leven aan
God terug.
Etten:
Zuster M. Villanova.
Raamsdonk:
C. J. van Nuenen
Raamsdonk dorp)
29 juli 1968.
St.-Adrianuspension.
De plechtige uitvaart
dienst, waarbij U wordt
uitgenodigd, zal plaats
vinden op donderdag 1
augustus a.s. om 10 uur
in de parochiekerk van
St.-Bavo te Raamsdonk-
(dorp).
Avondmis voor de over
ledene op woensdag
om 19 uur in voornoem
de kerk, waarna bezoek
aan de lijkenkapel, al
waar de overledene
staat opgebaard.
Samenkomst donderdag
1 augustus a.s. om 9.30
uur in het St.-Adrianus-
pension te Raamsdonk-
(dorp).
De Voorzitter en Commissarissen van de Raad
van Beheer en de Directie van Overslagbedrijf
rerneuzen „Ovet" N.V., te Terneuzen, geven
hierbij tot hun leedwezen kennis van het over
lijden van hun Commissaris de Heer
CAMILLE HENRI DE BROECK
Overleden te Sluiskil 26 juli 1968.
Zijn nagedachtenis zal in hun herinnering be
waard blijven.
Terneuzen, 29 juli 1968.
Hiermede geven wij met leedwezen kennis van
net overlijden in de ouderdom van 81 jaar van
de weledelgeboren Heer
CAMILLE H. DE BROECK
onderscheiden met de versierselen van de
Orde van Oranje-Nassau.
Administratief Onderdirecteur van onze
Maatschappij.
Commissaris van N.V. Ovet, Terneuzen.
Helder inzicht, energie en grote menselijkheid
waren de kenmerken waarmede de overledene
met onverflauwde ijver gedurende meer dan een
nalve eeuw de belangen van onze maatschappij
en haar dochteronderneming heeft gediend.
Zijn nagedachtenis zal bij ons in hoge ere blijven.
President,
Commissarissen en Directie van de
A.C.Z. De Carbonisation g.a.
Sluiskil.
Sluiskil, 26 juli 1968.
Het gezamenlijk personeel van de A.C.Z. de
Carbonisation g.a. te Sluiskuil vernamen met
leedwezen het overlijden op 81-jarige leeftijd
van hun Administratief Onderdirecteur, de wel
edelgeboren Heer
CAMILLE H. DE BROECK
onderscheiden met de versierselen van de
Orde van Oranje-Nassau.
Zijn hoge plichtsbetrachting en volhardende toe
wijding zullen voor ons een onvergetelijk en
stimulerend voorbeeld blijven.
Sluiskil, 26 juli 1968.
Ter provinciale griffie kan voorlopig op ar
beidsovereenkomst worden geplaatst een func
tionaris in de rang van
Deze functionaris zal naast bode-werkzaamheden,
het verrichten van chauffeursdiensten en huis
houdelijke werkzaamheden tot taak hebben.
Salaris afhankelijk van leeftijd.
Salarisgrenzen vanaf 301,34 per maand op 18-
iarige leeftijd tot 751,39 per maand op 26-jarige
leeftijd en ouder. Boven genoemde bedragen
wordt een vakantie-uitkering van 6% uitgekeerd.
Premie A.O.W./A.W.W. is voor rekening van de
provincie. De provincie is aangesloten bij de In
terprovinciale Ziektekostenregeling.
Sollicitaties binnen 8 dagen na het verschijnen
van dit blad te richten aan de griffier der Staten
van Zeeland, St.-Pieterstraat 42 te Middelburg.
Met diepe droefheid geven wij U kennis van het
overlijden van onze geliefde broer, schoonbroer,
oom en neef de Heer
RENé JACOBUS DE THEIJE
op de leeftijd van 80 jaar.
Wij bevelen de ziel van onze dierbare overledene
in uw gebeden aan.
Boxtel:
Mevr. C. de Theije-Weegenhausen
kinderen en kleinkinderen
Sittard:
J. de Theije
R. de TheijeCleven
kinderen en kleinkinderen
Hulst:
A. de Theije
A. de TheijeLampo
kinderen en kleinkinderen
Terhole:
C. de Theije
G. de Theije—de Bot,
kinderen en kleinkinderen
A. de Theije
Sydney:
A. de Theije s.m.
Terhole:
L. de Theije
L. de TheijeColsen en kinderen.
Hulst:
R. Verdurmende Theije
J. Verdurmen
Terhole, Hulsterweg 120.
De plechtige uitvaartdienst, gevolgd door de
teraardebestelling, waarbij u beleefd wordt uit
genodigd, zal plaatshebben op donderdag 1
augustus a.s. om 11 uur, in de parochiekerk van
de H. Gerardus Majella te Terhole.
Eucharistieviering woensdagavond om 7 uur.
Condoléances worden in ontvangst genomen in
Café „Centrum".
Zij die bij vergetelheid geen uitnodiging hebben
ontvangen, gelieven deze kennisgeving als zoda
nig te beschouwen.
Burgemeester en wethouders brengen ter open
bare kennis, dat zij voornemens zijn een vergun
ning te verlenen aan
1. de heer J. H. Verhulst, wonende te Breda,
Smutsstraat 5 tot het uitbreiden van een wo
ning op het perceel Smutsstraat 5, kadastraal
bekend gemeente Breda, sectie D no. 8441;
2. de heer P W. J M Otten, wonende te Breda,
Heusdenhoutseweg 42, tot het slopen van een
houten paardenstal en het bouwen van een
paardenstal met mestberging bij een woning
op het perceel Heusdenhoutseweg 42, ka
dastraal bekend gemeente Ginneken. sectie A
no 2373.
Aangezien voormelde bouwplannen niet in over
eenstemming z(jn met de ter plaatse geldende be
stemmingsplannen zullen de vergunningen ver
leend worden met toepassing van artikel 20 der
wederopbouwwet.
Belanghebbenden kunnen binnen tien dagen na
heden hun bezwaren schriftelijk kenbaar maken
aan het gemeentebestuur en gedurende deze ter
mijn ter gemeentesecretarie afdeling Volkshuis
vesting (Catharinastraat 16) inzage nemen van
de bouwaanvragen met bijbehorende bescheiden.
Breda, 30 juli 1968.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Merkx, burgemeester
van den Dam, secretaris.
DANKBETUIGING
Voor de vele blijken van
belangstelling, gelukwen
sen, bloemen en cadeaus
bij ons 40-jarig huwelijks
feest ontvangen, betuigen
wij onze hartelijke dank.
A. v. Bunder
J. v. Bunder-Martens
Absdale, Plattendijk 25.
Een krant
van deze tijd
Voor de BIBLIOTHEEK wordt gevraagd een
voor de titelbeschrijvingsafdeling.
Middelbare schoolopleiding is vereist.
Bezit van het assistent-diploma of het G.O.-diploina
strekt tot aanbeveling.
Sollicitaties kunnen worden gericht aan de secretaris
van curatoren, Hogeschoollaan 225. Tilburg.