I
Minister Klompé:
Jonge generatie
krijgt
te weinig kansen
Maleisië opnieuw
bedreigd door
„confrontatie"
VERSTOPPING?
ZWAAR PROGRAM:
TOCH RESULTATEN
Ojoe
zeer
BEAT, DANSEN? MOGEN ZE MISSCHIEN
GUARESCHI
OVERLEDEN
Haaien rond
lijken van
Chinezen
HOND
NU DOOR PHILIPPINO'S
Eerste indruk na Uppsala
Vredesbe
binnen i
Het weer in Euro
1
In 't
kor
Narigheid
Couzijn
Slopend
Mag het?
Niet gemakkelijk
etke tijd
is tijd jggf
voor
VAN
NELLE
thee
AFTERNOON
BUILTJES
Indonesië stuurt
nog meer soldaten
naar Wesl-Irian
Schepper Don Camillo
Nieuwe voorzieningen
oorlogsslachtoffers
Aanspraak
Verdrag
Wondertje
Stemmen
Openheid
Mechanisme
Hitsen
Vissers in Hongkong:
BRAZILIë GAAT
GANGEN VAN
OUD-NAZI'S NA
DAGBLAD DE STEM VAN DINSDAG 23 JULI 1968
(Vai^onze parlementaire redactie)
DEN HAAG Minister dr. M. A. M. Klompé van Cultuur, Re
creatie en Maatschappelijk Werk is zeer beslist, wanneer ze zegt:
„De jonge generatie krijgt te weinig kansen. Wij ouderen kijken
veel te veel naar de twee misschien drie procent jongeren, die uit
een soort onbehagen, uit ontevredenheid met het bestaande een
beetje anders, een beetje excentriek doen. Ze houden van beat,
dansen. Mogen ze misschien? De overgrote meerderheid van de
jonge generatie is een constructieve generatie. Zij willen erbij be
trokken zijn. Zij willen zich engageren in de politiek, in het reli
gieuze leven, in de maatschappelijke gebeurtenissen. Zij hebben
wel degelijk ruggegraat. Zij hebben idealen. Zij zijn misschien wat
harder dan wij ouderen. Maar ze krijgen ook te weinig kansen.
Dat weten ze: ze verwijten ons ouderen niet voor niets, dat wij
dikwijls te veel praten over hen en zonder hen en even dikwijls
te weinig doen.... Ze hebben nog gelijk ook."
nistersportefeuille, als ze er de ca
paciteiten voor heeft."
Zelfs voor een zo mannelijk mi
nisterie als dat van defensie? Mi
nister Klompé lacht en is dan hele
maal vrouwelijk wanneer ze zegt:
„Misschien zou het wel eens goed
zijn, wanneer daar een vrouw
kwam."
Vrouw is dr. M. A. M. Klompé
lerares scheikunde, Tweede-Kamer
lid, lid van het parlement van de
kolen- en staalgemeenschap, lid van
de Raad van Europa, werkzaam in
het internationaal lekenapostolaat,
lid van de pastorale plancommissie
enz. enz. en tweemaal minister
in ieder geval gebleven.
Wat in een gesprek met minister
Klompé begonnen is met de vrouw
in de politiek, de vrouw als burge
meester, als Tweede-Kamerlid, als
minister, groeit uit tot een vurig
pleidooi voor de jonge generatie.
Deze minister kan zoiets gewoon
niet laten. Ze noemt zich er zelf ten
nauwste bij betrokken.
Zij wijst, 15 verdiepingen hoog in
haar ministerieel torengebouw te
Rijswijk naar buiten. „Ziet u, hier
moet de jonge generatie leven.
Flats, woonblikken, fabrieken,
tuinderijen, torens, schoorstenen,
gebouwen, gebouwen ziet u
ruimte vlakbij huis voor recreatie
Begrijpt u wat ik bedoel, wanneer
ik zeg, dat de jonge generatie de
ruimte moet hebben geestelijk en
materieel om haar eigen leven te
kunnen leiden
Zojuist heeft ze de onlangs be
kroonde Couzijn bij zich gehad.
Hij is met een collega langer blij
ven praten, dan de dagelijkse agen
da eigenlijk toeliet. Wat dan nog,
want„De kunst gaat vóór." En het
is bij deze minister nog waar ook.
De kunst gaat vóór, de sport gaat
vóór, de jeugd gaat vóór.
Ze werkt van 's morgens tot 's
nachts. Vele Rijswijkers zien meni
ge avond nog licht branden, vijftien
hoog, in de ministeriële werkkamer.
En als deze minister moe is, trekt
ze zich terug in haar keuken, om
wat zij noemt haar eigen potje te
koken. „Dat ontspant me en tegelijk
kan ik wat rustig nadenken".
Is een ministersambt dan toch te
zwaar voor een vrouw
„Het is een zwaar ambt, dat geldt
voor mij, dat geldt evenzeer voor
mijn mannelijke collega's. Avond in
avond uit slepen we volle tassen
met stukken naar huis, en 's mor
gens wacht de dagelijkse agenda
weer. Het is slopend."
„Ik moet hard werken, dat is zo.
Maar dat moet iedere vrouw in ie
der werk immers. Ik geloof er na
melijk niet in, dat een vrouw door
haar werk haar vrouwelijkheid ver
liest. Ze moet gewoon zichzelf blij
ven. Ik blijf prijs stellen op wat rid
derlijkheid. Dat de man me laat
voorgaan. Dat hij me in m'n mantel
helpt. Maar ik weiger als minister
in mijn werk wordt toegestaan om
dat ik toevallig vrouw ben. Hoewel
ik me in mijn werk per se niet als
man wil laten behandelen. Daar
denk ik niet aan. Waarom zou ik.
Ik wil mezelf blijven, zoals ik ben".
„Of het werkelijk verschil uitmaakt,
wanneer een vrouw minister is?
Daat weet ik niet, ik kan er geen
zinnig antwoord op geven. Zoiets
moet u vragen aan de mannen die
me kennen, die met me samenwer
ken. Vroeger heb ik wel eens ge
zegd: ja, zeker is er verschil, want
in de ministerskast liggen nu een
poederdoos, lipstick en zo. Als grap
je doet zoiets het wel, maar dat is
het natuurlijk niet. Soms hoor ik
wel eens: dat kan alleen een vrouw
zo zeggen. Misschien is dat het
meer.
Maar het gaat in het kabinet pre
cies als overal. Man en vrouw vul
len elkaar aan, ook in deze werk
zaamheden."
Wat minister Klompé niet zegt
(maar wat insiders wel weten) is,
dat de vrouwelijke minister in het
verleden bepaalde problemen, be
paalde moeilijkheden met wat
vrouwelijke tact nogal gemakkelijk
wist op te lossen.-
Zelft zegt ze ervan nog steeds
met plezier kijkend naar enkele
kunstvoorwerpen in haar werk
kamer: „Wij vrouwen praten mis
schien op een andere golflengte,
zijn misschien wat vasthoudender,
vormen waarschijnlijk een bindend
element in de omgeving, waarin we
verkeren. Maar er zijn ook mannen
die deze eigenschappen bezitten. Dat
zal het ook wel zijn in een kabinet.
Maar in principe is de vrouw vol
gens mij geschikt voor ieder werk,
tenzij het fysiek onmogelijk is. Zij
is dus ook geschikt voor iedere mi-
„Ik krijg ontzettend veel post van
mensen, die in narigheid zitten. En
geloof me: er zitten onnoemelijk
veel mensen in narigheid, 't Doet
me telkens weer iets, iedere keer
trek ik het me weer aan
Met een hulpeloos gebaar steekt
ze dan wat nerveus een sigaret op
En dan ineens weer lachend
„Kortgeleden kreeg ik een brief
van een oudleerlinge van me van
het meisjesgymnasium Mater. Dei
in Nijmegen, nota bene met de foto
van haar kleinkind erin. Toen dacht
ik ineens, mensenkinderen, wat
word je oud".
Op dit ogenblik is deze minister
een slechte rekenares. Want als am
per 20-jarig meisje stond ze le
rares scheikunde voor 5 gymbeta
met leerlingen die bijna even oud
waren. „Ja, dat is zo, één was er
zelfs nog ouder dan ik".
Ze trok toen met de leerlingen op
als meisje met de meisjes kam
peerde zomers met de klas en deed
wat men thans pleegt te noemen
enorm veel vormingswerk buiten
schoolverband.
Vandaar nog steeds die volstrekte
verbondenheid met de jonge gene
ratie: „Wij ouderen ik hoor er
helaas ook al bij vergeten maar
al te vaak, dat wij bouwen aan een
maatschappij voor mensen, die er
over 20 jaar in moeten leven. Mag
de jonge generatie, die straks moe
ten leven, dan misschien ook wat
te zeggen hebben
„Per slot van zaken moeten zij in
een totaal nieuwe wereld leven,
moeten zij totaal nieuwe terreinen
betreden. Laten, wij hun daarom
hun eigen verantwoordelijkheid
geven. Laten wij ip 's hemelsnaam
die mogelijkheden scheppen en als
jeblieft niet zo paternalistisch op
treden."
Het is plotseling een hartstochte
lijk pleidooi geworden, dit gesprek
met de vrouw als minister. Een
pleidooi ook voor „die kleine groep
van 2 a 3 procent jongeren, die in
hun eenzaamheid te pletter dreigen
te lopen en voor „die overgrote
meerderheid, die constructieve jon
geren zijn."
„De jonge generatie ls geen ge-
isoleerde groep. Ik weiger pertinent
DR. M. A. M. KLOMPé
...niet gemakkelijk...
in dit zogenaamde isolement te ge
loven. De jongeren horen er vol
ledig bij in hun maatschappij, in
hun en onze wereld tegelijk. Daai-
om heb ik me destijds ook fel ver-
zet tegen de gedachte een eigen
staatssecretaris voor de jonge gene
ratie te aanvaarden."
Dat felle verzet zpl dan ook wel
bijzonder fel geweest zijn. Het ls
immers bekend, dat minister dr. M.
A. M. Klompé als het er werkelijk
op aankomt niet gemakkelijk is.
Noch voor zichzelf, noch voor an
deren. Op onderwijs praat men nog
steeds vol respect over destijds de
minister van onderwijs, kunsten en
wetenschappen ad interim, minister
Klompé, die toen minister Cals en
kele keren soms langdurig moesi
vervangen-.
Men is daar op O. en W. nog
steeds niet uitgepraat over het feit,
dat deze minister ad interim in een
onbegrijpelijk korte tijd in staat
was de onderwijsbegroting in de
Tweede Kamer te verdedigen.
Ze eist veel: van zichzelf, van
haar medewerkers, ook van bev
parlement, dat het haar niet altijd
gemakkelijk maakt. Al is zii dan
een vrouw.
„Maar wat wil je?", zegt ze in
haar werkkamer, vijftien hoog in
de randstad Holland. „Alles wat je
hier" op 'C.RM. aahpakt wordt di-
rict gloeiend: de cultuur, de com
municatiemiddelen (radio, televisie)
het jeugdprobleem, de sport, de sa
menlevingsopbouw. Gloeiend van
de tegenstellingen, van de menings
verschillen".
Tegenover de deur van haar werk
kamer hangt een schilderij van de
Bergense kunstenares Charley
Toorop, dochter van Jan Tooroj».
Het schilderij stelt een boom vooi.
een stevige, sterke Hollandse boom.
Maar Charley Toorop heeft zich ook
in^ dit schilderij niet verloochend.
Zij is een vrouw gebleven, ook als
kunstenaar.
Miischien is het dit wel met minis
ter dr. M. A. M. Klompé, die onmo
gelijk kan antwoorden op de vraag,
of een vrouw zich als minister wer
kelijk onderscheidt van haar man
nelijke Collega's?
In het verleden heeft zij binnen Oe
KVP nogal wat moeilijkheden hei
pen ophelderen. Ze doet het wel
licht nog wel eens. „Toen ik in de
politiek kwam zag ik er een taak lh,
niet een beroep. Ik zie het nog zt>.
Daarom ben ik waarschijnlijk ook
wel, zoals ik ben."
Wordt het met dit alles, wat over
de vrouw gezegd is, niet hoog tijd,
dat er bijvoorbeeld ook meer vrou
welijke burgemeesters komen
„D heeft gelijk. Er zijn er te wei
nig. De vrouw is voor dit ambt ze
ker geschikt en bij de regering stuit
dit zeker niet op verzet. Maar zijn
er wel genoeg vrouwen, die sollici
teren Ik zal er toch eens met mijn
collega Beernink over praten."
(ADVERTENTIE)
DJAKARTA (A.P.) De Indone
sische regering heeft nog eens vier
bataljons naar West-Irian, het voor
malige Nederlands Nieuw-Guinea, ge
zonden in verband met de algemene
onrust en enige rebellenactiviteit op
het eiland.
Dit heeft het leger gisteren be
kendgemaakt. De troepen naar
schatting 2400 man zullen de In
donesische militaire sterkte op het
eiland verhogen tot minstens 9000,
zo is in militaire kringen vernomen.
Van niet-militaire zijde is evenwel
vernomen dat de militaire sterkte op
West-Irian veel groter is.
Soedjarwo Tjondronegöro, mede
werker van minister van buitenland
se zaken Adam Malik, is in West-
Irian aangekomen voor besprekingen
over de wijze waarop volgend jaar
de volksraadpleging over de toe
komst van het gebied het best kan
worden gehouden.
CERVIA (AP) De Italiaanse
schrijver Giovanni Guareschi die we
reldberoemd werd met zijn boeken
over Don Camillo en de kleine wereld
is gisteren aan een hartaanval overle
den. Hij was 60 jaar.
Guareschi werd geboren in Emi
lia, in het hartje van het communis
tische deel van Italië. Zijn verhalen
brachten op grappige manier een ver
slag van de conflicten tussen com
munisten en katholieken in het na
oorlogse Italië, niet op nationaal ni
veau maar in het alledaagse leven van
eenvoudige dorpelingen. De voor
naamste personen in zijn werk waren
de dorpspriester Don Camillo en de
vurige communistische burgemeester
Peppone. Deze beiden hadden een
ontroerende verstandhouding, ideo
logisch waren zij vijanden maar in
hun hart toch vrienden.
Vijf films zijn over de Don Camillo-
serie gemaakt. In alle films speelde
de Franse acteur Fernandel de pas
toor en de Italiaanse acteur Gino
Cervi de rol van Peppone.
Het eerste boek over Don Camillo
verscheen in 1946 en werd een enorm
succes.
Met zijn zware snor leek Guarschi
wel op Stalin, doch politiek gezien
stond hij aan de geheel andere kant.
Jarenlang redigeerde hij het ver
dwenen rechtse satirische weekblad
„Candido".
DEN HAAG (A.N.P.) De staats
secretaris van C.R.M., mr. H. J. van
de Poel, heeft een aantal wijzigingen
aangekondigd van de op de algemene
bijstandswet steunende rijksgroeps
regeling oorlogsslachtoffers.
In deze regeling zullen afzonder
lijke bepalingen worden opgenomen
gericht op de bijzondere behoeften
van Nederlanders, die om redenen
van ras, geloof of wereldbeschouwing
tijdens de oorlog in Nederland of het
voormalige Nederlands-Indië door de
bezettende macht zijn vervolgd.
(ADVERTENTIE)
(Van onze correspondent)
MANILLA Als ooit een land zwakke bewijsgronden kan aanvoeren
ter ondersteuning van een territoriale aanspraak dan is het de Philippijnen.
Om redenen die officieel in nevelen gehuld blijven maar zonder twijfel
puur zakelijke belangen in de bodemschatten als motief hebben, maakt
de Philippijnse regering aanspraak op de Maleisische deelstaat Sabah aan
de noordoost-punt van Borneo. Het gebied is twee en een half maal zo
groot als Nederland en er wonen minder mensen dan in Den Haag: 550.000.
Sedert eind vorig jaar heeft de
Philippijnen de emotionele kant van
de aanspraak zo de bovenhand doen
voeren dat er sprake is van een oor
logsstemming. Er wordt geroepen om
de vorming van een „bevrijdingS'
leger" en de Philippijnse regering
heeft vorige week een aantal van
het nieuwste type super straaljagers
naar het gebied gedirigeerd, dat aan
Sabah grenst: de Soeloe eilanden,
Ook een torpedobootjager en ver
scheidene andere marine-eenheden
zijn naar dit gebied gezonden nadat
kranten in Manilla met vette kop
pen van de voorpagina's hadden ge
schreeuwd dat twee Maleisische pa
trouilleboten de Philippijnse territo
riale wateren hadden geschonden. Op
enkele uitzonderingen na zijn het
vooral kranten, die de anti-Malei
sische campagne aanwakkeren.
Daarmee staat Maleisië dan voor
de tweede maal sedert haar elf jaar
onafhankelijk bloot aan de „confron
tatie" van een buurland. De eerste
confrontatie, door Indonesië, doofde
twee jaar geleden uit als een nacht
kaars.
De vroegere Philippijnse president,
Diosdage Macapagal bond in 1962 de
kat de bel aan. En wel op grond van
de veronderstelling, dat Sabah toe
behoorde aan de erfgenamen van de
sultan Soeloe.
De Britse regering wees de Phi
lippijnse aanspraak van de hand, om
dat een verdrag van 1878 duidelijk
aantoonde dat deze sultan, mede na
mens zijn erfgenamen, voor immer
afstand had gedaan van Sabah aan
twee Britse zakenlieden. Ten tweede
had Spanje, dat de Philippijnen eeu
wenlang heeft geregeerd, in 1885 alle
Spaanse aanspraken op Noord-Bor-
neo laten varen in ruil voor de Brit
se erkenning van de Spaanse soeve
reiniteit over de Soeloe eilanden. Ten
derde hebben de Amerikanen, die na
de Spanjaarden de Philippijnen een
halve eeuw hebben geregeerd, in een
Engels-Amerikaans grensverdrag van
1930 de Britse aanspraak op Sabah
en andere delen van Noord-Borneo
erkend.
De Philippijnse aanspraak op Sa
bah gaat uit van de veronderstelling
dat het verdrag van 1885 ongeldig is,
omdat de sultan er geen partij in is.
De sultan Sabah zou slechts in
„bruikleen" hebben afgestaan.Maar
het bewijstuk is zoek, zo het al ooit
bestaan heeft. Philippijnse experts
hebben maandenlang in het Spaanse
staatsarchief gegraven, maar voor
Wist u dat daar hele kleine pilletjes tegen MAMDII IV
bestaan? Nourypharma In Oss maakt ze: PlUUlilLMA
(Van onze speciale verslaggever
dr. A- v. d. Weijer)
UPPSALA De Assemblée van de
Wereldraad is ten einde. En het
wordl tijd een balans op te maken.
Wat heeft deze miljoenenzaak waar
bij duizenden mensen betrokken zijn
geweest, waarvoor tonnen papier zijn
verwerkt en een ontstellende hoe
veelheid menselijke energie is ge
bruikt, uiteindelijk opgeleverd
De eerste indruk, die achterblijft, is
er een van overladenheid. In amper
drie weken tijds hebben we plus mi
nus 25 toespraken te verwerken ge
kregen, ettelijke preken, panneldis-
cussies, teach-ins, dramatische en
filmische voorstellingen niet meege
rekend. Vervolgens talloze kleinere
vergaderingen van de zes secties met
haar meer dan twintig subsecties en
van de dertig commissies. Tenslotte
nog alle mogelijke persconferenties,
briefings, publieke hearings en dis
cussie die in een wat losser verband
tot de Wereldraad stonden. Geen
mens die het allemaal heeft kunnen
bijhouden
Het mag een wonder heten, indien
uit een dergelijke machinerie althans
nog enkele documenten rollen, die de
moeite van het bestuderen volledig
waard zijn. In Uppsala heeft dit won
dertje zich voltrokken. De Assem
blée heeft een goed werkstuk over
het ontwikkelingsvraagstuk afgele
verd, dat zelfs in de ogen van de
jeugd genade heeft kunnen vinden
„indien het tenminste wordt doorge
voerd". Zij heeft het denken over de
katholiciteit van de kerken een stuk
vooruit geholpen, door de eenheid
van de kerken te plaatsen tegen de
achtergrond van de groei naar een
heid in de hele wereld. Bovendien
heeft deze Assemblée de banden tus
sen de Wereldraad en Rome een stuk
nauwer aangehaald, ten eerste door
enkele katholieke theologen op te
nemen in de faith-and-order-commis-
sie, ten tweede door de discussie te
openen over de mogelijkheid van een
eventueel toetreden van Rome tot de
Wereldraad. Het zijp vermeldens
waardige winstpunten. Maar toch te
mager, om het pretentieuze program
van Uppsala: „Zie ik maak alle din
gen nieuw" als gerealiseerd te kun
nen beschouwen.
Wat ons in Uppsala misschien het
meest opviel, was de onmacht van de
duizendkoppige Assemblée om tot re
sultaten te komen. Van een echte in
breng der afgevaardigden was maar
heel weinig sprake, alle macht lag
In handen van kleine redactiecommis
sies, die met het opstellen van tek
sten waren belast. Als deze eenmaal
gedrukt waren, viel er weinig meer
aan te veranderen, ook niet al kon
men de compromissen in iedere ali
nea nawijzen.
durfde weerspreken, dat de compro-
missenmakers bij voorkeur hun kant
uitkeken, wanneer de eindredactie
van de teksten moest worden opge
steld. Als het op stemmen aankwam,
toonden de orthodoxen zich dan ook
bereid het stuk te aanvaarden, zij het
vaak met de uitdrukkelijke vermel
ding van hun nog altijd geldende be
zwaren.
Geen enkel moment hebben wij de
Assemblée zijn eigen gewicht tegen
de compromissenmakers in de schaal
zien werpen. Het ene stuk na het an
dere werd er door gejaagd. Ook een
volledig gecastreerde resolutie over
het conflict tussen Nigeria en Biafra,
ook een dito verklaring over de
kwestie van Israël en het Midden-
Oosten. Ten koste van nagenoeg alles
werd geprobeerd zoveel mogelijk
stemmen achter de stukken te krij
gen. En dat hebben we toch een ne
gatieve ervaring gevonden.
Degenen, die nog het flinkst voor
hun eigen overtuiging uitkwamen,
zowel in de secties als in de plenaire
zittingen, waren de orthodoxen. Op
vallend was, dat naar hen altijd met
een zeker ontzag werd geluisterd, dat
dan ook niemand hen openlijk
Uppsala was arm aan echte gebeur
tenissen, plotselinge bewegingen,
waarachter men de Geest kan ver
moeden, aan incidenten en bevliegin
gen. Als die er geweest zijn, dan de
den ze zich voor buiten de vergader
zaal, bijvoorbeeld in de liturgische
vieringen. Zo zullen wij de eucharis
tieviering in de kathedraal van Upp
sala niet gauw vergeten, vooral niet
de overweldigende deelname van al
die gescheiden broeders aan het ene
avondmaal. Ook de byzantijns-SIavi-
sche liturgie, gecelebreerd door me
tropoliet Nikodiem samen met enkele
andere bisschoppen, was een ware
belevenis, vooral voor hen die ge
wend zijn aan de vrij kille, sombere,
eenzijdig op het woord afgestemde
eredienst, welke in veel protestantse
kerken wordt gehouden. Iets derge
lijks geldt voor de vele experimen
tele vieringen, die de deelnemers aan
de Wereldraad hebben kunnen mee
maken. Zij hebben waarschijnlijk
meer betekend voor de vernieuwing
van de liturgie, dan het hele docu
ment, dat over deze kwestie door de
Assemblée werd uitgevaardigd.
Belangrijk is natuurlijk ook ge
weest het onderling contact in de
wandelgangen. Wat dat betreft heeft
Uppsala een heel wat beter figuur ge
slagen dan het Vaticaans Concilie.
Zonder enige moeite kon ieder, die
dat wilde, spreken met christenen uit
alle werelddelen, vanaf de hoogste
kerkelijke leiders tot en met de men
sen van het grondvlak. De gezamen
lijke maaltijden, de volkomen open
heid van nagenoeg alle vergaderin
gen en het vrije verkeer in de koffie
pauzen hebben in hoge mate tot dit
ongedwongen contact bijgedragen.
Als katholiek leer je in die contacten
dat in al die kerken en gemeenschap
pen die buiten ons verband staan en
die wij soms zo vreemd vinden, een
echt geloof leeft, een bekommernis
om de volheid van het evangelie en
een onophoudelijk zoeken naar een
heid, Voor wio mocht lijden tan een
kerkelijk (of nationaal) provincialis
me, kunnen enkele weken Uppsala
het begin der genezing betekenen.
Toch zal de Wereldraad van ker
ken niet op dezelfde voet verder kun
nen gaan. Uppsala markeert het ein
de van een tijdperk. Voor een volgen
de keer zal een totaal nieuwe werk
wijze moeten worden ontworpen, za!
er een eind moeten worden gemaakt
aan het mechanisme dat krachteloze
compromissen produceert, zal de deur
wijd open moeten worden gezet voor
een werkelijke deelname der jeugdi
gen, zal de al te kerkelijke bekom
mernis moeten plaatsmaken voor een
echte begaanheid met de problemen
van de wereld.
Op de laatste dag van de Assem
blée hebben enkele jongeren zich
heel de dag in de kathedraal van
Uppsala verzameld om er te bidden.
Voor de Wereldraad, en voor de aan
gesloten kerken. Dat God erin tot
stand mag brengen, wat Uppsala hal
verwege heeft laten liggen. Op Hem
ls hun laatste hoop gevestigd. Hij is
het, die „alle dingen nieuw" zal moe
ten maken.
zover bekend is het document al
thans daar niet boven water geko
men.
Al met al geen al te sterke positie
voor een land dat aanspraak meent
te kunnen maken op een gebied van
een buurland. Toch willen de Phi
lippijnen de zaak voorgelegd zien
aan het internationale gerechtshof in
Den Haag. Maar de regering van
Koeala Loempoer is tot in lengte
van jaren niet bereid daaraan me
dewerking te verlenen, zodat de zaak
hoogstwaarschijnlijk nimmer de 15
rechters in het vredespaleis bereikt.
Er wonen 15.000 Philippijnen op
Sabah. Zij verdienen een goede bo
terham, vooral in de handel en de
bosbouw, en hebben hoegenaamd
geen belang bij een geschil waarin
hun zekerheden worden aangetast.
Daarnaast zijn er de honderden Phi
lippijnse smokkelaars, die Sabah het
liefst buiten de deur wenst te hou
den. Deze smokkel kost de Philip
pijnen jaarlijks 700 miljoen gulden
aan accijns en invoerrechten.
Terwijl Abdoel Rahman niet af
laat om de Philippijnse regering te
vragen de aanspraak te vergeten,
hitsen verscheidene Philippijnse com
mentators de krantelezers op. De
koning van Maleisië heeft verklaard
dat zijn land bereid is om om Sabah
te vechten, zowel jongens als meis
jes, mannen en vrouwen. Ook zij zijn
bereid zich in te zetten voor de ver
dediging van hun gebied. Zij wjjzen
de Philippijnse aanspraak van de
hand als „koloniale inmenging van
een land, dat zelf drie eeuwen lang
door anderen is geregeerd".
HONG KONG (AP) Verscheide
ne scholen haaien van 3 tot 4 meter
lengte zijn in de wateren voor Hou?
Kong waargenomen en de Chinese
vissers van de Britse kroonkolonie
hebben gezegd, dat de beesten wor
den aangetrokken door de lijken va"
Chinezen, die bij ongeregeldheden in
communistisch China zijn gedood en
in de Parelrivier zijn geworpen.
vZondag zijn op het strand van
Hong Kong opnieuw twee lijken aan
gespoeld. Hun handen en voeten wa
ren aan elkaar gebonden. Tot dusver
zijn meer dan 70 lijken van Chinezen
bij Hong Kong en Macao aange
spoeld en aangenomen wordt dat
honderden stoffelijke resten naar zee
zijn afgedreven.
De legeronderdelen in de Chinese
provincies Kwangtoeng en Kwangsi
zouden opdracht hebben gekregen
een einde te maken aan de gevechten
tussen elkaar bestrijdende groepen
rode gardisten, en oproerkraaiers
zonder pardon neer te schieten.
BELGRADO (Tanjoeg) - Dc
Braziliaanse autoriteiten hebben ver
trouwelijke rapporten opgevraagd
over ongeveer 100 oud-nazi's die bi
Brazilië, Argentinië, Paraguay actief
zouden zijn. Dit meldt het Chileens
blad „Las Ultimas Noticias".
Volgens het Zuidslavische pe«bu"
reau Tanjoeg heeft Brazilië tot
stap besloten na de mysterieuze
van twee Duitsers in Rio. Een van
hen, kolonel Von Westerhagen die ffl
Rio een cursus volgde aan de star-
school, werd vermoord. Westerhagc
is volgens Braziliaanse kranten ee
actief nazi geweest.
Het tweede slachtoffer was eenc -
viel ingenieur, Helmuth Liebscne
die eveneens lid is geweest van ee
nazi-organisatie. Na zijn dood werd
Liebschers woning 'een brief gevon
den, waarin stond „Het schijnt a
Hitler mij nog steeds achtervolgt
Waarnemers in Rio geloven dat aa
de dood van beide Duitsers een con
flict tussen verschillende nazi-W»8'
nisaties ten grondslag ligt.
PAUS PAULTJS heeft toes
verleend aan een voormalij
kaanse geestelijke, die gehu
drie kinderen heeft, rooms-I
priester te worden. Dat 1
aartsbisschop van Hobart op
nië, dr. G. Young, gisteren
ven.
JAMES CALLAGHAN
JAMES CALLOGHAN, de
minster van binnenlandse
neeft „herrieschoppers" de
gegeven voor het veroorzakt
gewelddadigheden tijdens de
bet°gingen afgelopen zone
weigerde toe te geven aan o
oor meer bevoegdheen voor
tie. De eisen kwamen na ee
ging tegen de oorlog in Vietr
cü? g ,voor de Amerikaanse
Lg uden werd en uitl
werden 43 mense
resteerd en 37 gewond.
Helsinki
Stockholm
Oslo
Kopenhagen
Aberdeen
Londen
Amsterdam
Brussel
Luxemburg
Parijs
Bordeaux
Grenoble
Nice
Berlijn
frankfort
München
Ziirieh
Genève
Locarno
Wenen
Innsbruck
Belgrado
Athene
Rome
Barcelona
Madrid
Mallorca
Lissabon
weer max. té
zwaar bew.
half bew.
half bew.
licht bew.
geheel bew.
zwaar bew
geheel bew.
geheel bew
zwaar bew.
zwaar bew.
onbewolkt
niet ontv.
onbewolkt
zwaar bew.
half bew.
half bew.
licht bew.
onbewolkt
onbewolkt
half bew.
licht bew.
geheel bew
onbewolkt
onbewolkt
onbewolkt
licht bew.
onbewolkt
onbewolkt