ZWEDEN„ONVOORSTELBAAR RIJK"
.KERK EN GODSDIENST SPELEN GEEN
ROL MEER'
NIET ALLEMAAL GOUD WAT ER BLINKT
Het begrip „status" is er hoog ge-
noteerd. De buurman koopt een
jueuwe Saab of Volvo; derhalve moe
ten wij er ook een hebben. We wo
nen in een buurt waarin iedereen
een tweede huis op een van de eilan-
en, aan zee of in de bossen bezit,
we kunnen ons zo'n „stugga" eigen-
met veroorloven, maar ja we
moeten wel meedoen. Op welke wijze
koshgen de Zweden, die van zich-
kVfSgen, dat het eigenlijk té dol
'fat ze meedoen met de rage om-
d„.z„e er.geen geld voor hebben,
„n an ere statussymbolen? Kort
gced: door te schnabbelen. Tal
ginds het einde van de tweede
wereldoorlog is de bouw
nijverheid in Zweden grotendeels
geïndustrialiseerd. Het loont de
moeite kennis te nemen van de
moderne architectuur in de zo
genaamde ABC steden of in b.v.
Bredang, Skarholmen of Taby.
Een overweldigend aantal mo
derne gebouwen is de laatste 20
jaar in het land verrezen, die
getuigen van de visie en het kun
nen van de Zweedse architecten
en... van de welvaart in dit
rijkste land van Europa. Maar
op meer dan één terrein wordt
de Zweedse vormgeving als toon
aangevend beschouwd, inspire
rend voor kunstenaars over de
gehele wereld, veelvuldig nage
bootst maar zelden overtroffen.
Ongeacht of hout, klei, metaal,
textiel, glas of zilver de grond
stof vormt, gewoonlijk zal het
eindprodukt van een Zweeds ont
werper de toets der kritiek
glansrijk kunnen doorstaan en
praktisch altijd zal zijn creatie
kunstzin paren aan doelmatig
heid. Na de tweede wereldoorlog
won de gedachte kunstenaars bij
de industriële produktie in te
schakelen, snel terrein en de mo
derne vormgevingsideeën breid
den zich hand over hand uit tot
een groot aantal, ook minder
voor de hand liggende, produk-
ten. Bovendien kent Zweden nog
een springlevende huisvlijt.
I
DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 22 JUNI 1968
21 -
Zweden is een bosrijk land;
erg groot; ver weg; het is er
koud; het is zeer welvarend;
sterk geïndustrialiseerd; de men
sen zijn erg vrolijk; intelligent;
stijf; er is geen moraal, veel
dronkenschap; ze maken kwali-
teitsprodukten; op seksueel ge
bied zijn er veel uitspattingen.
Dat is zo ongeveer de beperkte
wetenschap, die men zich in ons
land heeft aangemeten over dit
mysterieuze land." Toch is het
meer dan de moeite waard zich
van dit land een beter beeld te
vormen. Hen Bollen heeft in zijn
uitvoerig boek „Zweden" (uitg.
J. Rijkhoek Den Haag) een
beeld geschetst van dit Scandi
navisch deel, dat behalve een uit
stekende gedocumenteerdheid
ook getuigt van een prettige
verteltrant. Hij beschouwde het
als zijn taak Zweden te laten
zien en niet slechts het land van
de ongenuanceerde 5 x S: Seks,
Sin (zonde), Socialisme, Smor
gasbord, Status.
(Van een onzer redacteuren)
Meer dan veertienduizend jaar
geleden was Zweden bedekt
met een duizend meter dikke
ijskap. Geleidelijk aan smolt
het ijs weg, waarna primitieve jagers
en vissers vanuit het zuiden het land
binnentrokken en het in bezit namen.
Dat was omstreeks 12.000 v. Chr. en
het is in die tijd dat de geschiedenis
van Zweden begint. Op de ijstijd
volgde een warme periode en om
streeks 3000 v. Chr. vestigden boeren
zich in het huidige Zweden; voor
namelijk in de kustgebieden, waar
landbouw en veeteelt tot ontwikke
ling kwamen, terwijl ook bosbouw
werd bedreven. Het huidige Zweden
wordt gekenmerkt door een grote
stabiliteit, zowel wat arbeidsverhou
dingen als wat politieke constellatie
betreft.
„Wat is Zweden onvoorstelbaar
rijk!" Dat is een verzuchting,
die vrijwel elke buitenlander, die het
land voor het eerst bezoekt, reeds
kort na zijn aankomst slaakt. In welk
Europees land immers heeft men zo
veel auto's, t.v.-toestellen, radio's,
telefoons, koelkasten, motorboten,
zomerhuisjes, per duizend inwoners
als in Zweden? Waar liggen de lonen
zo hoog als hier? Waar zijn de va
kanties zo lang en de sociale voor
zieningen zo veelomvattend? Waar
elders bouwt men zulke riante slaap
steden als bij Stockholm? Toch is
het niet allemaal goud wat er in
Zweden blinkt.
Voor al zijn verworvenheden moet
het Zweedse volk een hoge prijs be
talen ui.: gepeperde belastingen. Een
andere rekening, die de Zweden da
gelijks voor hun welvaart gepresen
teerd krijgen is die van de arbeids-
produktiviteit. Er moet in Zweden
hard worden gewerkt, wil men de
verworven welvaart kunnen hand
haven en kunnen afbetalen
„Spaar me voor meer loon," zei een
Zweed. Er is in het land van tevre
denheid weinig of geen sprake. Het
js b.v. geen uitzondering dat een
Zweedse huisvrouw 's morgens voor
6 uur al opstaat; het ontbijt gereed
maakt; de kinderen naar school helpt;
het huis vlug op orde brengt en daar
na naar het werk gaat, waarvan ze
Pas na zes uur terugkeert na intussen
de nodige boodschappen gedaan te
nebben.
van Zweden hebben een bijbaantje
en dat geldt voor vrijwel alle maat
schappelijke geledingen. Dat b.v. een
officier 's avonds fungeert als crou
pier in een casino of een majoor
van het leger 's zondags als gids
toeristen rondleidt geeft wel te den
ken.
TAe Zweden vinden gepeperde aan-
slagbiljetten in hun bus. Wie
minder dan 6000 kronen (kroon: on
geveer 70 cent) verdient is vrij van
belasting. Maar dan begint het. Een
ongehuwde met een inkomen van
7000 kronen per jaar betaalt aan in
komstenbelasting, inclusief premie
voor de AOW 930 kronen over 6000
kronen plus 30 pet. van het bedrag
daarboven, zijnde 1000, is 300 kronen;
derhalve 930 300 kronen 1230
kronen.
Waren er in 1950 ruim 1 miljoen
Zweden met een jaarinkomen bene
den 3000 kronen, thans is hun aantal
gedaald tot 60.000, terwijl in dezelfde
periode de inkomensgroep van 10.000-
12.000 kronen verdubbelde, die van
12-15.000 meer dan verviervoudigde,
die van 15-20.000 vertienvoudigde,
terwijl de groep met inkomens van
20-30.000 kronen achttien maal, die
met de inkomens van 30-50.000 kro
nen twintig maal en die met inko
mens van 50.000 kronen en meer
acht maal zo groot werd als in 1950.
Tedereen komt er onder de indruk
van de fraaie en eigentijdse archi
tectuur van de nieuwe woonwijken,
in en nabij de grote steden en op
het platteland. Maar de meeste
flatwoningen zijn te klein; ze bestaan
gewoonlijk uit twee kamers en een
keuken, zijn veelal voorzien van cen
trale verwarming, koelkast en vloer
bedekking, waarvan de kosten in de
huur worden doorberekend Maar
tien procent dei- bevolking staat in
geschreven als woningzoekend, waar
van een derde deel bij ouderparen
inwoont of als onderhuurder bij der
den. Ondanks een schreeuwend hui
zentekort gaan de stedebouwkundi
gen in Stockholm echter onvermin
derd voort met hun reconstructie
plannen van de binnenstad, waarvoor
honderden huizen worden afgebro
ken, maar waarvan men de weerga
elders nauwelijks kent. (Opvallend
is echter dat de meeste Zweden bui
ten de hoofdstad een afkeer hebben
van de leefsfeer in Stockholm.) Voor
een juiste oordeelsvelling moet echter
rekening worden gehouden met de
gemiddelde gezinsgrootte, die in Zwe
den 2,8 procent lager ligt dan in
de meeste Westeuropese landen, zo
dat op het totaal der Zweedse bevol
king een groter aantal huizen nodig
is dan in landen waar de gemid
delde gezinsgrootte hoger ligt. Op
1 miljoen inwoners heeft Zweden
360.000 gezinnen tegen b.v. Neder
land 280.000, hetgeen betekent dat
Zweden in totaal 450.000 meer woon
eenheden per 7,5 miljoen inwoners
benodigt ook al kunnen deze hui
zen kleiner zijn dan in Nederland.
J)e sociale structuur van dit land
wordt wel gekarakteriseerd als
zijnde de gulden middenweg tussen
socialisme en kapitalisme en het is
deze middenweg (met vraagtekens)
die er toe geleid heeft, dat Zweden
zichzelf beschouwt als het land met
de beste sociale voorzieningen in
Europa. Hoeveel zegeningen de so
ciale politiek in Zweden ook heeft
gebracht wat betreft het geboorte
cijfer kan men niet zeggen dat zij
heeft geleid tot realisering van haar
doelstellingen. Daarbij mag niet over
het hoofd gezien worden dat men
in Zweden van oudsher op een ho
gere leeftijd dan elders in het hu
welijk treedt. Iri 1962 de laatst
beschikbare cijfers was de gemid
delde leeftijd waarop mannen in hel
huwelijk traden 26,8 jaar en voor
vrouwen 23,8 jaar. Daarbij komt nog
dat in Zweden minder huwelijken
gesloten worden dan in andere lan
den.
Als er één sector van het pakket
aan sociale voorzieningen is
waarin Zweden toonaangevend ge
noemd mag worden dan is zulks het
geval op gebied van de oudedags
voorzieningen. Het oudedagspensioen
bestaat uit twee soorten: het basis-
(staats) pensioen voor het gehele volk
en het aanvullend (ATP) waarin zo
wel loontrekkenden als zelfstandigen
kunnen delen, evenwel met een we
zenlijk verschil ten aanzien van de
premiebetaling.
Het basispensioen wordt uitgekeerd
bij het bereiken van de 67-jarige
leeftijd (in de naaste toekomst bij
65 jaar) en is onafhankelijk van het
genoten loon, maar wel gekoppeld
aan hei. prijsindexcijfer zoals in Ne
derland met de AOW het geval is.
De uitkeringen bedragen 4755 kronen
voor ongehuwden en 7410 kronen
voor een echtpaar (1967). Het ATP
is afhankelijk van het inkomen tus
sen het 16e en 65e levensjaar en het
is gebaseerd op de 15 jaar dat men
op de top van zijn inkomen stond
met een maximum van 41.250 kronen
per jaar. De werkgevers sluiten bo
vendien af (en betalen volledig de
premies) de collectieve levensverze
keringen voor hun werknemers.
Neemt men daarbij nog in aanmer
king dat Zweedse werknemers vier
weken betaalde vakantie per jaar
genieten, dan is het zonder meer
duidelijk dat zij ten aanzien van hun
buitenlandse collega's in een bij
zonder gunstige positie verkeren,
maar ook dat hun werkgevers voor
zware lasten staan; hetgeen men aan
de Drijzen kan merken!
2Jweden is een socialistisch land.
Echter niet in de zin van het
staatsbestel in Oosteuropese landen,
noch wat de economie betreft in de
zin dat handel en industrie er gena
tionaliseerd zouden zijn. Het is een
constitutionele monarchie met een
parlementair stelsel. Sedert het be
gin der dertiger jaren zijn de socia
listen er aan de macht of hebben
deel uitgemaakt van een coalitie
regering. Maar de laatste verkiezin
gen geven andere richtingen aan,
waarbij de conservatieven in Yngve
Holmberg en de communisten in Carl
Hermansson energieke leiders hebben
gevonden. Eeuwenlang heeft de
Zweedse economie voor een belang
rijk deel gedreven op agrarische pro
duktie. Kort voor de eeuwwisseling
begon er zich een verandering te
voltrekken die het land tot een in
dustrieel land heeft veranderd.
Wie over Zweden vliegt, zal
behalve dat hij getroffen wordt
door het enorme aantal meren en
uitgestrekte bossen ook constate
ren dat er weliswaar enige grote
industriële centra zijn, maar dat
daarnaast met grote zorgvuldigheid
gestreefd is naar decentralisatie van
de industrie. De houtrijkdom is er
enorm. Ruim 50 pet. van de totale
oppervlakte bestaat uit bossen en
de' houtvoorraad op stam wordt ge
taxeerd op 75 miljard kubieke voet
Zweden voorziet vrijwel in de gehele
Nederlandse behoefte aan timmer
hout; van de produktie van hard
board neemt het land 13 pet. van
de wereldproSuktie voor zijn reke
ning.
Een tweede grondstof van beteke
nis is ijzererts. Momenteel neemt
Zweden 5 pet. van de wereldpro-
duktie voor zijn rekening. (Tegen 40
pet. in het midden der 19e eeuw) en
met 20 pet. van de wereldexport
staat het land op de tweede plaats
achter Canada. Op de wereldrang
lijst van landen die schepen expor
teren neemt het de tweede plaats in
en staat na Japan en Groot Brittan-
nië als producent op de derde plaats.
Ook de chemische industrie is er ge
weldig in opmars. De Zweedse tex
tiel wordt steeds meer een begrip
buiten de grenzen en als de EEG-
exportproblemen niet zo'n remmende
factor zouden zijn, zouden auto's als
Volvo, Saab en Scania Vabis al in
ruimere mate op het wereldvlak rij
den. De belangrijkste fabrieken in
Zweden zijn SKF, Volvo, ASEA,
Ericsson, STAB, Cementgjj teriet,
Scania Vabis, Alfa-Laval, SAAB,
Electrolux, Grangesberg, Stora Kop-
parbqrg, SCA en Svenska Metall-
verken (in volgorde van omzet-
grootte).
De totale groei van de Zweedse
produktiviteit (tot '70 met 4,2 pet.
toename per jaar), is niet zozeer het
resultaat van meer mankracht als wel
van verhoogde efficiency in de be
drijven. De gemiddelde produktie per
werkuur ligt momenteel 80 pet. ho-
ger dan in 1946. Zweden voert een
resolute politiek van vrije handel en
gezien van internationaal standpunt
hanteert het land zeer lage tarief
muren. Tussen haakjes: ons land is
Zwedens grootste olie-leverancier en
andere belangrijke Nederlandse ex-
portprodukten zijn groenten, chemi
caliën, medicijnen en farmaceutische
artikelen, plastics, textielgarens,
vloerbedekking en machinerieën.
yan de 7,7 miljoen inwoners was
in 1966 iets minder dan de helft,
nl. 3,8 miljoen in het arbeidsproces
ingeschakeld. Voor mannen bedroeg
het percentage 61, dat voor vrouwen
was 26. Door de hoge levensstandaard
is Zweden voor veel buitenlandse
werkers een ware trekpleister geble
ken (170.000). Op 1 januari '69 zal
de werkweek van 45 tot 42,5 uur zijn
teruggebracht.
vyanneer men als Nederlander zijn
gedachten laat gaan over de
Zweedse cultuur, dan denkt men
gewoonlijk op de eerste plaats aan
de Zweedse film (Bergman, Görling,
Mai Zetterling', Troell, Kylberg, Ers-
gard etc.), Natuurlijk zijn in het
literaire vlak namen als Selma Lager-
löf, Strindberg, Lagerkvist bij ons
niet onbekend en ook de Zweedse
architectuur en industriële vorm
geving hebben tot buiten de lands
grenzen vermaardheid verworven.
Maar toneel, muziek, schilder- en
beeldhouwkunst van de Zweden zijn
voor ons grotendeels onbekend ter
rein. Om iéts aan te stippen: Sedert
het begin van de 20e eeuw bezitten
de grote steden symfonieorkesten.
Naast de drie meest bekende ensem
bles te Stockholm, het Koninklijk
Opera Orkest, het Stockholm Filhar
monisch Orkest en het Radio Orkest,
zijn er in de 5 grote provinciesteden
vaste symfonieorkesten en daarnaast
over het gehele land verspreid een
zestigtal ensembles, gevormd door
beroepsmusici en amateurs.
T ange tijd heeft Zweden nauwelijks
beeldende kunstenaars van inter
nationale allure gehad. De expositie
„jonge kunst" te Stockholm in 1947
betekende een van de meest opmer
kelijke revoluties in de geschiedenis
van de Zweedse kunst (Lennart Ro-
dhe, Lage Lindell, Pierre Olofsson
en Carl Axel Pehrson). Paul Klee
gold toen als het idool. Zonder enige
twijfel kan Carl Milles genoemd wor
den als Zwedens internationaal meest
naar voren komend beeldhouwer.
Men kan in het land zelf geen stad
of stadje noemen zonder dat op een
van de meest imposante pleinen een
beeld of beeldengroep van Milles
prijkt. Behalve Arne Jona en Palle
Pernevi zijn momenteel te noemen
Asmund Arle, Per Olof Ultvedt, Elis
Eriksson en Eric Olson.
Zweden heeft drie toneelscholen,
die jaarlijks ongeveer 60 actrices en
acteurs afleveren, terwijl het theater
leven ondanks hoge subsidies
onafhankelijk opereert. Strindberg,
Bergman, Söderberg, Hedberg, Si-
wertz, Dagerman, Almquist, maar ook
Miller, WHliams, Albee. Pinter. Wes-
ker, Ionesco, Becket etc. worden er
gespeeld.
2 wed en heeft de wereld verschil
lende grote mannen geleverd.
Van Carl von Linné (Linnaeus) tot
Selma Lagerlöf, van Sven Hedin tot
Dag Hammarskjöld en van August
Strindberg tot Alfred Nobel.
Ook in Zweden is de laatste jaren
van het onderwijsstelsel op de hel
ling gezet, waarvan de hervorming
Moderne stadswijk in Orebrö.
in '73 geheel voltooid zal zijn.
De leerplicht eindigt wanneer de leer
ling 16 jaar wordt. Financiële rege
lingen zijn uiterst ruim, zodat ieder
een overeenkomstig zijn capaciteiten
kan studeren. Er zijn 5 universiteiten.
De oudste is in Upsala (1477) en de
jongste te Umea, terwijl de anderen
gevestigd zijn te Stockholm, Göteborg
en Lund. Het aantal studenten neemt
er ook sprongsgewijs toe. Zweden
kent wel een numerus clausus, nl.
voor de technische, medische en voor
enige natuurwetenschappelijke facul
teiten.
TAe pers geniet in Zweden meer
vrijheid dan in enig ander demo
cratisch land. Daartoe hoort ook het
volledig gegarandeerd recht op ano
nimiteit. Het is zelfs een hoofdredac
teur of redacteur verboden dat hij
zijn bronnen prijsgeeft aan politie of
justitie. De Zweden zijn een volk van
krantenlezers: op elke 100 inwoners
worden dagelijks 55 dagbladen ver
kocht en de 25 populaire weekbladen,
die er verschijnen hebben een oplage
van ruim 5 miljoen. Er heerst een
felle concurrentiestrijd bij de dag
bladen onderling. Het peil is zeker
wat de grote bladen betreft behoor
lijk al is de stijl wat droog. De kran
ten besteden bijzonder veel aandacht
aan sport en kunst, maar de „brieven
aan de redactie" zijn zeer pover.
In Zweden behoort het niet tot de
goede manieren de krant te vertellen
wat men van een bepaalde publi
catie vindt.
JJoordat het Zweedse volk dicht bij
de natuur leeft legt het een
grote voorliefde voor het buiten
leven aan de dag. Als weinig andere
lahden mag Zweden zich verheugen
in een daadwerkelijke belangstelling
van de zijde der overheid voor sport.
Er zijn bijna 4000 atletiekbanen, 130
kunstijsbanen, waarvan 15 overdekt,
110 overdekte zwembaden en 60 ver
warmde buitenbaden, meer dan 200
sporthallen etc. De Zweedse gym-
nastiekbond telt 200.000 leden en is
daarmee op een na de grootste sport
organisatie van het land.
Vfegen van de tien Nederlanders,
aan wie je je voornemen ken
baar maakt je vakantie in Zweden
te gaan doorbrengen, schudden mee
warig het hoofd. Er zijn wel ver
klaringen te geven voor deze mis
vatting. Een vakantie in Zweden is
anders dan elders, maar een verade
ming tegenover de overvolle en com
merciële toeristenlanden. Rust en
ruimte, de sensatie van de zomer
nachten met hun wonderlijk licht,
en zo langzamerhand zeker ook
betaalbaar. Het is de moeite waard
zich daaromtrent te oriënteren. En
als u het wijze besluit genomen hebt
om het „te proberen" lees dan eerst
het boek van Hen Bollen „Zweden".
De (zeer) verkorte samenvatting die
u hier aantreft geeft misschien al enig
idee dat u dan goed en prettig bent
ingelicht over een land, waarvan de
werkelijkheid uw verwachtingen zal
overtreffen. Goedkoop houttransport.
am, e HeIp de Jeugd
de dr<tnk. (affiche)
„fcerk en godsdienst" zo zegt
een Zweedse dominee, „spe
len in het leven van de over
grote meerderheid van mijn
landgenoten geen rol meer.
Slechts 2 procent gaat regelma
tig op zondag naar de kerk. Uit
traditie wordt echter nog altijd
95 procent van de baby's ge
doopt en 80 procent van de jon
gelui wordt op hun 18e jaar be
vestigd als lidmaat van de Lu
therse kerk en 60 procent van
de huwelijken kerkelijk geslo
ten. Nog altijd staat 95 procent
van de Zweden ingeschreven als
lid van de Staatskerk, maar
daarnaast zijn er ongeveer tien
kerkgenootschappen, terwijl de
katholieke kerk ongeveer 40.000
leden telt, van wie slechts 30
procent de Zweedse nationaliteit
bezit. Voor een oordeelsvelling
inzake moraliteit in Zweden kan
men niet volstaan met het reli
gieuze patroon, noch met wat
uiterlijke en daardoor opper
vlakkige observaties van de ge
dragingen der Zweden. Wie wat
langer in Zweden vertoeft, zijn
ogen de kost geeft en zijn oren
te luisteren legt bij ouders, op
voeders, geestelijken, maatschap
pelijke werkers èn de jongelui,
komt tot het inzicht dat de uit
de band springende jongelui
slechts een gering percentage
vormen van de totaliteit. Maar
veel eerder dan in andere lan
den mogelijk was werd in Zwe
den gesproken en geschreven
over zaken die verband houden
met de seksualiteit, waaraan het
open en eerlijk karakter van de
Zweden ten grondslag moet lig
gen. Vroegtijdig werd in dit land
al ingezien, dat wil men frus
traties bij de jeugd vermijden
er op onomwonden wijze ope
ning van zaken op dit gebied
diende te worden gegeven. Toen
in andere landen, Nederland
niet uitgezonderd, seks of seksu
aliteit zaken waren waarover in
het bijzijn of ten overstaan van
kinderen niet of met grote
schuchterheid werd gesproken,
werd in Zweden reeds seksuele
opvoeding op de scholen inge
voerd. Reeds in 1940 verschenen
de eerste handboeken over sek
suele voorlichting ten behoeve
van het onderwijzend personeel.
In het voorwoord van het „Hand
boek seksuele voorlichting op
Zweedse scholen" staat o.m. „Het
doel van seksuele opvoeding op
Zweedse scholen is, biologische
voorlichting te geven en kennis
te verstrekken op een manier
die niet alleen zal helpen de
jeugd idealen bij te brengen,
maar die ook karaktervormend
zal zijn. De instructie moet op
een ethische basis gefundeerd
zijn."
Van de mogelijkheid tot le
gale abortus wordt in Zweden
op ruime schaal gebruik ge
maakt. In 1965 werden 6000 ge
vallen (ruim 80 procent van de
aanvragen) ingewilligd. Er zou
nog veel over dit thema te zeg
gen zijn. Over de schrikbarende
toename van het aantal ge
slachtsziekten, over het adres
van 140 artsen aan de regering
waarin zij hun verontrusting
uitspreken over een aantal ver-
schijnselen. Maar er wordt over
dit onderwerp zoveel gesproken
en geschreven en krijgt aller-
wege zoveel aandacht, dat de
jeugd bij wie de gave des
onderscheids nog in ontwikke
ling is het spoor is bijster ge
raakt.
Wat het alcoholgebruik betreft
neemt Zweden op de wereld
ranglijst de 9e plaats in (Ne
derland de 15e). Het aantal stil
le drinkers neemt er hand over
hand toe. Ook de handel in ver
dovende middelen wordt er ge
kenschetst als een „gevaarlijke
epidemie". Preludine en empha-
lamine zijn de meest gebruikte
middelen en alleen Stockholm
kent vele duizenden verslaafden,
zowel kinderen van 14 jaar als
volwassenen. Vooral de Klara-
buurt in Stockholm (waar in '65
de Nederlander Henk Drost werd
vermoord) is een berucht tref
punt. Op scholen worden er te
gen-acties ondernomen, maar van
een georganiseerde aanpak is
nog geen sprake.