Adriaan Roland Holst
Jeroen Krabbé gaat bij Ensemble spelen
Piet Bulthuis
in Den Haag
Bij gelegenheid van zijn zestigste
verjaardag, nu dus twintig jaar
geleden, begonnen de verzamelde
werken te verschijnen, waarvoor hij
bekroond werd met de Constantijn
Huygensprijs. Nieuwe erkenning
vond hij in 1965 op het Muiderslot
toen het gedicht „Late telgen" voor
WAT. wij nu van hem te zien
krijgen, loopt over een vier
jarige periode: 1964 tot 1968;
landschappen, stadsgezichten en
stillevens, de traditionele onder
werpen van de oudere mensen,
welke echter, vooral in de laat
ste vier, vijf jaren, toch weer
door veie jongeren gekozen worden
als medium voor hun schilderkun
stige expressies. Speciaal voor
het woeste, grootse berglandschap
van de Dolomieten heeft Bulthuis
een voorkeur en hij heeft een aan
tal naturalistische afbeeldingen ge
maakt waarop het ongenaakbare,
donkere, weerbarstige en onher
bergzame van die rotsmassieven
goed tot hun recht komen. Het
zouden zelfs zeer geslaagde schil
derijen genoemd kunnen worden,
ware het niet dat de luchten, van
zoveel belang in deze natuurtafe
relen, nogal uit de toon vallen en
zelfs hier en daar wat onbeholpen
aandoen. Bulthuis doet het veel
beter met egaal-blauwe zomerhe
mels boven zijn zuidelijke steden,
DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 25 MEI 1968
Op 23 mei 1888 werden op
de Stadhouderskade 132
te Amsterdam de commis
sionair Adrianus Roland
Holst en zijn vrouw Maria Elisa
beth van Tijen verblijd met de
geboorte van hun eerste zoon,
die de naam van zijn vader
kreeg. Men behoeft geen groot
rekenmeester te zijn om te be-
gn\?en, dat deze Adriaan junior
donderdag tachtig jaar is gewor
den. In zijn lange leven heeft hij
zich ontwikkeld tof de prins der
Nederlandse dichters.
J-|et begon al in 1908 toen hij, na
een korte studietijd te Lausanne,
als twintigjarige student te Ox
ford veertien gedichten in „De XXe
eeuw" geplaatst kreeg. De redac
teur, Lodcwijk van Deyssel, schreef
hem bij die gelegenheid: „Ik wensch
u geluk met uw dichterschap". Drie
jaar later uit Engeland terugge
keerd, debuteerde Adriaan met de
bundel „Verzen", die o.a. enkele
prachtige minneliederen bevat.
gelangrijker was „De Wilde Kim"
van 1925, een boek vol weemoed
en troosteloosheid en somber nood
lot. Titels als De Verlatene, De
Zwerver, De Eenzelvige, Het On
weer, zeggen genoeg. De dichter
zocht naar bevrijding van 'n zware
doem, hunkerde naar liefde en ge
luk, maar verviel niet in een volko
men fatalisme.
Pen voortreffelijk prozawerkje uit
deze periode was het essay „Over
den dichter Leopold", door Roland
Holst „de grote stille Meester" ge
noemd, met wie hij in wezen sterke
overeenkomst vertoont.
Twee verhalen bracht hij samen in
„Tusschen vuur en maan", een com
binatie, die herhaaldelijk in zijn
werk terugkeert. In „De Afspraak"
lezen we b.v.: „Wie, tusschen maan
en vuur, zou het teeken geven?";
„het jubelen, niet ver en niet luid,
dat ik eens hoorde tusschen maan
en vuur" enz.
De twee genoemde boeken zijn be-
invloed door de Keltische mytho
logie en religie, waarmee Roland
Holst tijdens een verblijf in Ierland
had kennis gemaakt. Ook met de
bewerking van „Deirdre en de zo
nen van Usnach" had hij deze sym
pathie tot uiting gebracht. Vele
motieven uit het mystieke symbo-
lenarsenaal van Roland Holst treft
men eveneens aan in „Voortee
kens", dat ook weer twee proza
stukken bevat.
Pen hoogtepunt lijkt ons „Een win
ter aan zee", dat èn naar de in
houd èn naar de vorm een wending
betekent in het poëtisch oeuvre.
Het is geschreven in een taal, die
slechts voor poëzie-gevoeligen toe
gankelijk is, en ook zij zullen er
nog moeite mee hebben in de ver
beeldingswereld van de dichter
door te dringen. Hij heeft dat zelf
ook ingezien toen hij schreef:
Zij voorspelden mijn lied
ijl einde in leegte en koude
Maar zij begrepen niet
wat heimwee kan: tot wonden
verhevigt het verouden
oog en oor, en brandschat
de taal, om te doorgronden
wat de wereld vergat.
Met deze verzenbundel verwierf hij
de zesjaarlijkse prijs van het D. A.
Thieme-fonds.
Pen steeds groeiende verwant
schap met de Ierse dichter Wil
liam Butler Yeats en diens bijna
onverstaanbare geheimtaal open
baarde zich in „Onderweg". Voor
het grote gedicht „Heiena's inkeer"
ontving hij in 1945 een regerings
prijs. Het is een hels visioen, waar
in de dichter het vergaan van de
geciviliseerde wereld ten gevolge
van de tweede wereldoorlog voor
ziet naar analogie van de oorlog
tussen Grieken en Trojanen, waarin
de schone Helena zo'n belangrijke
rol heeft gespeeld. Spenglers on
dergangsgedachte heeft hem hier
bij stellig voor ogen gestaan. Bij het
naderen der bevrijding schreef hij
„Een winterdageraad".
Jn 1946-1947 maakte de dichter een
vakantie- en goodwill-reis door
Zuid-Afrika. Op de heenreis per
„Oranjefontein" kwam hij in ge
sprek met enkele leden van de
Congregatie der Zusters Missiona
rissen van Onze Lieve Vrouw van
Afrika. Deze ontmoeting was voor
hem aanleiding tot het schrijven
van een uitzonderlijk gedicht, dat
verscheen in de „Kroniek van de
Witte Zusters", en waarvan de laat
ste drie strofen luiden:
Gij zijt op weg uw leven te gaan
wijden
ver van de vree der Hollandse
natuur
aan vele simplen om hen te be
vrijden
tot de verrukking van Gods eigen
uur.
Gij hebt van genen dichter 't
woord van node:
een hoger Woord heeft u van heil
vervuld.
Maar in uw taak zij needrig u
geboden
een dichterwens: dat Gij niet fa
len zult.
En gij: bidt voor de dichters, die
vervielen
aan die twee rijken van blind wel
en wee:
de wildernis der menselijke zie
len
d'onmenselijke wildernis der zee.
Mit deze verzen en uit die rond
de tweede wereldoorlog blijkt,
dat Roland Holst zich ook door de
actualiteit liet inspireren. Men den-
ke aan het bekende verzetsvers
„Holland stinkt naar de N.S.B.".
Ook „Eigen achtergronden" kan
men zien als een verzetsdocument,
waarin de dichter de spot drijft met
de ontzielde bedienaar van de ma
chine, waarmee hij duidelijk Hitier
bedoelde. Het tragisch verscheiden
van twee vrienden bracht hem tot
het ontroerende „In memoriam
Charles Edgar du Perron et Menno
ter Braak".
de P. C. Hooftprijs in aanmerking
kwam. Aan onderscheidingen dus
geen gebrek. Nadat hij in 1958 de
zeven kruisjes bereikt had, werd
hij door de regering bij monde van
minister J. Cals geridderd. De ge
meente Bergen (N.H.), waar hij al
42 jaar woonde, verleende hem het
ereburgerschap. Onder redactie van
Bert Bakker, prof. Hellinga en Bert
Voeten bezorgden de maandbladen
Maatstaf en De Gids samen een
waardevol hulde-nummer.
Hoe de dichter zelf oordeelt over
aardse roem kan men opmaken uit
dit kwatrijn, dat te lezen staat in
de bundel „In gevaar":
Roem fnuikt de kracht waaraan
fiij zich ontbrandt
Zie er van af: rang, graden aller-
hand,
zie er van af: voorkom, dat QV
als 't laat wordt
zo leeg blijft als een volle prul-
Iemand.
'Toch was de man, die de veelom
streden tekst leverde voor het
bevrijdingsmonument op de Dam
in de hoofdstad, nog niet aan het
eind van de reeks onderscheidingen,
want eind 1959 mocht hij uit handen
van koning Boudewijn de drie-jaar-
lijkse Prijs der Nederlandse Lette
ren ontvangen, een bekroning, die
slechts aan de allergrootsten wordt
toegekend. Tenslotte kreeg hij de
Poëzieprijs van de gemeente Am-
ster voor de bundel „Omtrent de
grens".
We wensen de tachtigjarige, aristo
cratische, strijdbare, charmante,
hulpvaardige dichter, de enthousi
aste wandelaar en fietser, de nij
vere, briefschrijver en geestige cau
seur nog heel veel jaren in goede
gezondheid toe.
WILLEM v. d. VELDEN
Acteur Jeroen Krabbé (24) is
een geweldig creatief man.
Hij levert opvallende pres
taties op het toneel, voor
oe film en voor de tv. Hij bezit
Bovendien veel gevoel voor re
gisseren, schilderen en tekenen.
™i kan zich óók nog ontwerper
van een decor(tje) noemen. Je
roen oordeelt het verstandiger
okenen als hobby te hebben
«n als beroep. Bij het toneel
valt meer brood te verdienen,
lll net geen dikke boterham
Deze zoon van schilder - peda-
goog - schrijver Maarten Krab-
sri-o6? ^f^aalster - schrijfster Mar-
L ™iss vindt het niet alleen
:,f ek,. gezien prettig, maar te-
lrJr?8 fmancieel bepaald noodza-
regelmatig een t.v.-rol te
Ptoen. Laat een acteur van-
nvu Pecunia ook rustig in tv-
n„ 2?es en advertenties verschij-
ken acteur werkt zeker 26 da-
vroetr^naand van 's morgens
Veel s avonds laat: hij maakt
man 111:611 dan een timmer-
ooch ontvangt veel minder.
K^wt beheerst het leven in hui-
vaar kortgeleden
Martijn z(jn intrede deed.
Voor haar huwelijk werkte Jeroens
vrouw Herma bij Maarten Toonder
om o.a. aan heer Bommel en Tom
Poes gestalte te geven. Zij maak
te ook al eens kostuums voor een
van Jeroens produkties bij het stu
dententoneel.
Jeroen vindt het bestaan van
amateurtoneel zeer belangrijk.
De amateurs ondervinden hoe
moeilijk het is om goed toneel te
spelen: zij vormen een belangrijk
deel van het publiek dat naar be
roepstoneel komt kijken. Onze gast
heer twijfelt eraan of de televisie
ertoe bijdraagt de kijkers dichter
bij toneel te brengen. Zij worden
door de „thuisbezorging" zo laks!
Dat er zo weinig geslaagde tv-spe-
len zijn, draagt er al evenmin toe
bij. De slechte tv-produkties wijt hij
vooral aan tijdgebrek: het is vrij
wel onmogelijk in 3 weken een
stuk voor te bereiden. De spelers
moeten soms wel eens met de pet
ernaar gooien. Anderzijds drukt hij
zich eufemistisch uit door te zeg
gen, dat er „niet zo veel" goede
tv-regisseurs zijn. Zelf staat hij
graag voor de tv-camera, die hem
uit de toneelsleur haalt (vooral
als hij op de planken speelt in een
stuk dat lang gaat).
T'elukkig is er een verandering
gaande en wordt er op de to
neelschool aandacht aan televisie-
en filmwerk gewijd", zegt Jeroen,
die het een hele eer vindt zelf
sinds kort op de Amsterdamse To
neelschool toneelspellessen te mo
gen geven- „Nederland gaat steeds
meer films produceren en dan
moet een acteur maar kunnen
filmspelen. Het is ook voor een
filmacteur zeker belangrijk een to
neelopleiding te bezitten. Het film
werk heeft echter niets met toneel
te maken. Een filmrol moet je als
het ware van achter naar voren
kennen, want alle shots gaan kris
kras door elkaar. Een andere er
varing van mij is dat meewerken
aan een film hoofdzakelijk wachten
is. Ben je uiteindelijk aan de beurt
dan kun je na 5 minuten ver
trekken.
„Jk ben zeer geïnteresseerd in po
litiek", vertelt gastheer Krab
bé. „Ik lees vooral beschouwingen
over buitenlandse politiek, omdat
die ook invloed uitoefent op ons
land. Ik heb een maand lang mee
gespeeld in een door Annemarie
Prins opgezet programma over
feiten en gebeurtenissen in Viet
nam. Ik heb me tevoren terdege
over de Vietnamkwestie georiën
teerd om een eigen mening té
gen de aanwezigheid van Amerika
in Vietnam te kunnen vormen.
Ik voelde dat ik moest meewer
ken. Ik vuurde allerlei vragen op
het publiek af, o.a. de vraag wat
men onder vrijheid verstaat. Ik
zag op een avond een man oprij
zen en zeggen: weglopen als je daar
zin in hebt. En hij vertrok.
Drie kwartier achtereen somde
Jeroen onder toenemende doodse
stilte in de zaal getallen op:
getallen van voor vliegtuigen beno
digde schroefjes, rijstoogsten, ge
wonden, gesneuvelden, concentra
tiekampen enz. Velen vonden dit
programma-onderdeel het meest
Wanneer een kunstenaar in
Den Haag zegt dat hij
nog bij Kleykamp geëx-
poseeid heeft, is dit ter
stond een aanbeveling. Want in
die oude deftige tentoonstellings
zaal, recht tegenover het Vredes
paleis (Couperus hield er zijn
befaamde lezingen uit eigen
werk), kwam niemand binnen of
zijn werk moest aan scherpge
stelde eisen voldoen. Welnu, Piet
Bulthuis, de zeventigjarige schil
der uit Middelburg die nu zijn
werken in Panorama Mesdag
presenteert, heeft in Kleykamp
tentoongesteld, in de stad waar
hij ook zijn artistieke opleiding
kreeg aan de niet minder be
faamde Koninklijke Academie
voor Beeldende Kunsten.
waarvan hij de karakteristiek heel
scherp naar voren brengt. Dit is
een factor, die zijn stijl kenmerkt
en hem een eigen cachet verleent;
alles staat er zéér nadrukkelijk
op afgetekend, er blijft niets te
vermoeden over; er is in zijn pic-
turaal-rechtzinnige methode geen
sprankje poëzie van de subjecten
zelf te vinden. En dat maakt 6011
soms zonderlinge indruk.
JTIGENLIJK is Bulthuis een
perfecte tekenaar met verf en
met dit pigment volgt hij de na
tuur eveneens op de voet. De stil
levens, zij zijn te beschouwen
als didactische causerieën over
deze bloemen, dat fruit, die schaal
tjes en het kleed waarop ze ge
plaatst zijn, ook weer: zonder dat
we aangedaan worden door de poë
zie van de bloemen zelf. Het is
net of de schilder een afstand be
waard heeft tussen het onderwerp
en zijn peinturale verwerking daar
van. En toch boeien deze doeken
het °og door hun zuiver lijnen- en
kleurenspel, toch hebben we hier
te maken met kunst van een ze
ker voornaam gehalte, waarin de
figurenrealisatie blijft domineren.
QNDER glas liggen een aantal
kleine tekeningen, voornamelijk
van Veere, ook wat bloemen en
„dode dingen", en dan zien we
opeens de grote verandering: Bult
huis heeft zijn hart er middenin
geplaatst: wat we bij de oliever
ven missen, is hier overvloedig
aanwezig: de romantiek, het diep-
doorvoelde „heimliche" (excusez
du Germanisme....) van zo'n ou
de toren, van het haventjé, van
een nederig boeketje of wat bi
zarre vogelskeletjes. Zo met een
verre glans van de houtgravures
uit de vorige eeuw, waarin op
meesterlijke wijze met het licht
en donker werd gespeeld. De col
lectie wordt gecompleteerd door
een paar zeer zuivere blanke por
tretten. Te zien tot en met 2 juni.
JAN VERHEYEN
PIET BULTHUIS: Calle 6
(Palma de MaHorca)
aangrijpende van de hele avond.
£)e cijfers is Jeroen weer ver
geten- Zijn interesse voor de
politiek is echter door dat Viet-
namprogramma extra aangewak
kerd. Hij vindt het jammer dat hij
weinig jonge mensen met dezelfde
belangstelling ontmoet. Toch wordt
er buiten de repetities om tussen
de acteurs menig politiek debat ge
voerd. Al zijn zij het in de politiek
niet altijd eens met elkaar, met
andersdenkenden kan Jeroen toch
heel goed samenwerken.
^iemand twijfelde ooit aan de
studierichting welke Jeroen
zou inslaan. Hij schilderde van
jongsafaan veel, dus zou hij wel
schilder worden. Zelf had hij van
af zijn zesde jaar echter in het
hoofd, toneelspeler te willen wor
den. Toch ging hij na de mid
delbare schoolopleiding naar de
kunstnijverheidsschool. Dat was
echter omdat Jeroen nog te jong
was voor de toneelschool. Hoewel
hij na 'n jaar met prachtige cijfers
overging en voor de toneelschool
eigenlijk nog een jaar te jong was,
deed hij daar toch zijn intrede.
Met zijn 5 klasgenoten vormde hij
er een prima team: zij verwierven
gezamenlijk de Top-Naeff-prijs.
^an het buiten - de stad - spelen
heeft Jeroen (met vooral ambi
tie voor 'n rol _- met - veel - vlees)
nog steeds niet kunnen wennen.
Juist dat reizen maakt het acteurs
leven zo vermoeiend. Komt daar
bij dan nog repetitie-, regie-, film
en tv-werk, dan kan alles te zamen
echt wel eens te veel worden. Van
ander soort reizen houdt onze gast
heer wel. Behalve korte reisjes
naar Londen om toneel te gaan
zien, zijn er ook lange vakantie
reizen door het echtpaar Krabbé ge
maakt. Zo reed Jeroen vorig jaar
twee maanden door de Balkan en
legde hij met dolveel plezier ruim
10.000 km af. De eerste 1200 km
daarvan op de eerste dag nadat hij
zijn rijbewijs in handen kreeg.
Jeroen verzucht en passant dat
het toch treurig gesteld is met
Amsterdam: een wereldstad met
slechts één echt theater- Als er
over toneelvernieuwing gedacht
wordt, dan zou allereerst de crea
tie van enkele Amsterdamse
schouwburgen op het programma
moeten staan. Onze gastheer, die
Amsterdam als woonplaats graag
in ere houdt, gaat als acteur Am
sterdam in het komend seizoen
verruilen voor Eindhoven om zich
te voegen bjj het nieuwe Ensemble
van Ton Lutz. Vooral op jeugdige
leeftijd wil hij zich niet te lang
vastbijten in hetzelfde gezelschap.
'TJ-