COMPUTER: dienaar of meester? door professor DONALD MICHIE -Ju beri HET is een tijd lang gebrui kelijk geweest de soeiale uitdaging van computers onder het vloerkleed te vegen met de ferme verzekering dat zulke machines niets anders dan „snel werkende idioten" zijn. Vandaag zijn er echter computers, die kunnen dam men op een behoorlijk clubni veau, die moeilijke logische problemen oplossen, die saaie maar draaglijke muziek com poneren, die bibliothecarissen overtreffen in het terugvinden van bepaalde informatie, die Russisch in bruikbaar steen kool-Engels vertalen en die al lerlei andere veeleisende ta ken van niet-numerieke aard verrichten. Het is duidelijk, dat als we ons menselijk zelf respect tegen de nieuwe golf van machinaal talent willen be schermen, wij dit op een an dere manier moeten doen dan door over idioten te praten. GESPREK LEREN LIJSTJE TAKEN DAGBLAD DE STEW DE MACHINE WORDT INTELLIGENT Mijn eigen onderzoek als weten schapsman is er op gericht compu ters te leren geen idioten te zijn en daarvoor algemene regels te vin den. Ik ben tamelijk optimistisch, als dat het juiste woord is, over de vorderingen in onze eigen en in an dere laboratoria, in Engeland en andere landen. Ik ga even in op het woord „optimistisch", omdat veel mensen zich erg ongerust maken over het doel van ons werk. Als zij te horen zouden krijgen dat tegen het eind van de jaren zeventig de eerste intelligente machines in ons midden zullen zijn, zouden ze niet optimistisch gestemd worden, maar somber en angstig. Ik zal nu nog niet ingaan op de vraag of er een rechtvaardiging is voor schrikbeel den als ontmenselijking van het le ven, massale werkloosheid onder hoofdarbeiders, verstikking van de mens door een teveel aan vrije tijd, robot-spionnen en „dunkpolitie" maar eerst iets gedetailleerder be kijken wat onder intelligentie van een machine wordt verstaan. Het probleem hoe een machine moet worden getest om uit te ma ken of zij intelligent is, werd voor het eerst gesteld door de grote En gelse logicus en computer-pionier Allan Turing, die in het begin van de jaren vijftig is overleden. Het was door mijn persoonlijke relatie met Turing tijdens de oorlog en de eerste naoorlogse jaren dat mijn belangstelling werd gewekt voor de mogelijkheden om digitale (met getallen werkende) computers te gebruiken voor het nabootsen van sommige hogere geestelijke functies, die wij „denken" noemen. Turing stelde de volgende proef voor. De machine moest aan de ene kant van een scherm worden ge plaatst- en een menselijke onderzoe ker aan de andere kant. Conversa tie tssen mens en machine was al leen toegestaan door middel van een telexapparaat. Als na een uur of twee getypte conversatie de machine er in was geslaagd de onderzoeker in de waan te brengen, dat hij met een menselijk wezen had gepraat zou vol gens Turing de machine intelligent kunnen worden genoemd Het was ongetwijfeld een uitste kend idee van Turing: een dat voor uit liep op de modernste tendens naar „praten met computers". Helaas is Turings proef in zijn oorspronkelijke vorm weerlegd door een vernuftig! computerprogramma, genaamd DOC TOR, dat is geschreven door Joe Wei- zenbaum van de technische hoge school van Massachussetts. Hieron der geef ik een fragment weer van een echt gesprek met DOCTOR Hoe gaat het met u. Ik ben de DOCTOR. Wilt u aan de schrijfma chine gaan zitten en me vertellen wat uw moeilijkheden zijn? Ik wou dat ik mijn bagage had. Kunt u dat uitleggen? Ik weet niet precies welke uitleg van mjj verwacht wordt. Gelooft u dat het normaal is niet zeker te weten welke uitleg van u verwacht wordt? Ja, heel normaal. Ik begrijp het. Ik ben mijn bagage kwijt. U zegt dat u uw bagage kwijt bent. verbonden aan het instituut voor machinale intelligentie en waarneming van de uni versiteit van Edinburg. Ik weet me geen raad zonder bagage. Weet u zich vaak geen raad zonder Nee, dit is de eerste keer. Waarom niet? Omdat ik gewoonlijk mijn spullen niet kwijtraak. Wat voor andere redenen zouden er kunnen zijn? Mijn moeder heeft me geleerd geen dingen kwijt te raken. Vertel me meer over uw familie. Ik ben mijn bagage kwijt. Zijn uw orders u ooit kwijtge raakt? Op het eerste gezicht lijkt dit een nogal gek maar toch heel geloof waardig gesprek. In werkelijkheid is het een truc dezelfde truc als de meesten van ons gebruiken als we op een feestje een gesprek gaan de houden zonder er met onze ge dachten bij te zijn. In plaats van te letten op wat onze gesprekspartner zegt, pikken we alleen sleutelwoor den (bijvoorbeeld „moeder") op, waarop wij dan standaard-antwoor den geven (bijvoorbeeld „Vertel me meer over uw familie"). Als we wer kelijk vastlopen herhalen we gewoon, een beetje korter en aangepast, wat de ander het laatst gezegd heeft. Dit is precies de manier waarop DOCTOR werkt. Gemeten naar de normen van Turing is het succes bepaald indrukwekkend. Patiënten in het algemene ziekenhuis van Massachussets hebben met DOC TOR kunnen praten, nadat zij van tevoren waren gewaarschuwd dat er aan de andere kant van de lijn geen echte dokter maar een com puter aan het woord was. Zestig procent van de patiënten zette de ze gedachte echter in de loop van het experiment van zich af en hield vol dat zij in verbinding hadden ge staan met een dokter van vlees en bloed. „Geen enkele machine zou mij zo goed kunnen hegrijpen" was de meest gehoorde reactie. Het experiment van Turing moet dus verfijnd worden ais we het nog voor het beoogde doel willen ge bruiken. Misschien zouden we moe ten eisen dat de machine geen zie kenhuispatiënten maar Nobelprijs winnaars om de tuin moet leiden, of misschien zouden we onze aan dacht moeten richten op de vraag of de onderzoekers het gevoel heb ben een intelligent gesprek te heb ben gevoeld. Deze definities behoe ven niet filosofisch waterdicht te zijn om ze te kunnen toepassen. Machinale intelligentie is geen oefe ning in filosofie maar een technisch project. Eén kant van dit technische pro ject heeft te maken met het defini ëren en inbouwen van de afzonder lijke verstandelijke kwaliteiten, zo als leren door het maken van fou ten, het herkennen van patronen, generaliseren uit afzonderlijke ge vallen, het oplossen van problemen en taalgevoel. Op de een of andere manier moeten deze verschillende vermogens, die elk in dc computer worden vertegenwoordigd door een ander programma, worden samen gevoegd zodat zij als een organisch geheel functioneren. We hebben en kele ideeën hoe deze coördinatie van computerprogramma's zou kunnen worden verkregen, maar zij zijn nog tamelijk primitief en zuilen hier niet worden besproken. Wat ik zal doen is een korte uit weiding geven over één van de ver standelijke vermogens, die de intel ligentie vormen, en iets zeggen over de sociale en psychologische bezorgd heid, die ten aanzien van de ont wikkeling van intelligentie in com puters wordt uitgesproken. Het verstandelijke vermogen, dat ik hier nader onder de loep neem, is het leren langs proefondervinde lijke weg. Dit is de eenvoudigste en laagste vorm van leren, waarbij de leerling geheel aan de hand van de gegeven situatie voortgang boekt. Hij zegt alleen maar tegen zichzelf „Ben ik al eerder in deze situatie geweest? Zo ja, wat deed ik toen? Wat waren de gevolgen van mijn handelen? Als die bevredigend wa ren, zal ik dezelfde handeling weer kiezen. In het andere geval zal ik iets anders proberen". Opvallend is dat hierbij geen ge neralisering aan de hand van erva ring betrokken is. Situaties worden afzonderlijk bekeken in het licht van vorige ervaringen zonder te proberen deze door overwegingen van hogere orde met elkaar in een zinvol ver band te brengen. Verrassend bij het zuivere proef ondervindelijke leren is hoe ver een computer-systeem kan komen door alleen deze truc te gebruiken, zon der zich op het gebied van de ge neralisering te wagen. Samuels be roemde computerprogramma voor het spelen van schaak was in staat om zichzelf tot een aanvaardbaar amateurniveau op te werken met een systeem van zuivere proefon dervindelijkheid (Samuel noemde het „van buiten leren"), zelfs nog voordat het spelpeil verder werd ver beterd door toevoeging van een le ren-door-generaliseren component. Het programma vroeg zichzelf af: „Ben ik al eerder in deze schaak positie geweest? Zo ja, Welke zet heb ik toen gedaan? Wat waren de gevol gen? enzovoort. Een aantal jaren te rug heb ik in mijn vrije tijd veel ple zier beleefd aan het bouwen van een proefondervindelijk lerende machine uit lucifersdoosjes, die het spelletje „Boter, kaas en eieren" (met nullen kruisen) moest leren spelen. Wat korter geleden heb ik met de hulp van mijn collega R. A. Chambers een computer-versie ontwikkeld en deze is beproefd op een moeilijk pro bleem, dat op het eerste gezicht hele maal niet op een spel lijkt. De taak van de maenine is con trole te krijgen over een onstabiel fysisch systeem, dat ik „Het Do naldson systeem" zal noemen, naar de fysioloog in Cambridge, die het voor het eerst gebruikte bij onder zoekingen met lerende machines. Een door een motor aangedreven wagentje kan heen en weer rijden langs een kort en recht spoor. Op het wagentje balanceert e-m staaf, die van onderen scharnierend en vrij naar links of rechts op het spoor kan vallen. De motor wordt bediend door een enkele schakelaar, die elk moment beslist of de motor het wa gentje naar links of naar rechts zal bewegen. Het gaat er nu om de schakelaar zo te bedienen dat her wagentje heen en weer langs het spoor blijft bewegen zonder er van af te rijden of de staaf om te laten vallen. Dat lijkt sterk op iets, dat de meesten van ons, al of niet met succes, in onze kinderjaren hebben geprobeerd, namelijk leren fietsen. Het is onvermijdelijk dat een kind in het begin alleen maar kan leren door vallen en opstaan. Ons computerprogramma leert in feite het Donaldson-systeem te be heersen, zonder daarbij gebruik te maken van enige speciale kennis over het systeem en zonder door een mens of machine te worden on derwezen. Het programma is niet speciaal ontworpen om een staaf op een wagentje in evenwicht te hou den, het zou evengoed kunen leren een wagentje rond een gesloten cir cuit te sturen of om een of ander eenvoudig industrieel proces gade te slaan en te besturen. In dit op zicht illustreert het een eigenschap, die onontbeerlijk is voor elk onder deel van een intelligent computer systeem, namelijk onafhankelijkheid van een bepaalde taak. Het kenmer kende van de menselijke hersenen is niet, dat zij buitengewone prestaties kunnen leveren bij een bijzondere taak, maar dat zij ook al gebeurt dat vaak zoekend bijna elke taak aankunnen. Een voorziening in het program ma geeft de menselijke gebruiker gelegenheid in te grijpen en de be- sturingstaak over te nemen. Een an dere voorziening maakt het voor programma en gebruiker mogelijk gezamenlijk aan problemen te wer ken, waarbij elk zijn voordeel doet met de fouten van de ander. Ik ge loof dat dit soort coöperatieve wis selwerking tussen de intelligente ge bruiker en de intelligente machine steeds meer naar voren zal komen en het beeld in de toekomst zal gaan bepalen. Toen ik onlangs nadacht over de kwestie van bepaalde verstandelijke vermogens, waarvan het proefonder vindelijk leren slechts een voorbeeld is, amuseerde ik mij met het over schrijven van Ludwig Wittgensteins lijst van wat hij „taalspelletjes" noem de en elk daarvan af te meten tegen de huidige vorderingen in machinale intelligentie. Ik laat zün lijstje hier onder volgen- Opdrachten geven en deze gehoor zamen. v Een voorwerp maken van een be schrijving (een tekemng)- Een gebeurtenis beschrijven- Speculeren over een gebeurtenis- Opstellen en beproeven van een hypothese- De resultaten van een experiment weergeven in tabellen en diagram men- Een verhaal maken en het lezen- Toneelspelen- Leuke liedjes zingen- De computer zat in. zijn taak helper en onderwijzer een k trouiode vriend vcm. de BWt generatie worden. Raadseltjes oplossen- Een mop bedenken en vertellen- Een rekunkundig probleem oplis- sen- De ene taal in de andere vertaïen- Vragen, danken, vloeken, groten, bidden- Laat ons nu nog eens het lijstje doorlopen. „Opdrachten geven en deze ge hoorzamen" is al jarenlang een rou tinefunctie van computersystemen. „Een voorwerp beschrijven of zijn afmetingen geven" is een moeilijke taak, waarmee degenen te maken hebben die aan „hand-en-oog" com puterprojecten werken. Een machine die een voorwerp met een mecha nisch „oog" inspecteert en er dan met een mechanische „hand" mee mani puleert, moet beginnen met een be schrijving van het zichtbare beeld op te stellen. „Een voorwerp maken van een beschrijving" (bijvoorbeeld een to ren bouwen aan de hand van een fo to van een toren) behoort tot de moeilijkste toekomstige opgaven van „hand-en-oog" projecten zoals dat van Marvin Minsky aan het MIT (Technische Hogeschool van Massa chusetts) en van John McCarthy aan de Amerikaanse Stanford-uni- versiteit. „Een gebeurtenis beschrijven" valt buiten het bereik van de huidige techniek. Hier is weer het opstellen van een beschrijving aan de hand van het eerst in het oog vallende ge gevens de eerste stap. De tweede is het gebruik van een samenvattende beschrijving voor het opstellen van een tekst in een geschikte taal. Speculeren over een gebeurtenis" ligt nog verder buiten het bereik van de huidige techniek. „Opstellen en beproeven van een hypothese" is een proces, dat thans druk wordt bestudeerd. „De resultaten van een experi ment weergeven in tabellen en dia grammen" is routine-werk voor de huidige computerprogramma's. „Een verhaal maken' is onbereik baar met de huidige techniek, hoe wel het „lezen" van een gedrukte tekst nu tot op zekere hoogte mo gelijk is. „Toneelspelen" zou een grote vooruitgang van de kunst der robo tica vereisen, evenals het „2ingen van liedjes". Het „neuriën" van een deuntje is gemakkelijk te program meren, maar het verstaanbaar zin gen er van niet. „Raadseltjes oplossen" wordt thans naarstig bestureerd, maar „een mop bedenken" gaat een computer nog zeer ver boven zijn macht. „Het oplossen van een rekenkun dig probleem" is zelfs voor de een voudigste computers geen moeilijk heid. „Vertalen van de ene taal in de andere" begint, gemeten naar prak tische normen, net een beetje uit voerbaar te worden. „Vragen, danken, vloeken, groe ten, bidden" zijn activiteiten die emoties, standpunten, wensen en sympathieën uitdrukken. Het is zin loos om er over te praten als er in het betrokken systeem geen basis van bewustzijn en zelf-bewustzijn is. Veel onderzoekers op het gebied van computers geloven dat werkelijk suc ces van enige betekenis op dit punt zal afhangen van de mate waarin deze verschijnscelen door een machi ne kunnen worden weergegeven. Op zijn minst zou de machine zich een soort inwendig logisch model kunnen vormen, niet alleen van de buiten wereld maar ook van zichzelf in relatie tot de buitenwereld. Ik deel deze zienswijze. Wie zal er meester zijn? Ik ben geneigd het dilemma „computer: dienaar of meeste" als vals te be schouwen. Om de weg vrij te maken voor wat ik over dit punt wil zeg gen, zal ik eerst een verdeling van taken in drie categorieën maken. 1. Taken die alleen voor mensen geschikt zijn. Deze categorie heeft te maken met waarden, met andere woorden wat voor soort resultaat we willen zien. Bijvoorbeeld: wat voor weer willen we hebben, afgezien van de problemen hoe het te voorspel len? Of hoeveel verkeersdoden willen we toelaten in relatie tot het gerief van de automobilist? 2. Taken die alleen voor computers geschikt zijn. Dit zijn taken met ge compliceerde details en „tactische" beslissingen: bijvoorbeeld voorspel ling van het weer of controle over een verkeerslichten-systeem in een stad. De kwestie van de verkeers lichten bevat een belangwekkend punt in de context van dit verhaal: de burger schijnt deze vorm van be moeienis door een computer in zijn leven blij te aanvaarden, hoewel hij over andere vormen hoogst gealar meerd kan raken. De gevolgtrekking is, geloof ik dat de emotionele twij fels en het verzet tegen de compu ter-revolutie in feite geen kwestie zijn van principe dat controle door een machine iets slechts is. Integen deel, het lijkt een kwestie te zijn van de al of niet juiste toepassing van computer-controle in een gege ven geval. Toegepast op verkeers lichten maakt de bijna onmenselijke onpartijdigeidh van computer-controle een positieve indruk. Ik geloof dat iets dergelijks het geval is met de populariteit van computerprogram mering tegenover Latijn bij school kinderen. Bij het programmeren staat de leerling niet bloot aan mo gelijke antipathieën of vooroordelen van de leraar. Of het programma goed of slecht is, blijtk als de ma chine er mee gaat werken. 3. Taken die geschikt zijn voor sa menwerking. Dit zijn taken, die thans voor elke partner te moeilijk zijn om ze alleen te doen of het zijn ta ken, die een gesprek tussen mens en machine vragen. In de tweede ca tegorie zou ik het gebruik willen plaatsen van een console, die ver bonden is met een conversatie-com puter, zoals een „huisleraar", die de gebruiker cursussen en studie-on derwerpen van diens eigen keuze kan geven. Het is overigens bij com puters, die als gesprekspartners op treden niet altijd gemakkelijk onder scheid te maken tussen een pro gramma dat je helpt iets te doen en een programma dat je leert iets te doen. In de derde categorie valt ook de computer die vragen beantwoordt en die in de toekomst als een open bare dienst beschikbaar zal komen. Niet alleen scholen, ziekenhuizen en bedrijven, maar ook de gewone huis vrouw zullen informatie en oplossin gen betrekken, met hetzelfde gemak waarmee thans gebruik wordt ge maakt van gas, water en elektriciteit. Tegelijk met de antwoorddiensten, die ons zullen inlichten over de politieke situatie in Paraguay, zullen de machinale spelpartners, raadsel bedenkers en quiz-masters verschij nen. Een toenemende vraag naii* computersystemen zal op een stimu lerende manier kunnen helpen het hoofd te bieden aan de toenemende last van onze vrije tijd. Het zal jarenlang alleen voor de rijken mogelijk zijn computerconso les in hun huizen te installeren, maar ik twijfel er niet ahn dat er de ko mende jaren openbare telefooncel len zullen verschijnen, die zijn uit gerust met een soort schrijfmachine- toetsenbord, dat In verbinding stasI met een computernet. En het zeker binnen het bereik van de voor spelbare „software"-technologie Ut programmering van computers) dien sten aan te bieden, die gewont mensen in de verleiding zullen bren gen hun guldens in een gleui te werpen. Zal de computer ons werk over nemen? In de wereld van de infor matieverwerking zal natuurlijk i< computer de mensen gaan vervan gen. De vraag is of hij dat zal doei als dienaar of als meester? Daar op moet worden geantwoord: aid ais dienaar, noch als meester, maar als onderwijzer, als secretaris, tó speelkameraad, als research-assis tent. Geen van deze figuren is in zijn menselijke belichaming een dienaar of een meester; ze kunnen beter helpers worden genoemd. De ervaring met computers he™ tot nu toe geen enkele steun g ven aan de veronderstelling, hoofdarbeiders door de machina werkloos zullen worden gemaakt. E' zijn aanwijzingen, dat, zodra hootó- arbeiders leren de nieuwe m®' delen te gebruiken, hun werkterrfl» wordt vergroot en verrijkt door nie? we mogelijkheden die binnen huabj" reik komen. De werkweek zal in hoogontwikkelde landen natuurlij' steeds korter worden, naarmate produktiviteit stijgt, maar dat is e® kwestie van algemene technotaf sche vooruitgang en niet specifiek een gevolg van computers. Of de toe nemende vrije tijd wordt gevoeld ai-' een last of een genot zal afhang® van de beschikbare middelen w® het ontwikkelen van een vrijetijdf besteding die beantwoordt aan verschillende bekwaamheden van d' mens. Ik meen veilig te kunnen vooisper len dat zelfonderricht met hulp w* computers in natuurwetenschap!*® geschiedenis en kunsten tegen W eind van deze eeuw een serieuze hob by zal zijn geworden in grote gW pen van de bevolking. Er zijn sen die vrezen dat tegen die ttj „Grote Broer" (uit George OrweJi roman „1984") ons allemaal zal W' nen gadeslaan via het computer* of dat onze superieuren en onze 6 ren heimelijk kennis kunnen nem® van onze dossiers, die in een tu£ verseel elektronisch geheugen den bewaard. Maar deze angsten fll ongegrond. Het is gemakkelijker verbreekbare „sloten" in eentfzt. puter-systeem te maken dan in M"* kluizen en safes. 1 :,V AG-NES 3 te R dam CERES 2 te R'dam DILIGENTIA 3 te Antwl ELIZABETH BROERE 6 verw- MAYA 2 100 m nw. C| Las Palmas STELLA POLARIS 2 55 nr Las Palmas DAHOMBYKUST 3 vn Amsterdam DIADEMA 2 250 m o Geelong NIJKERK 3 te Bremen ONDINA 2 dw Casquets 1 rADJA 2 60 m no Durt stad STEENKERK 4 te Sydney STRAAT TO WA 2 vn 8 Luanda ANNENKERK te Genui CALTEX ARNHEM p 4 K Trinidad DOElWIJK 5 te Priolo KERMIA 5 te Tabangao LAERTES 4 vn Djakarta] pore LALIBELLA p 4 Malta NISO 4 te Fredericia ORANJE NASSAU 4 vn nr Georgetown pOELWIJK 4 nm te Hail STRAAT FRAZER 4 vn| Takoradi STRAAT FRAZER 4 vn Freemantle TOGOKUST 4 te Luanda I WONOSARI p 4 Dakar mf ZAFRA 4 vn Singapore - AMSTELSTAD 5 te Kushl BORNEO 5 te Shanghai P CHEVRON DELFZIJL 5 t DILOMA p 4 Little Quoi: J anelro HOLENDRECHT 4 t.a. KATENDREOHT 4 vn Muscat KOPIONELLA 5 te Morml LADON 4 vn Pt. of Spaing town I MERCURIUS 4 vn Ora| Kingston H MUSILLOYD p 4 Panama PRINSES ANN7'! p 4 Kp Montreal PRINSES EMILIA 2 St.-I Montreal RUYS 4 vn Pt. Swettenh nang SCHELPWIJK 4 te Lavera BATU 4 vn Rouaan nr CALTEX GORINCHEM 4 cia nr R'dam CARTAGO p 4 Havanna nrl GABONKUST 4 vn Pto Cal] Cortez GANYMEDES 5 te Matar| HOLLANDSDREEF p 3 Shanghai MEDON 4 vn Lagualra nr| MINOS 4 te Thessaloniki SENEGALKUST 4 vn La^ ala WOENSD RECHT 5 te Pior| STAD UTRECHT 4 vn Toronto ADONIS 5 te Mairacaibc DIADEMA 6 vn Geelong EU. DIOGENES 5 te Ilo ISIS 5 te Newport News LIBERIAKUST 5 te Antwej MARON 5 te Miami GEERTJE BUISMAN 5 te OSSENDREOHT p 4 nm B| Marseille RIJNDAM 4 vn Lissabon r| SEROOSKERK 5 te Antwel SOLON 4 vn Savannah nr| VLIELAND 5 op Theems ARTEMIS 6 te Laguaira ATLANTIC STAR 5 nm nr R'dam - BATJAN 6 te Cailao CAMEROUNKUST 6 te Mc| CAMITIA 6 vn Curacao mT GAASTERKERK 6 te Charl HOLLAND-s DIEP 6 te Sil ISIS 6 te Baltimore JASON 66 te Funchal JOHANNES FRANS 5 vn nr Seven Islands KENNEMERLANd 5 vn H| Bremen KLOOSTERDIJK 5 vn Ta< Houston verw. KONINGSWAARD 5 te Pue| da MUSILLOYD 5 vn Cristobl Orleans NEDERLEK 5 vn Papeetl OSIRIS 6 te Petit Goave PRINSES ANNA p 5 nm| eil. nr Montreal SENEGALKUST 6 te Doua] SOLON 6 te Baltimore STRAAT FLORIDA 6 te ll do Sul THERON 5 nm vn Kingston! Cortez TJINEGARA 7 Brisbane ULYSSES 5 vn St.-Juan nr moza. ACTEON 6 te Santander AMMON 4 vn Le Havre n| BENINKUST 4 vn Freetov. werpen BOVENKER o te Bahrein GRAVELAND p 4 Casquet.'l men GULF HANSA 4 vn Kharg.-I Huelva KABYLIA 4 te Bahrein LAARDERKERK p 4 Ras R'dam LOIRELLOYD 4 te Hambi MARATHON 4 te Antwerp q NAESS COURIER 4 vn IsleJ nr Hamptonroads ONDINA 4 te Gothenburg PALAMEDES p 4 Terceira Georgetown RANDFONTEIN 4 vn South| Tenerife STRAAT LUZON 4 vn Lag ham a SUMATRA p 4 Barcelona nJ TA HAM A 4 te Tema TJIMANUK 4 vn Dar es Belra WIELDRECHT 4 vn Singa" Keelung AEGIS 4 v Amsterdam n AMMON 5 te A'dam ANDUK 4 v A'dam n Breir ARGOS 4 te R'dam £SMIDISKE 4 v R'dam n R CHARIS 3 te A'dam LAHOMEYKUST 3 te A'dam DIEMERDIJK 6 te R'dam GOERBÈ 4 te R'dam hercules 5 te R'dam kaap HOORN 6 te R'dam MENTOR 5 te A'dam MONTFERLAND 4 v A'd Amerika KEPTUNUS 3 v A'dam n OLDEKERK 4 v R'dam n

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1968 | | pagina 16