„Ik gel maar huiver wel eens in deze tijd (offers Hygiëne van kampeerders laat veel te wensen over SsflHlX DS. H. PESTMAN (KLUNDERT): BACHRACH-PRINS VICE VERSA Nieuwe wet gaat velen geld kosten Laat uw salaris Verstopt? Berkhouwer Aarde Buskes G. v. el. WEYDE: \n of blauw) iger. in huis. Kosten Te hoog Geleen handhaaft maatregelen tegen tb.c.-dragers Nieuw voorschot voor ambtenaren Rente over uw inkomen? rente-girorekening 3 V2 procent rente duizend gulden krediet betaalcheques. Algemene Bank Nederland iNIANM D,KfCTE KRO-REPORTAGES ttLGlSCHE VERKIEZINGEN de c nu ook baar. 3 P.T.T. houdt 0011 klaar ELKE DROGIST HEEFT HET! DS. H. PESTMAN ....de angst van de gewone gelovige.... (Van een onzer verslaggevers) KLUNDERT „Ik vind het jammer, dat Buskes in zijn Amsterdamse rede niet gesproken heeft over de angst van de gewone gelovige...." Berk houwer - ik ken hem nog uit de tijd, dat we beiden kleine jongetjes waren doet in zijn boeken zijn tegenstanders altijd voor honderd procent recht"... „Gelooft u dat de aarde plat is..." „Ik wilde marine officier worden...." „De kerk zat vol met wapens...." Het zijn brokstukken uit een anderhalf uur durend gesprek met de ge reformeerd predikant ds. H. Pestman. Donderdag wordt hij 65 jaar. Een paar maanden na de 28e maart, in september, zal hij afscheid nemen van zijn veertienhonderd zielen tellende gemeente. Hij zal zich dan terugtrekken in zijn kapitale bungalow aan het Van Coehorn- bastion te Klundert; een huis met een uniek uitzicht over een prachtig Noordwestbrabants polderlandschap. „Ik wilde marineofficier worden En dat kon met driejarige HBS via de adspirant-adelborstenschool in Dordrecht. Er ging een uitvoerige keuring aan vooraf. Oren, ogen, neus, mond, intelligentie, alles. Ik kwam op die school; een onttakeld zeilschip, Hr. Ms. Bonaire. Al r iw kwam ik tot de ontdekking o-t de marine het niet was voor mij. Ik kwam uit Den Haag. Het 's-Gravenhage van voor de tweede wereldoorlog, met lanen waarin je echt kon wandelen. Mensen uit mijn omgeving hadden mij de marine ontraden. En gaven mij later de raad naar de Vrije Universiteit te gaan. Na een paar maanden kwam -ik weer terug op de HBS. Dat ging vrij gemakkelijk. Er was weliswaar een contract, waarin ik mij ver bond, na mijn opleiding voor zee officier een paar jaar in dienst te blijven, maar na het betalen van een vergoeding voor de genoten op leiding, mocht ik die verbintenis verbreken. Ik maakte de HBS af en vervolgens deed ik het staats examen Latijn en Grieks om aan theologie te kunnen beginnen. Na mijn studie had ik veel geluk. Er bestond een lijst met honder den kandidaten. Je werd onderaan de lijst geplaatst. Het was de tijd van het gebroken geweertje, de dertiger jaren. Ik had geluk. Ik werd beroepen in Grijpskerk. Achteraf heb ik me wel eens ge schaamd voor zoveel ge'uk. Jaren later kwam er een jaargenoot met zijn meisje bij me in Rijswijk, mijn volgende standplaats. Hij smeekte me een goed woordje voor hem te doen bij een gemeente op Walcheren. Hij zocht al die tijd. En hij niet alleen. Op de lijst ston den eminente predikanten. Ik had geluk". „De kerk zat vol wapens... Boven in de nok levensmiddelen en onder de vloeren 'apens. Er wisten maar een paar mensen van. Onder anderen de koster en ik. In Am sterdam werd een predikant met zijn koster doodgeschoten voor een dergelijk vergrijp. Mijn koffertje stond dan ook altijd gepakt. Niet alleen voor die wapens, maar ook omdat er in mijn preken wel eens iets stond, dat de bezetter niet wel gevallig was. In die Rijswijkse ge meente (Laan Hofrustkerk) zaten veel jongens bij het verzet. Twaalf werden gedood. Een gezin met drie zoons verloor er twee. Het waren bijzonder be gaafde jongens, allemaal. De oud ste, Pim, gaf mijn kinderen piano les. Eén Bram, bleef in leven, om dat hij tot twee keer toe uit gevan genschap wist te ontsnappen door uit een rijdende trein te springen. Het was verschrikkelijk om een poosje nadat die jongens waren ge vangen genomen via 't Rode Kruis te moeten horen' dat de oudste dood was en een paar maanden later ook de ander. Ik moest het de ouders vertellen". Het wordt een lang verhaal over de oorlogstijd. Over de angst verra den te worden, over een dappere hulpprediker er even vastberaden dienstmeisje. Na de oorlog belandde ds. Pest man toch nog bij de marine. Als predikant bij de onderzeebootdienst die toen nog in Rotterdam was ge vestigd. Later verzorgde hij ach tereenvolgens gemeenten in Ter- neuzen, Appingedam en, tenslotte in Klundert. Sprekend over de nieuwe ontwik keling in de Gereformeerde kerk, waarin de VU een vooraanstaande rol speelt, zegt hij. „Professor Berkhouwer ik ken hem nog uit de tijd, dat we beiden kleine jongetjes waren doet in zijn boeken zijn tegenstanders altijd voor honderd procent recht. Toch kan hij niet meer staan achter zijn boek, dat hij enkele jaren ge leden schreef. „Strijd om het r.k.- dogma". In dat boek komt onder andere de bekend geworden uit spraak voor „de Rooms-Katholie- ken en wij Gereformeerden zijn de enigen, die vasthouden aan de on feilbaarheid van de Heilige schrift. Ik heb overigens de indruk, dat ook hij, net als ik, wel eens huivert in deze tijd. Begrijp me goed: ik heb altijd geloofd, dat niet alle woorden in de bijbel letterlijk moe ten worden genomen". Gelooft u dat de aarde plat is en omzoomd wordt door een grote zee en dat dat alles rust op pilaren. Dat vraag ik altijd, aan mensen, die dat symbolische in de Bijbel niet begrijpen. Dan zeggen ze na tuurlijk, neen, dat geloof ik niet. En toch was dat de vorm, die de aarde volgens de mensen in de tijd dat de Bijbel werd geschreven, had. De symbolische voorstelling die onder anderen de dominees Geel kerken en Buskes de slang in de bijbel toedachten, was de reden die de synode in Assen (1926) opgaf om de beide predikanten te royeren. Nog niet zo lang geleden werd die uitspraak van de Assense synode ongedaan gemaakt. „Ik vind het jammer, dat Bus kes in zijn Amsterdamse rede niet gesproken heeft over de angst van de gewone gelovige. Die men sen zijn bevreesd, dat bet niet bij de eerste drie hoofdstukken van de Genesis zal blijven, dat de ontwik keling zich voort zal zetten en dat wezenlijke kenmerken van het ge loof, zoals de ontvangenis en de opstanding, die in de Bijbel als won deren ervaren worden, ook met het etiket mythe zullen worden be plakt. Je bent er niet door al leen maar te zeggen: die mensen zijn ouderwets, het zijn fundamen talisten". Hij citeert een ingezonden stuk in het dagblad Trouw waarin een schrijver uit het noorden van het land professoren van de Vrije Uni versiteit aanvalt. Er komt de vol gende zinsnede in voor: „lege ker ken en sprookjes horen bij elkaar". DAGBLAD DE STEM VAN DONDERDAG 28 MAART 1968 Men schrijft ons van geachte zjjde: Naar aanleiding van berichten waarin sprake is van een conflict tussen de Leidse Hoogleraren in de anglistiek, prof. dr. A. Prins en prof. dr. A. G. H. Bachrach, waarbij de eerste zijn ontslag per 1 september 1968 b(j de faculteit der letteren sectie Engels, indiende, tekenen wij het volgende aan. Het conflict tussen beide hooggeleer den wordt door de oudere (Prins geb. 1902) gekenmerkt als een „ongelukkig huwelijk": geestige vergelijking, die in beider geschriften een weerklank vindt. De jongere Bachrach (geb. 1914) werd verweten teveel aan „spectaculaire" za ken zijn aandacht te besteden, zoals tentoonstellingen, toneeluitvoeringen enz., kortom de „public relations" en te weinig aan de zuiver wetenschap pelijke zijde van zijn ambt zijn aan dacht besteed te hebben (voor de cur sus 1966—'67 was hij decaan). Een en ander zou in een verslag van de laatste volgens prof. Prins niet vol doende objectief belicht zijn. Hierop heeft prof. Prins, na een on bevredigde discussie, zowel met prof. Bachrach als met het faculteitsbestuur zijn ontslag ingediend. Zo staan de zaken volgens het boven gemeld krantebericht. Wat nu de gees telijke achtergrond van de bewuste on enigheid valt er intussen nog wel iets te zeggen, wat verhelderend kan wer ken. Eigenlijk zou men moeten con cluderen, dat de moeilijkheden voort vloeien uit het feit dat hier van een manco op de universiteit sprake is, met andere woorden: er zou een figuur moeten gevonden worden, die beide kwaliteiten met name die van Prins èn die van Bachrach verenigde, iemand nl. die zowel oog had voor de uit wendige kant van de Engelse studie: uitgaansleven en toerisme èn voor de inwendige kant: wetenschappelijke ver dieping. Toegepast met name op een groot onderdeel van anglistiek: „Shake speare". men zou een docent nodig hebben, die zowel de toneelkant van deze grote dramaturg behandelde (uit gedrukt in B.'s boekje: Naar het hem leek (1957)) èn de probleemkant (o.m. tot uitdrukking gebracht door Prins' belangstelling voor het Stratfordpro- bleem in verband met het auteurschap der aan S. toegeschreven drama's*). Enerzijds neemt men een hang naar populariteit, anderzijds een voorkeur voor hypotheses. Nu leefde er in de 19e eeuw een persoonlijkheid die een en ander com bineerde, de gevraagde kwaliteiten trof men toenmaals aan in de persoon van Allard Pierson (1831—1896), hoog leraar in de acheoiogische filosofie nieuwe letteren en moderne kunstge schiedenis aan de A'sche Universiteit van 18771894. Hij was enerzijds pre sident van de Ned. toneelschool (en nodigde in die hoedanigheid eens Sarah Bernhardt bij zich aan huis te dineren) en wist anderzijds op fijne wijze de psychologisch-pedagogische zijde van de Shakespeare drama's te belichten. In het studentenblad Proporia Cures werd hier speciaal rapport over uit gebracht. Ook verenigde hij onder zijn gehoor een aantal dames, die als de voorloopsters van de latere meisjes studenten zijn te beschouwen. Helaas is tegenwoordig na de spe cialisering en specialisatie der disci plines dergelijke veelomvattende taken niet meer in één persoon te verenigen vandaar vaak wrijvingen die in het onderhavige geval toegespitst A rden. Om het beeld van prof. Pruis nog even aan te houden: het ongelukkige huwelijk dat eveneens een op de spits gedreven strijd der sexen z(jn oorsprong vindt. De strijd liever gezegd: de tegenstelling, of eigenlijk de elkaar aanvullende rol der sexen zou idealiter terug moeten kunnen gevoerd worden^ (misschien zit er een grond van waarheid in) tot de zgn. androgyne. De man-vrouw (niet te verwarren met manwijf!) was de ideale huwelijks gemeenschap in één persoon gereali seerd. Welnu, de androgyne onder de huidige hoogleraren is eenvoudig niet meer te realiseren. Het veelgeprezen team van prof. dr. Stuiveling uitge groeid tot een legertje van 900 studen ten, mannelijke en vrouwelijke vormt er slechts een zwakke afschaduwing van. De ideale hoogleraar is dus te genwoordig nog slechts mogelijk als mythologische figuur. Ergo is, het wachten op een volgende godenschemering. Dr. D. A. de GRAAF Zie onder meer zijn artikel in Le vende Talen van april 1964 (nr. 224), •getiteld: „De Stratford-mythe". Tussen haakjes opgemerkt: deze overwegingen die de identiteit van de persoon van Shakespeare met de beroemde drama turg heel twijfelachtig maken zullen bij de profiteurs van het Stratford- toerisme veel kwaad bloed gezet heb ben. Prof. Dr. A. G. H. Bachrach: geb. Amsterdam 9-12-1914 Studeerde Engels en geschiedenis Un. Amster dam. '40-'47 Ier. Engels N.O. Indië; '42-'46 mil. dienst Ind.; '46-'47 Min. van Overzeese gebiedsdelen; '48 Ier. Murmellius Gymn. Alkmaar. Personalia: '49-'52 fellow Rockefel ler Found. Lid Jesus College re- searchwerk Bodlerian Library Brit. Mus.; Prom. '53 Oxford; '52 Assist. A'dam Engelse sectie lette ren: '53 Hoogl. Eng. Letterk. Leiden. Prof. Dr. A. A. Prins: geb. Utrecht 18-5-1902; Univ. A'dam Engelse taal letter; '33 promotie (Onder werp: The Book of the Common Prayer 1549); A Book of English Verse '38; The great vowel shift '40; Geest en vorm '50; French in fluence in English Phrasing '52; '37-'52 Gymn. Leiden; '47-'48 taalk. Onderzoek Oxford; '50-'52 Bijz. Hoogl. Leiden; '52 gew. Hoogl. Lei den. (Van een onzer verslaggevers) DEN HAAG „Het gebrek aan persoonlijke hygiëne van de kam peerders gaat dikwijls alle perken te buiten. In sommige toiletten op de kampeerterreinen vindt men op de vreemdste plaatsen faeca- caliën, die daar op natuurlijke wijze niet terecht zijn gekomen. Het is erg moeilijk om de kampeerders er toe te brengen dat zij de hygiëne verbeteren. Ook is het van belang dat de overheid nauw lettend gaat toezien op het dagelijks onderhoud van dergelijke in stallaties. Als dit toezicht zou worden gestimuleerd door de binnen kort te behandelen wet op de kampeerhygiëne, zou er al heel veel gewonnen zijn. Dan zouden ook de voor vele kampeerders unfaire en onnodige hygiënische voorzieningen, die volgens de nieuwe wet ten koste van grote bedragen moeten worden getroffen, achterwege kunnen blijven. Mijn reactie op de hygiënische voorschriften in deze wet is: „Moet dat nou allemaal?" De heer G. van der Weyde, chef van de afdeling kampeer- en ver- blijfsrecreatie van de ANWB, zegt in zijn kamer in het hoofdkantoor van de bond aan de Wassenaarse- weg te Den Haag, dat in principe niemand bezwaar kan hebben te gen deze wet, omdat de kern ervan in het belang is van de hygiëne op de kampeerterreinen. De voorschriften, die in deze wet zullen worden gegeven en die offi cieel nog niet bekend zijn, hebben betrekking op de per kampeerder be schikbare oppervlakte, de slaapgele genheid, de voorziening van drink- en waswater, de wasgelegenheid, het aantal toiletten, de afvoer van huis houdelijk afvalwater, de opslag en afvoer van afvalstoffen en voorzienin gen met betrekking tot de reinheid. Met name de terreinen van Staats bosbeheer zullen ingrijpende aanpas singen moeten ondergaan als de wet van kracht wordt. Het gaat hierbij om 11 algemene terreinen met een capaciteit van ruim 6000 kampeer ders, 12 verpachte terreinen voor ruim 18.000 en 35 paspoortterrei nen voor ruim 4.000 personen. De ANWB heeft uitgerekend wat de tekorten op deze terreinen zijn: op de algemene terreinen zijn, als de wet in werking treed te weinig: 80 toiletten, 45 tappunten en 88 dou ches, op de verpachte terreinen: 342 toiletten, 282 tappunten en 255 dou ches en op de paspoortterreinen: 86 toiletten en 74 douches- Er zal voor bijna een miljoen gulden geïnves teerd moeten worden willen deze ter reinen aan de nieuwe eisen voldoen. „Moet dat nou allemaal", vraagt de heer Van der Weyde zich af. „Laat de overheid zich niet te veel leiden door een zucht naar perfec tionisme, die de exploitanten van kampeerterreinen en straks natuur lijk ook de kampeerders zelf han denvol geld gaat kosten?" Naar het oordeel van de heer Van der Weyde zijn de terreinen van Staatsbosbeheer bekend en gewaar deerd en kunnen de sanitaire voorzie ningen vaak tot voorbeeld dienen aan particuliere ondernemers. Hij vraagt zich af of men zich niet te veel heeft laten beïnvloeden door in feite onre delijke eisen, die worden gesteld door nieuwe kampeerders voor wie het kamperen niets meer is dan een be trekkelijk goedkope vakantiebeste ding. „Talloze kampeerders voelen er niets voor zich 's morgens te was sen in een openbare wasgelegenheid, maar doen dat in hun tent of cara van. Toch wordt in de nieuwe wet als eis gesteld dat er een wasgele genheid per 20 kampeerders aanwe zig is", aldus stelt de heer Van der Weyde, die meent dat het te veel jaren geleden is dat de hygiënische voorschriften werden vastgesteld en dat er in die periode veel is veran derd. Ook de particuliere terreinen zul len, als de wet van kracht wordt, hun hygiënische voorzieningen moe ten verbeteren. Zo zullen er onder meer toiletten bijgebouwd moeten worden. Dat is geen goedkope zaak, want één compleet toilet op een kam peerterrein kost 750 tot 1250 gulden. Een toiletgebouw, waarvan ten hoog ste 200 personen gebruik mogen ma ken, kost toch al gauw zo'n 20.000 gulden. Gelukkig voldoen de sani taire voorzieningen volgens de heer Van der Weyde aan redelijke eisen en zullen de extra-kosten kunnen meevallen. Dat neemt niet weg dat er toch wel een verhoging van de kampeer- tarieven door zal worden veroor zaakt, terwijl de Nederlandse tarie ven al tot de noogste van Europa behoren. De heer Van der Weyde be treurt dat. „Laten we toch niet ver geten dat het hier gaat om een va kantiebesteding, die financieel mo gelijk moet blijven ook voor kleine beurzen. Steeds meer moeten gezin nen het weekendkamperen beperken, omdat het kampgeld te hoog is ge worden". Volgens de nieuwe wet zullen er niet meer dan 200 kampeerders op een ha grond mogen staan en vol gens sommige exploitanten van kam peerterreinen zal men daardoor een groot aantal kampeerders minder kunnen opnemen. De heer V. d. Wey de gelooft dat dit wel zal meeval len, omdat vrijwel alle terreinen naar zijn mening de limiet van rond 200 nu al aanhouden. Ondanks alle bepalingen van de nieuwe wet is de heer Van der Wey de ervan overtuigd dat de terrei nen voor de kampeerder-oude-stijl zullen blijven bestaan. In dit ver band denkt hij aan de landgoederen- kampen van de ANWB en aan de padvinderskampen. „Daar zijn al die moderne voorzieningen ondenkbaar. Een gat in de grond met een w.c.- bril op vier poten is dan genoeg". (Van onze redactie binnenland) GELEEN Het gemeentebestuur handhaaft de maatregelen tegen dragers van t.b.c. en andere door B. en W. aan te wijzen ziekten. De raad wilde tijdens de laatste vergadering aanvankelijk de maatre gelen intrekken, omdat het college van G.S. tegen het raadsbesluit in beroep was gegaan bij de Kroon. Op aandringen van burgemeester Van Banning handhaafde de raad echter het besluit. Volgens de bur gemeester speelde een dergelijk ge val in Almelo, en toen kreeg het gemeentebestuur gelijk van de Kroon (Van onze parlementaire redactie) DEN HAAG Staatssecretaris Van Veen (Binnenlandse Zaken) en de ambtenarenorganisaties zullen over leggen over een verdere loonsver hoging en over het leggen van een „vloer" in de hoogte van het vakan tiegeld. Verwacht wordt, dat dit overleg vrij snel tot resultaten zal leiden en dat spoedig daarna uitkeringen aan het overheidspersoneel te verwachten zijn. De verdere loonsverhoging zal, naar wordt aangenomen, in de orde van grootte liggen van anderhalf pro cent on terugwerkende kracht krijgen tot 1 januari 1968. Evenals de reeds toegekende 2 pet. verhoging zal ook deze anderhalf procent moeten wor den gezien als een voorschot op de definitieve salarisverhoging voor '68. (ADVERTENTIES) (ADVERTENTIE) en andere periodieke inkomsten boeken op een bij de Algemene Bank Nederland. U krijgt dan over het constante saldo per halve maand èn zo u wilt tot en de beschikking over U bent welkom bij de Inlichtingen en folders bij onze kantoren Uw warenhui»' 'Van een onzer verslaggevers) ®^VERSUM Zondagavond 31 d,r," ft) de KRO-telt visie via Ne- n" 2, twee maal een rechtstreek- vJu-Po!taSe Seven over de Belgische Van wlngen' Ad Langebent en Ed tan esterI°° zullen deze tv-repor- ©s verzorgen -tit Brussel. de luxe, type tar liefst 89 gulden iale prijs lg mogelijk op 3 golf- llden-FM. Hoge en 9 Transistors en 5 pare Ferrit-antenne. is een teleskoop- I. Fraai afgewerkt per. Speciale auto-^ I'x91 mm 218.- betalen, nu Nat. alarmnummer (Van onze parlementaire redactie) DEN haag De PTT heeft M telefoonnummer 0011 gere serveerd als nationaal alarm nummer, waaronder politie, brandweer en GGD voor alle aangelegenheden bereikbaar J-Ön. Er is technisch geen enkele belemmering voor een snelle aansluiting. De PTT heeft al en'ffe jaren geleden te kennen gegeven aan de uitvoering mee 'e kunnen werken, aldus heeft een PTT-woordvoerder ons uit eengezet. De Tweede-Kamerleden Wie gel en mevr. Van Someren Dow ner (VVD) hebben gisteren aan <re ministers van justitie, bin nenlandse zaken, verkeer en waterstaat en sociale zaken en volksgezondheid gevraagd. Waarom de realisering van een dergelijke nationale alarmering lang uitblijft. Betrouwbare informanten deelden ons mee. nat dit wordt veroorzaakt door ne moeilijkheden die kennelijk zouden ontstaan na aansluiting. 1 zou een heel personeelsappa- raat geformeerd moeten worden °ffl de alarmeringen te kunnen verwerken. Het ligt namelijk Ln e bedoeling, dat niet alleen voor verkeersongevallen contact nnn wor|den opgenomen met ™il, maar dat men zich voor alle mogelijke vormen van hulp verlening tot dit nummer wendt, vit zou in de praktijk proble men opleveren met de interne alarmering: de vraag komt dan aan de orde „wie wie waar schuwt", zoals onze informant ?.as als men in staat is dit jtieiént te regelen, zou aan- luiting op 0011 mogelijk wor-

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1968 | | pagina 7