JE MERKT WAT HET BETEKENT! en talons Liever in -België- tels nmantels lerkleding IENHUIS voorzichtig geworden Schipper: Arjaan de ten itaótióchi te. CRITERIUM VERVANGEN Jaap de Roo leidde deze winter de conditietraining bif „Theo Middelkamp". Hij deed d*t voor het vierde jaar. Gelukkig met het succes constateert hij tevreden i Grote stimulans Voldoende talent Over drie jaar WIELERKRANT i- DAGBLAD DE STEM MAART 1968 WIELERKRANT DAT NOOIT MEER I Theo Verschueren, op de massage-tafel dromend van successen. Jsf/ANNEER Theo Verschueren over zijn toekomstplannen spreekt, is hij van eén ding overtuigd. Hij zal zich nooit meer laten verleiden zo veel werk aan te nemen dat zijn gezondheid er onder lijdt. Die jout heejt hij nu één keer gemaakt en dat betekende voor de Belgisch-Nederlandse renner bijna het einde van zijn carrière, die hij op jonge leeftijd zo succes vol was begonnen. Eind 1965 toen Theo Verschueren een druk seizoen reed, met een groot aantal wegwedstrijden en baankoersen achter de dernies, fietste hij door, ondanks het feit dat hij zich niet meer voor honderd procent gezond voelde. Die verwaarlozing van zijn gezondheid is de Steense coureur duur komen te staan. Na korte tijd moest hij toch rust nemen en toen bleek dat hij oververmoeid was en een stevige bron chitis onder de leden had. Na deze ziekte was bij de in Nederland geboren Belg de lust om weer :n het zadel te kruipen grotendeels verdwenen. In de twee jaar na zijn •herstel waren er dan ook geen grote successen voor Theo Verschueren weggelegd. Maar juist toen men in St.-Jansteen al min of meer begon aan te nemen dat hij de wielrennerij er wel aan zou geven om zich volledig te wijden aan zijn werk voor een Belgische bierbrouwerij, kwam Theo Verschueren op onweerstaanbare wijze terug. Voor de meeste wieier- supporters was deze come-back een complete verrassing, maar de mensen in de naaste omgeving van de coureur tuisten reeds maanden van te voren te vertellen dat er binnenkort weer grootse dingen van Theo Verschueren verwacht konden worden. i Jaap de Roo, de verantwoor delijke man voor de conditie training bij de Zeeuwse wieler club „Theo Middelkamp" is te vreden. Tevreden omdat de win teractiviteiten zo goed verlopen zijn. De opkomst van de renners van midden en noord-Zeeland zowel als van Zeeuwsch-Vlaan deren was geweldig. Elke zon dagochtend om een uur of elf trainde hij met de coureurs in de duinen bij Kamperland. „Het waren er eerst zo'n dertig, maar later kregen we er af en toe te gen de vijftig. De jongens zien er het nut van in. Ze merken wat een goede conditie bete kent". Vier jaar verzorgt Jaap de Roo een 38-jarige goedlachse landbou wer uit Kapeile de conditietrai ning al. Pro deo. „Ik wil er geen cent voor hebben. Ik ben blij dat de jongens naar me luisteren. Ik kan uitstekend met ze opschie ten. Dat valt niet altijd mee, want renners zijn pure individualisten. In het begin had ik natuurlijk het geluk dat ik mijn naam mee had. Ik ben een broer van Jo de Roo en dat zorgde meteen voor de no dige indruk bij de renners. Maar later, moest ik het waarmaken. En dat is me gelukt". Inderdaad, want afgelopen win ter kwamen de grootste coureurs af en toe een keertje naar Kam perland, waar de ex-schaatser Jaap de Roo er keihard tegenaan gaat. Bart Zoet, Jo de Roo (regelmatig) en Gerben Karstens kwamen ver schillende keren hun conditie bij slijpen bij Jaap de Roo, die ver der geen enkele binding heeft met „Theo Middelkamp", maar die toe valliger wijze tot conditietrainer werd gebombardeerd. Jaap de Roo vindt het gezellig. „Neem nu bij voorbeeld na de training. Als we zo'n kleine twee uur hadden geoe fend en de jongens aan het eind van hun latijn waren stond er in het café aan de overkant een lek ker bord soep te wachten. Aange boden door de wielerclub. Dat is leuk. Even napraten en zo. Dat verstevigt de banden in de vereni ging. Ook het feit dat de sportcom- missieleden v. „Theo Middelkamp" de heren Ponse en Mulder elke zondag kwamen kijken, deed ze goed. Dat hadden ze nodig. Anders is het toch vrijwel niet te verkla ren, dat er renners bij waren die de pont moeten nemen, daarna nog eens een kilometer of vijftig moes ten fietsen om die zondagochtend training bij te wonen. Dat is voor mij een stimulans om er mee door te gaan". Talent zit er zeker bij in de wie lerclub „Theo Middelkamp" volgens Jaap de Roo. Namen noemt hij liever niet. Ze zijn nog jong en je weet nooit wat er uit komt. Ik geef renners op Z.-Beveland meer kans op een goede wielercarrière dan die uit Zeeuwsch Vlaanderen. Dat komt omdat het publiek op de ei landen nuchterder is- In Zeeuwsch Vlaanderen breken de supportersclubs hoe goed misschien ook bedoeld veel af. Zo ben je alles bij ze en zo ben je niets. Ze laten je daar heel gauw vallen, en dat is fataal voor een renner. Op Zuid-Beveland loopt men niet gauw warm voor wielrenners. Maar als je hier eenmaal een reputatie hebt, dan blijven ze je trouw, ook als het minder goed gaat. De cou reurs moeten hier echter heel wat laten zien voordat het hier aan slaat. Niet dat er geen talent zit op Zeeuwsch-Vlaanderen. Neen. Gewoon omdat de renners ver keerd worden opgevangen door hun supporters. En veel renners willen tvroeg te veel-.»." Arjaan de Schipper, het jongste lid van de sport- commissie van de KN- WU, is voorzichtig ge worden. „Als u iets we ten wil over mijn werk in de sportcom- missie dan kunt u hel best maar met voorzit ter Van Steenbergen bellen. Die behandelt de afdeling pers en propa ganda". De 36-jarige rustige, harde werker uit Kapeile, die zicb enorm verdienstelijk heeft gemaakt voor de wielersport en met na me in Zeeland, besefl dat hij in zijn huidige wielerwerkkring moei lijker bepaalde uitspra ken voor zijn rekening kan nemen dan voor heen. Arjaan de Schip per, oud bestuurslid van „Theo Middelkamp" een functie de hij in januari moest neerleg gen toen hij lid werd van de sportcommissie van de KNWU zegt: „Er is in de sportcom missie een afspraak ge maakt, dat we ons tegen de pers niet meer zo vrij zouden uitlaten Alles zal voortaan vla het Uniebureau lopen Publikaties in enkele bladen hebben de wie lersport geen goed ge daan. We gaan nu an ders te werk." Over het wielrenner in het algemeen wil D< Schipper nog wel wal vertellen. Over de baan. sport, die naar zijn me ning weinig toekomst heeft. „Daar hebben de renners voor een grool deel zelf schuld aan.'' Vroeger werd er door zes koppels strijd gele verd in een zesdaagse Dan waren er zes kans hebbers. Nu starten ei bijvoorbeeld dertien koppels alleen om de baan vol te krijgen. Er zijn een of twee echte favorieten. De rest is er ter opluistering. Bo vendien wordt er door de pers te weinig aan dacht besteed aan de baansport. Wegkoersen krijgen grote verslagen maar baanwedstrijden moeten het meestal al leen met de uitslag doen. De wegsport trekt ook mij het meest aan Ik zie het liefst een wedstrijd van aspiran ten of nieuwelingen, die leveren voor mij de pure wielersport. Maar kom, laat ik niet te veel praten. Ik moet voorzichtig zijn. Bel maar met Van Steen bergen." De Ronde van Midden-Zeeland die op 7 en 8 mei zal worden ge houden heeft opnieuw aan aantrek kelijkheid gewonnen. De eerste etappe van deze klassieker, die nu voor de n gende keer wordt ver reden, zal niet meer uit een cri terium bestaan maar uit een indi viduele tijdrit over 34 kilometer wet start en finish in Middelburg. De klassering in deze tijdrit telt ook mee voor het individuele eind klassement. Het kan dus nu niet 2o gauw meer voorkomen dat ie mand die de tweede etappe op zijn naam schrijft tevens winnaar is van de gehele ronde. De tweede rit Saat over 190 kilometer met start on finish }n Goes. „Het criterium nebben we er deze keer uitgelaten, want dat devalueert de Roi.de van Midden Zeeland", meent Wim Je- remiasse, de grote organisator van ait evenement. Nieuw is ook de Delta-rit voor nieuwelingen van Middelburg naar Goes over 75 ki lometer. Deze wedstrijd zal op 8 n nij tweede dag van de aonde van Midden Zeeland wor den verreden. Hieraan zal worden °eelgenomen door 34 clubploegen j?" 4 renners. Aan de Ronde van Midden Zeeland voor amateurs, ne men 20 ploegen van zes renners waarin naast 14 Nederlandse ok 3 Belgische, een Duitse, Zwit- tetse en Engelse ploeg uitkomen. Charles de Smitnu in het pak van Smith-Acifit. Charles de Smit rekent in zijn eerste seizoen als amateur op vijf overwinningen. „In mijn eerste jaar als aspirant won ik vier koer sen en als eerstejaars nieuweling veroverde ik vijf eerste plaatsen dus waarom zou ik er nu ook geen vijf kunnen winnen," redeneert de 18-jarige coureur uit Hoofdplaat die vorig seizoen de Zeeuwse nieu welingencompetitie won en nu als amateur gaat rijden in de Smith- Acifitploeg. Na zijn eerste vijf zeges'als nieu weling is het met Charles de Smit snel de goede kant op gegaan. In zijn tweede jaar behaalde hij niet minder dan 26 overwinningen. In de door de vele erepalmen in een bloementuin veranderde huiskamer van de familie De Smit ontvouwt hij zijn toekomstplannen. „Wanneer alles goed gaat hoop ik over drie jaar prof te worden", zegt de Zeeuwse nieuwelingen kampioen", dan heb ik ook mijn diensttijd erop zitten". Charles de Smit houdt van opschieten. Vier jaar geleden begon hij met wiel rennen. Twee jaar bij de aspiranten en twee seizoenen als nieuweling. In die tijd kreeg zijn naam in de wielerkringen reeds een bekende klank. Ook zijn amateurtijd wil hij »u zo gauw mogelijk doorkomen. Van de wielrennerij zijn beroep maken ziet hij als z'n ideaal. Voor lopig is er voor hem echter als wielrenner nog geen volledige dag taak weggelegd, 's Morgens werkt De Smit als monteur in Terneuzen, later op de dag draait hij dan zijn kilometers over de Zeeuwsch - Vlaamse wegep. Zijn training heeft hij aan de amateurkoersen aange past. „Iedere dag zat ik een uur of drie -vier op de fiets, dan legde ik ongeveer het aantal kilometers van een gemiddelde amateurwed strijd af", aldus De Smit, die tot nu toe zijiv. rpeeste overwinningen in Belgische koersen behaalde. De Smit'. „Ik rljdvHeyer in België omdat de parcoursen daar veel groter zijn dan in Nederland. Ook vind ik de mentaliteit van de ren ners in de Belgische wedstrijden veel beter dan hier in Nederland. Daarnaast is er in een Belgische koers ook meer te verdienen". Charles de Smit leidde tot nu toe als wielrenner min of meer een dubbelleven. In de Nederlandse koersen reed hij als lid van „Theo Middelkamp", terwijl hij over de grens op slag in een „Belg" ver anderde. „Ik ben ook lid van de Belgische wielervereniging Mee- rebeeke-Scheldestreek. En wanneer ik in België reed dan trok ik ge woon een andere trui aan, omdat je concurrenten dan niet zoveel op je letten", aldus de Hoofdplaatse renner. Aan die verwisselingen is nu een einde gekomen omdat De Smit in de ploeg van Smith-Acifit is opge nomen. Als het aan De Smit zou liggen kunnen daar best een paar klassiekers bij zijn. Als sterke sprinter voelt hij zich het meeste aangetrokken tot de langere eventueel meerdaagse ritten. ftA die twee „lusteloze" jaren was de spirit bij Theo Verschueren plot seling teruggekomen. De voornaamste reden vün deze opleving was de verkering, die Theo Verschueren een half jaar geleden kreeg met een meisje uit het Belgische plaatsje Lokeren. „Toen ben ik eigenlijk 'pas serieus aan mijn toekomst gaan denken", aldus de 25-jarige Verschueren. „Wanneer je wilt gaan trouwen'dan moet er geld op tafel komen en omdat wij dit jaar waarschijnlijk in het huwelijk treden heb ik verleden jaar gedacht: nu wordt het alles of niets in de wielrennerij." Het begint erop te lijken dat deze impuls Theo Verschueren naar een „tweede wielerjeugd" heeft gevoerd. Sinds de zesdaagse van Amsterdam, december van het vorig jaar, heeft hij in vrijwel iedere wedstrijd waaraan hij deelnam gedomineerd. Nu aan het begin van het nieuwe wegseizoen heeft Theo Verschueren zijn plannen al klaar. „Ik neem eerst nog aan de zesdaagse van Rotterdam deel om me min of meer voor te bereiden op de grote klassieker BordeauxParijs", zegt Verschueren, die dit seizoen alle hoop gevestigd heeft op het wereldkampioenschap achter grote motoren in Rome. jyA BordeauxParijs wil de Steense coureur zijn programma op de weg beperken tot een aantal kermiskoersen. Theo Verschueren: „Ik weet dat ik niet eeuwig in deze topvorm kan blijven, dat heb ik in de laatste jaren leren inzien. Ik ben nu wat ouder en een stuk wijzet geworden. Ik kan deze zaken nvt beter bekijken en daarom kom ik dit jaar nog niet te veel op de weg. Wan neer het dan in het volgende winterseizoen op de baan nog zo goed gaat, probeer ik in 1969 wat meer op de weg te komen. Ik hoop altijd nog eens een klassieker te winnen. Het is Peter Post ook geluktdus waarom zou ik dat niet kunnen." Als alles goed gaat, hoopt Theo Verschueren tot z'n vijfendertigste jaar te kunnen blijven fietsen. Of het hem inderdaad zal lukken nog tien jaar in het zadel te blijven weet hij echter zelf nog niet zo zeker: „Ik heb nu geleerd dat het niet zo moeilijk is om een goed coureur te worden, maar wel om het voor langere tijd te blijven." Dat een klein ongelukje dergelijke' plannen op langere termijn al kan dwarsbomen, ervoer Theo Verschueren nog onlangs tijdens het kampioen schap van Europa achter dernies. Tijdens de trainingen voor dit evenement had hij kou op de ogen gekregen. Daarom vroeg hij een kwartier voor de race om oogdruppels. De toegediende medicijnen hadden op Theo Ver schueren echter een averechtse uitwerking. „Het leek wel of dat spul in m'n ogen brandde. Tegen het einde van de koers kon ik zo slecht zien dat ik het rondebord zelfs niet meer opmerkte. De laatste ronden heb ik bijna blind achter mijn derny gereden en tijdens mijn ereronde ben ik mijn verloofde zelfs voorbij gereden, omdat ik haar gewoon niet meer kon zien", zegt Verschueren, voor wie deze behandeling nog een pijnlijke nasleep kreeg. J/IJF dagen „Soms huilde ik van de pijn" heeft hij op bed gelegen en toen hij daarna tijdens de trainingen weer last van zijn ogen kreeg leek het er zelfs even op dat zijn deelname aan de Antwerpse zesdaagse in gevaar zou komen. Verschueren: „Daags na het Europese kampioenschap is mijn broer teruggegaan naar Gent om te kijken welk medicijn men mij had toegediend. Er bleken twee flesjes met oogdruppels te zijn: één uit '62 en één van dit jaar. Ik weet zeker dat ik druppels uit het oude heb gekregen, omdat dat al voor de helft leeg was." Gelukkig heeft deze behandeling verder geen verandering gebracht in de plannen van Verschueren, die dit jaar zijn neven-werkzaamheden voor een Belgische bierbrouwerij gaat uitbreiden tot in Nederland, want ook buiten de wielerarena's bouwt de Steense renner nu druk aan zijn toekomst. Jaap de Roo: „Veel renners wil len te vroeg te veel".

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1968 | | pagina 15