UZEN
t N.V.
soorten
EN EN OLIE
warming
Zonder warmte is
- zeker in
Nederland -
leven niet
mogelijk
Schoorsteen in de kamer?
Dan een kachel kopen
1.01150-2056
BER
JAARSMA
SIEGLER
I00R VLAEMINCK
Verbruik
van kolen
daalt
sterk
16
jied.
»r dan 70 modellen.
Ie moeite waard.
Kolenkachel
Systemen
Oliehaarden
Aankoop
Gaskachel
i
DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 27 SEPTEMBER 1967
HULST
erwarmingsinstallateur
en kookapparaten
tot de capaciteit, tech-
affings- en stookkosten
arwarmingsproblemen
met kennis van zaken.
doen uit de volgende
dkoopste
lie adres.
ASSING
n 01140-2628
01150 - 3066 EN 4360
IVATERFITTER
Schoorsteenpartij van blokken Tra
vertin en Franse kalksteen, in een
lijst van Vauron. Om de open haard
een beschermband van vuurvast Kle-
ber. De vloerplaat is van groen *"ar-
mer (Vertinos). (Architect; Hans
Mulder, Amsterdam).
AMSTERDAM In de komen-
I de vijf jaar zal bet verbruik van
vaste brandstoffen voor verwar
mingsdoeleinden tot 55 procent van
het huidige peil dalen. De omzet
van ca. 3,2 miljoen ton kolen nu
zal bijgevolg verminderen tot ca.
1,8 miljoen ton in 1971-"J2. Tot de
ze conclusie kwam de heer B.
Slobbe, directeur van de Laura-
vereniging in Eygelsboven, in zijn
rede ler gelegenheid van het 60-
jarige jubileum van de Nederland
se bond van handelaren in brand
stoffen in het RAI-congrescentrum
in Amsterdam.
Bij zijn berekening ging hij uit
I van de huidige ontwikkeling van
de centrale verwarming, het feit
I dat ongeveer 25 procent van de
I eengezinswoningen voorlopig niet
op aardgas zal worden aangeslo
ten en de penetratiesnelheid van
aardgas voor ruimteverwarming in
wel aangesloten woningen. Over
vijf. ■jaar zullen volgens de heer
I Slobbe ca. 1,2 miljoen huishoudin
gen van vaste brandstoffen ge-
bruikmaken. Thans zijn dit no 2,1
miljoen gezinnen. Als men onge
acht weersinvloeden uitgaat van
I een gemiddeld jaarverbruik van
1,5 ton kolen per huishouding, dan
komt men tot een totaalverbruik
over vijf jaar van ca. 1,8 miljoen
ton vaste brandstoffen. De heer
Slobbe wilde zich niet aan een toe
komstvoorspelling na deze periode
van vijf jaar wagen. Desondanks
merkte hij op dat men rekening
moet houden met een verdere da
ling van het verbruik van kolen,
maar z.i. zal over 10-15 jaar een
J zekere stabilisatie intreden.
De invloed van het gas op de
teruggang in het gebruik van ko
len schatte de directeur op tien
procent. Op 1 april 1965 stookten
ruim 2,6 miljoen gezinnen kolen
0,1 miljoen gas. Op 1 februa-
1967 maakten 2,1 miljoen huis
houdens gebruik van kolen en 0,6
miljoen van gas.
Bij de centrale verwarming is
-et een strijd tussen olie en gas.
Hierbij komen de kolen nauwelijks
te pas. „Waar thans ca. 10 pro
cent van de woningen centraal
wordt verwarmd zal over vijf jaar
ca. 25 procent centraal verwarmd
worden. Dit deel zal derhalve voor
vaste brandstoffen verloren zijn",
aldus de heer Slobbe. ,,Van de ove
rige 75 procent zal zoals reeds eer
der gemeld 25 procent voorlopig
met op aardgas overgeschakeld
worden, zodat de rest overblijft,
otwel voor olieverwarming, ofwel
voor kolenstook.
Van de 1,8 miljoen ton kolen, die
Je Nederlandse gezinnen in 1971
zuilen verbruiken, zal volgens de
deer Slobbe 1,6 miljoen ton door
de mijnen in Limburg worden ge-
jeveiu Dit betekent volgens hem,
dat de Limburgse mijnen hun
marktaandeel op de Nederlandse
markt en tegelijkertijd een "onge
veer stabiele export zullen kunnen
handhaven.
Als gevolg van de teruggang
Jai\ ^olen verb ruik zal het aan-
jai handelaars in brandstoffen nog
«her teruglopen. Dit brengt voor
e ondernemers grote problemen
j Zlch mee. Hieraan wordt door
e bond van handelaren reeds stel-
cimatig gewerkt. Voor hen be
gaat de mogelijkheid om ofwel
SS aiV*eren samen te gaan, of-
nn geleidelijk over te schakelen
Z ander.e activiteiten. In de af-
iJ?pen, jaren zijn reeds vele ko-
laars met behulp van de
vaï v,en afdeling voorlichting
t1 ministerie van Economi-
eH op een andere handel
overgeschakeld.
veeWUd!«Wets mode* kolencon-
di?, 00k van onderen
warmte uitblaast.
Doodgaan zouden we allemaal als er geen warmte was. Warmte
van het lichaam, van de zon, van kleuren, vuur en kaarslicht, van
lamplicht. Kleren en kachels zyn echter in ons land nog steeds de
belangrijkste warmtebronnen. Triest, maar waar. Ons stookseizoen
telt 220 dagen en als het verschil tussen de buitentemperatuur en de
temperatuur in ons huis 35° bedraagt, willen wij warmte. Wij
hebben nu eenmaal warmte nodig om goed te kunnen functioneren.
Ons lichaam moet een gemiddelde temperatuur van 37° hebben, an
ders zijn we ziek of bevriezen we. Zolang de mens bestaat heeft hij
iets verzonnen om warm te blijven. Vuren werden gestookt huiten,
in holen en hutten. De Romeinen verwarmden hun huizen door gro
te vuren onder de stenen vloeren te stoken.
In onze streken ging later het turf
het hout vervangen, vanwege de lange
re brandduur. Een houtvuur moet van
minuut tot minuut verzorgd worden-
Dat is heel leuk voor een open haard
waarop je van tijd tot tijd vanuit je
luie stoel een houtblok gooit,, maar
voor het verwarmen van grote ruim
ten is een houtvuur ondoenlijk en on
toereikend. Het werd dus turf, nog la
ter kolen, olie en gas. en dan nu h«t
aardgas.
Hoe willen we onze warmte, in een
knopomdraai? Willen wij warmte in
ons hele huis, dus centrale verwar
ming? Er zijn verschillende verwar
mingssystemen. We kennen de één
kamer verwarming: het woonvertrek
wordt verwarmd door een haard of een
kachel. Het teveel aan warmte voor
die ene kamer kan via een open deur
naar andere vertrekken worden geleid.
Met éénkamerverwarming kunnen dus
meer kamers worden verwarmd.
De meerkamerverwarming: het ver
warmen van meer dan een kamer
met behulp van een „moederkachel"
en roosters of radiatoren. Dit verwar
mingssysteem is eenvoudiger en
goedkoper dan echte centrale verwar
ming, maar de capaciteit is ook min
der. Een „moederkachel" ziet er vrij
wel eender uit als een gewone kachel.
Buiten de woonkamer kan deze kachel
twee, hooguit drie andere kamers ver
warmen. De ingebouwde „warmteuit-
wisselaar" is het bijzondere aan dit
apparaat. In die wisselaar" wordt
water of lucht op temperatuur gebracht
en vervolgens naar de andere vertrek
ken gevoerd. Wordt er water verwarmd
d»" worden radiatoren in de andere
k s geplaatst. Wordt er lucht ver
warmd dan worden luchtinblaasroos-
ters gebruikt. Een onder de warmte
bron aangebrachte ventilator zorgt
vobr het circuleren van de lucht.
Een centrale verwarming is natuur
lijk ideaal in ons klimaat, en de kos
(De volgende gegevens
zijn voor een dèel over
genomen uit een infor
matieblad van de Stich
ting Bouwcentrum.)
ten zijn ook niet meer onoverkomelijk.
De volledige centrale verwarming be
staat uit een verwarmingsketel, maar
hierin zijn weer vier basistypen, die
zich onderscheiden in uiterlijk en plaat
singsmogelijkheden. Over de c.v. kachel
de moederkachel, hebben we al even
gesproken. Daarnaast is er de c.v. ke
tel, de c.v. unit en de c.v. wandketel.
Maar we komen hier straks uitgebrei
der op terug. Alvorens we de kachels
en verwarminsapparaten afzonderlijk
gaan belichten, volgt hier eerst een
overzicht van de gewenste tempera
turen in de verschillende ruimten.
Een fraaie open haard die hier
dienst doet als bijverwarming. Een
open haard is ontoereikend om een
hele kamer alleen te verwarmen.
woon-eetkamer 1822°
zitkamer 1822°
hall en gang 1018°
toilet 1015°
keuken 1520°
bad- en doucheruimte 2225°
slaapkamer 1218°
zit-slaapkamer 1822°
garage vorstvrij
Verwarmingsapparaten die op
een schoorsteen moeten worden
aangesloten kunnen worden on
derscheiden in:
kachels gestookt met vaste
brandstof;
kachels gestookt met vloei
bare brandstof;
kachels gestookt met gasvor
mige brandstof.
VASTE BRANDSTOFFEN
Antraciet, syntraciet, eierkolen en
cokes-
Antraciet is een glanzende, harde
kool en wordt ingedeeld naar stuk
grootte. Nummer 3, 4 en 5 worden veel
al gebruik voor haarden en kachels.
Antraciet roet niet en vraagt bij het
stoken minder werk en minder toezicht
dan bij andere brandstof.
Syntraciet is een brandstof, gemaakt
van antracietgruis. Het gruis wordt
„gewassen", samengeperst en ontgast
zonder toevoeging van zuurstof.
Eierkolen worden ook gemaakt van
antracietgruis. Het wordt minder zorg
vuldig „gewassen" dan syntraciet en
ook niet ontgast. Bij verbranding ont
staat hierdoor roet en teerdamp. Eier
kolen zijn daarom ongeschikt voor
haarden met verbrandingsgascircula
ties.
Cokes wordt vervaardigd uit vetko-
len met een hoog gasgehalte, en laat
zich niet erg gemakkelijk ontsteken. Co
kes begint pas te branden bij een zeer-
hoge temperatuur. De as smelt en on
der in de kachel vormen ich slakken.
Aangeraden wordt om in haarden niet
alleen cokes te gebruiken. De vuurpot
en het rooster zijn meestal niet be
stand tegen de hoge temperatuur. Een
mengsel van cokes en antraciet is heel
goed te gebruiken.
Bij het kiezen van een kolenkachel
moeten diverse factoren worden over
wogen: er moet een opslagplaats voor
de brandstof zijn; de aan- en afvoer
van brandstof en verbrandingsproduk-
ten doen stof ontstaan; het aanmaken
is niet zo eenvoudig; het duurt lang
voordat het lekker warm begint te
worden; bij verkeerd stoken of het ge
bruiken van verkeerde brandstof kan
kolendamp ontstaan. Kolendamp kan
overigens ook optreden als de schoor
steen niet in orde is, deze moet dus
regelmatig geveegd worden.
VERGELIJKING BRANDSTOFKOSTEN CENTRALE VERWARMING
OLIE (HBO I)
KOLEN (COKES)
AARDGAS
1 liter 1,5 kg 1,1 m3
95,— per 1.000 1
112,50 per 1.000 kg (1 ton)
Tarief
Afname
per jaar
Prijs
per m3
Vastrecht
4
5
6
7
8
0— 202 m3
202— 300 m3
300— 600 m3
600—2100 m3
2100 m3
0,33
0,25
0,20
0,10
0,07
3,60
19,80
34,80
94,80
157,80
M
P3
rARMING Voor de verwarming van een ééngezinswoning met een inhoud van 300 m3 is nodig ca. 3.000 1 HBO I.
3.000 liter
3.000 1 4 0.095 285,—
3.000 x 1,5 4.500 kg cokes
4.500 kg 4 0,11 f 495,
3.000 x 1,1 3.300 m3 aardgas
3.300 m3 4 0,07 231,—
vastrecht 157,80
S 388,80
VERGELIJKING BRANDSTOFKOSTEN LOKALE VERWARMING
HAARD OLIE
ANTRACIET
ELEKTRICITEIT
AARDGAS
1 mud (70 kg) 68 liter 430 kWh 73 m3
14,25 per mud
0,205 per liter (opgedaan per vat)
0,04 per kWh (n.m.w.-tarief) wanneer van
ca. 12.0014,30 uur elektrisch wordt gekookt
en gebruik wordt gemaakt van een boiler en
een nachtstroomkachel.
Tarief
Afname
per jaar
Prijs
per m3
Vastrecht
4
5
6
7
8
0202 m3
202— 300 rp3
300— 600 m3
600—2100 m3
2100 m3
0,33
0,25
0,20
0,10
0,07
3,60
19,80
34,80
94,80
157,80
VEI
tWARMING Voor de verwarming van een woonkamer van rond 60 m3 is nodig ca. 20 mud antraciet
20 mud antraciet
20 mud a 14,25 f 285,
20 x 68 1.360 1 haardolie
1.360 1 4 0,205 278,80
20 x 430 8.600 kWh elektriciteit
8.600 kWh 4 0,04 S 340,—
20 x 73 1.460 m3 aardgas
1.460 m3 a 0,10 146,
vastrecht 94,80
240,80
gassen gaan, buiten de brandstofvoor
raad om. via circulatiekanalen naar de
schoorsteen.
Voordelen van dit laatste sy'steem:
het effect is groter, als er natuurlijk
wel gestookt wordt met de juiste
brandstof van de juiste afmetingen; de
bediening is vrij eenvoudig en het vuur
vraagt weinig toezicht minder stof dan
bij een kachel met het bovenafbrand-
systeem.
Waar letten we zoal op bij het ko
pen van een kolenkachel? Heeft hij
het juiste vermogen; waarmee wordt
hij gestookt; is hij eenvoudig in onder
houd; sluiten de deurtjes goed af en
zijn ze gemakkelijk te openen; kun
nen onderdelen worden vervangen; is
de prijs te betalen.
VLOEIBARE BRANDSTOFFEN s
Petroleum is de brandstof die voor
oliekachels wordt gebruikt. Er ont
staat slechts weinig roet bij de ver
branding. Deze brandstof stolt niet en
kan zelfs bij strenge vorst in de bui
tenlucht worden opgeslagen.
Een kachel heeft wat de verbran
ding betreft verschillende systemen.
Zo is er een bovenafbrandsysteem,
waarbij de verbrandingslucht door de
hele in de kachel aanwezige brandstof
wordt gezogen.
Kachels die volgens dit principe wer
ken zijn: open haarden, potkachels en
haarden zonder vultrecht.er-
Een onderafbrandstysteem hebben de
haard met trechtervulling. De afvoer-
Ook bij het kiezen van oliehaarden
moet men op verschillende dingen let
ten. Er moet plaats zijn voor de brand
stof; men is gebonden aan de voor
schriften van de gemeentelijke brand
weer wat betreft de inhoud van de
olietank; oliekachels stellen vrij hoge
eisen aan de schoorsteentrek; het aan-
en uitmaken van de kachel gaat di
rect; reeds na korte tijd kan de ka
chel op vol vermogen branden; een
voudige bedieningEr zijn ook ka-
chtls met een thermostaat, welke au
tomatische regeling mogelijk maakt en
een kachel met een elektrisch ontste
kingsapparaat en eventueel een tijd-
schakeling behoort ook nog tot de mo-
[elijkheden. Hoewel vrij kostbaar is
tit toch wel aantrekkelijk voor kamer
bewoners; weinig stofvorming.
d:
Bij de aankoop Zetten we op het vol
gende: Is de prijs aanvaardbaar; heeft
de kachel het gewenste vermogen; hoe
vindt de warmte-afgifte plaats; kunnen
onderdelen worden vervangen; welke
eisen worden er gesteld aan de schoor
steentrek; heeft de kachel een inge
bouwde tank.
GASVORMIGE BRANDSTOF
1967: Het aardgasjaar. De totale om
schakeling is voltooid. We willen ech
ter niet aan de andere gassen voorbij
gaan-
Er bestaat nog altijd mijngas en
cokesovengas, met een hoeveelheid
warmte van 4.500 kcal. per m3, we
noemen dit calorische bovenwaarde;
aardgas met 'n calorische bovenwaar
de van 8.000 kcal. per m3; butaan en
propaan met een calorische boven
waarde van 12-000 kcal. per kg.
Aardgas» butaan- en propaangas zijn
niet giftig. Mijngas en cokesovengas
zijn dit wel. Eerstgenoemde gassen be
vatten bijna .geen zwavel. Voor alle
gassoorten geldt wel dat een gaslucht-
mengsel van bepaalde samenstelling
explosief is.
kiezen
op-
Waar we op letten bij het
van een gaskachel: er is geen op
slagplaats voor de brandstof nodig, be
halve bij het gebruik van flessengas
(propaan of butaan)de verbrandings
gassen bevatten vrij veel waterdamp;
de kachels zijn onmiddellijk aan en uit
te schakelen en kunnen eventueel di
rect op volle sterkte branden; zij zijn
gemakkelijk en snel te regelen; wéi
nig stofvorming.
De gaskachels kunnen we onderschel
den in stralingskachels en convectiegas-
kaehels. 6
Bij de aanschaf van een gaskachel
letten we op het volgende: Is de prijs
redelijk; kunnen de onderdelen worden
vervangenheeft de kachel het gewens
te vermogen en hoe vindt de warmte-
afgifte plaats.