Tankauto explodeert op
Franse nationale route
MEER ON
Nog m
voor T
stoffen
REIS
NAAR
Kabouter Puntmuts
DE EEUWIGHEID
«#nan'b«re
Boskoopse kwekers
ziek door giftige
bestrijdingsmiddelen
DRIE DODEN EN VIJF GEWONDEN
Hindoes willen
uitwijzing
missionarissen
Documentaire over
NSB verschenen
Engeland en Polen
achter Amerikaans-
Russisch voorstel
VUURZEE
KOFFERS
PENNING VOOR 100-JARIGE
Grote walvis op
strand Borkum
ITALIË
BESCHERMING
Spaarbank komt
met rekeningen
zonder boekje
^entVSCA3'5 Pr°Cent t0t
Twee wagens
Vreemde weg
PIPO DE
CLOWN
Het einde van
een fijne dag
12
ÖAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 30 AUGUSTUS 1967
(Van onze redactie buitenland)
CHARTRES Bij een ernstig verkeersongeluk op de route natio
nale nr. 10 tussen Parijs en Chartres zijn maandagavond drie mensen
om het leven gekomen en vijf andere ernstig gewond geraakt.
De bij het ongeluk betrokken Belgische tankwagen geladen met
21 ton benzol vloog na een half uur, toen brandweerlieden en politie
bezig waren de slachtoffers uit vier andere bij het ongeluk betrokken
personenwagens te halen met een enorme steekvlam in brand.
Het ongeluk gebeurde omstreeks half
tien, op een recht stuk van een kilo
meter lengte in deze weg, die altijd
druk is omdat zij de verbinding vormt
met het westen en zuidwesten van
Frankrijk.
AMSTERDAM (ANP) Gisteren is
by de uitgeverij „De Arbeiderspers" in
Amsterdam verschenen „Hou Zee Ka
meraad", een documentaire over de
NSB, de nationaal socialistische bewe
ging van Ir. Mussert. Het boekje is sa
mengesteld door de journalist J. Aarse
en de historicus drs. B. Marinus.
„Hou Zee Kameraad" omvat naast' ean
27 pagina's tellende inleiding, die een
beeld geeft van de ontwikkeling van de
Mussertbeweging van zijn oprichting in
1931 tot het voltrekken van het dood
vonnis van de leider in 1946, 263 pagi
na's zorgvuldig geselecteerde documen
tatie, welke de feiten in de inleiding
genoemd illustreren.
De samenstellers hebben bepaald niet
getracht een wetenschappelijke docu
mentaire uit te brengen, wel een zo ob
jectief mogelijk beeld van de geschie
denis van de NSB te geven en daarbij
duidelijk gemaakt dat het de crisis
situatie op sociaal en economisch gebied
in de dertiger jaren is geweest die de
basis heeft gelegd voor het aanvankelijk
succes van deze nationaal-socialis-
t.ische beweging. De aanleiding tot het
uitgeven van deze documentaire is ge
weest een in 1952 gehouden enquête on
der schoolkinderen van 12 tot 15 jaar.
Zeventig procent van deze kinderen
wist toen al niet meer wie Mussert was
geweest.
GENéVE (DPA) Groot-Brittannië
en Polen hebben zich op de Geneefse
ontwapeningsconferentie positief uitge
sproken over het door de Sovjet-Unie
en de Ver. Staten ingediende ontwerp
verdrag tegen de verspreiding van kern
wapens. De Italiaanse afgevaardigde
daarentegen wees op het feit dat artikel
drie betreffende een controle op nale
ving nog openstaat en zei dat Italië
eerst dan een standpunt zou kunnen
bepalen als deze clausule zou zijn opge
steld.
Bij de indiening van het ontwerp heb
ben de Sovjet-Unie en .de Ver. Staten
de andere vijftien leden van de confe
rentie verzocht het vraagstuk van con
trole en inspectie zodanig uit te werken
dat alle partijen tevreden zijn.
De Sovjet-Unie staat er op dat het
internationale atoombureau in Wenen
wordt belast met de controle, maar le
den van Euratom verzetten zich daar
tegen.
NIEUW DELHI (AFP) In India
heeft de nationalistische Hindoepartij
Jan Sangh maandag de uitwijzing g-e-
eist van alle zendelingen en missio
narissen „om de eenheid van het land
te beschermen".
De secretaris-generaal van de par
tij. Jagannath Rao Josji, verklaarde in
een toespraak te Calicut in de staat
Kerala, dat niet alleen gelet moet wor
den op ,,de rode, maar ook op de blan
ke gardisten, die schuilgaan onder het
priesterkleed en niet het christendom
prediken maar hun politieke denkbeel
den verbreiden-"
Het aantal afgevaardigden van de
Jan Sangh in het nationale parlement
is na de verkiezingen van februari j.l.
van 14 tot 35 gestegen.
Uit een eerste onderzoek is gebleken
dat de tankwagen van 36 ton, rijdende
in de richting Chartres, werd gepas
seerd door een sportwagen, een Porsche,
die zeer snel reed. Op hetzelfde ogen
blik passeerde een tegenligger, de
chauffeur van de Porsche zag dat hij 't
niet meer zou halen en remde sterk af,
waardoor hij de tankwagen raakte. De
chauffeur van de tankwagen raakte
daardoor de macht over het stuur kwijt
en remde. Het gevolg daarvan was dat
de tankwagen driemaal achtereen om
zijn lengte-as draaide en twee tegemoet
komende auto's verpletterde. Een derde
auto kon niet meer stoppen en reed
op de ravage in.
Andere automobilisten stopten om te
helpen, brandweerlieden en politie
haalden drie doden en vijf gewonden
uit de wrakken. Pas een half uur na
het ongeluk vloog de vrachtwagen in
brand met een steekvlam van twintig
meter hoogte. Een brandweerman werd
daarbij aan gezicht en handen gewond.
Een sleepwagen die al aan het werk
getogen was raakte eveneens in brand,
de chauffeur kon zich ternauwernood
redden. De weg werd een vuurzee waar
uit onmogelijk nog iets gered kon wor
den. Een auto zat onder de tankwagen
vastgeklemd. „Het enige wat wij kunnen
doen is de wrakken laten uitbranden,"
zei de brandweercommandant.
De gewonden, die er allen ernstig aar-
toe zijn, zijn naar het ziekenhuis van
Chartres overgebracht. Het zijn er vijf,
drie mannen en twee vrouwen, twee
vrouwen en een man zijn dood. Over
een lengte van 150 meter is de weg
bezaaid met stukken auto. verbrande
kleding, en uiteengevallen koffers. De
inzittenden van een van de auto's keer
den blijkbaar var. vakantie terug. De
brand heeft de hele nacht gewoed en
was gisteravond pas bedwongen. Het
verkeer is over een lengte van zes kilo
meter omgelegd.
Het ongeluk gebeurde op 9 km van
Chartres. Was het in een bebouwde
kom gebeurd, dan zou het vermoedelijk
tot eenzelfde ramp hebben geleid als die
welke vorige week het Belgisch-Luxem
burgse stadje Martelange in rouw dom
pelde. Er waren ditmaal echter geen
huizen in de buurt.
Drie personen werden gedood
vyf anderen levensgevaarlijk p.
wond, toen gisteravond de Porsche
sportwagen rechts, een tankwagen i
raakte. Deze kwam in botsing mei
vijf andere wagens, waarvan enkele
geheel werden vernield. Toen de
lading van de tankauto in brand
vloog, werden reddingspogingen on
mogelijk.
AMSTERDAM (ANP) Ter gele
genheid van het 100-jarig bestaan van
het Nederiandsche Roode Kruis heeft
de N.V. Koninklijke Begeer, Voorscho
ten een officiële penning geslagen.
De voorzijde toont 4 portretten nE:
koning Willem III, oprichter van het
Nederiandsche Roode Kruis in 1867.
prins Hendrik, voorzitter van 1908 tot
1934, koningin Juliana, voorzitster van
1934 tot 1948, thans beschermvrouwe
a Irnrt lid
en prinses Margriet, sinds kou op
het dagelijks bestuur. De is steun
de keerzijde symboliseren
van het Nederlandse voik tjjnSe
Rode Kruis, als rahdschnit^
Rode Kruis, als
spreuken: per humanitatem
<door menselijkheid naar vrta
ter. arma caritas (barmj
midden van wapengeweld
pen zijn van de teeldnoti
leur Joop Hekman- De pe
den op diverse formatenin
zilver en brons uitgegeven.
BORKUM (DPA) Op het WttiJ
düitse Waddeneiland Borkum is een oi
geveer acht meter lange walvis ge-f
strand. Het is vermoedelijk een vinvis
Dinsdagochtend werd het dier op he!
zuidelijke strand van het eiland gc
den, het leefde toen nog. Gestrande wal-1
vissen kunnen op eigen kracht niet
meer vlot komen, zij stikken me
onder hun eigen gewicht. De walvis was I
zondagmiddag als in de Wester-Ems ge-
zién. Een reddingboot heeft het dier me! I
behulp van kabels in diep water getrok- r
ken. w*ar het snel een goed heenkomer
zocht.
(Van een onzer verslaggevers)
BOSKOOP Tijdens het vèrrict I
ten van werkzaamheden op een kwe
kerij te Boskoop zijn twee boomkfft-
kers ziek geworden. Bij een van to
w$.ren de ziekteverschijnselen zo ern
stig, dat hij tot tweemaal toe het to
wustzijn verloor. In samenwerking
met de veiligheidsdienst van de to I
beidsinspectie werd door de rijkspol1* J
tie een onderzoek ingesteld. Gebleken
is dat op een naburige kwekerij j
gespoten met het zeer giftige planten-
bestrijdingsmiddel ,,Meta-iso-sytox
waarbij gebruik was gemaakt van een
zogenaamd nevelspuitkanon.
De behandelende geneesheer herken-
de het spuitmiddel aan de reuk, zoaa-
hij terstond de oorzaak van de 2ieK'
kon vaststellen en de nadelige geV0J'
gen zoveel mogelijk tegengaan.
Met een hogedruk nevelspuitkanon
worden bij enige wind enorme mist*
wolken vergif over de omgeving ui'
gestort. Wanneer dit spuiten nonen
lant gebeurt kan dit zodoende zwa
lichamelijk letsel en zelfs de dood 1
gevolge hebben. Het onderzoek W*
zich daarom ook uitgestrekt tot an
re bedrijven, waar echter werd ge
stateerd dat. men daar wel de noag
-voorzichtigheid in acht nam.
Het spuiten met giftige bestnjdi g-
mïddelen mag alleen geschieden B;
windstil weer, zodat de omgeving
geen hinder van heeft.
(Van onze
TILBURG Over twee maai
Goldschmit, als voorzitter van d
i jn 1965 in opdracht van de iede
6e levenskansen en rentabilitei
proefde sector van de Tilburgse
zoeken zijn bevindingen vooriep
jenstoffenfabrieken die hun me
IVat de uitkomsten zullen zijn va
10 augustus a.s. wanneer de vaste
„ken van de Tweede Kamer een he;
heidssituatïe In Tilburg zullen de be-
Wii hebben over deze situatie opgen
„iet ten goede komt; immers de 25
.een volledig beeld kunnen krijgei
van dit deel van de Tilburgse arbei
Deze omstandigheid betekent echt^
„iet dat de kamerleden zich geel
idee kunnen vormen van de toekoml
ttiee situatie, die voor de textielindus I
trie mag worden verwacht. Negei
maanden geleden heeft de orgamsati-
voor economische samenwerking eil
ontwikkeling een rapport gepubliceerc I
over de ontwikkeling in de textielin l
I dustrie van de West- en Zuideuropestl
landen van Japan. Canada, en de Ver
enigde Staten. Dit rapport geeft eerl
indruk van de situatie in de textiel!
nijverheid bij onze belangrijkste con I
currenten. Een van die concurrenterl
E Italië. De Italiaanse importen var!
goedkope strijkgarens in de periode!
1954-1966 zou meer dan ver tienvoudige!
zijn en de levensvatbaarheid van me-F
nig textielbedrijf werd verlaagd, hei-ï
geen geresulteerd heeft in de sluiting!
van een veertiental bedrijven en toenex
mende zorgen voor de resterende on-l
dernemingen. Het aantal arbeidsplaat-!
sen is tengevolge hiervan met 2.000 inj
vier jaar gedaald.
De ontwikkeling in Italië is op dit!
punt echter eveneens onrustig. Alleen
al in 1965 is de werkgelegenheid in
de Italiaanse textielindustrie met 1200CL
arbeidsplaatsen afgenomen, terwijl I
voor de komende jaren een nog grote-F
re teruggang wordt verwacht, o m. ten-I
gevolge van de opvallende hoge kapij
taaisinvesteringen. Deze dragen juisll
bij tot een snelle technische aanpas-L
sing van de textielindustrie in Italië.!
die echter niet door de Nederlandse!
fabrikanten kan worden bijgehouden/
wegens gebrek aan financiële middelen)
om de noodzakelijke investeringen td
kunnen blijven verrichten-
De fiscale tegemoetkomingen, die dd
Italiaanse textielindustrie aldaar biedtl
zijn hier niet. Hoewel een dergelijke!
yorm van protectie niet past binnen!
het E.E.G.-kader, en in strijd is met
het Verdrag van Rome, gaat men op
grote schaal hiermee door. De rege
ring in Rome beroept zich op de bij
zondere economische positie van, be
paalde achtergebleven gebieden, die
alleen door middel van industrialisa
tie verbeterd kan worden. De rentes
die in Nederland haar verband vindt
in het industrieel vestigingsbeleid in
de stimuleringsgebieden. Nu zou het
mogelijk zijn om Tilburg als een der
gelijk gebied te kwalificeren, zodat de
industriële herstructurering effectiever
ter hand kan worden genomen.
i Een dergelijke „brede politiek"
lijkt ons reëler dan exclusieve steun
maatregelen aan de bedreigde wollen-
stmfenindustrie te geven. Immers de
O.E.S.O-cijfers tonen aan dat bijna
m alle ledenstaten de produktiecapaci-
*Vn.de laatste jaren in de wollen-
stoffenmdustrie sneller is gestegen dan
yra,ag naar kaar eindprodukten- De-
houdenenS Za^ voor^°P^ê nog wel aan-
Overaï heeft de overcapaciteit tot
F.O'n'I,;»;ANP) De spaar
sla.G "otter<lani gaat naast de be-
van 1 sPaal'bankboekjes met ingang
tek™i-eptember van dit jaar betalings-
«PaartSi ™Y°eren. Daarbij is het
Paarbankboekje niet meer nodig.
WOfdt de spaarbank door
8 U3Meven en particulieren in-
vanrat vo,or.de en or-t-
alflus Z salarissen en pensioenen,
Daardoo,- uCOrümuniqué van de bank'
toenemend^ vla de sPaal"l>ank in
''oor het m mate betalingen verricht
'ank- ve!'maRen van bedragen naar
hiervan Slr0rekeningen. Als gevolg
ttaan aan „er 0011 sterke behoefte ont-
heijlk hai-?en v oor betrokkenen gemak-
apecialo iweï?>are methode. Voor deze
hoekje^'oDpgsrekeningen komt het
paarbank m,eer aan te Pas: de
,eiJige omA dagelijks een vol-
betaalde bedrlgln" aUe ontvaQsen
reedta^SS°pdl'achten kunnen thuis ge.
verzonden Ij"31' en vervolgens
Kven aan ÏÏ2 n oJ eenvoudig afge-
buurt. ®Paarbankkantoor in -
oc,k ..PeriS en gaat de spaarbank
vogelmatis tm.eD.t°VerSjhr^vi,niSen'' v
verm® ^"^orende-betalingen w
jasten worrion porto- en andere
kracht; Wel word? inurekening ge-
een daIS?dt, ov<;r het gehele sal-
'■5 procent berekende rente van
k°°,r de houder?6 Daarnaast blijft
J°ekje de rent? van 1 spaarbank.
?ailen ook dpn?,aarbank te Rotterdam
r», N^rtets--
tervvijl andere Gor]nobem en Tholen,
Voering Van de?ze gvaaP de in-
n voorbereiding hebbe* <^enstver*en*ng
de
nu
voor
gra-
lere
ge-
Twee huurlieden die hun leven lang naast elkaar hadden gewoond, wa-
ren toch geen vrienden. Want de ene man was een goede man, en de an
dere was slecht. Wat de een aan aalmoezen had gegeven, was door de
ander weer gestolen. Waar de een zijn best gedaan had iedereen te hel
pen ten koste van eigen krachten en middelen, daar was de ander in de
weer geweest zichzelf te bevoordelen ten koste van zijn evennaaste.
De twee mannen stierven op dezelf
de dag. Hun engelbewaarders namen
hen bij dc hand cn brachten naar
een plaats van waar de weg voert naar
de hemel en naar de hel. Tegelijk kwa
men de huurlieden op die plek aan.
ITet was een pleisterplaats waar scha
duwrijke bomen stonden aan het be
gin van een lange, brede weg. Onder
de bomen wachtten twee feestwagens,
met banken, waarop plaats was voor
talloze reizigers. Voor elke wagen wa
ren acht paarden gespannen, die on
geduldig trappelden om te kunnen ver
trekken. Het enige verschil tussen de
beide wagens lag in de lileur: de ene
Jan Plezier was rood geschilderd en
ook de paarden die ervoor stonden te
wachten waren rood als gloeiend vuur.
De andere Jan Plezier was even wit
als de acht schimmels die hem moes
ten trekken. Op de rode wagen stond
een bordje „Naar de Hel". Op de wit
te eenzelfde bordje met de woorden
,,Naar de Hemel".
„Ha", riep de slechte man tegen
zijn buur. „We zijn nog altijd bij elk
aar. Je ziet dat het geen verschil
maakt of je in je leven goed voor je
zelf hebt gezorgd, ofwel te kort bent
gekomen omdat je zo gek was alles
aan anderen weg te geven! Ik heb
altijd wel geweten, dat jij je uitge
sloofd hebt voor niets. Kijk eens aan,
we kunnen waarachtig zelf nog kiezen
waar we heen willen- Ik kom even ge
makkelijk in de hemel als jij!".
In de witte wagen zaten al verschil
lende mensen te wachten. Ze waren
heel eenvoudig gekleed. Kalm en be
daard zaten ze op de banken, spraken
weinig met elkaar en wachtten een
voudig af wat er ging gebeuren.
Maar in de rode Jan Plezier ging
het heel anders toe. De mensen wa
ren gekleed in de vrolijkste, bonte kleu
ren. Ze maakten muziek op allerlei
instrumenten. Ze zongen en zwaaiden
met hun armen op de maat. Pakken
vol lekkernijen, flessen vol met heer
lijke dranken stonden tussen hen in.
En als ze geen muziek maakten, aten
en dronken ze zoveel ze konden.
„Nu mag u zelf kiezen in welke wa
gen u naar de eeuwigheid wil rijden",
zeiden de engelbewaarders tegen de
buurlieden. De goede man wees
naar de witte wagen. Een ogenblik
stond de slechte man in tweestrijd.
Hij had in zijn leven niet veel nage
dacht over de eeuwigheid. En als hij
er wel eens een ogenblikje bij had stil
gestaan, had hij gedacht: komt tijd,
komt raad. Nu had hij dus een kans
nog in de hemel te komen. Maar de
tweestrijd duurde niet lang. „Man,
klim toch niet in die saaie wagen!"
riep hij naar zijn buur. „Kijk nou
toch eens naar die uitgestreken gezich
ten boven hun witte hemden. Daar is
geen plezier mee te beleven- En kijk
eens naar de gezellige boel in die ro
de Jan Plezier! Lachen, zingen, eten
en drinken, meer geluk kun je in de
eeuwigheid niet verwachten!"
De goede man schudde het hoofd.
„Kom met me mee in de witte wa
gen", drong hij aan. „Ik heb óók nooit
geweten dat je nog kon kiezen. Grijp
je kans en ga met me mee. Ik zal
mijn best doen, zodat je je niet ver
veelt onderweg." Maar de slechte man
lachte hem smalend uit en voegde zich
bij het vrolijke gezelschap in de wa
gen, waarop geschreven stond „Naar
de Hel".
Toen de wagens vol waren, vertrok
ken ze. Ze reden elk aan een kant
van de brede weg. Er reed niemand
voor ze uit, er reed niemand achter
ze aan en ze kwamen niemand tegen.
Maar de weg werd telkens onderbro
ken door een pleisterplaats, waar de
paarden onder de bomen konden rus
ten. Aan weerskanten van die pleis
terplaatsen stonden drommen mensen.
Nauwelijks hielden de wagens stil, of
die mensen drongen er omheen en rie
pen naar de reizigers.
De goede man herkende verschillende
oude vrienden onder de menigte. Daar
stond de oude man die hij zo lang had
verpleegd. Daar stond de moeder, die
hij menigmaal met geld had gehol
pen als zij te kort kwam voor haar
kinderen. Daar stond het jongetje dat
hij eens met gevaar voor het eigen le
ven, van de dood had willen redden.
Zij kwamen op hem af en belaad
den hem met gescnenken, bedankten
hem voor alles wat hij voor hen had
gedaan en wensten hem goede reis. Al
zijn reisgenoten overkwam hetzelfde. De
wagen kreeg een ander aanzien en
toen Zij weer verder gingen, klonk er
zelfs muziek, want onder de geschen
ken waren ook violen en fluiten ge
weest. Maar intussen was er in de
rode wagen óók iets veranderd.
De mensen die aan de andere kant
van de weg de rode Jan Plezier had
den opgewacht, dromden woedend en
tierend om de reizigers heen. „Waar
is de koe die je van me gestolen hebt?"
schreeuwde de een, „Hier heb je een
pak slaag, voor de klappen die je
mijn kinderen hebt gegeven", bruid-
de ander. Stokslagen vielen op de boos
wichten en op de mensen die naast hen
zaten. „Hier die mand met heerlijk
heden!" zei een ander en tilde een
mand van de wagen af. „Je hebt me
zo lang honger laten lijden, nu is het
jouw beurt!"
Toen de wagens weer verder trokken
zag de rode Jan Plezier er gehavend
uit.
Zo ging het nog op vele pleister
plaatsen. Tenslotte was de weg be
ëindigd en de witte wagen zag er uit
als de feestelijkste praalwagen uit een
optocht. De reizigers zongen en maak
ten muziek, ze zagen er prachtig uri
in veelkleurige glanzende kleren. Aan
lekkernijen was er geen gebrek, d-:
bloemen bogen zich aan alle kantei
naar buiten en zelfs de paarden gin
gen schuil onder geurende boeketter.
Maar de rode wagen was geplun
derd. Niets was er overgebleven van
de pakken vol heerlijkheden en d(
manden vol flessen. De reizigers had
den alleen nog maar lompen aan het
lijf. Ze zaten voj builen en schram
men, ze kermden van pijn.
De poorten van de hemel en hel
lagen naast elkaar, Alle reizigers ste
gen uit en verzamelden zich. Die uit
de witte wagen voor een wit met gou
den poort, die uit de rode wagen voor
een rood met zwarte poort. Sleutels
rammelden al in het slot aan de an
dere kant van do deuren.
Nu keken de twee buurlieden elk
aar aan. En voor het eerst had de
slechte man spijt. „Was ik maar in
de witte wagen gestapt", dacht hij
en die gedachte was in zijn ogen te
lezen.
De goede man hoopte dat hij hier
voor de hemelpoort nog een laatste
goede daad kon verrichten. Hij trok
vlug zijn kleurige glanzende kleren uit,
gaf ze tersluiks aan de buurman, die
er vlug zijn lompen mee bedekte. Toen
sloop de slechte man ongemerkt naai
de groep voor de hemelpoort en wacht
te ongeduldig tot de deuren open
zwaaiden-
Daar stond Petrus. „Kom binnen
lieve kinderen", verwelkomde hij de
mensen. „Natuurlijk is de wagen al
weer volgeladen met geschenken van
dankbare zielen. Ik ken dat. Zo gaat
het hier altijd. Maar de wagens ke
ren terug naar het begin van de weg
naar de eeuwigheid. En ze nemen al
le geschenken weer mee, om ze
daarginds uit te delen aan de mensen
die nog leven en in moeilijkheden ver
keren. Hier in de hemel hebben wij
deze dingen niet meer nodig. Hier
wachten heerlijkheden waarbij al het
andere in het niet verzinkt."
De goede mensen begonnen door de
poort naar binnen te gaan. De slechte
man, die achteraan stond, keek nog
eens naar de witte wagen vol schat
ten en heerlijkheden. De paarden
keerden al om en maakten zich ge
reed voor de terugweg. Toen nam de
slechte man vlug een besluit: hij ren
de naar de witte wagen, sprong erop
en reed in snelle vaart de eeuwig-
heidsweg terug, naar het beginpunt.
De goede mensen waren binnen en
Petrus sloot de hemelpoort. De slech
te mensen waren intussen de andere
poort binnengegaan. Maar die ene was
ontsnapt en in razende vaart voerden
de paarden hem mee.
De weg leek veel korter. Er stonden
nergena mensen op de pleisterplaat
sen en de paarden hielden niet stil.
In een oogwenk stond hij weer aan
het beginpunt van de weg. Niemand
hield hem tegen toen hij van de wa
gen klom. Niemand verbood hem zo
veel mogelijk schatten van de wagen af
te nemen en er heT leven weer mee
binnen te stappen. De slechte buur
man liep, zwaar beladen met kostbaar
heden regelrecht naar zijn huis.
Maar hij herkende de weg niet meer.
De mensen die hij tegenkwam le
ken hem geheel vreemd. De taal die
zij spraken verstond hij niet.
En toen hij eindelijk kwam aan de
plek waar eens zijn huis en dat van
de buurman hadden gestaan, bleken ze
verdwenen te zijn. Alleen de grens
steen die hun erven had gescheiden,
was nog over. Er zat een stokoude
man op die steen.
De slechte buurman sprak hem aan
en vroeg: „Kunt u me ook zeggen wat
er met mijn huis is gebeurd? Hier heb
ik altijd gewoond, naast de buurman
van wie, het huis óók niet te vinden
ls." De oude man antwoordde: „Ach,
u gebruikt woorden die ik me herin
ner uit mijn jeugd. Z0 sprak mijn
grootvader ook! Die twee huizen? Ja,
die moeten hier vroeger wel gestaan
hebben. Mijn grootvader heeft er wel
eens over verteld: er zouden twee bij
zondere buurlieden gewoond hebben,
die „De Goede" en „De Slechte" ge
noemd werden. Maar dat moet al
meer dan honderd jaar geleden zijn,
want ik heb zelfs de huizen niet meer
gekend
De slechte buurman begreep opeens
dat hrj wel honderd jaar gereisd had
op de weg naar de eeuwigheid. Hij
schrok zo ontzettend, dat hij alle
schatten op de grond liet vallen en
hel op een lopen zette. Hij holde naar
de plaats waar de witte en de rode
vvagen waren vertrokken, in de hoop
ze er weer te zien staan.
Maar er was geen wagen te beken
nen
Daar zit hij nu nog steeds en hij
is van plan te wachten. Zo lang te
wachten tot er weer twee wagens zul
len staan, een witte en een rode.
Intussen doet hij boete en het zou
best kunnen gebeuren, dat hij tenslot
te nog eens in een witte wagen stapt
en eindelijk de hemelpoort zal berei
ken.
AN MAC GILLAVRY
Silvia van Kampen (8 jaar), Dorpsstraat 17, Ossenisse.
Er was eens een kabouter en die ka
bouter heette: kabouter Puntmuts. Hoe
hij aan die naam kwam? Luister maar.
Kabouter Puntmuts was vroeger jong
geweest en toen had hij nog geen muts.
Toen had hij een andere naam, want
toen heette hij Raadgever. Hij was bij
de koning in dienst geweest, maar dat
begon hem te vervelen. Hij zei tegen de
koning: „Majesteit, ik wil dat u mij
ontslaat". „Maar", zei de koning, „dat
kan niet. Als ik nu iets niet weet, wat
dan?"
„Dat weet ik wel", zei Raadgever.
„Wat dan?", vroeg d* koning nieuwsgie
rig. „Nou", zei kabouter Raadgever,
„nou u kiest gewoon een andere kabou
ter." „Maar wie?", vroeg de koning.
„Neem Kokosnoot", zei raadgever trots.
„Ja", zei de koning, „dat is een goed
idee", en er verscheen een glimlach om
zijn lippen. Hij pakte een belletje en
belde, toen trad Vluggertje de kamers
van de koning binnen.
„Vluggertje" zei de koning, „haal
eens vlug kokosnoot voor mij". „Zeker
majesteit", zei Vluggertje en verdween
met een diepe buiging.
Raadgever was dus ontslagen. Wat
'vond hij dat fijn. Hij wandelde naar
zijn huisje. Hij kwam bij zijn huisje,
pakte uit zijn zak een sleuteltje en stak
het in het slot. De deur ging open en
Raadgever stapte naar binnen. Keffend
sprong zijn hondje tegen hem op.
„Ha, Kwiebelstaart", zei Raadgever
vrolijk. Raadgever liep naar zijn ka
lender en wat zag hij; hij was de vol
gende dag jarig. „Joepiee!", juichte
Raadgever en rende weg, om vrienden
uit te nodigen.
Hoe vroeg kabouter Platmuts, kabou
ter Schuinmuts kabouter Spitsmuts, ka
bouter Haarscherp, kabouter Kookneus,
kabouter Weetveel, kabouter Grapjas,
kabouter Slijpschaar en nog een- hele
boel kabouters.
En hij kreeg veel geschenken. Van
kabouter Kookneus kreeg hij een Punt
muts. En toen riep kabouter Raadgever
ineens: „Nu heet ik met die muts voort
aan, kabouter Puntmuts". „Ja", riepen
alle kabouters. „En nu gaat we van de
taart smullen", zei kabouter Puntmuts.
Toen de avond aanbrak gaven alle ka
bouters de jarige een hand en wensten
hem goede nacht. Toen alles opgeruimd
Frieda de Wijs, Koning Haakonstraat 4, Moerdijk (9 jaar)
was, schoot Puntmuts in zijn pyjama en
stapte in zijn donzige zachte bedje.
Die nacht gebeurden er vreselijke din
gen. Er sloop een dief door het bos. Hij
zag de paddestoel van Puntmuts staan
en dacht: hier ga ik stelen. De dief
haalde uit zijn zak een sleuteltje en
stak het in het slot. Langzaam ging de
deur open. Zonder geluid stapte de dief
naar binnen, haalde uit zijn zak een
zaklantaarn en stak die aan. Het was
muisstil, alleen hoorde je het snurken
van Puntmuts en af en toe hoorde je
het krassen van een uil.
Het was muisstil Dat vond de dief
fijn. Plotseling, wat was dat. Het licht
ging aan Puntmuts was klaarwakker.
Hij zag de dief en zei: „Dag meneer, wat
komt u hier doen?"
De dief antwoordde niet. Na een poos
je zwijgen zei de dief: „Niets meneer
de kabouter". „Nou, maak dan dat je
mijn huis uitkomt!'' schreeuwde Punt
muts. „Zeker meneer de kabouter", bib
berde de dief en vloog het huis uit en
rende door het bos met de armen in de
hoogte en schreeuwde: „Help, help, po
litie, ze willen me vermoorden". En
Puntmuts die lachte, lachte, dat zijn
buikje er van schudde en stapte toen te
vreden in zijn bedje.
Zelf verzonnen door Tonny
Struyer (9 jaar), Bijltje 8a, Doorn
bos, Breda
Pipo en Mamaloe en Petra die zaten
aan de koffie. En ze smulden alle
drie fijn van een grote koek, die Mama
loe gebakken heeft. Maar opeens ging
de deur open en de Dikke Deur kwam
binnen. Mamaloe stopte vlug de keek
in de oven, die nog aan was. De Dikke
Deur zag het! En verzinde zo maar
wat gauw. O, Pipo, ik heb zo'n honger.
Krijg ik asteblief wat te eten. Petra
ging naar de oven en pakte de koek
uit de oven. Ze zei: Hier dikkie, hier
heb je een koek. De Dikke Deur proef
de. Maar toen hij een hap gegeten had
lustte hij niet meer, want de koek was
aangebrand. (Snik.) Nou hebben ze me
weer bedrogen. Mamaaaaaaaa...
Naverteld door Monique Verstallen
(8 jr.), Groenstraat 15, Prinsenbeek.
Het was prachtig weer en we zouden
naar het zwembad gaan in Breda. Heel
de dag hadden we fijn gespeeld, toen
moesten we weer naar huis, maar o wee
het begon te stormen en regenen.
Wij zaten in de stadsbus en kwamen
In dè tunnel. Daar stond het water zo
hoog, dat de bus er niet meer uit kon
komen. Wat zaten wij in angst, het
water kwam al in de bus en ik dacht,
dat ik nooit meer thuis zou komen.
Maar toen kwam er een man en die
heeft ons uit de bus gedragen, en er
stond een taxi klaar en die heeft ons
toen naar huis gebracht. Dat was wel
fijn.
Elilie v. d. Kieboom (9 jaar)
Pruimboomsteeg 7, Oosterhout.