COMMENTAAR
De Kerk, de paus
het celibaat
en... Nederland
De V.S., Kongo en Nigeria
EEN OORD
RASSEi
OEGANDA
RUMOER ROND DE JONG
INMENGING EN AFZIJDIGHEID
DR. CORN. VERHOEVEN:
paraat tege
huurlingen
Teruglopend toerisme
De rechter en de krant
Het kanaal van Nasser
STANGL SPOEDIG
VOOR RECHTERS
(ssT1"«sa
s&rws^'ïfis's.
Klok terug
T egenstellingen
Old-timer
Misverstand
Bisschop
TEL KWIJT
DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 15 JULI 1967
15
Fll iwrcw ocii G5ti PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIL NGEN PEIUNGEN
;EN PPli MH iKiJPf[tINGnErHPE'L,INGEN PEILINGEN PEILHGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILNGEN PEILINGEN PEILINGEN .PEILINGEN PEILINGEN PEILI
PCM iKjr ,iKLy.NGIM PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIL NGEN PEILINGEN
PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEI1LINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIl
JN HET toeristenbezoek aan Nederland zit een beetje de klad. Aan de
kust zijn de hotels minder vol dan in de afgelopen jaren en ook de
animo voor zomerhuisjes blijkt te zijn afgenomen.
Waar ligt dit nu aan? Sommigen zoeken de oorzaak in de aarzelende
economie. De vakantiegangers zouden voorzichtiger worden met hun
geld. En bovendien, zegt men, Nederland is al lang geen goedkoopte-
eiland meer.
Moet men het bij deze simpele consratering laten? We geloven van nier.
De duurte in ons land wordt inderdaad voor een deel veroorzaakt door
economische factoren die de enkeling niet in de hand heeft. Daarnaast
echter mogen we stellen dat men, vooral aan de kust, de laatste jaren
van prijzen heeft geweten. Voor hetzelfde bedrag dat men aan de voet
van de duinen voor caravans en kamertjes vroeg, kon men in zonniger
oorden iets veel gerieflijkers huren.
Het zou wel eens zo kunnen zijn, dat men juist met deze prijzen stevig
omlaag moet. Per slot van rekening blijft ons klimaat wisselvallig en
vliegreizen naar de zon zijn al spotgoedkoop.
De winstmarge van het toeristenbedrijf moet blijkbaar nog eens terdege
worden bestudeerd, evenals de service-verlening, waaraan hier en daar
nog wel wat schort. Het zou funest zijn wanneer men om overdreven ge
win de kip met de gouden eieren slachtte.
J)e vice-president van de Amsterdamse rechtbank mr. J. Knottenbelt
heeft het weekblad Vrij Nederland veroordeeld zich te onthouden van
publikaties over een drietal personen (eisers in het kort geding tegen het
weekblad). Deze publikaties betroffen, zoals bericht, de activiteiten in ons
land van de Northern League, waarin Vrij Nederland neo-nazistische en
racistische tendenzen meende te hebben bespeurd. Over het oordeel van
de president als geheel willen wij niets zeggen, ook al niet omdat de
hoofdredactie van het blad in hoger beroep is gegaan.
Opmerkelijk echter is een onderdeel van de uitspraak, namelijk waar de
president het blad verplicht zijn vonnis te publiceren, zonder toevoeging,
bespreking of beschouwing.
Dit laatste is in strijd met de persvrijheid. Mogelijk heeft mr. Knottenbelt
met zijn bepaling „zonder toevoeging, bespreking of beschouwing" alleen
maar de bedoeling gehad een commentaar te voorkomen waarin opnieuw
de tegenpartij aangeklaagd of minstens besproken zou worden, maar dit
blijkt niet uit de de tekst van het vonnis. Bovendien is dat in het vonnis
elders al gesteld, het vormt er zelfs de kern van. Wij kunnen ons nauwe
lijks voorstellen dat mr. Knottenbelt denkt op deze manier kritiek op zijn
vonnis onmogelijk te maken.
Voorts heeft de president ook precies bepaald hóe Vrij Nederland de tekst
van het vonnis dient te publiceren. Dit laatste lijkt ons een ongeoorloofde
bemoeienis met het hoofdredactionele beleid van de krant.
Bovendien steunt het verplichten van publikatie van het vonnis niet eens
op de wet, die slechts spreekt van het „in het openbaar aanplakken" van
het vonnis.
steeds is hef de grote rederijen niet duidelijk hoe ernstig de schade
aan het Suez-kanaal is. Evenmin weet men hoeveel gezonken schepen
er in liggen en of die werkelijk zo moeilijk te lichten zijn. Het schijnt wel
vast te staan dat Egypte nog geen vinger heeft uitgestoken om ze te lich
ten en hef kanaal weer bevaarbaar te maken.
Op het eerste oog heeft deze blokkade van het Suez-kanaal desastreuze
gevolgen. De benzine is duurder, allerlei andere goederen eveneens als
gevolg van de hogere transportkosten van de route langs Kaap de Goede
Hoop.
Het is voor de tweede maal in tien jaar tijd dat het Suez-kanaal dicht is
en beide keren wekte Nasser op zijn minst de indruk dat hij het zelf
prachtig vindt, al derft hij er een kwart van zijn jaarlijkse inkomsten mee.
Toch is het niet verstandig van Nasser om het Suez-kanaal te gebruiken
als een middel waarmee hij zijn „imperialistische vijanden" (die evenwel
door hem gewoonlijk goed genoeg geacht worden om de opgelopen
schade in het kader van een of ander hulpprogramma weer te vergoeden)
onder druk kan zetten.
Er zijn tekenen dat de grote rederijen uitzien naar een oplossing waarbij
zij het Suez-kanaal niet meer nodig hebben. Steeds grotere en snellere
schepen maken dat in toenemende mate mogelijk. Voor de tankrederijen
bijvoorbeeld is het thans gesloten Suez-kanaal al lang niet meer zo'n
groot en kostbaar probleem als tien jaar geleden, onder meer dank zij het
feit dat de huidige tankers meer dan tweemaal zo groot zijn als in 1956.
Als Nasser het Suezkanaal wenst te hanteren als wapen in zijn internatio
nale politiek dan doet hij er goed aan een studie te maken van dat andere
wapen dat ook de eigenschap heeft zich te keren tot degene die het
hanteert: de boemerang.
Van een onzer redacteuren)
'y^fie in de gelegenheid is geweest om de dag- en weekbladen
van de laatste veertien dagen wat gedegen bij te houden is er onge
twijfeld van op de hoogte, dat waarschijnlijk nog nooit een pauselijke
rondzendbrief in Nederland zo afwijzend is ontvangen als de encycliek
over het celibaat. Op zich is dat geen nieuws, leder die een beetje thuis
is in wat er leeft in de kerk in Nederland wist, dat het verplichte priester
celibaat hier een punt van diepgaande studie vormt.
Dat betekent zeer beslist niet,
dat in Nederland, in het algemeen
genomen, het priestercelibaat afge
wezen of zelfs maar negatief beke
ken zou worden. Integendeel, de
waarde van het celibataire leven, of
dat nu voor priesters geldt of niet,
wordt in de meest ruimdenkende
katholieke kringen in ons land min
stens even hoog geschat als in de
jongste pauselijke encycliek. Maai
bij die waardebepaling wordt veel
meer dan in het denken van de
Romeinse theologen de nadruk ge
legd op de vrijwillige aanvaarding
van de ongehuwde levensstaat.
Men vindt, en niet ten onrechte,
die vrijwilligheid zelfs essentieel en
meent die niet terug te vinden in de
kerkelijke wetsbepalingen.
Waar paus Paulus nu in zijn en
cycliek over het celibaat onvermin
derd aan de kerkelijke wetgeving
vasthoudt, is men het, zeer conse
quent, niet met zijn standpunt en
zijn argumenten eens.
Maar dat is niet het enige be
zwaar tegen de encycliek. Minstens
even oneens is men het met de wij
ze, waarop de paus zijn (duidelijk
Romeins en Italiaans) standpunt
laat gelden als het standpunt van de
katholieke kerk. In vroeger jaren
zou daar niemand zijn stem tegen
verheven hebben, maar intussen is
de kerkgeschiedenis verrijkt met
een hoofdstuk „Tweede Vaticaans
Concilie". En een van de belang
rijkste besluiten daarvan is dat van
de collegialiteit, hetgeen inhoudt
dat niet de paus als hoofd van de
kerk het gezag uitmaakt, maar het
bisschoppencollege in zijn totaliteit.
Bij het bepalen nu van het kerke
lijk standpunt inzake de celibaats
verplichting heeft de paus eenvou
dig de klok teruggedraaid en zich
gedragen alsof hij nog nooit van
het collegialiteitsbeginsel gehoord
had. Dit feit was voor de theologie
studenten van het seminarie in
Warmond aanleiding om te schrij
ven over „een brief van de bisschop
van Rome". Ze wilden met hun
brief niet de paus of het pausschap
vernederen, maar alleen maar na
drukkelijk aantonen, dat ze het met
de handelwijze van Paulus VI in dit
speciale geval niet eens waren. Nu
kan men er zeker over van mening
verschillen of de manier waarop
die seminaristen dat duidelijk ge
maakt hebben hoffelijk is of niet.
Maar ongetwijfeld hebben ze ge
handeld vanuit een juiste alom aan
vaarde visie op de kerk. En dat is,
zeker voor toekomstige priesters,
zo waardevol, dat men alleen maar
in een plotseling opkomende erger
nis kan verlangen, dat die jonge
collegiaal overleg een passend be
mannen van het seminarie gestuurd
Paus buiten boekje
worden, zoals in krantecommenta
ren en ingezonden stukken is ge-
eist. Het is verstandiger om eerst
die ergernis eens te laten overdrij
ven.
Intussen kan men niet ontkennen,
dat er in Nederland zeer tegenge
stelde meningen bestaan over de
richting waarin de kerk zich in ons
land beweegt. Over de zogenaamde
progressieven wordt gesproken als
„provo's van de kerk", „rebellen"
en meer van die termen. Zelfs het
angstaanjagende woord schisma
hoeft niet meer voor de eerste
keer te vallen. Die grote woorden
zijn beslist allemaal overdreven,
maar niettemin hebben ze een sfeer
geschapen die explosief lijkt. Een
tijdschrift als „Confrontatie" en een
brochure als „Wij die rooms-ka-
tholiek willen blijven" van de Am
sterdammer Louis Knuvelder heb
ben helaas het hunne daartoe maar
al te zeer bijgedragen. En in die
sfeer lijkt iedere vorm van verzet
tegen een beslissing uit Rome op
rebellie. Maar zo liggen de papie
ren helemaal niet. In feite is een
brochure als die van Knuvelder,
Naar de mening van officieel Washington spelen blanke huurlingen
geen rol van betekenis in de burgeroorlog in Nigeria.
In tegenstelling hiermee zien de V.S. de muiterij in Kongo als een actie,
geleid door blanke huursoldaten en dit is een van de verschillen, die
tot uiting komen in de uiteenzettingen betreffende de politiek van de
regering-Johnson ten opzichte van beide Afrikaanse landen.
Het omstreden besluit van president
Johnson, drie transportvliegtuigen
van de Amerikaanse luchtmacht te
zenden als bewijs van de steun van
de V.S. aan de centrale regering van
Kongo, hield volgens de regering ver
band met een verlangen, een uitbar- -
sting van de zwarte bevolking tegen
de blanken te voorkomen.
Wat Nigeria betreft beschikken de
autoriteiten van het ministerie van
buitenlandse zaken, naar zij deze week
verklaarden over niet anders dan
enkele onbevestigde berichten betref
fende liet vliegen van blanke piloten
voor het separatistische Biafra, hoewel
beide partijen beweren, dat de andere
gebruik maakt van de diensten van
huurlingen.
Amerikaanse autoriteiten hebben mee
gedeeld. dat zij hebben gehoord, dat
een blanke vlieger wienst nationa
liteit hun onbekend is een B26 uit
de tweede wereldoorlog bevliegt voor
de Nigeriaanse opstandelingen. Zij zel
den, dat deze oude bommenwerper al
sinds jaren, niet meer in Amerikaanse
handen is en naar het schijnt thans
wordt verhuurd door een Franse
maatschappij.
In het begin van deze maand heeft
Washington een verzoek van de fe
derale regering van Nigeria om Ame
rikaanse wapens afgewezen. Er zou
gevraagd zijn om een dozijn militai
re vliegtuigen, afweergeschut en een
aantal patrouillevaartuigen.
Aangezien Nigeria beschikt over een
betrekkelijk goed wegennet voor troe
penbewegingen zulks in tegenstel
ling tot de uitgestrekte wildernissen
in Kongo schijnt aan het vraagstuk
van vervoer door de lucht ten behoe
ve van de Nigeriaanse regering hier
niet veel aandacht te zijn geschonken.
Er zijn evenwel andere fundamentele
redenen, waarom de regering-John
son heeft verkozen in Kongo tussen
beide te komen, maar zich ten aanzien
van het Nigeriaanse conflict afzijdig
te houden.
Officiële persoonlijkheden gaven hier
omtrent de volgende uiteenzetting
In Kongo hebben de V.S. de onaf
hankelijkheid en eenheid van het land
sinds du in 1960 onafhankelijk is ge
worden steed§ gesteund en het gevaar,
dat het 6011 slagveld van de koude
oorlog zou worden, bestreden, o.m.
door middel van een luchtbrug.
De V.S. zijn er ook voorstanders van,
dat Nigeria zo mogelijk een politieke
eenheid blijft, maar zij hebben geen
anderhalf miljard uitgegeven aan een
langdurige poging om dit te verzeke
ren, zoals zij in Kongo hebben gedaan
en Amerikaanse strategen geloven
niet, dat Nigeria in een chaos zou ver
vallen als Biafra, een gebied, dat de
middelen bezit om zichzelf te bedrui
pen, erin zou slagen onafhankelijk te
worden.
In Nigeria wonen ongeveer 6.000 Ame
rikanen en in het afgescheiden ooste
lijke gewest 1.000. Amerikaanse in
terventie ten gunste van een van bei
de partijen zou de Amerikaanse bur
gers en zakelijke belangen aldaar in
gevaar kunnen brengen.
De openbare mening in de wereld is
bijna unaniem tegen de huurlingen in
Kongo, maar de strijd in Nigeria is
een plaatselijke burgeroorlog en zo
goed als niemand buiten de regering
wenst partij te kiezen. Het conflict
heeft niet het karakter van een koude
oorlog aangenomen en de V.S. willen
niet uitlokken dat de communisten
er zich mee bemoeien door dit zelf te
doen. (A.P.)
DüSSELDORF ,,Ik ben blij weer
eens Duits te horen spreken en 't heer
lijke Duitse landschap weer te kunnen
zien".
Zo sprak vorige maand de door Bra
zilië uitgeleverde nazi-oorlogsmisdadi
ger Franz Paul Stangl (59), ex-SS-
Hauptsturmführer en commandant van
de vernietigingskampen Sobibor en Tre-
blinka in Polen, waarin ook zeer veel
Nederlandse joden de dood hebben ge
vonden.
In Düs'seldorf zijn inmiddels de ver
horen van Stangl begonnen.
Stangl zal ervan worden beschuldigd
medeplichtig te zijn aan de moord op
52.600 joden in het vernietigingskamp
Sobibor en van „minstens" 300.000 jo
den in het „Lager" Treblinka. Boven
dien zullen hem mishandelingen van
gevangenen ten laste worden gelegd.
Het opperste gerechtshof van Brazi
lië heeft de uitlevering van Stangl aan
de Bondsrepubliek alleen ingewilligd op
voorwaarde dat Stangl slechts zou wor
den veroordeeld tot een tuchthuisstraf
van begrensde duur. Mochten zijn rech
ters hem tot levenslange tuchthuisstraf
veroordelen dan zal de premier van
Noordrijnland-Westfalen hem in zover
re moeten „begenadigen" dat hij een
tuchthuisstraf van kortere duur krijgt.
Dat zal dan echter Stangl nog niet veel
helpen, want de Westduitsers hebben
de Brazilianen ook moeten beloven, dat
zij Stangl, na afloop van zijn straftijd
in Westduitse gevangenissen zullen uit
leveren aan de Oostenrijkse regering,
die ook nog een appeltje met Stangl
te schillen heeft. En mocht Stangl ook
nog een veroordeling en een straftijd in
Oostenrijk overleven, dan komen de Po
len nog aan de beurt.
hierboven genoemd, die een soort
„Befehl ist Befehl"-mentaliteit
ademt, veel funester voor de ont
wikkeling van de kerk dan alles
wat er van andere zijde in Neder
land gebeurt. Juist aan de kant van
de „Knuvelders" wordt het woord
schisma in de mond genomen, niet
aan de andere kant.
Daar laat men zelfs herhaaldelijk
blijken, dat men binnen het ver
band van de rooms-katholieke kerk
zijn nieuwe inzichten wil verwe
zenlijken en dat men er allesbehal
ve behoefte aan heeft door de an
deren buiten de kerk gemanoeu
vreerd te worden.
Inderdaad, vooral na het verschij
nen van de encycliek over het ce
libaat zijn er harde woorden ge
sproken en geschreven. Een duide
lijk voorbeeld daarvan was het ar
tikel van de priester drs. R. J. Bun-
nik in de Nieuwe Linie, die de en
cycliek onverbloemd een slecht
werkstuk noemde en de zoveelste
pastorale blunder van paus Paulus
VI. Hoe moeilijk zo'n artikel op
juiste waarde te schatten is, bleek
wel, toen het Algemeen Handels
blad er in een commentaar blijk
van gaf een voorname passage naar
onze mening volslagen verkeerd ge
lezen te hebben. Zo ontstaan mis
verstanden en wie afgaat op de
weergave van het Algemeen Han-
sluit kunnen nemen. Eén bisschop
delsblad komt in de, verleiding om
een man als drs. Bunnik scherp te
veroordelen. Maar dat is natuurlijk
niet terecht.
Dat de kritiek op de jongste en
cycliek in ons land (de Zwitserse
theoloog Hans Küng behoort overi
gens ook tot de critici) zo hevig is,
valt alleen maar te verklaren uit
het feit, dat het standpunt uit dit
pauselijk document in Nederland
tot 't verleden behoort. En dat is 'n
verfoeilijke zaak? Zelf geeft Paulus
VI in z'n encycliek toe, dat er geen
bijbelse argumenten voor een
verplicht aan het priesterschap ge
koppeld celibaat zijn aan te voeren.
Hetgeen betekent, dat de kwestie
niet onder het leergezag van de
Kerk valt, maar eerder thuishoort
onder het herdersambt van de paus,
dat hij, evenals trouwens zijn leer
ambt, volgens conciliaire uitspraak
in collegialiteit of samenspraak met
zijn medebisschoppen uitoefent.
Maar dat herdersambt houdt zich
niet bezig met de onveranderlijke
waarden van het geloof. Integen
deel, het moet er juist op toezien,
dat de kerk die onveranderlijke
waarden op eigentijdse manier, dus
telkens aangepast aan het leefkli
maat van deze tijd, kan verkon
digen.
En als zou blijken, dat bijvoor
beeld in West-Europa hetgeen
overigens hier niet wil worden
vastgesteld het verplichte celi
baat voor de priester een handicap
zou zijn in zijn mogelijkheden om
als zielzorger te werken, dan moe
ten de paus en de bisschoppen in
in Zuid-Europa, of in Afrika, of in
Noord-Amerika, kan in zo'n kwes
tie ten enemale niet beslissen.
Ook niet als die bisschop toevallig
de bisschop van Rome en dus de
paus is. Hetgeen nu juist wel ge
beurd is. En daartegen richt zich
met name de kritiek. Tegen de
vorm van gezagsuitoefening door
paus Paulus VI, die niet in over
eenstemming is met wat op het
concilie is bepaald.
In het algemeen kan men zeggen
dat het Nederlandse „rumoer" zich
vaak keert tegen beslissingen waar
van men meent, dat ze niet door
de resultaten van het concilie ge
dekt worden. Maar dat heeft niets
te maken met openlijke rebellie of
ketterse neigingen, al wordt dat dan
ook maar al te vaak gezegd. Waar
de schijnbaar onverwoestbare
trouw van Nederland aan Rome
lijkt weg te ebben, daar neemt on
getwijfeld de verbondenheid met
de Kerk van Christus toe. Ondanks
de harde woorden die er wel eens
vallen. En waarschijnlijk zelfs
dank zij die harde woorden.
In zijn magistrale werk „De
Kerk" beschrijft Hans Küng de
kerk niet als een instituut en
niet als een ommuurde vesting,
maar als een gebeurtenis, het
geen in de taal van de tieners en
de twens een „happening" heet.
Mag zo'n wereldomvattende, zo
ingrijpende happening misschien
met wat lawaai gepaard gaan
A. KLOET
Deze Amerikaan zit bebloed in een ambulance van de politie. Hjj raakte
gewond bij rassenrelletjes in Newark, New Jersey, waar negers het po
litiebureau met stenen en flessen bekogelden. Newark is maar één plaatj
uit de reeks van deze lange hete zomer; Tampa, Baltimore, Chicago, Los
Angeles... Opmerkelijk dat namen als Little Rock en Atlanta al een paai
zomers achtereen niet meer voorkomen op de lijst van door rassenonlusten
vergiftigde Amerikaanse steden.
De Amerikaanse rassenstrijd is langzaam, maar steeds zichtbaarder van
karakter veranderd. De strijd heeft zich verplaatst naar de grote, welvaren
de steden van het noorden en verre westen. In het zuiden blijft het be
trekkelijk rustig. Emancipator Martin Luther King ziet zijn invloed en
gezag tanen. Andere, agressievere leiders komen op. Het „We shall over
come" wordt tegenwoordig meer in Amsterdam, Parijs en Londen gezongen
door demonstrerende menigten dan in de „Deep South", Watts of de neger-
wijken van Chicago. De roep der negers om gelijke rechten is al lang over
stemd door de yell „black power". Zwart aan de macht. Een enkeling ver
kondigt al de superioriteit van het zwarte ras....
Het zijn verontrustende ontwikkelingen en het einde van straatgevechten
tussen blanken en zwarten is nog niet in zicht. Toch heeft deze vertroe
belende en zorgwekkende ontwikkeling ook een klein lichtpuntde duide
lijke accentverschuiving maakt zichtbaar dat achter alle rumoer verborgen
er in de Amerikaanse maatschappij zich veranderingen voltrekken ten
gunste van de achtergestelde neger. Niet snel genoeg. Maar er veraniat
Wat. - rr-w
De vakantie is een tijd van een
heel eigen orde. Zelfs het tempo is
anders. Er zijn gelukkigen voor
wie deze tijd voorbij vliegt; ande
ren vervelen zich en genieten dus
het extra voordeel, dat hun vakan
tie lekker lang duurt. Het is in elk
geval anders en je bent er eens uit,
zeggen ze dan. Je bent anders ge
kleed, loopt anders bij voorkeur
sterker, kwieker en woont an
ders. Er is een hele industrie van
deze „andersheid". In de vakantie
hebben de dingen een andere kwa
liteit, andere betekenis en ook an
dere namen. Meestal komt het
hierop neer, dat een wereld in mi
ni-formaat, nagebootst in plastic,
met de meest dierbare en dichter
lijke benamingen wordt opgedirkt
en aangetotterd om ze toch maar
appetijtelijk te laten schijnen. Een
houten keet is nu een bungalow
en een natte wei met vijftig houten
keten wordt een „oord" genoemd-
„Oord" is in de zomer een veel
belovende benaming van bijna
mythisch formaat. Het woord roept
het „andere" ten opzichte van
„plaats" op en is dus heel geschikt
voor mensen die er eens uit willen
zijn. Het suggereert de ongerept
heid van een paradijs en houdt de
belofte in van een onbekommerd
verblijf. Oord is het eiland van de
gelukzaligen. Men „is" er niet,
zoals op een plaats; dat woord,
toch al een minimum aan activiteit
spanning, waar we dank zij ons
verdienstelijk zwoegen eindelijk
aan toe zijn, worden verstoord,
Wat we met z'n allen wensen,
moet waar zijn. En in het oord
zal alles anders en beter zijn, want
het oord is een paradijsje, aan de
wetten van de menselijke ellende
onttrokken. De temperatuur is er
paradijselijk en de riante bungalow
wacht op ons. Liefdevolle handen
hebben er ons bedje gespreid. We
zullen er mensen ontmoeten die
van het leven weten te genieten
op een ongecompliceerde manier,
die ons definitief van onze klein
zieligheid en zorgelijkheid bevrij-
den zal. Voortaan gaan we het
breed zien. In het oord zal ook
voor ons het leven zich bruisend
gaan ontplooien. Wij zullen anden
worden.
Nu, dat blijkt dan inderdaad al
lemaal een beetje anders te zijn-
Het gras is nat en als het droog
is zitten er mieren. De betekenis
van het woord „bungalow" een
onbeschermde titel trouwens
blijkt, nogal rekbaar te zijn. De
handen tussen de bewoners van
het oord zijn op een zeer speciale
manier tamelijk hecht; er schijnt
bovendien zelfs een soort van
oords-kommandant te zijn die
bevoegdheid bezit de prijzen van
allerlei goederen te brengen op
het niveau dat bij een oord past.
Er vertoeven en verwijlen meer
vertolkend, houdt nog teveel ini
tiatief en risico in. Nee, nee, in
een oord vertoeven we, verwijlen
we. Alles schikt zich naar de mens
die er verwijlt. De natuur brengt er
hulde aan haar koning en toppres
tatie, de mens. In een oord is het
goed toeven. Er is mals gras en
helder water. Het gras is er niet
nat en als het droog is, zit het niet
vol mieren. Zonder gras is er geen
paradijs. In het paradijs wonen is
volgens een aloude voorstelling:
ongestoord in het jfroene gras lig
gen, met de blanke gemoedsrust en
de lichte verwondering van iemand
die zojuist uit het groene gras ge
boren is en nog geen deel heeft in
de menselijke ellende.
Op dus naar het oord, het pret-
hemd losjes om de heupen, een
koffertje met benodigdheden en
vijf koffers met overbodigheden,
alle in speciale vakantie-uitvoe
ring, op de achterbank. Wees eens
anders, doe hetzelfde. De reis valt
niet mee. Er moet lang gewacht
worden bij de pont; tijdens het
wachten zie je verschillende oord-
vaarders de bereidheid om voor
hun portie vakantie-genot te vech
ten, uit de ogen stralen. Het weer
is niet al te best. Maar wie naar
een oord onderweg is, voelt zich
een beetje pelgrim en murmureert
niet. Onder geen beding mag de
mooie mythe van de grote ont
mensen dan in de dichtstbevolkt6
stadswijk en je kunt er in één W
tientallen echtelijke twisten te'
luisteren, die vrijwel zonder uit
zondering de centen en de kinderen
tot onderwerp hebben.
Er wordt in zo'n oord intens ge
leden, ben je dan geneigd te gaan
denken. Maar het lijden loutert
En wat zullen die mensen straks
blij zijn als ze hier hun tijd heb
ben uitgezeten en weer terug kun
nen naar hun eigen huis- Van alle
vakantie-genoegens is de terugkeer
uit het oord, met zijn nadrukkelijk
en teleurstellende „andersheid" 'v
een van de meest verfijnde. We zijn
dan weer een jaar verlost van
het
idee, dat het „andere" waarnaar
we zoeken, ergens aan een oord ge
bonden is, of dat er ergens op J»
wereld nog te toeven en te verwij
len valt. En eenmaal aan die ver
lossing deelachtig geworden voe
len we ons zo dankbaar en nut
gestemd, dat we toch het gevo^
krijgen een heerlijke vakantie ge
had te hebben. Naargelang
meer van het leven leren, zoe
we het minder ver. En ais
eindelijk zoveel geleerd zullen he
ben, dat we bereid zijn het lev
ter plaatse te genieten, zal het W
afgelopen zijn. Dan moeten ze o
met zacht geweld naar een ano
oord dragen.
NE1
NEWARK HAR TI
Rassenrelïen in twee
New Jersey en Conns
lijke opstanden, waa
de strijd het felst op
en voor ettelijke mil
leen al bij vernieling
Met kinderwagens, hand
de vernielde winkels va
Er verdween voor rniljoe
ten, waarbij een groot de
lang duurden de rebellie, j
werden erbij gedood, me
politiemannen werden gej
gevaar verkeren. Minste
schade bedraagt vele mil;
De gouverneur van New Je
chard J. Hughes, zei dat de st:
lijk In opstand verkeert. Er is
stelbaar veel vernield. Om
velen in een vakantiesfeer te
ven, vond hij als gaan
bij een begrafenis. De polit:
van hem bevel gekregen allé
verkeerswegen af te sluiten e
terug te schieten waimeer e-
politie wordt gevuurd.
Tot de tanden gewapende
van de nationale garde en std
tie reden gisteren de stad bin
de 1400 politiemannen van de
helpen met het uiteenjagen
opstandigen, het tegengaan va
deren en het beschermen van
weerlieden die probeerden vj
dene grote branden te bedwi;
De arrestaties volgden el]
snel op dat de politie na de
tel kwijtraakte. In de nacht
politie de benden die door de
renden, niet van het plunderen
den. Sterke drank, kleding, -
juwelen en t.v.-toestellen werl
de winkels geroofd. De wir
probeerden nog hun eigendo'
pistolen en knuppels te verd
Lachende en schertsende vJ
haalden de winkels leeg, het
van versplinterend glas was
ken dat er weer een winkel aa
Van alle kanten kwamen de
dan aanrennen.
Het is de eerste grote opstil
Newark, een stad met 400.000
ners, voor zestig procent nege
werd zonder onderscheid geplu
Een handelaar uit Puerto Ricq
voor zijn winkeldeur met een
met vier jonge Portoricanen
zich, die ijzeren staven gereec
den. „Waarom hebben ze me di
gedaan. Wij vormen toch ooi
minderheid. Misschien heb ik
doodgeschoten, maar dat wil
niet".
KINSJASA, Kampala (Reuter/A
öe colonne muitende huurlinge:
donderdag uit Kisanegani is gei
had gisteren Walikele, 500 km na<
zuidoosten, bereikt.
De vluchtelingen schijnen aan t
ren op Boekavoc of Goma en Roe
Kongolese zegslieden verklaardee
in de omgeving van Walikale vierj
n© vliegvelden lagen, waar vanda!
huursoldaten door de lucht zouden
n©n ontsnappen. Het Kongolese
doet geen pogingen de muiters
halen.
yJÜS reS©ring van het aan Kongo
rf2K*,3^egallda heeft gisteren rr
1 Z1J maatregelen getroffen
geval vluchtelingen uit F
p oberen Oeganda binnen te kom<
Ha Si werd niet gesproken
vluchtende huurlingen of gij ze
sen"rv^eZeg<* dat „verschillende
Hrhf,-«Sangani verlaten hadden i
Een SI de Srens van Oeg
erSni gewapend is zal a;
Kte het WaP6nS m°eten afg<
iafc0l?se zegslieden spraken
dag ^BurlmSen- die Kisangani do
gels verifetem °nne 27 Vrad
heTRo'L v-"46- Lransporttoestellen
toesSflf Klms„en een C-130 trans
landdor. ?e Amerlkaanse luchtr
de etrLgfteEen, ln Kisangani.
stad Amerikaanse vlucht na:
dr?eecY™nii?de Staten hebben
cusei werden vervoerd.
Afrikaanse landen kw,
Kongo luchtmacht te hul)
lotw niet^l? nan?.6lijk de blank
terii Si meer opstijgen toen de
Ghiia is®, en Boekavoe uit
'nestellen r BI,nten ™or de
terwiii pth -de K™golese iuchtm
"ort$4r'°pi(e esn Boeing 727