„Culturele provo's" streven naar een nieuw West-Brabant SCHOOL VOOR HET LEVEN Mini (-kolder) bruidje 3-2058 Jongemannen modebewuster Introductie in Aanpassing is bedrijfsleven vaak moeilijk Ga meer versieren. HKIHümi Kleur zelf je blitsbrommer *-14-18 dg. )LD VAN DIJK DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 1 APRIL 1967 Vrijheid Onvrede Plannen Geen begrip ■eizen naar .a. ƒ490,— 4GIO 375,— tl A ƒ365,— 3EMO 425,— FE 545,— 040-2 46 36 en 6 44 00 mer. biedt deze funk* nspositie. isisopleiding ge" opname in het n wezenpensioen, recente pasfoto niet beslissen de showroom werse De Ie Rottmann- szien hebt. JWERSE RIESTER N.V. jsesingel 16-18 01180) - 5055 DELBURG ogtdijk 58 1600) - 39450 BREDA Krakend valt de loodzware deur dicht. Fietsen liggen achteloos neergesmeten tegen de muur van de oude stadsmolen. Binnen ruikt het muf. Een groepje van elf jongens rumoert tegen een achter grond van een beatle-gordijn. Daarachter liggen de toneelattri buten van het Reizend Zeeuwsch Volkstoneel uit Hulst. Het interieur doet eerder denken aar; een grote rommelzolder dan aan een Klaslokaal. Een jongen met een witte schipperspet wast zijn handen onder een witte boiler. Die is naast de deur tegen de muur opgehangen. Rechts hangt een steile trap, die uitkomt op een zolder. ,,Daar is onze kantine", zegt de heer J. v.d. Sande, een van de leiders aan de levens school in Hulst. .,Het is niet veel", voegt hij er bescheiden aan toe, „maar we zullen het er voorlopig mee moeten doen." Bij het kijken door een van de kleine raampjes valt het op, dat de dikke muur over enkelë decimeters is bedekt met schimmel. Hier krij gen de jongens van veertien, vijftien en zestien jaar hun lessen voor het leven, als ze na nauwelijks de school banken te hebben verlaten, het be drijfsleven zijn ingestapt. In hoofd zaak vinden we onder hen onge schoolde werkkrachten. De jongens hadden over het algemeen geen zin om een verdere schoolopleiding te volgen of zijn niet capabel om verder te leren. In de Hulsterse Stadsmolen komt elke vrijdag de zg. vrijdagmiddag- groep. Een simpele naam. Eenvou diger kan het niet. De leider heeft juist een gesprek gehad met de jon gens over het besteden van zakgeld. Onder het zagen en timmeren dooi wordt beloofd, dat ze er straks tijdens het koffiedrinken nog even op terug zullen komen. De jongen, die hier staat, heet leider. Maar met een geschoold pe dagoog heeft dat niets te maken. Hij ziet zijn jongens niet als kinderen, maar als gemeenschapsgenoten. En dat is een groot verschil. Deze knaap staat de hele dag in de fabriek. Zijn levenshouding is die van zijn bedrijfsgenoten. Hij deelt in hun opvattingen, hun gesprekken. Ook thuis verandert er veel. Nu is hij kostwinner. Hij brengt een loon thuis en dat maakt hem volwassen. Of het nu Marcel is, of Freddie, of Rose, zij verwachten allemaal zelf standigheid, hun eigen zakgeld. Het loon willen ze niet helemaal houden. „Dat laten we liever aan moedei over", zeggen ze. Sinds hun schooltijd wordt de vrije tijd heel anders be steed. Ongeschoold arbeider zijn, be tekent routinewerk verrichten. De vrije tijd is dus erg belangrijk en moet veel goed maken van de sleur van elke dag. Door zijn contact met oudere bedrijfsgenoten wordt er gemakkelijk over de andere sekse ge praat. Hij is nog puber en dat maakt het vaak moeilijk. Vanuit de beschermde, veilige wereld van school en thuis, belandt hij plotseling in een wereld van volwassenen. Een heel andere. Dit milieu eist van hem, dat hij zich aanpast. En dat stuit vaak op enorme problemen. Voorlichting ontbreekt meestal, omdat het contact met de ouders vervaagt. Enkele jaren geleden bleven deze jongens met hun moeilijkheden zitten. Sinds er twee levensscholen zijn in Zeeuwsch-Vla anderen, is ei veel verbetering gekomen. Er heeft nu een rustige introductie plaats ir. het bedrijfsleven. De leiders op de levensscholen kennen de diverse bedrijfssituaties en weten de jongens ervoor te behoeden, dat zij door ac tuele gebeurtenissen overrom peld worden en de gangbare me nmgen klakkeloos overnemen. Zij worden geholpen enigszins kritiscl te denken en afstand te nemen van andermans mening. Op de levens school wordt een belangrijke dosi culturele en persoonsvorming mee gegeven. Tot deze persoonsvormin; hoort o.a. het gesprek met de lei der. De koffie is intussen boven op g-ebrfcht' wordt het ma teriaal in de kast opgeborgen. Stoeiend en brullend holt het groep je de smalle molentrap op. Een merkwaardig idee. Langs deze zelf de weg klauterde eens een bezadigd ïw üa?r 1aar zÜn meelzolder. On r en van een sigaret (c lïJ hJL Vongens' als ze er zIn 071,,)?™' veïtelt Fons de Bey; Stellinl at h'i veeI belang- Vlnit 1 voor £ot°grafie. Hij dtee vrijetijdsbestr werk overdag eentonig H»n, h 111 de fabriek. Fred HM de oudste van het stel. vriio?M. Jaar ,en vlndt de mooiste dïffin aabgeldbesteding het rinken van een stevige pint. Ook F De mannelijke jeugd in alle delen van Europa heeft de mode ontdekt En deze groep presenteert het sinds kort om zich niet alleen met bijzonder veel élan te kleden, maar ook om alle nieuwe mode- deeën meteen zoe te passen. Jan de totale omzet van heren- m jongenskleding wordt bijna eenderde gedeelte door jongeren ussen de 14 en 24 besteed, heeft len Duits marktonderzoek onlangs uitgemaakt. Hierbij werd ook de nededeling gedaandat 42 pro- ent van de jonge mannen zijn iediralléén koopt, ïoor de confectionairs is de kle- lingmarktdoor de invoering van voortdurende nieuwe modeten- denzen voor deze speciale groep aanzienlijk uitgebreid. Alleen in de landen van de E.E.G. zijn al twintig miljoen jonge mannen tus~ sen de 15 en 30 jaar. ledereen verdomt het om in een kippenkooi te kruipen. En waarom eigenlijk? Het is goedkoop en veren zijn zacht. De mensen, vooral de ouderen, zijn veel te materialistisch. En het beroerde is: je moet wel méé in deze maatschappij. De meeste ouderen vinden onze activiteit niet nodig. „We hebben toch televisie, waarvoor dan dat nog?" zeggen ze. Als we ergens tegen ageren valt dat dan ook meestal in verkeerde aarde. Dan voelen ze zich in hun diepste wezen aangetast. Maar als wij dénken „Het is zo", dan zéggen we „Het is zo". Ons bezwaar is dat de mensen te veel onder een noemer brengen. Als je ergens tegenaan schopt (en niet zomaar, maar echt om iets poisitiefs te bereiken) ben je meteen een provo. Wij zelf staan positief tegenover de provo's Ze hebben veel goede dingen. We denken ook over veel dingen hetzelfde. Maar we zijn daarom nog geen provo's Tenminste niet de provo's zoals de mensen die uit Amsterdam kennen. Ja, misschien zou je ons de culturele provo's van het zuiden kunnen noemen „Cel" is de titel van een gesten cild periodiek, dat de geesteskinde ren bevat van een aantal Roosen- daalse jongelui. Men heeft het een Kre(et)atief orgaan genoemd, wat dat dan ook moge zijn. „Cel" past in het geheel van regelmatig verschijnende (en ook weer verdwijnende) blaadjes, waarin jongelieden met een literaire belangstelling zicli ongeremd en onge straft kunnen uitleven en daarom kan men biy zijn met de eerste ver schijning van „Cel" in wat de redactie noemt „deze kultuurloze hoek van Nederland". Het zou vrü eenvoudig zijn de inhoud van dit eerste num mer voor het grootste deel van tafel te vegen, omdat het past in de ca tegorie van onrijp, would-be geschrijf. Maar dat kunnen we eerlijk gezegd niet over ons hart verkrijgen: het Is nog te kort geleden, dat we zelf met Intense voldoening onze literaire pro- dukten in een eigen orgaan afge drukt zagen en we zouden het onze kritici hoogst kwalijk hebben geno men, wanneer zij er met een schou der-ophalen aan -voorbij waren- ge gaan (wat overigens toch gebeurd Is). Vooraf enige opmerkingen: wanneer men zich als dichter presenteert ln een voor iedereen te lezen blad, dan ls is het wel zaak. dat men geen stom me taalfouten maakt. „Het enige wat" (l.p.v. „dat"), „de enigste taak" (ï.p.v. enige eniger dan enig bestaat niet) zijn er zo maar een paar, die on middellijk ln het oog springen. Met gebruik van een min of meer fo netisch woordbeeld kan men discu tabel stellen in „Cel" afgedrukt ziet het er uit als Zuidafrikaans of als carnavalskrantentaaltje, maar als men het doet, doet het dan goed en schrijf niet „gepubliceerd", als je wel „redak- sle" schrijft en zet dan „ausjwiets" en niet „auswietsj" (Het Is nl. Ausch witz). Overgaand tot een bespreking van de gepubliceerde gedichten de pro zafragmenten hoeven, hopen we, niet serieus genomen te worden willen we ons houden aan een uitspraak ln de „beginselverklaring": „Wij willen afbreken noch protesteren, louter kon stateren. Dit laatste op 'n zeer direkte manier, ontdaan van alle diploma tieke kinstrijkerij". In „Cel" staan gedichten van Huut> van Overveld, Gera**d Rommers, Jos Veldhoven en Guus Sprayt. Ze zijn van zeer verschillende kwaliteit. „Zo maar een dag" van Jos Veldhoven b.v. Is een heel eenvoudige, directe poëtische constatering; de „vertakte poëzie" van Rien Timmers daaren tegen moet nodig gesnoeid worden (waarna er overigens niets meer over blijft'. „Burokrasie" van Huub van Overveld staat in heel ongunstige te genstelling met „Achter de tijd", ook van hem en zijn „Sprakeloos". Op z'n best is Van Overveld ln „Ontmoeting ln tweevoud", waarmee hij zich tegelijkertijd boven de rest van deze „dichtersbent" plaatst. Los nu van de prijzenswaardigheid van 't initiatief een literair tijdschrift te starten In een klimaat, dat de dichters zelf eigenlijk nog allerminst geschikt vinden, moet worden vastge steld, dat de kwaliteit van deze eer ste uitgave bepaald minder voldoet. Om de beeldspraak in een van de ge dichten af te maken: „Powezle ls po ker spelen met woorden", en we ztfn bereid het spel mee te spelen tot op zekere hoogte. Dan passen we. I/B. Een blik in de toekomst van een Eindhovense ontwerper: een mini bruidsjapon in Empirestijl, gecombineerd met een Bermuda-short: Sluier en kapje zijn in astronautenstijl gehouden. De japon is vervaardigd van geborduurde tule. Als „grapje" is het ontwerp erg geslaagd. Of het ook bij a.s. bruidjes in de smaak valt Jaekie de Smit (17), met witte pet, denkt er zo over. Hun kame raden zijn het daar niet helemaal mee eens. Zakgeld, vinden zij, kan besteed worden aan een hele hoop andere dingen. Het betalen van contributie, sigaretten, grammofoon platen, sparen voor de vakantie, boeken. Hun interesses lopen sterk uiteen. De leider onderbreekt hen niet. Spontaan wordt er gediscus sieerd. Hij maakt slechts aantekenin gen. Resultaat: een prachtig sche ma over de besteding van zakgeld. Op deze wijze wordt het karakter van de jonge bedrijfsman één mid- In de oude molen leren jongens 'nhzelf te zijn. dag in de week gevormd en bijge schaafd. Het sociale aspect wordt niet verbeten, maar ook het crea tieve en constructieve is de jongens niet vreemd. Ze ontvangen regelma tig opdrachten, maken samen een krant, een reportage, een interview met een burgemeester. Tijdens de handenarbeid ontdekken de jon gens een mogelijkheid tot nuttige vrijetijdsbesteding. Tevens krijgen ze enige vaardigheid, die in hun ge zin straks heel nuttig kan zijn. Op deze wijze ontwikkelt de fa- brieks jongen zich tot een evenwlch-* tig, sociaal voelend mens en krijgt hij midden in zijn puberteit de 'kans ziin nieuwe ervaringen rustig te verwerken. JOHAN ROBESIN Goed nieuws voor tieners en twens, die genoeg hebben nan hun zwarte, grijze en spierwitte brom mer Sinds kort zijn er brommers te koop, die in alle mogelijke kleu ren gespoten kunnen worden. Bij het bestellen van zo'n „blits- brommer" wordt een invultekening verstrekt, waarop de persoonlijke ideeën over kleur en kleurkombi- naties kunt invullen. Binnen drie weken wordt de brommer dan ge leverd. De prijs varieert van 453,— tot 498,—. tóch anders kan. „We denken aan de toekomst. De mensen krijgen meer vrije tijd, meer tijd voor creativiteit. En dan bedoelen we creativiteit in alle vor men. Ook de man, die in zijn volks tuintje knollen verbouwt is crea tief We pleiten voor een zo groot mogelijke vrijheid op elk gebied. In ons tijdschrift krijgt iedereen een reële kans. Als jongeren iets Inzen den en'het deugt naar onze me ning niet, dan gaat het er onher roepelijk uit. Maar we oordelen niet naar ethi sche maatstaven, alleen naar es thetische. De volgende keer zor gen we dat „Cel" een wat geva rieerder inhoud krijgt. Er moet meer proza in. Politieke beschou wingen mogen ook. Het wordt be slist geen middelbaar school krantje. Die zijn er genoeg". De plannen van Cel '66 gaan no& verder. Ze gaan in de richting van sociëteitsmiddagen twee keer per maand, waarop ieder die zin heeft om zich op een bepaalde manier creatief te uiten, te musiceren, pro za of gedichten voor te lezen, of alleen maar zftn mening te verkon digen, de kans krtfgt. De plannen voor sociëteitsmidda gen zouden het beste gerealiseerd kunnen worden in een eigen ruimte. Gel '66 is een groep van jonge crea tieve mensen in Roosendaal, die zich onder andere bezighouden met de Roosendaalse en Westbrabantse heilige huisj es (en die blijken er nog heel wat te zijn) in te trappen. De culturele heilige huisjes wel te verstaan. Want op het gebied van de cultuur vinden zij West-Brabant een achtergebleven gebied. „West- Brabant is nu pas aan de indus trialisering bezig, die het westen al lang gehad heeft. Hoe kun je dan verwachten dat er iets aan „rand versiering" wordt gedaan. Er moet nog een heleboel veranderen hier. Anders kregen we ook niet zoveel positieve en negatieve reacties" zeggen ze. Die „ze" zijn voorzitter Huub van Overveld (23), student m.o. Neder lands, schrijft absurdistisch proza en poëzie, secretaresse Francien Hertogh (21) verkoopster, Gerard Rommers (25), student m.o. Neder lands, essays en polemiek, Mar- lien van Leer (19), verkoopster, Jos Veldhoven (20) laborant, gedich ten en proza, Guus Spruyt (24), stu dent m.o. Nederlands, gedichten en proza, Peter den Otter (19), h.b.s.'er, speelt piano en sax, componeert, Willemien van Ineveld (22) zit op kantoor en schildert, Anita Dek kers (20) telefoniste, Rien Tim mers (22) leerling kunstacademie Antwerpen, schrijft gedichten, Peter Mastboom, jazz-musicus. In „Het Koetshuis", een tot jonge- rensociëteit verbouwde oude Roo sendaalse boerderij, gaan zij regel matig bij elkaar zitten om te pra ten over hun „onvrede met de we reld". De onvrede die tot de op richting van Cel '66 heeft geleid, nu ruim een half jaar geleden. De groep beoogt precies wat de naam inhoudt. Een cel is immers de .kleinste levende eenheid, die zich door deling vermenigvuldigt. Zo wil ook de groep Cel '66, in het Westbrabantse stramien een nau welijks opvallende (maar wel léven de) eenheid, zich door steeds meer activiteiten op verschillende culturele gebieden uitbreiden. Het blijft dan ook niet bij praten ln „Het Koetshuis". Er worden plannen gemaakt en uitgevoerd. De eerste resultaten: verschillende cul turele jongerenbijeenkomsten en nu een cultureel tijdschriftje „Cel", een driemaandelijks „kre(et) actief orgaan", waarin nog alleen bijdra gen van de kern zijn opgenomen, maar waarin ook voor anderen plaats is. Hoewel de inhoud van dit blad nog veel te wensen overlaat is het initiatief prijzenswaard. Daarnaast zijn er tal van plannen, teach-ins, exposities, lezingen. In het najaar wordt een grote mani festatie in de Roosendaalse schouw burg georganiseerd met poëzie, to neel etc. Wat eerder, nl. op 2 april, komt Ronnie Potsdammer op uit nodiging van Cel '66 naar Roosen daal. Op 23 april wordt in „Het Koetshuis" een avond „Jazz and poetry" gehouden. In mei zijn het optreden van een studentencaba retgroep en een foto-expositie ge pland. Bovendien zijn er zeer defi nitieve plannen om een filmclub op te richten („16 mm. films uiteraard, miaar omtgecensureerd Contacten met culturele jongeren- werkgroepen in Oost-Brabant, Ant werpen en Zeeland („waar het net zo'n achtergebleven gebied is als hier") zijn er al. Waarom maken deze Roosendaalse jopgeren zich zo druk. ze hebben genoeg tegenwerking van verschil lende zijden. Dat zou een reden kunnen zijn om de zaak erbij neer te gooien. Hun idealisme weerhoudt hen ervan; idealisme in de vorm van: de ouderen laten zien dat het Niet dat „Het Koetshuis" niet ge schikt is, maar het is voor de vele activiteiten die Cel zou willen ont plooien eigenlijk al te klein. Het ideaal is een ruimte, waar een soort „Sigma"-centrum van ge maakt kan worden. Dat het Amster damse Sigma na enkele maanden al in elkaar zakte, weerhoudt de Roosendaalse jongeren niet te blijven Ijveren voor dit ideaal. De kritiek ls een extra-stimulans om door te gaan. „We kunnen kritiek wel er varen, als het maar positieve kri tiek is" zeggen ze. „Laatst had iemand 45 minuten nodig om onze bundel door te lezen, en twee uur om hem af te breken". Ze lachen „Het was in ieder geval wel crea tief". In de zomer 1967 is alles te versieren. Tenminste als je een meisje bent. Vanuit Engeland komt een nieuwe rage met zoveel mogelijk accessoir res als mooi is of als je mooi vindt. Nieuw zijn de papieren schoenen, versierd met bloemen of effen, die je, als je er voorzichtig op loopt, minstens vijftien keer kunt dragenOok papieren oorbellen in de vórm van bloemen pyramides zijn helemaal IN. De oorbellen worden trouwens steeds gekker. Wat denk je bijvoorbeeld van shocking gekleurde enorme kwasten aan je oren Je kunt ook leren oorbellen en broches in de zelfde kleuren als je schoenen dragen. Beslist het einde. Bijzonder extravagant tenslotte zijn valse vingertoppen" van ge polijst zilver, of goudkleurig metaal. Enige ttfd terug hebben zij by de gemeente Roosendaal een verzoek Ingediend om een gebouw nabij Het Koetshuis" te mogen inrichten als cultureel centrum. Ze hebben er niets meer op gehoord. „Als je een Industrie bent heb je hier in Roo sendaal wel kans op een spoedige huisvesting. Vooral als je dan nog een grote buitenlandse smile" hebt (Ja, dit mag je er letterlijk Inzetten). Maar voor cultuur hebben ee geen begrip JOSé TOIRKENS

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1967 | | pagina 21