BRITSE KLOP
OP DE DEUR
WERKLOZE ARBEIDER:
Hebben wij
ooit van de
welvaart
genoten
V*1 -c
t o*"!
GEKNIPT
COMMENTAAR
verkloo
Doorzetten en verdienen
Delta-plan gevraagd
Hr. Ms. „Karei Doorman"
a uouw 'jfr
ONTSLAG VOOR
IN TOTAAL
1242 MAN
De
DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 21 JANUARI 196T
11
[net kandidaten
Plannen
Succes van Brown en Wilson?
NIET RIJP
CRISIS
Geld op
Nooit in café
Geprotesteerd
"5? NV
Auto verkopen
Nieuw huis
Dik en duur
DR. CORN. VERHOEVEN:
1# 11
N PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIL NGEN
EILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILIIGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILNGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIU
;EN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIL NGEN PEIL IJGEN
PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEI1LINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEILINGEN PEIL
lig om contanten te onder
iet Belgische kamerleden
eze samen een goede pres
te kunnen uitoefenen,
ar het gaat om de ontwik-
Ti het Westerschelde-gebied.
sarduijn voorziet, dat Zee
redelijk goede inspraak zal
de nieuwe Kamer. Vier
hebben „zekere" plaatsen
zovele lijsten. Het zijn de
n Bennekom (ARP), Van
(CHU), Westerhout (PvdA)
voor de KVP. Bovendien
heer Slingerman (VVD)
•s. Beelaerts van Blokland
n goede kans als de ver-
«slag en de regeringssamen-
- waardoor voor betrokke-
opschuiving kan plaatsheb-
Sn beetje meezit.
ike partijen dient de KVP
erkiezingen bij voorkeur
gaan als zij in de rege
lt
isarduljn: „Mijn voorkeur
fliaar een regering, gevormd
drie christelijke partijen;
P en CHU. Tenzij de ver
duidelijk anders aangege-
ben in principe wel voor-
zoor één christelijke partij
rlementaire bestel. Maar de
hiervan zie ik evenwel
voegt hij hieraan toe.
ïalisering, aangebracht door
en in de PvdA vind ik niet
De samenwerkingsmoge-
voor deze partij lijken mij
verkleind."
itgeenu Titer zoal stelt
te moeten afleiden, dat u
It voor eventuele decon-
isering van de KVP na de
gen.
zo. Persoonlijk ben lk nog
deconfessionalisering van
toe. Ik weet wel, dat hier
zegend katholieke streken
Iers over gedacht wordt.
in Zeeland vormen de ka-
een minderheidsgroep, waar
)g voor op moet komen. Ik
rom ook, dat de kiezers in
ieke provincies bij het uit-
van hun stem vooral ook
willen houden met de ka-
minderheden elders in het
punten spreken u net
n in het KVP-verkiezing^-
0 ftet structuurplan voor
verkeersbeleid en het re-
n. Waarbij ik speciale aan*
1 willen vragen voor de
S" van recreatieterreinen
nationale betekenis. Verder
industrialisatieronde voor
n van hoogwaardige indus-
het aanbrengen van dif'e*
in de industriepatronen.
al ook de punten, die gees-
aarden betreffen. Volgens
iet nu in de meeste geval-
1 om materiële waarden,
rschrijf dan ook van harte
voor het onderwijs en de
van de verantwoordelijk"
i de ouders. Verder de vol*
an het volksgezondheids-
bejaardenzorg en de maat-
te begeleiding van die
lie in de verdrukking ra*
aangezocht wordt om
ping te nemen in Kamer-
's, welke hebben dan uv)
s>i ruimtelijke ordening e»
estlng, recreatie, en ver
vaterstaat. Laten we de
maar nemen, maar da
et te veel aan vasthouae
ben ik van mening, d
te veel moet specialiseren,
ben ik daar nog te jo
bovendien zouden té
'e specialisaties mu,KU.
ïeren mij geheel }n
Zeeuwse volksvertegen
te aeze vraag. Wat ts
voor de verkiezing sun-
oet ik een slag naar Siaad-
ht, dat de KVP de groo1
•lijft. Een belangrijke vraa*
s: Wat gaan de arbeiders
\e tijd is voorbij, da,t de kiezersgunst gewonnen kan worden met vage
beloften. De kiezers willen concrete plannen horen. Zij willen daden
zien. En dat geldt met name ten aanzien van het probleem van vandaag,
de werkgelegenheid.
Geen politicus heeft zo kwistig met beloften rondgestrooid als staatsse
cretaris (en Tweede-Kamerkandidaat) De Meijer. Van Rucphen tot Vaals en
van Zuid-Limburg tot Delfzijl is zijn weg bezaaid geweest met toe
zeggingen voor aanvullende werken. Kon dr. De Meijer deze beloften
doen? Premier Zijlstra, tevens schatkistbewaarder, twijfelt. Zoals gisteren
In Dagblad De Stem is bericht weigert hij voorshands de beloften van de
staatssecretaris integraal te verzilveren.
Prof. Zijlstra en zijn AR-partijgenoot minister Bakker (Economische Zaken)
willen het werkgelegenheidsprobleem primair aanpakken via een stimu
lering van het regionale industrialisatiebeleid, vooral in de noordelijke pro
vincies en Zuid-Limburg. Op de lange duur kan hiervan enig effect uit
gaan. De werkloosheid van vandaag wordt er echter niet mee opgelost.
Wij zijn daarom van mening dat er naast de stimulering van de regionale
industrialisatie ruime mogelijkheden moeten zijn om in noodgebieden
door middel van aanvullende werken te voorzien in de huidige be
hoefte aan behoorlijke werkgelegenheid. Daartoe zal op de kortst moge
lijke termijn een sluitend plan moeten worden opgesteld.
Een dergelijk plan zal veel geld gaan kosten. Gezien het feit, dat de
rijksuitgaven reeds tot .het maximale zijn opgevoerd zal ook iedere
gulden, die in het werkgelegenheidsbeleid wordt geïnvesteerd een optimaal
rendement moeten geven. Naar onze mening zal dat echter niet het
geval zijn als het plan Zijlstra-Bakker voor de regionale industrialisatie
wordt uitgevoerd.
Prof. Zijlstra zegt een homo economicus te zijn maar zijn plan verraadt de
hand van de homo politicus. Als hij werkelijk een zo economisch mogelijk
gebruik had willen maken van de nu eenmaal beperkte gelden, die voor
de werkgelegenheidspolitiek beschikbaar zijn, had hij ze niet in partjes
opgedeeld. Als zoethoudertje voor Limburg en hef Noorden zal zijn plan
wel enig succes hebben maar nationaal-economisch gezien is het een ver
gissing.
Nationaal-economisch gezien dient het werkgelegenheidsbeleid geconcen
treerd te worden op die gebieden, die door hun natuurlijke ligging het
hoogst mogelijke resultaat garanderen. Daartoe kan (gezien het daar reeds
bestaande industriële klimaat) Zuid-Limburg behoren. Daartoe behoort in
ieder geval niet het Noorden, misschien Delfzijl en omgeving. Daartoe
behoort in ieder geval wel het Deltagebied, in casu (met het oog op de
beschikbare ruimte) Brabant en Zeeland.
In onze gedachtengang dient daarom het plan-Zijlsfra omgebogen te
worden tot een Deltaplan en een plan voor Zuid-Limburg. In andere ge
bieden met hoge werkloosheidscijfers zou voorlopig volstaan moeten
worden met aanvullende werken maar dan zo gericht dat daarmee een
grondslag wordt gelegd voor structurele verbeteringen, b.v. op het
gebied van het toerisme. Die gerichte aanwending van aanvullende
werken, ter verbetering dus van de infrastructuur, behoort ook de be
leidslijn voor West-Brabant te zijn.
De verkiezingsstrijd kan interessanter en eerlijker worden als dit
soort kernvragen duidelijk worden beantwoord.
F)e Marineleiding nodigt op het ogenblik regelmatig vertegenwoordigers
uit van allerlei politieke groeperingen voor discussies over de omvang
van de maritieme bijdrage van Nederland aan de N.A.V.O. De opzet van
deze teach-ins is Hr. Ms. vliegkampschip „Karei Doorman" in de vaart
te houden.
De „Karei Doorman", beter gezegd het totaal aan Nederlandse defensie
verplichtingen, is een onderwerp dat velen bezig hoqdt. Het komt ons
voor, dat deze kwestie moet worden uitgesproken in de openbaarheid
en niet alleen in de gastvrije longrooms van Hr. Ms. schepen.
(Van onze correspondent in Brussel)
BRUSSEL. Zou de Britse premier Harold Wilson en zijn minister van
buitenlandse zaken, George Brown, op hun ronde door Europa, overal
zoveel goodwill ontmoeten als zij in Rome gedaan hebben, zou te gemak
kelijk de mening post kunnen vatten, dat Engelands toetreding tot de
E.E.G. al voor 90 procent verzekerd was. Niets is minder waar.
Ten eerste moet men eraan twijfe
len of die goodwill overal in dezelfde
toate aanwezig zou zijn. Nederland,
België en Luxemburg zullen geen on
overkomelijke problemen vormen
voor de Britse Europareizigers. Dit
ondanks het feit dat Den Haag, Brus
sel en Luxemburg er bij Wilson wel
op zullen aandringen de zwakke po
sitie van het pond sterling te verster-
Ken alvorens de onderhandelingen in
Brussel te beginnen.
De grote problemen en onzekerhe
den zullen zich aan Wilson en Brown
pas voordoen bij hun bezoek aan
parijs (14 en 15 februari). Als er iets
moet blijken van een gezamenlijke
politieke wil van de Zes om Engeland
JJ- het geïntegreerde Europa op te ne-
3S' n zal het in die twee hoofd
steden moeten zijn.
De onzekerheid over de wijze waar
op president De Gaulle zijn Britse ge-
prekspartners zal tegemoet treden, is
o de laatste dagen groter noch klei-
er geworden. Over de houding van
v5'twaar Kiesir.ger en Brandt de
verbetering van de betrekkingen
nrS arhs Prioriteit geven, tast men
pp» r°uin duister. Misschien is er
VirmJS aanwijzing over de Franse
miï; op conferentie van EEG-
Sïïï P VT?n financiën in Den Haag
Fifth,. - Franse schatkistbewaarder
nlan 6 n gesproken over het Parijse
HepftVr?ruS^g,ing van de goudprijs.
Bphai*) Sr ar bedoelingen mee
Heeft Parijs dit plan laten
ervan n v''etGnd dat doorvoering
verder .ra Bntse pond sterli»g n°S
feld tn,verzwakken en ongetwij-
zou leiden? Amerikaanse reactie
kerufd!»61 ovWSe Is nog slechts be-
De Gaulle Enge-
Waarom S rKp acht voor de EEG-
nan?i V Brit®e handel is in
son heeft hart v0°™itgegaan. Wil-
getroffer a e sane«ngsmaatregelen
Ee® fl?«len-waar?n De Gaulle
in zekwe'Vi e long™ vindt, die hij
dG Fransf rJ ■abeWondert Gehruikt
dat Engeland ni2ent argument-
andere -niet nJP is- opdat
hoeven uit To ,nRen niet zou be"
tf',Da overwe-
a -J 1J vreest met
Amerika als een soort
argument, dat hij uiteraard nooit zal
en kan uitspreken, dat hij angstig is
voor een Britse hegemonie in Europa,
een rol, die naar zijn vaste overtui
ging alleen toekomt aan en weggelegd
Is voor het eeuwige Frankrijk.
Het ls nuttig even in de recente
geschiedenis te kijken. Toen op 31
juli 1961 de toenmalige Britse premier
McMillan bekend maakte, dat Enge
land tot de Zes het verzoek zou rich
ten om onderhandelingen over de
Britse toetreding te beginnen, volgde
daarop vanuit Brussel en vanuit de
Europese hoofdsteden vrij enthousias
te bijval. De onderhandelingen begon
nen op 8 november 1961. Ze waren
moeilijk en men kan niet zeggen dat
ze vlot verliepen. Terwijl ze zich
voortsleepten ook al waren er een
aantal voorlopige akkoorden bereikt
deelde president De Gaulle op zijn
befaamde persconferentie van 14
januari 1963 mee, dat Engeland naar
zijn mening nog niet rijp was voor het
lidmaatschap.
Pine hiivft u spreken? De'
Engeland ook^' vreest met
Trojaans naarri ™eri als een s0°rt
WeènschaD hfn ln Europese ge-
P bin'hen te halen? Of het
Dit korte uitstapje naar de recente
historie die aan het begin stond
van een isolering van Frankrijk in de
EEG was, dachten wij, nodig om
duidelijk te maken dat niemand zich
moet vergissen. Als na de rondreis
var. Wilson en Brown zou blijken dat
in alle haofdsteden de deuren voor
Engeland zijn opengezet. Ook in '61
stonden de deuren open. Nauwelijks
een jaar later gooide de Elyseebewo-
ner ze mei een bruuske klap dicht.
Men hoeft niet te verwachten, dat De
Gaulle volgende week even bruusk
de Engelsen buiten de deur zal zetten.
Hij weet dat hij daarmee de bijna
onoplosbare crisis binnen de gemeen
schap die zeker voor de Franse
landbouw niet van belang ontbloot is
zou oproepen. Hij weet ook dat hij
dan grote risico's neemt in het licht
van de Franse verkiezingen in het ko
mende voorjaar. Maar dat alles wil
nog r.iet zeggen dat, ook als De
Gaulle een gematigde positieve hou
ding aanneemt, Engeland voor 90 pro
cent al binnen zou zijn. Er moeten
dan onderhandelingen beginnen en er
is geen deskundige te vinden, die
durft uit te spreker: dat die gemak
kelijker zullen zijn dan in 1961-1962.
In die onderhandelingen liggen voor
Parijs alle kansen om de geopende
deur met kleine duwtjes toch weer in
het slot te laten vallen.
(Van een onzer verslaggevers)
wat zeggen de cijfers over de werkloosheid, voor wie er zelf niet mee
te maken heeft? Je raakt er aan gewend berichten te lezen over
tien en honderd ontslagenen. Dan worden het er duizenden en tien
duizenden en de verkiezingskaravanen, met de lijsttrekkers voor de
komende Kamerverkiezingen op hun schouders, schuiven de dreiging
van de werkloosheid helemaal naar voren in hun propaganda-campag-
nes. Maar de vraag blijft: hoe vergaat het de werklozen in hun per
soonlijk leven nu zij troefkaart zijn geworden voor de politieke par
tijen?
In een poging om „iets" van een antwoord te kunnen geven op deze
steeds neteliger wordende vraag hebben wij tegen enkele ervaren vak
bondsbestuurders gezegd: „Geef ons adressen van werklozen, diè als de
gelijk werkman staan aangeschreven en ons betrouwbare gegevens kun
nen verstrekken over de situatie waarin zij verkeren". Wij hebben ver
scheidene geselecteerde adressen gekregen. Met drie werklozen hadden
wij een gesprek. Thuis in hun eigen huiskamer. Midden op een doorde
weekse „werkdag". Dit is hun relaas. Alleen hun namen zijn gefingeerd.
Fi'eek Jansen is 35 jaar. Heeft
een vrouw en twee schoolgaande
kinderen. Hij zit alleen in de ka
mer bij de oliehaard. Ondanks het
feit, dat hij al negen weken zonder
werk is heeft hij de blauwe over
al aan. Ook de alpinopet ontbreekt
niet. Hij is rustig. Zijn handen,
die eigenlijk de sporen hadden
moeten dragen van beton zijn
schoon. Hij kan er ln de bijzonder
proper uitziende woning gerust
alles mee aanpakken. Dat doet hij
ook. Hij bereddert het huishouden
voor zijn vrouw, die moeilijk ter
been is. Dat ls zij al sinds en dank
zij de oorlog. De vrouw ligt op bed,
boven. De kinderen zijn naar
school.
„lk krijg f 97,5U van de w.w.",
zegt hij. „Schoon?". „Ja schoon.
Ik ben blij, dat ik bij mijn ontslag
als voorman te boek stond. Anders
had ik minder gehad. Een maal
van mij, hier iets verderop, krijgt
■"86 gulden en centen'.
Bij zijn beste bazen heeft de man
vroeger f 145 netto verdiend met
nog een paar gulden voor de brom
mer. Hij dacht er goed aan te doen
voor zijn gezin drie jaar geleden
een bescheiden, maar nette woning
te kopen. Hij heeft deze van bin
nen zelf opgeknapt en is daar nog
niet helemaal mee klaar. Het geld
ls op
Maar de aflossing van de Hypo
theek op de woning moet dooi-
gaan. Daarbij gaat de rente, die
de Boerenleenbank vraagt, steeds
maar omhoog. Rente en aflossing
komen op ongeveer f 18 per week.
Voor belastingen en onderlroud
komt daar per week op zijn al
lerminst nog tien gulden bij. Het
kan ook vijftien gulden zijn. Hij
heeft het nooit precies uitgerekend.
Er blijven per week nog zes ze
ven tienen over om met vieren van
te leven, kleren en schoeisel te
kopen en de kachel te stoken". „Ik
ben blij, dat het niet koud is", zegt
hij, dan verbruikt de kachel niet
zo veel".
De man komt nooit ln een cafe.
Hij drinkt niet. „Ik heb me voor
genomen, al jaren geleden, om als
een goed huisvader te leven. Ik
zet me helemaal in voor mijn gu
zin. Daar wet-k ik hard voor als ik
de gelegenheid heb. De rest laat
ik wapperen. Ik heb persoonlijk
genoeg van het leven gezien en
meegemaakt. Wat nu in Vietnam
gebeurt is hetzelfde als wat in
mijn tijd gebeurde in Korea. Ik
heb 180 frontdagen achter de rug.
Dgar ben ik ziek van geworden
toen ik hier in dezemaatschappij
terug kwam. Ik ben er nu nog niet
helemaal overheen. Al die moord
partijen is werk van het kapitalis
me. De strijd wordt uitgevochten
over de ruggen van die kleine hon-
geriijertjes van kinderen met nog
geen hemd aan hun lijf".
De man is geen lid van een vak
bond. Hij houdt zich ook afzijdig
van acties. In demonstraties zoals
in Hoogeveen ziet hij niet veel. Hij
houdt de politiek wel bij op de t.v.
Hij ziet er niet veel in. Vorige win
ter was hij 18 weken werkloos. Het
kunnen er nu misschien wel meer
worden. „Ik wil graag geld verdie
nen voor mijn gezin. Daar gaat het
toch om", zegt hij bij het afscheid.
Cees Pielersen ls van huis uit
schipper van zijn vak. Hij is een
bauwbedrljtsboiuten^h.^
<1
(/t
Wrattig*»»
MSKE, -
■al te it M-
w H
i QJ
dertiger. Vijf jaar geleden is hij
aan de wal gaan werken. De bouw
vakken ingegaan. Hij werd voor
man in de wegenbouw. Hij is ge
trouwd, heeft een vrouw, die
heerlijk koffie zet, en een kind.
Voor die kleine is hij met varen
gestopt. Anders had het kind naar
kostschool gemoeten. Daar ls hij
zelf vroeger ook op geweest en hij
weet uit ervaring, dat dit niet zo
leuk is. Nu is hij sinds eind no
vember zonder werk. Hij is met
een ploeg van vijf man zomaar op
het eind van een week ontslagen.
De baas zei: „Maandag hoef je niet
meer terug te komen".
De man, een jonge energieke
vent, heeft tegen het ontslag ge
protesteerd. De zaak is nu al twee
maanden in onderzoek, maar hij
heeft nog steeds niets gehoord. Hij
is lid van het NVV. De bond zit er
achter. Hij krijgt nog geen w.w.-
uitkering. Wel f 85 voorschot per
week (f 17 per werkdag). Hij kan
dat vrijdags halen bij de plaatse
lijke vertegenwoordiger van de
bouwnijverheid.
Van zijn schrale inkomen moet
per maand f 90,25 af voor huur. In
doorsnee verdiende ik met presta-
tieloon wel f 160 a f 165 per week.
vroeger. Maar toch ga ik weg uit
de bouw. Je hebt te veel schade
door werkverlies. Afgelopen zo
mer zo'n zestien weken stilgelegen
in de wegenbouw vanwege de re
gen.
Als bijverdienste heeft hij ook
wagens verhuurd. Hij heeft nu nog
een auto en een V.W.-busje. „Die
worden allebei verkocht. Je moet
rekenen, dat ik die niet stil kan
laten staan. De verzekering, de be
lasting, en de afschrijving gaan
door. Ik kan wel werk vinden met
een als vrachtwagenchauffeur. Als
ik maar niet zo lang hoefde te
wachten om op te kunnen gaan
voor mijn groot-rijbewijs. Politiek
is quatsch. Voor die mooie praatjes
die je op de televisie ziet koop je
niets. Na de verkiezingen als ze
binnen zijn doen die lui toch niets
van alles wat ze beloofd hebben".
Van zijn leuke, modern ingerich
te woning gaan we naar Bas Hen
driks. De inventaris van diens wo
ning is kennelijk al een dagje ou
der. Maar er is geen spatje aan. De
man is in de veertig. Hij heeft geen
al te beste ogen. „Slijtage van het
werk. Ik ben lasser". Eigenlijk al
drie maanden zonder werk en
al een tijdje korter gewerkt.
„Ik kan de haren wel uit mijn
hoofd trekken, dat ik twee jaar ge
leden deze woning gekocht heb.
Het was duur, maar ik verdiende
wel en mijn dochter is op kantoor.
Ik deed het ook voor de kinderen.
Mijn vrouw wilde ook altijd wel
naar een nieuw huis, maar het is er
vroeger nooit van gekomen toen ik
alléén vijf monden moest openhou
den en de kinderen naar school
moest sturen. Maar' toen mijn
dochter wat verdiende en mijn
zoon komt dit jaar van de techni
sche school toen dacht je, dat je
eindelijk een veer van je lippen
kon blazen. Maar nou zit ik er eer
lijk gezegd goed lelijk mee tussen,
met die zware lasten van het huis
en voorlopig nog geen werk. Ik zie
me niet zo gemakkelijk meër aan
de slag komen op mijn leeftijd.
Zonder werk 85 a 100 gulden.
Met werk 150 a 160 gulden..
„De een zijn dood, de ander zijn
brood", dacht de Nederlandse Ka
mer van Koophandel voor België
en Luxemburg en verscheen - na
de persberichten over de uittocht
van Nederlandse bedrijven uit de
vaderlandse dreven en de daarop
gevolgde vestiging in België - met
een nieuwe uitgave van haar
brochure „Vestiging van Neder
landse personen en bedrijven in
België". Misschien doen wij de
Kamer onrecht met onze veron
derstelling en was 't geen timing
doch zuiver toeval, maar hoe dan
ook, de brochure kwam prachtig
op tijd. Vooral in het zuiden van
ons land zal zij nu wel een be
langrijk naslagwerk vormen.
Wij zijn niet zo thuis in het za
kenleven en derhalve niet op de
hoogte van alle problemen die rij
zen bij bedrijfsemigratie, doch de
brochure ziet er zeer degelijk uit
en doet zelfs de leek vermoeden
dat alles, waar men (ook als per
soon) mee te maken krijgt bij ves
tiging in België, erin behandeld
wordt. De prijs is f 25 (voor 97 ge
stencilde pagina's; verhuizen is
een dure zaak).
Op naar het Zuidland, geprang
de ondernemers, maar laat niet
Uw werknemers achter.
(Economische-Statistische
Berichten).
„De kerk, dat is de bezemwagen
van de tour-karavaan, men kan en
mag de zwakken niet achterlaten".
Deze originele omschrijving van de
kerk staat te lezen in één van de
19S verslagen van de gesprekken in
Ecclesiagroepen, waaraan in totaal
ongeveer 1600 mensen deelnamen.
(De Bazuin
Eigenlijk had ik het al zien aan
komen. Ik werkte op een familie
bedrijf, weet je wel. Ze, de bazen,
deden er allemaal dik en duur van.
En dan vraag je je wel eens af:
Kan dat allemaal zo goed blijven
gaan? Maar ja, je hebt er al zo lang
gewerkt en je bent er gewend.
En het was er echt niet slecht
werken. Bovendien op een ander is
het ook wat, denk je. Maar op een
gegeven moment moet het een
beetje kalmer aan op de zaak en
de banken'vragen de centjes op zo
gauw ze ruikfen, dat het wat min
der gaat. En daar ga je dan. Ik zit
er dikwijls over te piekeren. Het
is maar gelukkig, dat mijn vrouw
het beter op kan vangen dan ik. Ja
ik ben lid van het NKV. Maar wat
vindt u er zelf van? Hebben wij
arbeiders ooit van de welvaart ge
noten? Het begon er een beetje op
te lijken maar nu is het blijkbaar
al weer afgelopen".
C. de B.
^ieuwsgierig geworden door de
talloze advertenties, waarin het
Nederlands Talen Instituut met de
hartelijkheid van zijn Ieraren te
koop loopt of waarin die leraren
in eigen persoon vanaf een in
drukwekkende foto mij, ja mij uit
dagen op een cursus in te schrij
ven, had ik een proefles en een
prospectus aangevraagd voor de
opleiding tot magazijnmeester.
Dat beroep lijkt mij interessant en
als onderwijsman wilde ik wel
eens zien, hoe die leraren zoiets
aan de man brengen. Een soort
bedrijfsspionage dus. Maar het is
er niet van gekomen en ik ben
ook helemaal niet van plan voor
magazijnmeester te gaan studeren.
De hartelijkheid van de leraren en
de ernst van hun uitdaging heb ik
intussen zwaar onderschat. Want
alras ontving ik een als drukwerk
verzonden, maar ontroerend per
soonlijk gestelde brief van de di
recteur zelf. Ik neem aan, dat er
grote stapels van die brieven
klaar liggen en dat ze ongeveer
machinaal de deur uitgaan. Ze zijn
zo gereproduceerd, dat ze net echt
lijken. De bedoeling is dat je hele
maal warm van binnen wordt
door zo'n brief van de directeur
persoonlijk, waarin die allerlei
moeilijkheden uit zijn jeugd op
dist. In een fijne, oppeppende stijl
vraagt de man zich bezorgd af,
waarom je nou toch niet doorzet.
Hij heeft juist deze morgen met
het kaartje van de „geachte stu
dievriend" even in de hand geze
ten en hij is daarvan aan het
met geld verdienen in verband
gebracht. S'tudie is een kwestie
van volhouden, dapper doorbijten,
dat beloond wordt met centen: zo
wordt inderdaad meestal over het
onderwijs gepraat. Niemand hoeft
me de kleine waarheid van deze
frase uit te leggen. Ik begrijp ook
heel goed de betrekkelijke ver
dienste van een daarop gebaseerd
instituut. Ik wil zelfs die hartelijke
leraren niet afvallen. Maar hun
hartelijkheid staat helemaal in
dienst van het doorzetten. En
doorzetten is inzake het onderwijs
volstrekt niet het laatste of be
langrijkste woord. Een „studie
vriend" is niet een liefhebber van
doorzetten, maar van studie; en
studie is op de eerste plaats inte
resse en lust. Het doorzettingsver
mogen kan hoogstens een tijdelijke
onlust overbruggen, maar wie er
de grondslag van de studie van
maakt, pleegt verraad aan de wer
kelijke inspiratie van studie en on
derwijs. Hij gaat domweg uit van
de waanhoop, de tegenzin, de on
geïnteresseerdheid. In plaats van
het genot van het inzien stelt hij
het vooruitzicht op een paar cen
ten en zo timmert hij met zijn
ethische en commerciële geleuter
de hele wereld van het onderwijs
dicht. Het surrograat wordt defi
nitief uitgeroepen tot het echte. Er
worden stenen voor brood aange
boden en een hartelijke stem ver
zekert, dat een flinke vent die
stenen best kan kauwen. Waar ge
not moest zijn, komt zielig zwoe
gen. Ik beweer niet, dat het genot
er altijd is - tenslotte heb ik ook
peinzen geslagen. Het herinnerde
hem aan een goede vriend, veel
knapper dan hij zelf, maar helaas
een figuur zonder doorzettingsver
mogen. Die verdient nu nog niet
de helft van wat hij, de directeur,
verdient - want commercieel zit
het wel lekker met die hartelijke
leraren - omdat hij destijds niet
doorgezet heeft. Zelf heeft de di
recteur door weer en wind gefietst
om avondcursussen te volgen; dat
heeft hem geen windeieren gelegd
en daarom wil hij zo graag mij
over mijn aarzeling heen helpen,
opdat ook mijn verloofde trots zal
kunnen zijn als ik mijn eerste di
ploma haal en meer ga verdienen.
„U herinnerde mij aan mijn vriend
entoen ben ik aan mijn schrijf
machine gaan zitten".
Nu is dat helemaal niet waar,
want de brief is gewoon van
een grote stapel genomen. De per
soonlijke toon is de meest volledige
nep, die maar denkbaar is en be
rekend op een graad van onnozel
heid die waarschijnlijk in de Afri
kaanse oerwouden al niet meer
voorkomt. Dat is al irriterend ge
noeg, vooral wanneer je dan ziet,
dat in het curatorium van dit in
stituut dure figuren als een gene
raal, een baron en een hoogleraar
in de psychologie zitting hebben.
Die werken op hun manier aan die
verschikkelijke nep mee. Van
veldheren kun je eventueel nog
taktische rotstreken verwachten,
maar psychologen zouden geen
geld moeten willen verdienen aan
deze hartelijkheid. Wel vijf keer
spreekt de brief over „doorzetten"
en dit doorzetten wordt handig
als je een studievak kiest, doe je
dat niet om een zinsloos nummer
tje heldenmoed weg te geven. Dan
wil je van het voorwerp zelf van
die studie genieten. Dat is de regel;
het doorzetten is de uitzondering,
zelfs al komt het numeriek vaker
voor dan het genieten. Wie de za
ken omkeert, omdat hij zo nodig
een realistische, zakelijke en
nuchtere vent van de praktijk
moet zijn, pleegt op cynische wijze
verraad aan de eigenlijke inspira
tie van het onderwijs. Hij gaat uit
van de mislukking van wat het zou
moeten zijn en van wat het in
wezen is. Daarmee stelt hij zich
buiten het onderwijs. Niet voor
niets is het onderwijs een voort
durende zorg van de overheid; zij
alleen kan de belangeloosheid op
brengen, waarin het naar zijn
eigen wetten kan gedijen. Valt het
in commerciële handen, dan wordt
de zaak scheef getrokken. De har
telijkheid van de advertenties is
maar een doorzichtig doekje voor
het bloeden.
^a meer dan tien jaar les geven
spreek ik hier volstrekt niet
als een jubelende idealist, die de
werkelijkheid niet ziet. Ik ken die
werkelijkheid van haver tot gort
en daarom weet ik, dat een beroep
op het doorzettingsvermogen de
studielust minstens even vaak
blokkeert als bevordert. Van een
mikken op het gemiddelde" kan
hier dus ook al geen spreke zijn.
Daarom zou evengoed met de niet
minder bedrieglijke leus-van „spe
lenderwijs" gewerkt kunnen wor
den. Maar daar heeft de concur
rentie al patent op aangevraagd.
i