Gulden januari sporenslag de KMA HÊT VRAATZUCHTIGE MONSTER, dat welvaart heet, reserveert steeds meer tijd en geld voor zijn dansen rondom het gouden kalf. Na zich eerst een indigestie te hebben ge geten aan ijskasten, wascombinaties, auto's, koophuizen, vaatwasmachines, elektrische koffiemolens en mixers, heeft het zich nu met hongerige wellust geworpen op de edel stenen, de gouden siervoorwerpen en het zilveren smukmerk. Geholpen door een keur korps van 2000 Nederlandse juweliers en een verkenningseenheid van verborgen verleiders uit het reclamekamp - „EEN GELUKKIGE VROUW IS GOED TE HER KENNEN GOUD WIJST ZE AAN" consumeerde het in de eerste zes maanden van 1966 ruim 13 procent meer superluxe voorwerpen dan in het jaar daarvóór. In de goudsector nam haar eetlust toe met 831 kg of 29,6 procent en van die stijging nam de eigen industrie door gebrek aan personeel slechts 100 kilo voor haar rekening. Nsast deze zwijgende cijfers steekt het spreekwoordelijke zilver uiterst mondig af: de binnen landse produktie bedroeg in de eerste vier maanden van 1966 reeds 5240 kilo, wat 744 kg of 16,6 procent meer betekent dan de produktie in het eerste kwartaal van 1965. Apart hoofdstuk Liefdespand Gouden knikkers Dieptepeiling Formidabele voorsprong BA6BLAB BE STEM reserves vrijwel volledig afhankelijk is van, Zuid-Afrika. Rusland is in dit miljardenspel om de gouden knikkers een duistere partner: al in 1934 beweerden de Sovjets, dat hun goudproduktie gro ter was dan die van Amerika en Canada samen. Een jaar later publi ceerden zij voor het laatst cijfers over hun goudproduktie, die toen 24 miljoen ounces bedroeg. Sindsdien heeft de jacht op de bodemschatten van Siberië steeds grotere vormen aangenomen, maar een efficiënt ijze ren gordijn onttrekt de resultaten aan de meer dan nieuwsgierige blik ken van westerse waarnemers. De Nederlandse goudindustrie neemt uit deze kostelijke berg slechts bescheiden happen. In 1964 werd in totaal 4600 kilo goud verwerkt tot sierprodukten voor de binnenlandse markt. Het merendeel van de voor werpen was 14 karaats, wat betekent, dat 58,5 procent van het totaal ge wicht uit zuiver goud bestaat en de rest uit zilver en koper. Voor de af nemer geldt de vuistregel: hoe meer koper des te roder de legering, hoe meer zilver des te lichter de kleur. Het restant van de vaderlandse goudhonger werd gestild door bui tenlandse bedrijven voornamelijk Westduitse, Belgische en Italiaanse die hun invoer van 3350 kilo in 1963 zag stijgen tot 5400 kilo ih 1964: een toeneming van 61 procent binnen 12 maanden. De sieraden, die in dat jaar door de Nederlandse juweliers werden verkocht, hadden een totaal gewicht van 10.000 kilo zuiver goud. Daarnaast kwamen nog de medailles, de penningen en de munten, die steeds gretiger aftrek vinden in de lage landen. De gouden vijfjes en dukaten, de halve Willems en de gouden tientjes rollen sinds enkele jaren zegevierend over de markt en elke nieuwe vondst laatst werd nog munt geslagen uit Serooskerkse bodem wordt met gejuich door de kenners begroet. Ondertussen blijft het voor de leek een uiterst hachelijke zaak om zelf te bepalen, of een gouden voorwerp 14, 18 of 24 karaats is. Allerlei tech nische foefjes kunnen de voze in borst van een sieraad verdoezelen en kleur, glans en uiterlijk zijn vaak niet het resultaat van het goudge halte, maar van een chemische in greep. Om nu de niet-kenner een handje te helpen heeft de Neder landse regering in de Waarborgwet van 1950 bepaald, dat op elk gouden voorwerp een keurteken moet staan, dat het goudgehalte aangeeft. Allé fabrikanten en importeurs zijn ver plicht hun artikelen door één van de acht keurkamers in Nederland te laten onderzoeken. De goudgehalten, die erkend worden zijn 14 karaats, 18 karaats en 20 karaats. De prijs van juweliergoud bedraagt ongeveer 5 gulden per gram. De edelstenen eisen in het gulden boek van de bodemschatten 'n eigen hoofdstuk op. Zij danken hun ont staan aan het stollingsproces van de aarde, waarbij de korst om de, gloei ende bol gevormd werd. De diamant en de korund ontworstelden zich bij de afkoeling aan de hete brei en werden daarna in Spartaanse stijl gehard. Andere, de beryllen en de kwartsen, kristalliseerden zich uit blote uiting van moed, beleid en eeuwige trouw het meest verbreid. Terwijl goud als liefdespand dus duidelijk terrein heeft moeten prijs geven, wint het terzelfder tijd als statussymbool. De helft van de on dervraagden kent het gouden sie raad en de edelstenen een weldoor timmerde statuswaarde toe. „ALS IK MIJN HANGER EN MIJN ARM BAND OM HEB, DAN HEB IK PAS HET GEVOEL, DAT IK VOOR VOL WORD AANGEZIEN". Arbeiders en middenstanders klimmen via de broche en de paarlen naar zelfver zekerde welstand; de hogere klassen bakenen met goud hun grenzen af: een veilig uitgangspunt daarbij is, dat een vrouw met een collier van 16000 gulden beslist geen lage status kan hebben. Zij delen deze wetenschap met honderden generaties, die het goud, de koning der metalen, door de eeuwen heen hebben gedragen en gekoesterd. De Feniciërs groeven zich reeds als mollen door de aarde om de glinsterende schatten te -ver overen; met eindeloos geduld was ten ze het goudstof uit de alluviale beddingen der rivieren en smolten zij het onzuivere edelmetaal met lood en zilver om zo het zuivere produkt te achterhalen. Later kwamen de alchemisten, die boven hun walmen de retorten hun scheikundige tover formules uitspraken. Gouderts werd vermengd met kwik, met hels zuur en cyaankalium. Honderden avontu riers trokken naar de onherbergza me wingebieden in Asturië en langs de Ebro, in de Cerennes en aan de voet van de Kaukasus. Honger en dorst vormden het tolgeld, dat graag betaald werd voor de lokkende rijk dom. Eens zou immers de dag komen, waarop het goddelijke stof door hun vingers' zou glijden. Eeuwen lang duurde die verbeten heksenjacht op het goud, dat peil loos diep in de plooien van de ge schiedenis verdwaald was geraakt. Op 19 januari 1848 deed James Mars hall een formidabele goudvondst in Californië. Later gaven ook Zuid- Afrika en Australië in ruil voor hon derden mensenlevens hun prikkelen, de geheimen prijs. De goudhonger dreef scharrelaars en profiteurs re gelrecht naar de ondergang; bittere teleurstelling en wanhoop overscha duwden het geluk van een handvol bevoorrechten. Anno 1966 is Zuid-Afrika het goudland bij uitnemendheid de produktiestijging na de tweede we reldoorlog kwam in feite vanuit dit gebied en werd op de natuur be vochten door een getraind leger van deskundigen. Nieuwe wingebieden bij Witwatersrand, rond Klerksdorp en Evander werden ontdekt: in 1964 nam Zuid-Afrika van de wereld- goudproduktie van 1.262.670 kilo 906.160 kilo voor haar rekening. Daarna volgden Canada met 116.940 kilo, Noord-Amerika met 45.090 en Australië met 29.550 kilo. Het is dus zonneklaar, dat de westelijke wereld voor de bevoorrading van zijn goud een waterige oplossing, die later als zee de schepen zou dragen. Hun lou teringsproces duurde miljoenen ja ren, hun ontdekking werd op oer wouden en woestijnen bevochten door dwaze avonturiers en gebaarde gelukszoekers. De oudste berichten over edelste nen stammen uit India, dat tot ver in de middeleeuwen gold als de on uitputtelijke schatkamer van de wonderogen der natuur. Later wer den ook kostelijke vondsten gemeld uit Perzië, China, de Oeral en Sibe rië, Noord- en Midden-Amerika, Brazilië, Argentinië en Columbia, De glorietijd voor Afrika begon pas in 1867, toen de kinderen van een farmer in het grind van de Oranje rivier een glanzende steen vonden: de eerste diamant. Dat was het be gin van een verbijsterende schat- graversdroom, die Zuid-Afrika een leidinggevende positie zou geven. In geld gemeten bedraagt de produktie van edelsteen in Zuid-Afrika nu 90 procent 'van de totale wereldproduk- tie: de beroemde Amsterdamse dia mantindustrie na haar vernieti ging tussen 1940 en 1945 weer lang zaam groeiende dankt haar bloei in de 19e en 20e eeuw dan ook voor namelijk aan de vondsten uit de on voorstelbaar rijke Zuidafrikaanse mijnen. Overigens zijn zelfs daar de diamanten zo dun gezaaid, dat de gemiddelde verhouding één deel dia mant op meer dan 100 miljoen delen aarde bedraagt. Dit betekent, dat meer dan 25 miljoen ton zand en grind per jaar verplaatst en gezeefd moeten worden om de diamantpro- duktie op peil te houden. De geslepen diamant heeft ver schillende modellen. De bekendste is de ronde briljant, die in totaal 58 facetten geslepen wordt, namelijk 33 boven en 25 onder; daarnaast kent men het smaragdslijpsel met facet ten. die diagonaalsgewijs over de hoeken worden geslepen, Marquise of navette, die gepunt en bootvormig is, de peervormige diamant, die veel al in hangers verwerkt wordt en de Baquette, een steen met rechte kan ten, die als zijsteen in ringen een gezochte paladijn is. De beroemdste diamanten zijn de Koh-i-Noor, thans deel uitmakend van de Engelse kroonjuwelen, de Regent, een schit terende steen van 140 karaat, de Cullinan, die de grootste was en 3106 karaat woog en de ongeluk brengende Hope, die al zijn bezitters te gronde richtte. De Nederlandse vrouw, op jacht naar goud en juwelen, mag van deze stenen slechts dromen. Hope doet immers leven. Ondertussen behelpt ze zich met de kruimels, die van de tafels dei- rijken vallen. Met de kleine briljant in haar verlovingsring, met de amethist in haar hanger, met de bloedsteen in haar oorbel. Ook zij is aangestoken door de goudkoorts, ook zij zoekt de edelsteen der wijzen. De juwelier is de lachende derde, die haar verlangen stileert: hij geeft haar armslag, maakt van elke ont moeting een halszaak, volstaat soms met een vingerwijzing. Als de koop eindelijk gesloten is, weet de vrouw, dat zij betoverend mooi is geworden. Daarom mijdt ze haar spiegeltje aan de wand. De vrees is immers gewettigd, dat het haar gouden hanger of haar paarlen- collier zal aanwijzen als de schoon ste in het land. Geheel nieuw is het verlangen naar een brede, gouden band voor het dijbeen. De mini-mode heeft dit deel van het lichaam op onthutsende wijze blootgelegd en de gouden band moet daarbij fungeren als stand-dij. Ringen, armbanden, colliers en han gers zijn ook bij twens, trens en jaargangen met een nog voller bou quet de meest geprefereerde siera den. Mannen zijn relatief sterker ge porteerd voor hangers en colliers, terwijl de vrouwen juist de ring als het aantrekkelijkste object beschou wen. Goud wint het daarbij over alle linies van het zilver, dat men dom weg „minder feestelijk, minder kost_ baar en te burgerlijk" vindt. In 1961 bleek, dat 85 procent van de mannen en 87 procent van de vrouwen gou den sieraden verkoos boven zilveren. Vijf jaar later liggen deze percen tages aanzienlijk hoger: 92 en 94 procent. Conclusie: geld speelt steeds minder een rol bij de aankoop van luxe voorwerpen. De getrouwde vrouw plukt daar de blozende vruchten van: in 1961 vond slechts 42 procent van de on dervraagden, dat het gouden sieraad ook paste bij een getrouwde vrouw. De overgrote meerderheid haalde de verveelde schouders op en meende, dat „MOEDER WEL ANDERE DIN GEN AN D'R KOP HAD DAN EEN DIADEEM". Nu, in 1966, is 73 pro cent bereid om moeder van onder tot boven met sieraden te behangen. Deze stijging kan voor een belangrijk deel op rekening worden geschre ven van de slimme reclamemannen, die in de afgelopen jaren goud en edelstenen als de meest begeerlijke zaken in kranten en tijdschriften hebben uitgevent. „GELUKKIGE VROUWEN KIEZEN GOUD", riepen zij met vleiende tuitmonden, „TO VER EEN GOUDEN LACH OP HET GEZICHT VAN UW DIERBAREN". Listig bouwden zij zo aan de on ontkoombare zekerheid, dat geen vrouw neer gelukkig kan worden zonder interventie van de juwelier. Het zijn deze zelfde verkopers van illusies geweest, die de verlovings ring met briljanten op de dolroman- tische huwelijksmarkt hebben ge ïntroduceerd. De ring met briljant was in 1961 nog slechts bij 16 pro cent der ondervraagden bekend, nu reeds bij 71 procent. Ondertussen wordt de traditie om het huwelijk door een ringetje te halen, bedreigd door een hand over hand toenemende vrijheidsdrang. Trouwringen worden nu nog slechts gedragen door 84 procent van de gehuwde mannen. In lagere welstandsklassen is deze teit. Bayer Aspirit ie eerste betrouw- e wereld erkend, ne doordruk-stripi ;ch kleine deeltjes n worden opgeno* ng van pijn. igressieve resorptip overige fijne deleft sterkte werking be* oor zijn snelle eéi het middel bij uit* dheid, griep, kied- :ruatie pijnen, reu- In de nieuwe door* vidueel verpakt. Z{> volledig beschermt! srandeerd. Met eeri doorzichtige kapje, >ene strip. té nemen ƒ1.20 >otheek 2.-r* isverpakking 3.90 ESPARING: 2.10 ichtensmaak 0.95 Aspirine helpt! r I E S T R O o K ifd van de afd. PereoneelspubKcltefc j Grote Marktstraat 40, Den HaagJ» ïlichtingen KMA 1967' te zenden* ken voor een informatiegesprek TE*0057 Milt tMMMMtMMMMmMM*"""*" IM4HHH4 ««UMMMtW**!!******J»"" I.B.S.: H.T.S H.B.S.: H.T.S. In 19... t» bet16'611 Het is dus een duidelijke zaak: de gouden ring, de zilveren broodmand, de hanger met briljanten en smarag den zijn met de vurrukkulukke melk, de oude auto's, de minijurk, de wit- beschilderde oogleden, de zilverkleu rige kerstboomnylons en de smoeze lige uniformpakken geheid „IN". Ook de drempelvrees, die het gros van ons volk in het verleden weer hield om binnen te treden in de stille, statige tempels der juweliers, smelt steeds sneller in de laaiende zon van onze overvloed. Moeder heeft langzamerhand ook recht op haar eigen broche, haar eigen slaven- armband. De gratificatie en de extra wintermaand loon branden het ge zinshoofd daartoe in de zak van zijn onberispelijk kroonklasse-kostuum. Zelf verwerft hij zijn gouden horloge met inscriptie weliswaar pas "na 45 gortdroge jaren achter het bureau van zijn firma of ministerie „JAN JONGEN, JE BENT ALTIJD EEN STEUN EN STUT VOOR JE COL LEGA'S GEWEEST" maar die slaapverwekkende wetenschap brengt geen verandering in zijn gretig ver langen om zijn vrouw eens duchtig te pavoiseren. Sinds de volautoma tische wasmachine door hem is ge ënterd met maar liefst elf pro gramma's van wol tot nylon heeft ze zo goed als geen last meer van rood gezwollen handen en dat heug lijk feit moet maar eens gevierd wor den. De slavin wordt gepromoveerd tot haremdame. Het sloven aan tob be en gootsteen, met maasbol en i dweil heeft lang genoeg geduurd. Het is mooi geweest. Nu is het de beurt aan moeder om mooi te wezen. „VOORUIT TRUUS, PAS OOK NOG I Even die hanger met de lo vertjes. die valt zo mooi over je bruine trui". Een psychologische dieptepeiling bij 500 mannen en 500 vrouwen, die •representatief geacht werden voor de smaak van ons nijvere volk, heeft in middels aan het licht gebracht, dat 82 procent van de Nederlandse vrou wen één of meer gouden sieraden foezit. Trouw- en verlovingsringen 6tonden wegens hun dwingend ka rakter bij deze enquête buiten spel. Tevens bleek, dat 58 procent één of hreer zilveren sieraden en 16 procent geraden met één of meer briljanten in huishoudelijke voorraad heeft. De gisse rapporteurs kwamen ook tot de conclusie, dat de welgestelden meer goud en briljanten in de juwelenkist hebben dan de lagere klassen: een opzienbarende ontdekking, want la ten we nu altijd gedacht hebben, dat het meeste goud en diamant in han den was van classificeerders en losse arbeidskrachten van gemeentereini ging en plantsoenendiensten. Opmerkelijk is wel, dat 28 procent verklaarde, dat zij in de komende drie jaar beslist geen gouden sieraad zullen krijgen of kopen. Tweën- veertig procent houdt voorlopig een slag om de vooralsnog blote arm en hoopt alleen vurig, dat pa nog eens door de stramme, financiële knieën zal gaan. Voor briljanten sieraden sijn deze percentages respectievelijk 4 en 11 procent. helft van de ondervraagden heeft de buit al binnen en kreeg of Kocht in de afgelopen drie jaar een sieraad. Vijftig procent van hen had öe begeerte tot één stuk beperkt, dê rest heeft er een gewoonte van ge- i maakt om van tijd tot tijd bij de juwelier naar binnen te stappen en zijn vitrine tegen forse betaling te plunderen. I budget, dat men met het kopen i van sieraden associeert, ligt bij 57 procent der proefpersonen tussen 50 en 200 gulden, bij 9 procent beneden de 50 gulden en bij 19 procent hoger dan 200 gulden. In vergelijking niet een identiek onderzoek in 1961 blijkt het budget, dat gereserveerd wordt voor sieraden, duidelijk hoger te lig gen: in 1961 noemde 20 procent een bedrag tot 50 gulden, 30 procent een bedrag tussen 50 en 100 en 41 procent een hoger bedrag. Het overgrote deel van de sieraden blijkt gekocht te zijn ter gelegenheid van speciale gebeurtenissen een verjaardag, een verloving, een trouw- dag, een extra feestelijke Kerstmis het verwerven van een ring met briljanten is nog steeds een ernstiger ingreep dan de aankoop van een dubbel doorbakken wittebrood. Merkwaardig is wel, dat slechts 7 procent van de ondervraagden zich eerst terdege bij een aantal juweliers heeft georiënteerd, voordat de knip van de beurs openging en het hoge „ja"-woord er uit kwam. Toch zijn er, met name voor de bewoners van de Randstad, mogelijkheden genoeg: Amsterdam heeft 130 juweliers, Den Haag 115 en Rotterdam 85. Men be perkte de verkenning echter tot het bekijken van etalages en het bestu deren van advertenties en reclame folders. De meesten stevenden ech ter regelrecht op een vertrouwde juwelier af, lieten de toonbank vol sneeuwen met edelstenen en maak ten daarna aan de hand van de vak man blindelings een schitterende keus. Dertien procent van de onder vraagden bekent ondertussen nog steeds last te hebben van drempel vrees. „Rijke lui's gedoe" en „dat is toch niks voor eenvoudige mensen" zijn in dit verband kreten, die tel kens als een gehoorzame boemerang terugkeren. Duizenden potentiële cliënten met goudkoorts, durven geen beslissende diagnose te stellen, omdat ze bang zijn, dat ze, eenmaal in het heilige der heiligen, voor de blinkende verleiding zullen bezwij ken. „Ik kan nu wel het ernstige voornemen maken om een ringetje van 50 piek te kopen", onthult een ambtenarenvrouw, „maar als die ver. koper goochem is, dan legt hij er gauw een dingetje van 300 pop naast en dan moet mijn kinderbijslag er gegarandeerd aan geloven". De Haagse juwelier Vermaat pro beert de koopdrift sinds enkele jaren te beteugelen via zijn kijkochtenden op maandag. De doorgaans vrouwe lijke cliënten mogen dan de hele voorraad keuren en passen, maar kopen is er niet bij. Deze miniatuur bestedingsbeperking werkt voortref felijk. De klant heeft het zalige ge voel een overwinning te hebben be haald op haar oeverloze hebzucht; de juwelier heeft de veilige zeker heid, dat het gros van deze vrouwen naar zijn winkel zal terugkeren als een moordenaar naar de plaats des misdaads. Ook juwelier Vermaat weet na melijk, dat het gouden sieraad en de edelstenen een begeerd bezit blijven. Veertig procent van de Nederlandse vrouwen belijdt frank en vrij het felle verlangen naar hanger, broche, armband en ring. Het aantal man nen, dat gouden sieraden volmaakt onbelangrijk vindt voor vrouwen is gering (15 procent). In deze dissi dente groep houden zich vele doe- het-zelvers op, die vrezen, dat hun geld verslindende hobby's in gevaar komen, als ze hun vrouwen de gou den bergen geven, die ze in een mo ment van verdrietige wilszwakte be. loofd hebben. „MIEP IS AL ZÖ MOOI VAN D'R EIGEN", roepen ze nu. „MIEP HEEFT DIE FLAUWE KUL NIET NODIG. DIE STEELT MET EEN JUTEZAK AAN OOK DE SHOW". De meerderheid is echter een an dere mening toegedaan: zij vinden,, dat goud en edelstenen de begeer lijkheden van de vrouw krachtig ac centueren, daarnaast het zelfvertrou wen in niet onaanzienlijke mate ver groten en ook in het spel van vraag en aanbod de draagster een formi dabele voorsprong geven. Vooral oudere vrouwen brengen bij het ta nen van hun schoonheid de argu menten van zelfvertrouwen en stille bewondering als geheime wapens in stelling. Diezelfde vrouwen menen ook, dat jongere blommen van de andere kunne geen enkel sieraad nodig hebben. Vraagt men het de jongere vrouwen zelf, dan blijkt, dat slechts een kwart van hen goud en zilver als overbodige hulpmiddelen in het sociale verkeer vindt. Een steekproef onder de leerlingen van eindexamenklassen van een aantal middelbare scholen, bracht aan het licht, dat zeventig procent van de meisjes een bijou van goud als eer ste geschenk wilden hebben. Twin tig procent ging zelfs nog een stap verder en wilde een sieraad met briljant. Vooral de gouden armband bleek hoog genoteerd te staan: 42 procent wilde hem liever vandaag dan morgen. De gouden ring kreeg 33 procent aanhang en daarna volg den colliers en hangers.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1967 | | pagina 7