H. OFF moderne komplot ii brazilië verijdeld Economische groei Europa bevredigend PvdA E Kern- De boze kabouter en de grote denneappel BREDA BIER Herfst Witje OESO-secretaris: rente niveaus gelijk pilsener pilsener f W 4 "Sss* Kardiiiaai Ottaviani Een Tteeltdagen! voor de f©eSTU Minutemanis operationeel Politie helpt inbreker Inkomens in Zeeland achtergebleven Het konijn De Storm HtfST Als ik straks groot ben De winter Lievelingsdier van Ronny Mijn bokje RECHTSPLEGING BOEKEN DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 8 DECEMBER 1965 BIJ 4 BEUGELFLESSEN, 4 PULLEN OF 5 FLESJES Harmonisatie Uitgevtoerd? Sanaiogen Hand verbonden i De andere Verbrand De droom Hef huisje HHoeföïtrs B,ed»p«3 BtuW j00('aad S' Gerry Fens, Zuidveren 15, Wagenberj Ik zou als ik groot ben best willq reizen. En naar verre landen gaan. Ik aou dan dieren leren kennen. Aan de gewoontes der mensen leren i wennen. Ik ben nu nog klein maar toch is het fijn. Nog bij je moeder te zijn. Zelf verzonnen door Eric Drondt, Hoofdweg zuid 119, Zuiddorpe, 10 jaar. Koning winter" is weer in 't land. He', j is 'n felle wind. Soms valt er 'n dik pak sneeuw. Soms 'n halve meter hoog. Dan gaan we heerlijk sleetje rijden of 'n glij- I baan maken. Je handen en je voelen I worden dan wel koud, maar dat geef: I niet 't is toch de moeite waard om slee-1 tje te rijden. Als het heel hard gevro-1 ren heeft kunnen we misschien gaar I schaatsen dan hebben we fijne ijspret I Maar als je er door zakt is dat geer j pretje, want dan ben je kletsnat. Zelf verzonnen Karina v.d. Walle, Gentsestras j 7a, Hulst, 9 jaar, (Zeeland). Mijn lievelingsdier is een poes komt van de buren. Ons ara poesje was al oud en het werd ziek stierf. Toen kwam er een poes van buren. En die wilde niet meer W Een paar maanden later kreeg MJ J ge poesjes. Eentje bleef er van ven. En als het zo weer tieri we» voorbij waren werd het oude Poa' ziek. Het ging ook dood. En zo h wij maar een poesje over M11 ga dan staat zij op straat te w F En als ze mij ziet dan komt ze n»" naar mij gelopen. Dan krijg dan kan ze rustig slapen. Ronny van Hooije, Tragel 15 Koewacht (Zld.) 8 jaar. Ik heb een bokje, -dnt Hij is nog wel wild hiaar En hoog springen dat springt zomaar over een tuin. op mij en ik op hem. Ik week. Hij heeft een heel ,j en een sik. Ik ga elke middag® met hem wandelen. Hu gj n ik kan hem haast niet ho dol op klaver en mangelpeem m heel graag havermeel. Hij netjes eten hoor. Hu smak erg. Hij is nog jong en m°e'» v Wi hebben een tuigje,8 moet hij nog aan wennen A moet nog gemaakt worden. Molenschot. Ik ben 13 J- Jos Rentmeester. Hoofdei li. Ovezande. 10 jaar. Terwijl het buiten I'9 denkt Gerry Fens aan het .bM#h en ze tekende deze ni njerj. Gerry woont Zuidven 15. Elly Wajon, Beemd 25, W'il 8 De blaadjes vallen va" gei»'"v dat betekent: de he"S, bruuie Er vallen blaadjes, rode zjjn eT 't Is niet om te tellen, tegel'J^ „jt Er vallen er een De boom is niet veel Bte Er zijn nu veel regens en daarom zou ik maai dras" De wind blaast .alle Bij ons in de turn, zeu jf jfffl, En wat doet iS.br"t?t hoedje vu- j als hij -n mannetje met n rf. Hij zwaait hem van zj En ae man er achter t Als de man heel moe ierv. houdt de wind eindelij °P Zelf verzonnen door. ROME (ANP) „De iir van het voormalige H. Officii de wereld moet veranderen", dus kardinaal Ottaviani, secr ris van de congregatie voor geloofsleer, die voorheen H. C cie heette. De inquisitie bestaat immers r lang niet meer. De zogenaamde geh zinnigheid rond de zaken van he Officie betreft tegenwoordig alleen de noodzakelijke terughoudend ten aanzien van de persoon die w aangeklaagd. Aan de geheimzinnigheid rond werkzaamheden van het voormalig' Officie, waardoor de gedachte aan moderne inauisitie nog steeds le\ wordt gehouden, wil de hervorming een einde maken. Kardinaal Ottaviani, die een en der verklaarde n.a.v. het pause! niotu proprio over de hervorming j het instituut, zei een menselijke bels deling in alle rechtszaken de bek rijkste hervorming te vinden. De hervormingen hebben ten i ..aggiornamento" van de w< 'aamheden te bewerkstelligen en grotere openheid te bevorderen. De handeling van rechtszaken door ngregatie voor de geloofsleer zal hitu*in overee*istcmming worden niet de moderne algem rechtspleging. u,Pi congregatie voor de geloofs km.™» bezighouden mtt de gc «euring resp. veroordeling van wlé'Ji v- behandeling wordin va dal f.1' ,Kardl"aal ottaviani deelde n lm» <2 en e vroeger voor verooi riivont aanmerking kwamen, thans i □irect meer verboden zullen worden min Si u- ,v°orkomende gevallen wfL ^ls?ch,°P horen van het dioc scheld e treffende boek is fe; Natuurlijk zal men ook cnrijver horen, aldus de kardin begin0 va» JrtAPNEIRO In van een H deze week is een komj flcioren ®ü°eP Braziliaanse marine h«t bewind eCn fiin<1 te makcn co, in dé tl n president Castelo Br Dit m gesmoord, van de R- gisteren een woordvoer! teaakt néé t ?'?se ma''ine bekend den tot Ho» 10kken officieren behq den wensen tn6n dle cen straffer °P< ders van do t Y-at zli "de tegenst ben zich ,5 revolutie noemen. Zij h machf knmoó ver2et tegen het aan °PPositiek?®?-jV?n de onlangs geko! rerkiezingen J de g°uvernei) (Adivemtenitiie) R°TTERDAM Weena 1 (Hilton Hotel (Van onze economische medewerker) TILBURG In de jaarlijkse verga dering van de ministers van de landen die bij de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling zijn an- gesloten is naar voren gekomen, dat de economische groei van de aangesloten landen als geheel iets groter is geweest dan oorspronkelijk was voorzien. Zoals bekend worden dé meeste Europese lan den echter geconfronteerd met een toe nemende inflatie. Het tegengaan van de hiermee gepaard gaande geldontwaar ding zou resulteren in een lager groei voet. De ministers van economische za ken weten nauwelijks weg uit de moei lijkheden. De vraag rijst steeds: moet de econo mische groei afgeremd worden om de valuta voor verder uitholling te behoe den of moet deze geldontwaarding, die meestal ten koste gaat van de grote groepen vaste inkomentrekkers zoals ge pensioneerden, als prijs voor de grotere economische groei worden geaccep teerd? De secretaris van de OESO, Kristen- sen, heeft nu gewaarschuwd dat handha ving van de economische groei, zoals zij toch in de afgelopen jaren heeft voorgedaan onder stabiele financiële om standigheden, moeilijk zou zijn. De re cente anti-inflatiepolitiek in Frankrijk en in Italië heeft sen lagere groeigraad laten zien. Het is dus kiezen of delen. Evenals het monetaire comité van de EEG stelt de OESO de overheid van de betrokken landen mede verantwoorde lijk voor het duidelijker aftekenen van de inflatiespiraal. Het zijn nl. de stijging van de overheidsuitgaven die de inflatie veelal stimuleren. De ministers verde digen zich tegen verwijten hierover, met het argument dat de huidige sociaal-eco nomische ontwikkeling grote kapitaalver slindende infrastructurele investerin gen vergt. De secretaris van de OESO heeft bij elle leden aangedrongen op het nemen van maatregelen die kunnen leiden tot een harmonisatie van de kapitaalbewe gingen van de aangesloten landen, zodat de gevolgen op langere termijn hier van de betalingsbalansen kunnen wor den gekanaliseerd. Om dit te bereiken stelt hy een ge lijkschakeling voor van de renteniveaus in Europa en Amerika. Het rendements- verschil tussen de Bondsrepubliek Duits land en de Verenigde Staten voor lang lopende leningen bedraagt thans b.v. ruim drie procent. Een dergelijk ver schil moet wel leiden tot ongepropor tioneerde kapitaalbewegingen die tot gro te verstoringen op de respectieve beta lingsbalansen leiden. De ongunstige positie van de Ameri kaanse betalingsbalans is van deze situ atie een direct gevolg: Amerikaanse ka pitalen stromen nog steeds naar Euro pa om daar een hoger rendement te zoe ken dan in de Verenigde Staten. Boven dien dienen de kapitaalmarkten in Eu ropa beter te worden georganiseerd, zo dat een soepelere.kapitaalbeweging bin nen Europa mogelijk wordt!. Kristensen stelde voorts voor om in tensiever gebruik te maken van fiscale en budgettaire beleidsinstrumenten voor de binnenlandse economische politiek in de aangesloten ledenlanden. Momenteel gaat de voorkeur nog steeds uit naar monetaire maatregelen die juist de on gunstige kapitaalbewegingen uitlokken. Hierbij dient echter te worden aangete kend dat een budgettaire politiek van de zijde van de overheid dikwijls beperkt blijft tot een evenwichtig verloop van de stijging van de overheidsuitgaven en van het nationale imomen. Men is het in financiële -kringen wel eens over de on toereikendheid van anti-cyclische begro- tingspolitiek; om een dergelijke politiek te kunnen voeren zouden de overheids uitgaven meer manipuleerbaar moeten zijn en de mogelijkheid moeten inslui ten dat zij met de conjuctuur op en neer kunnen gaan. Vooral de grote in frastructurele uitgaven lenen zich hier voor niet. (Adivenfcenltiie) Bent u gauw vermoeid, ook na de geringste inspanningen? Neem dan SANA- Het versterkend middel £3 voor jong en oud. WASHINGTON (RTR) De Ameri kaanse luchtmacht heeft gisteren voor het eerst de nieuwe „Minuteman" in tercontinentale ballistischeraket volledig operationeel beproefd. De raket is afge vuurd van de basis Vandenberg in Californië naar een doel op 8.000 km. afstand, in de Stille Oceaan. De proef is geslaagd. (Van onze correspondent) ALKMAAR De politie van Alk maar, heeft geheel onwetend een in breker geholpen bij het verbinden van zijn wonden. De man, een zekere E. uit Alkmaar, had bij het uitsnijden van een ruit van het kantoor van een kunstmesthandel zijn hand gewond. Tegen de politie had E. gezegd, dat hij met zijn fiets was gevallen. Hij was toen in het bezit van 50 sigaren en een lege bankcassette. Onlangs is E. door de politie in zijn woning ge arresteerd, verdacht van de diefstel; hij bekende direct. (Adlveritenitiie) (Van een onzer verslaggevers) BREDA Het gemiddelde inkomen per inwoner is vanaf 1950 tot 1960 het sterkst gegroeid in de steden Breda en Den Bosch. In Breda steeg het inkomen in die jaren met 130 procent. Den Bosch zit daar met 119 procent nog onder. In Zeeland is de stijging niet zo sterk ge weest. In die provincie zijn nog enkele plaatsen, die niet toe zijn aan een stij ging van 101 procent, hetgeen de gemid delde landelijke groei is. In Oostburg kwam men niet verder dan een groei van 77 procent, Terneuzen en Hulst staan op 78 procent en Zierik- zee staat met een groei van 83 procent iets gunstiger. Deze cijfers komen van het Cebuco, het Centraal Bureau voor Couranten publiciteit van de Nederlandse Dagblad pers, dat een marktanalyse in boekvorm heeft uitgegeven. Het bureau heeft daar toe Nederland verdeeld in 49 verzor gingsgebieden, waarin een of meer ge meenten, verzorgingscentrums, als koop centrum fungeren voor het omringende gebied. Op grond van het totale inkomen en het aantal huishoudens en alleènstaan- den in 1960 kan een berekening worden egmaakt van het gemiddelde inkomen per huishouden en per alleenstaande. De afgeronde bedragen voor de provincies Noord-Brabant en Zeeland zijn respec tievelijk 8900 en 7580 gulden. Bij een indexcijfer van 100 in 1950 is het gemiddelde inkomen per inwoner in 1960 met 43 punten gestegen, in 1963 was het gemiddelde inkomen per inwoner in vergelijking met 1950 zelfs met 58 punten gestegen. Drink deze feestmaand erg lekker bier... Breda blerl Dat hoort er bij en daar krijgt U wat bij: een prachtig gratis bierglas. Dat Is leuk! U heeft zó een set bij elkaar. Koop een paar flessen. Proost! En prettige dagen kopje had geknipt, en haar eerste brod- deibreiwerkje. Er kwam ook een roosje, een klavertje vier en een kerkboekje, een grijze haarlok en iets ronds en hards in een zakdoek. Het meisje wik kelde de zakdoek af en keek met ver wondering naar de oude denneappel. Waarom zou moeder die nu bewaard hebben Hij was niet eens mooi meer, zwart geblakerd en dor. Maar ze dacht er niet lang over na, borg alles weer in het kistje en zette het terug op zijn plaats. Maar ze merkte niet dat de den neappel vergeten naast de haard lag. Toen werd het tijd om de soep te gaan koken. Het meisje nam een hand vol sprokkelhout en wakkerde het vuur aan. Ze wierp er nog wat spaander en denneappels op en zag niet de grote denneappel die moeder achttien jaar lang bewaard had in het vuur terecht kwam. Meteen vloog de deur open en stoof er een woedende kleine kabouter naar binnen. „Nu zul je met me mee gaan, stoute meid 1krijste hij boos. Het meisje schrok wel even van het woedende ventjemaar hij was nog geen voet hoog én daarom moest ze eigenlijk ook wel een beetje lachen Waar moet ik dan naar toe vroeg ze nieuwsgierig. „Je hebt de aller grootste, allermooiste denneappel die ooit aan een boom gegroeid is, verbrandsiste hij. „Dat heeft je moeder al willen doen toen jij nog maar in de wieg lag en ik heb ge zworen dat ik jou zou meenemen zo gauw die denneappel verbrand zou zijn!" „Is hij dan verbrand vroeg het meisje en zijn keek in het vuurJa, hij was verbrand, er was geen spaan- dertje meer van over. „Mee riep de boze kabouter en hij keek zo streng en wees zo gebiedend naar buiten dat het meisje niet kon nala ten hem te volgen. Ze liepen naar de zoom van het bos, naar de plek waar achttien jaar gele den de grootste denneappel van de we reld uit een boom was gevallen. Maar juist op dat ogenblik.kwamen over het slingerende pad dat van het naburig dorp de woudzoom loopt, de vader en de moeder van het meisje aangelopen, met nog een derde in hun gezelschap. Het meisje hoorde hun stemmen en bleef staan. „MeeHet bos in riep de kabouter. Maar het meisje leek ver steend. Terwijl de drie naderbij kwa men, bukte de vreemdeling zich en raapte iets op. „Zulk een grote denne appel heb ik van mijn leven niet ge zien", zei hij. „Ik ook niet", zei de va der, „dat is een wonderappel". „Ik wel", zei de moeder zacht. „Acht. tien jaar geleden heb ik er al zo een ge. zien. Raak hem niet aan vriend, dat brengt maar ongeluk". Maar de vreem deling lachte", dat kan ik niet geloven", en hij hield de denneappel in de hand. Aan het eind van de grote heidevlak te, dicht bij de zoom van een bos, lag een klein gehucht. Daar woonde een herder met zijn vrouw en kind. Op een dag, terwijl de herder met zijn schapen ver de heide op gegaan was, zag de vrouw dat zij niet genoeg sprokkelhout meer had. Zij wilde gaan koken, maar het vuur was bijna ge doofd. Er moest wat klein hout op ge legd worden, dan zou het weer vlam men. Het kindje lag rustig in de wieg te slapen en de moeder liep vlug naar de rand van het bos, raapte wat droge takken van de grond en wilde alweer teruggaan naar huis toen ze een reus achtig grote denneappel zag liggen. Zo'n grote denneappel had zij van haar hele leven nog niet gezien. Wat zal die fijn opvlammen in het vuur, dacht zij en ze nam de punten van haar schort bijeen en borg er de grote denneappel in. Thuis gekomen stak zij kleine droge takjes tussen het smeulende vuur. Zij blies en wakkerde de gloed aan en al gauw sprongen kleine oranje en rode vlammetjes op en het knetterde in de droge takken. Toen legde zij er wat blokken boven op en voelde opeens hoe moe ze was. De moeder had een drukke dag gehad. Eerst had ze haar man brood en thee meegegeven. Daarna had ze gewassen en het erf aangeveegd. Toen had ze de was binnengehaald en nu nog zo gehaast om wat hout te sprokkelen. En daarom, nu het vuur zo lustig brandde, ging de vrouw er even bij zitten in de schommelstoel. Ze schommelde heen en weer, heen en weeren zag opeens de grote denneappel nog naast de haard liggen. Ze stond op, nam de appel en liet hem voorzichtig op de blokken vallen. Toen keek ze met een tevreden blik in het wiegje en sloot de ogen. ,,Kom", zeiden de andere twee weer", wees toch niet zo boos", en zij voerden hem naar buiten. De moeder die in de schommelstoel zat Je dutten, schrok wakker. „Wat een vreselijke droom", dacht ze. Ze keek in het vuur en zag hoe de vlammen juist lekten aan de wonderlijke denne appel. Vlug stond zij op, nam een pan met water en bluste het vuur. Geluk kig, de denneappel was wel een beetje zwart geblakerd, maar nog helemaal niet verbrand. Ze drukte de appel aan haar borst. Wat zou er gebeurd zijn als hij was verbrand En wat moest zij nü doen Zou ze hem terug brengen naar de rand van het bos Maar het werd al donker en dan zou de kabouter hem misschien niet vinden. Zou ze hem gewoon buiten de deur leggen Maar dan nam een ander, hem misschien mee. Radelos keek de moeder in het rond. Toen viel haar oog op een klein be werkt kistje dat zij onder haar bed had staan. Daarin bewaarde zij dierba re herinneringen. Er lag een klein kerk boekje in dat met blauwe vergeetmij- nietjes was beschilderd; dat boekje had haar moeder gedragen toen ze als bruid naar de kerk ging. Er lag een glanzen de grijze haarlok in. Die had zij zelf geknipt uit de haardos van haar vader. Er lag ook een verdord heideroosje, het eerste dat haar man haar gegeven had. En een klavertje vier dat zij zelf als klein meisje had gevonden. De moeder nam een schone zakdoek, rolde de den neappel erin en legde hem bij de dier bare schatten in het kistje. Het kleine kindje in de wieg groeide op tot een vrolijk meisje dat vreugde was van vader en moeder. Zij werd groot en was het liefste en mooiste meisje uit de omtrek. Op een dag waren de herder en zijn vrouw naar een schapenmarkt in een naburig dorp gegaan en het meisje was alleen thuis. Om haar moeder te ver rassen maakte ze het hele huis schoon en zo kwam ze met haar veger onder het bed terecht, en stootte op het kistje. Ach ja, dat kistje. Daar was moeder altijd een beetje geheimzinnig mee. Wat zou daar wel inzitten Meisjes zijn nu eenmaal nieuwsgierig en hoe mooi en lief dit meisje ook was, nieuwsgierig was ze als alle anderen. Ze hurkte op de grond, en maakte het kistje open. Er kwam een klein schoentje uit, een van het eerste paar dat zij zelf ooit had gedragen. En een blonde krul die moeder eens van haar Jos Rentmeester, Hoofdstraat 98, Ovezande, 10 jaar. Witje trippelde door het bos Het was een wit konijntje. Nogal wiedes, hij heet niet voor niets Witje. Kijk, wat doet hij nou? Hij klimt in een grote eikeboom. Even later is hij verdwenen tussen de takken. Hoor nu wat hij zegt. Mamma", zegt Witje, „waar is Wol letje?" „Bramen plukken", zei Mamma. ,,Waar is Brammetje?" zei Witje. „Die ligt in zijn bedje." „Hmm." Witje ruikt zuurkool. „Lekker mamma", zegt hij. Hij pakte zijn korfje en klom de boom uit. Hij ging naar een struik. Hij had het struikje zelf geplant. Het was een bessenstruik. Hij plukte zijn korfje vol bessen. „Klaar is Witje", zei hij in zichzelf. Hij klom in de boom waar hij woonde, ,pakte een emmer, deed er water in, gooide het korfje leeg in de emmer en li^t hem een poosje staan. Toen ze gewassen waren pakte hij het deksel van de soeppan en deed hem over de emmer. Hij gooide er het wa ter uit en kijk, daar kwam Wolletje aan met ook zijn korfje vol bramen. „Daag", zei Wolletje. „Eten!" riep moeder. Vlug gingen ze aan de tafel en moeder zette de pan soep op de tafel. Toen ze klaar waren kreeg Brammetje zijn flesje. En de konijnenfamilie leeft nog lang en ook nog gelukkig. Zelf verzonnen door Marion Comperen (9 jaar), Breda. O. daar heb je hem weer. Wat gaat hij .te keer. Een schipper vaart op de meren. Hij denkt: ik zal terug moeten keren. O, het is me wat. Alle schepen geeft hij een bad. De schepen vergaan. De schippers kunnen elkaar niet verstaan. Wat een vreselijke storm. Hij is geweldig, enorm. Hij is niet goed voor de mensen. Hij vervult niet hun wensen. Hij heeft er lust in. Ja, ik ben niet te min. Ik zal eens laten zien wat ik kan. Ik, ik ben de man. Hij denkt: ik zal jullie krijgen. Schippers laat hij hijgen. Ze moeten tégen hem vechten. Ieder heeft zijn rechten. Ze kunnen hem toch niet aan. Vechten en plagen is zijn middel van bestaan. Hij is helemaal niet goed. Want hij begint weer met volle moed. De schippers zitten in hun angst. De storm denkt: een goede vangst. Ik hoef niet sterk te zijn. De schepen krijg ik toch wel klein. Hé, storm, hou op met die gein. We vinden je helemaal niet fijn. Je moet niet denken dat je leuk bent. Jij vervelende vent. Je bent in een slecht humeur. Jij met je razend gezeur. De schippers varen terug naar huis. Zij zijn wel thuis. Je bent vervelend vandaag. Jij met je vreselijke plaag. Een keer is niet zo erg. Maar jij bent een reus en wij een dwerg. Thuis zitten de vrouwen te wachten. Op hun mannen, die een slecht humeur meebrachten. Ze zijn boos op de storm. Hij die geweldig is, enorm. De schippers zijn in nood. Toch worden zij gered van de dood. De storm gaat kalmeren. Nu kunnen de schippers terugkeren. Kees v. Ginneken (oud 11 jaar), Julianastraat 7, Hoeven (N.-B.). Daar stoven drie kabouters naar bin nen. „Zei ik het niet!" krijste de grootste van de drie, die voorop liep. „DaarIn het vuur heeft ze hem ge gooid. En wat heb ik gezegd Ik heb gezegd dat ik de allerergste straf zou geven aan wie mijn allermooiste denne appel weg zou nemen „Kom", susten de andere twee, „kom kom, bedaar nou wat. Er zijn denne appels genoeg in het bos". „Maar niet zulke grote. Ik ben nou tweehonderd jaar en nog nooit heb ik zo'n grote gezien". Ik zal jullie eens wat vertellen; als hij opgebrand is, dan neem ik haar kind weg". Toen zagen de vader en moeder hun dochter staan. Ze keek alsof ze met open ogen droomde. ,,Wat is er kind 7" vroeg de moeder met een bang voorge voel. „Ik weet het niet", stamelde het meisje. „Een., kabouter heeft mij hier heen gebracht omdat ik een denneap pel in het vuur heb gegooid". De moeder sloeg de handen voor de ogen, en jammerde: „ooo, je hebt mijn kistje opengemaaktJe hebt de denne appel eruit genomenen zij vertelde de vreemde geschiedenis, die zij acht tien jaar geleden had beleefd. Terwijl zij vertelde keken zij allen in het rond, maar er was van de kabouter geen spoor meer te vinden. „Was die appel zo groot als deze?" vroeg.de vreemdeling? „Ja" zei de moeder, „zo groot was hij". „Ja", zei het meisje. ..misschien is deze nog groter". „Dan leg ik hem hier neer op deze plek. Hier kabouter, is een nieuwe den neappel, zeker zo groot als die andere. Ben je er tevreden mee Maar het enige antwoord dat gehoord werd was het suizen van de wind door de bomen. De vader en moeder namen het meisje weer mee naar huis, de vreemdeling volgdeEn terwijl hij de geschiedenis goed overdacht, be sloot hijNu ben ik mijn denneappel kwijt. En of hij nu verbrand ivordt of niet, ik neem hetzelfde besluit als die boze kabouter: dat meisje neem ik mee. En dat deed hij. Want niet veel later trouwde hij met haar en zijn werden heel gelukkig. An MacGïllavry v Ellle Wajon, Beemd 25, Breda, 8 j.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1965 | | pagina 6