H. OFF
moderne
komplot ii
brazilië
verijdeld
Economische groei
Europa bevredigend
PvdA E
Kern-
De boze kabouter en
de grote denneappel
BREDA BIER
Herfst
Witje
OESO-secretaris: rente niveaus gelijk
pilsener
pilsener
f W 4
"Sss*
Kardiiiaai Ottaviani
Een Tteeltdagen!
voor de f©eSTU
Minutemanis
operationeel
Politie helpt
inbreker
Inkomens in
Zeeland
achtergebleven
Het konijn De Storm
HtfST
Als ik straks
groot ben
De winter
Lievelingsdier
van Ronny
Mijn bokje
RECHTSPLEGING
BOEKEN
DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 8 DECEMBER 1965
BIJ 4 BEUGELFLESSEN,
4 PULLEN OF 5 FLESJES
Harmonisatie
Uitgevtoerd?
Sanaiogen
Hand verbonden i
De andere
Verbrand
De droom
Hef huisje
HHoeföïtrs
B,ed»p«3
BtuW
j00('aad S'
Gerry Fens, Zuidveren 15, Wagenberj
Ik zou als ik groot ben best willq
reizen. En naar verre landen gaan.
Ik aou dan dieren leren kennen.
Aan de gewoontes der mensen leren i
wennen.
Ik ben nu nog klein maar
toch is het fijn.
Nog bij je moeder te zijn.
Zelf verzonnen door
Eric Drondt, Hoofdweg zuid 119,
Zuiddorpe, 10 jaar.
Koning winter" is weer in 't land. He', j
is 'n felle wind. Soms valt er 'n dik pak
sneeuw. Soms 'n halve meter hoog. Dan
gaan we heerlijk sleetje rijden of 'n glij- I
baan maken. Je handen en je voelen I
worden dan wel koud, maar dat geef: I
niet 't is toch de moeite waard om slee-1
tje te rijden. Als het heel hard gevro-1
ren heeft kunnen we misschien gaar I
schaatsen dan hebben we fijne ijspret I
Maar als je er door zakt is dat geer j
pretje, want dan ben je kletsnat.
Zelf verzonnen
Karina v.d. Walle, Gentsestras j
7a, Hulst, 9 jaar, (Zeeland).
Mijn lievelingsdier is een
poes komt van de buren. Ons ara
poesje was al oud en het werd ziek
stierf. Toen kwam er een poes van
buren. En die wilde niet meer W
Een paar maanden later kreeg MJ J
ge poesjes. Eentje bleef er van
ven. En als het zo weer tieri we»
voorbij waren werd het oude Poa'
ziek. Het ging ook dood. En zo h
wij maar een poesje over M11
ga dan staat zij op straat te w F
En als ze mij ziet dan komt ze n»"
naar mij gelopen. Dan krijg
dan kan ze rustig slapen.
Ronny van Hooije, Tragel 15
Koewacht (Zld.) 8 jaar.
Ik heb een bokje, -dnt
Hij is nog wel wild hiaar
En hoog springen dat
springt zomaar over een tuin.
op mij en ik op hem. Ik
week. Hij heeft een heel ,j
en een sik. Ik ga elke middag®
met hem wandelen. Hu gj n
ik kan hem haast niet ho
dol op klaver en mangelpeem m
heel graag havermeel. Hij
netjes eten hoor. Hu smak
erg. Hij is nog jong en m°e'» v
Wi hebben een tuigje,8
moet hij nog aan wennen A
moet nog gemaakt worden.
Molenschot. Ik ben 13 J-
Jos Rentmeester. Hoofdei li.
Ovezande. 10 jaar.
Terwijl het buiten I'9
denkt Gerry Fens aan het .bM#h
en ze tekende deze ni njerj.
Gerry woont Zuidven 15.
Elly Wajon, Beemd 25, W'il 8
De blaadjes vallen va" gei»'"v
dat betekent: de he"S, bruuie
Er vallen blaadjes, rode zjjn eT
't Is niet om te tellen, tegel'J^ „jt
Er vallen er een
De boom is niet veel Bte
Er zijn nu veel regens
en daarom zou ik maai dras"
De wind blaast .alle
Bij ons in de turn, zeu jf jfffl,
En wat doet iS.br"t?t hoedje vu- j
als hij -n mannetje met n rf.
Hij zwaait hem van zj
En ae man er achter t
Als de man heel moe ierv.
houdt de wind eindelij °P
Zelf verzonnen door.
ROME (ANP) „De iir
van het voormalige H. Officii
de wereld moet veranderen",
dus kardinaal Ottaviani, secr
ris van de congregatie voor
geloofsleer, die voorheen H. C
cie heette.
De inquisitie bestaat immers r
lang niet meer. De zogenaamde geh
zinnigheid rond de zaken van he
Officie betreft tegenwoordig alleen
de noodzakelijke terughoudend
ten aanzien van de persoon die w
aangeklaagd.
Aan de geheimzinnigheid rond
werkzaamheden van het voormalig'
Officie, waardoor de gedachte aan
moderne inauisitie nog steeds le\
wordt gehouden, wil de hervorming
een einde maken.
Kardinaal Ottaviani, die een en
der verklaarde n.a.v. het pause!
niotu proprio over de hervorming j
het instituut, zei een menselijke bels
deling in alle rechtszaken de bek
rijkste hervorming te vinden.
De hervormingen hebben ten i
..aggiornamento" van de w<
'aamheden te bewerkstelligen en
grotere openheid te bevorderen. De
handeling van rechtszaken door
ngregatie voor de geloofsleer zal
hitu*in overee*istcmming worden
niet de moderne algem
rechtspleging.
u,Pi congregatie voor de geloofs
km.™» bezighouden mtt de gc
«euring resp. veroordeling van
wlé'Ji v- behandeling wordin va
dal f.1' ,Kardl"aal ottaviani deelde n
lm» <2 en e vroeger voor verooi
riivont aanmerking kwamen, thans i
□irect meer verboden zullen worden
min Si u- ,v°orkomende gevallen
wfL ^ls?ch,°P horen van het dioc
scheld e treffende boek is
fe; Natuurlijk zal men ook
cnrijver horen, aldus de kardin
begin0 va» JrtAPNEIRO In
van een H deze week is een komj
flcioren ®ü°eP Braziliaanse marine
h«t bewind eCn fiin<1 te makcn
co, in dé tl n president Castelo Br
Dit m gesmoord,
van de R- gisteren een woordvoer!
teaakt néé t ?'?se ma''ine bekend
den tot Ho» 10kken officieren behq
den wensen tn6n dle cen straffer °P<
ders van do t Y-at zli "de tegenst
ben zich ,5 revolutie noemen. Zij h
machf knmoó ver2et tegen het aan
°PPositiek?®?-jV?n de onlangs geko!
rerkiezingen J de g°uvernei)
(Adivemtenitiie)
R°TTERDAM Weena 1
(Hilton Hotel
(Van onze economische medewerker)
TILBURG In de jaarlijkse verga
dering van de ministers van de landen
die bij de Organisatie voor Economische
Samenwerking en Ontwikkeling zijn an-
gesloten is naar voren gekomen, dat de
economische groei van de aangesloten
landen als geheel iets groter is geweest
dan oorspronkelijk was voorzien. Zoals
bekend worden dé meeste Europese lan
den echter geconfronteerd met een toe
nemende inflatie. Het tegengaan van de
hiermee gepaard gaande geldontwaar
ding zou resulteren in een lager groei
voet. De ministers van economische za
ken weten nauwelijks weg uit de moei
lijkheden.
De vraag rijst steeds: moet de econo
mische groei afgeremd worden om de
valuta voor verder uitholling te behoe
den of moet deze geldontwaarding, die
meestal ten koste gaat van de grote
groepen vaste inkomentrekkers zoals ge
pensioneerden, als prijs voor de grotere
economische groei worden geaccep
teerd?
De secretaris van de OESO, Kristen-
sen, heeft nu gewaarschuwd dat handha
ving van de economische groei, zoals
zij toch in de afgelopen jaren heeft
voorgedaan onder stabiele financiële om
standigheden, moeilijk zou zijn. De re
cente anti-inflatiepolitiek in Frankrijk en
in Italië heeft sen lagere groeigraad
laten zien. Het is dus kiezen of delen.
Evenals het monetaire comité van de
EEG stelt de OESO de overheid van
de betrokken landen mede verantwoorde
lijk voor het duidelijker aftekenen van
de inflatiespiraal. Het zijn nl. de stijging
van de overheidsuitgaven die de inflatie
veelal stimuleren. De ministers verde
digen zich tegen verwijten hierover, met
het argument dat de huidige sociaal-eco
nomische ontwikkeling grote kapitaalver
slindende infrastructurele investerin
gen vergt.
De secretaris van de OESO heeft bij
elle leden aangedrongen op het nemen
van maatregelen die kunnen leiden tot
een harmonisatie van de kapitaalbewe
gingen van de aangesloten landen, zodat
de gevolgen op langere termijn hier
van de betalingsbalansen kunnen wor
den gekanaliseerd.
Om dit te bereiken stelt hy een ge
lijkschakeling voor van de renteniveaus
in Europa en Amerika. Het rendements-
verschil tussen de Bondsrepubliek Duits
land en de Verenigde Staten voor lang
lopende leningen bedraagt thans b.v.
ruim drie procent. Een dergelijk ver
schil moet wel leiden tot ongepropor
tioneerde kapitaalbewegingen die tot gro
te verstoringen op de respectieve beta
lingsbalansen leiden.
De ongunstige positie van de Ameri
kaanse betalingsbalans is van deze situ
atie een direct gevolg: Amerikaanse ka
pitalen stromen nog steeds naar Euro
pa om daar een hoger rendement te zoe
ken dan in de Verenigde Staten. Boven
dien dienen de kapitaalmarkten in Eu
ropa beter te worden georganiseerd, zo
dat een soepelere.kapitaalbeweging bin
nen Europa mogelijk wordt!.
Kristensen stelde voorts voor om in
tensiever gebruik te maken van fiscale
en budgettaire beleidsinstrumenten voor
de binnenlandse economische politiek in
de aangesloten ledenlanden. Momenteel
gaat de voorkeur nog steeds uit naar
monetaire maatregelen die juist de on
gunstige kapitaalbewegingen uitlokken.
Hierbij dient echter te worden aangete
kend dat een budgettaire politiek van de
zijde van de overheid dikwijls beperkt
blijft tot een evenwichtig verloop van de
stijging van de overheidsuitgaven en van
het nationale imomen. Men is het in
financiële -kringen wel eens over de on
toereikendheid van anti-cyclische begro-
tingspolitiek; om een dergelijke politiek
te kunnen voeren zouden de overheids
uitgaven meer manipuleerbaar moeten
zijn en de mogelijkheid moeten inslui
ten dat zij met de conjuctuur op en
neer kunnen gaan. Vooral de grote in
frastructurele uitgaven lenen zich hier
voor niet.
(Adivenfcenltiie)
Bent u gauw vermoeid,
ook na de geringste
inspanningen?
Neem dan
SANA-
Het versterkend middel
£3 voor jong en oud.
WASHINGTON (RTR) De Ameri
kaanse luchtmacht heeft gisteren voor
het eerst de nieuwe „Minuteman" in
tercontinentale ballistischeraket volledig
operationeel beproefd. De raket is afge
vuurd van de basis Vandenberg in
Californië naar een doel op 8.000 km.
afstand, in de Stille Oceaan. De proef
is geslaagd.
(Van onze correspondent)
ALKMAAR De politie van Alk
maar, heeft geheel onwetend een in
breker geholpen bij het verbinden van
zijn wonden. De man, een zekere E.
uit Alkmaar, had bij het uitsnijden
van een ruit van het kantoor van een
kunstmesthandel zijn hand gewond.
Tegen de politie had E. gezegd, dat
hij met zijn fiets was gevallen. Hij
was toen in het bezit van 50 sigaren
en een lege bankcassette. Onlangs is
E. door de politie in zijn woning ge
arresteerd, verdacht van de diefstel;
hij bekende direct.
(Adlveritenitiie)
(Van een onzer verslaggevers)
BREDA Het gemiddelde inkomen
per inwoner is vanaf 1950 tot 1960 het
sterkst gegroeid in de steden Breda en
Den Bosch. In Breda steeg het inkomen
in die jaren met 130 procent. Den Bosch
zit daar met 119 procent nog onder. In
Zeeland is de stijging niet zo sterk ge
weest. In die provincie zijn nog enkele
plaatsen, die niet toe zijn aan een stij
ging van 101 procent, hetgeen de gemid
delde landelijke groei is.
In Oostburg kwam men niet verder
dan een groei van 77 procent, Terneuzen
en Hulst staan op 78 procent en Zierik-
zee staat met een groei van 83 procent
iets gunstiger.
Deze cijfers komen van het Cebuco,
het Centraal Bureau voor Couranten
publiciteit van de Nederlandse Dagblad
pers, dat een marktanalyse in boekvorm
heeft uitgegeven. Het bureau heeft daar
toe Nederland verdeeld in 49 verzor
gingsgebieden, waarin een of meer ge
meenten, verzorgingscentrums, als koop
centrum fungeren voor het omringende
gebied.
Op grond van het totale inkomen en
het aantal huishoudens en alleènstaan-
den in 1960 kan een berekening worden
egmaakt van het gemiddelde inkomen
per huishouden en per alleenstaande. De
afgeronde bedragen voor de provincies
Noord-Brabant en Zeeland zijn respec
tievelijk 8900 en 7580 gulden.
Bij een indexcijfer van 100 in 1950 is
het gemiddelde inkomen per inwoner in
1960 met 43 punten gestegen, in 1963 was
het gemiddelde inkomen per inwoner in
vergelijking met 1950 zelfs met 58 punten
gestegen.
Drink deze feestmaand erg lekker
bier... Breda blerl Dat hoort er bij en
daar krijgt U wat bij: een prachtig
gratis bierglas. Dat Is leuk! U heeft
zó een set bij elkaar. Koop een paar
flessen. Proost! En prettige dagen
kopje had geknipt, en haar eerste brod-
deibreiwerkje. Er kwam ook een roosje,
een klavertje vier en een kerkboekje,
een grijze haarlok en iets ronds en
hards in een zakdoek. Het meisje wik
kelde de zakdoek af en keek met ver
wondering naar de oude denneappel.
Waarom zou moeder die nu bewaard
hebben Hij was niet eens mooi meer,
zwart geblakerd en dor. Maar ze dacht
er niet lang over na, borg alles weer
in het kistje en zette het terug op zijn
plaats. Maar ze merkte niet dat de den
neappel vergeten naast de haard lag.
Toen werd het tijd om de soep te
gaan koken. Het meisje nam een hand
vol sprokkelhout en wakkerde het vuur
aan. Ze wierp er nog wat spaander en
denneappels op en zag niet de grote
denneappel die moeder achttien jaar
lang bewaard had in het vuur terecht
kwam.
Meteen vloog de deur open en stoof
er een woedende kleine kabouter
naar binnen. „Nu zul je met me mee
gaan, stoute meid 1krijste hij boos.
Het meisje schrok wel even van het
woedende ventjemaar hij was nog
geen voet hoog én daarom moest ze
eigenlijk ook wel een beetje lachen
Waar moet ik dan naar toe vroeg
ze nieuwsgierig. „Je hebt de aller
grootste, allermooiste denneappel
die ooit aan een boom gegroeid is,
verbrandsiste hij. „Dat heeft je
moeder al willen doen toen jij nog
maar in de wieg lag en ik heb ge
zworen dat ik jou zou meenemen zo
gauw die denneappel verbrand zou
zijn!"
„Is hij dan verbrand vroeg het
meisje en zijn keek in het vuurJa,
hij was verbrand, er was geen spaan-
dertje meer van over. „Mee riep
de boze kabouter en hij keek zo
streng en wees zo gebiedend naar
buiten dat het meisje niet kon nala
ten hem te volgen.
Ze liepen naar de zoom van het bos,
naar de plek waar achttien jaar gele
den de grootste denneappel van de we
reld uit een boom was gevallen. Maar
juist op dat ogenblik.kwamen over het
slingerende pad dat van het naburig
dorp de woudzoom loopt, de vader en
de moeder van het meisje aangelopen,
met nog een derde in hun gezelschap.
Het meisje hoorde hun stemmen en
bleef staan. „MeeHet bos in riep de
kabouter. Maar het meisje leek ver
steend. Terwijl de drie naderbij kwa
men, bukte de vreemdeling zich en
raapte iets op. „Zulk een grote denne
appel heb ik van mijn leven niet ge
zien", zei hij. „Ik ook niet", zei de va
der, „dat is een wonderappel".
„Ik wel", zei de moeder zacht. „Acht.
tien jaar geleden heb ik er al zo een ge.
zien. Raak hem niet aan vriend, dat
brengt maar ongeluk". Maar de vreem
deling lachte", dat kan ik niet geloven",
en hij hield de denneappel in de hand.
Aan het eind van de grote heidevlak
te, dicht bij de zoom van een bos, lag
een klein gehucht. Daar woonde een
herder met zijn vrouw en kind.
Op een dag, terwijl de herder met
zijn schapen ver de heide op gegaan
was, zag de vrouw dat zij niet genoeg
sprokkelhout meer had. Zij wilde gaan
koken, maar het vuur was bijna ge
doofd. Er moest wat klein hout op ge
legd worden, dan zou het weer vlam
men.
Het kindje lag rustig in de wieg te
slapen en de moeder liep vlug naar de
rand van het bos, raapte wat droge
takken van de grond en wilde alweer
teruggaan naar huis toen ze een reus
achtig grote denneappel zag liggen. Zo'n
grote denneappel had zij van haar hele
leven nog niet gezien. Wat zal die fijn
opvlammen in het vuur, dacht zij en ze
nam de punten van haar schort bijeen
en borg er de grote denneappel in.
Thuis gekomen stak zij kleine droge
takjes tussen het smeulende vuur. Zij
blies en wakkerde de gloed aan en al
gauw sprongen kleine oranje en rode
vlammetjes op en het knetterde in de
droge takken. Toen legde zij er wat
blokken boven op en voelde opeens hoe
moe ze was. De moeder had een drukke
dag gehad. Eerst had ze haar man
brood en thee meegegeven. Daarna had
ze gewassen en het erf aangeveegd.
Toen had ze de was binnengehaald en
nu nog zo gehaast om wat hout te
sprokkelen. En daarom, nu het vuur zo
lustig brandde, ging de vrouw er even
bij zitten in de schommelstoel.
Ze schommelde heen en weer, heen
en weeren zag opeens de grote
denneappel nog naast de haard liggen.
Ze stond op, nam de appel en liet hem
voorzichtig op de blokken vallen. Toen
keek ze met een tevreden blik in het
wiegje en sloot de ogen.
,,Kom", zeiden de andere twee weer",
wees toch niet zo boos", en zij voerden
hem naar buiten.
De moeder die in de schommelstoel
zat Je dutten, schrok wakker. „Wat een
vreselijke droom", dacht ze. Ze keek
in het vuur en zag hoe de vlammen
juist lekten aan de wonderlijke denne
appel. Vlug stond zij op, nam een pan
met water en bluste het vuur. Geluk
kig, de denneappel was wel een beetje
zwart geblakerd, maar nog helemaal
niet verbrand. Ze drukte de appel aan
haar borst. Wat zou er gebeurd zijn als
hij was verbrand En wat moest zij
nü doen Zou ze hem terug brengen
naar de rand van het bos Maar het
werd al donker en dan zou de kabouter
hem misschien niet vinden. Zou ze hem
gewoon buiten de deur leggen Maar
dan nam een ander, hem misschien mee.
Radelos keek de moeder in het rond.
Toen viel haar oog op een klein be
werkt kistje dat zij onder haar bed
had staan. Daarin bewaarde zij dierba
re herinneringen. Er lag een klein kerk
boekje in dat met blauwe vergeetmij-
nietjes was beschilderd; dat boekje had
haar moeder gedragen toen ze als bruid
naar de kerk ging. Er lag een glanzen
de grijze haarlok in. Die had zij zelf
geknipt uit de haardos van haar vader.
Er lag ook een verdord heideroosje, het
eerste dat haar man haar gegeven had.
En een klavertje vier dat zij zelf als
klein meisje had gevonden. De moeder
nam een schone zakdoek, rolde de den
neappel erin en legde hem bij de dier
bare schatten in het kistje.
Het kleine kindje in de wieg groeide
op tot een vrolijk meisje dat vreugde
was van vader en moeder. Zij werd
groot en was het liefste en mooiste
meisje uit de omtrek.
Op een dag waren de herder en zijn
vrouw naar een schapenmarkt in een
naburig dorp gegaan en het meisje was
alleen thuis. Om haar moeder te ver
rassen maakte ze het hele huis schoon
en zo kwam ze met haar veger onder
het bed terecht, en stootte op het kistje.
Ach ja, dat kistje. Daar was moeder
altijd een beetje geheimzinnig mee. Wat
zou daar wel inzitten Meisjes zijn nu
eenmaal nieuwsgierig en hoe mooi en
lief dit meisje ook was, nieuwsgierig
was ze als alle anderen.
Ze hurkte op de grond, en maakte
het kistje open. Er kwam een klein
schoentje uit, een van het eerste paar
dat zij zelf ooit had gedragen. En een
blonde krul die moeder eens van haar
Jos Rentmeester, Hoofdstraat 98, Ovezande, 10 jaar.
Witje trippelde door het bos
Het was een wit konijntje.
Nogal wiedes, hij heet niet voor niets
Witje.
Kijk, wat doet hij nou?
Hij klimt in een grote eikeboom.
Even later is hij verdwenen tussen de
takken.
Hoor nu wat hij zegt.
Mamma", zegt Witje, „waar is Wol
letje?"
„Bramen plukken", zei Mamma.
,,Waar is Brammetje?" zei Witje.
„Die ligt in zijn bedje."
„Hmm." Witje ruikt zuurkool.
„Lekker mamma", zegt hij.
Hij pakte zijn korfje en klom de boom
uit. Hij ging naar een struik. Hij had
het struikje zelf geplant. Het was een
bessenstruik. Hij plukte zijn korfje vol
bessen.
„Klaar is Witje", zei hij in zichzelf.
Hij klom in de boom waar hij woonde,
,pakte een emmer, deed er water in,
gooide het korfje leeg in de emmer en
li^t hem een poosje staan.
Toen ze gewassen waren pakte hij het
deksel van de soeppan en deed hem
over de emmer. Hij gooide er het wa
ter uit en kijk, daar kwam Wolletje aan
met ook zijn korfje vol bramen.
„Daag", zei Wolletje.
„Eten!" riep moeder. Vlug gingen ze
aan de tafel en moeder zette de pan
soep op de tafel.
Toen ze klaar waren kreeg Brammetje
zijn flesje.
En de konijnenfamilie leeft nog lang
en ook nog gelukkig.
Zelf verzonnen door
Marion Comperen (9 jaar),
Breda.
O. daar heb je hem weer.
Wat gaat hij .te keer.
Een schipper vaart op de meren.
Hij denkt: ik zal terug moeten keren.
O, het is me wat.
Alle schepen geeft hij een bad.
De schepen vergaan.
De schippers kunnen elkaar niet
verstaan.
Wat een vreselijke storm.
Hij is geweldig, enorm.
Hij is niet goed voor de mensen.
Hij vervult niet hun wensen.
Hij heeft er lust in.
Ja, ik ben niet te min.
Ik zal eens laten zien wat ik kan.
Ik, ik ben de man.
Hij denkt: ik zal jullie krijgen.
Schippers laat hij hijgen.
Ze moeten tégen hem vechten.
Ieder heeft zijn rechten.
Ze kunnen hem toch niet aan.
Vechten en plagen is zijn middel van
bestaan.
Hij is helemaal niet goed.
Want hij begint weer met volle moed.
De schippers zitten in hun angst.
De storm denkt: een goede vangst.
Ik hoef niet sterk te zijn.
De schepen krijg ik toch wel klein.
Hé, storm, hou op met die gein.
We vinden je helemaal niet fijn.
Je moet niet denken dat je leuk bent.
Jij vervelende vent.
Je bent in een slecht humeur.
Jij met je razend gezeur.
De schippers varen terug naar huis.
Zij zijn wel thuis.
Je bent vervelend vandaag.
Jij met je vreselijke plaag.
Een keer is niet zo erg.
Maar jij bent een reus en wij een
dwerg.
Thuis zitten de vrouwen te wachten.
Op hun mannen, die een slecht
humeur meebrachten.
Ze zijn boos op de storm.
Hij die geweldig is, enorm.
De schippers zijn in nood.
Toch worden zij gered van de dood.
De storm gaat kalmeren.
Nu kunnen de schippers terugkeren.
Kees v. Ginneken (oud 11 jaar),
Julianastraat 7, Hoeven (N.-B.).
Daar stoven drie kabouters naar bin
nen. „Zei ik het niet!" krijste de
grootste van de drie, die voorop liep.
„DaarIn het vuur heeft ze hem ge
gooid. En wat heb ik gezegd Ik heb
gezegd dat ik de allerergste straf zou
geven aan wie mijn allermooiste denne
appel weg zou nemen
„Kom", susten de andere twee, „kom
kom, bedaar nou wat. Er zijn denne
appels genoeg in het bos".
„Maar niet zulke grote. Ik ben nou
tweehonderd jaar en nog nooit heb ik
zo'n grote gezien". Ik zal jullie eens
wat vertellen; als hij opgebrand is, dan
neem ik haar kind weg".
Toen zagen de vader en moeder hun
dochter staan. Ze keek alsof ze met
open ogen droomde. ,,Wat is er kind 7"
vroeg de moeder met een bang voorge
voel. „Ik weet het niet", stamelde het
meisje. „Een., kabouter heeft mij hier
heen gebracht omdat ik een denneap
pel in het vuur heb gegooid".
De moeder sloeg de handen voor de
ogen, en jammerde: „ooo, je hebt mijn
kistje opengemaaktJe hebt de denne
appel eruit genomenen zij vertelde
de vreemde geschiedenis, die zij acht
tien jaar geleden had beleefd. Terwijl
zij vertelde keken zij allen in het rond,
maar er was van de kabouter geen spoor
meer te vinden.
„Was die appel zo groot als deze?"
vroeg.de vreemdeling? „Ja" zei de
moeder, „zo groot was hij".
„Ja", zei het meisje. ..misschien is deze
nog groter".
„Dan leg ik hem hier neer op deze
plek. Hier kabouter, is een nieuwe den
neappel, zeker zo groot als die andere.
Ben je er tevreden mee Maar het
enige antwoord dat gehoord werd was
het suizen van de wind door de bomen.
De vader en moeder namen het
meisje weer mee naar huis, de
vreemdeling volgdeEn terwijl hij
de geschiedenis goed overdacht, be
sloot hijNu ben ik mijn denneappel
kwijt. En of hij nu verbrand ivordt
of niet, ik neem hetzelfde besluit als
die boze kabouter: dat meisje neem
ik mee.
En dat deed hij.
Want niet veel later trouwde hij met
haar en zijn werden heel gelukkig.
An MacGïllavry
v
Ellle Wajon, Beemd 25, Breda, 8 j.