luis KLOKKE ROELAND WAAIT UIT OYER WERELDZEEEN IB? i STIJLVOL GEVEN GROEIENDE MACHT IN SPANJE Mechelse beiaardier speelt op superboot Amerikaanse passagiers luisteren verrukt m SINTERKLAASPAKKET TIJDIG VERZENDEN! 1 I REVLJEI f698.- Schuitje varen naar Amerika (II) Franco niet uitgesloten 2d is iuwsie 29 m en zoveel andere verrassende ideeën voor PTT. waarschuwt: TM p moeren over °PUS .Deizijn denkbeelden pleitte mgr. Escriva zéker van zichzelf de lakens uit, geen -DOtSlIlöf llict ebroken bultenland. dan in Spanje echter^uren lang bij de ^Paus-zelve^ en inmenging van anderen duldend, behal- Vier generaals Universiteit Rivaliteit? lrwi r programmawensen c in zijn eigen kamer, k verplaatsbaar: van ;r, van hobbykamer maar groots van ont- iuwste Philips juweel. iet. DIO GELUID tiwew 56523 DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 27 NOVEMBER 1965 «■■■■■■■■■■■■■■■■a ■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■a (Van een onzer redacteuren) Een half uur, voordat het carillon-concert op het achterdek van de ROTTERDAM begint, sluipt beiaardier Gaston van den Bergh al hon gerig rondom zijn dertig, bronzen klokken- Met z'n linkerarm klemt hij een dunne, vetleren tas tegen zich aan, met de rechter betast hij het bruine zeildoek, de houten lessenaar, de verweerde partituren. Tussen die bedrijven door glimlacht hij vaag, praat hij in zichzelf en draait bij schuldbewust het hoofd om, als een te mooie vrouw heupwiegend passeert. Dit is voor de kleine Gaston het uur der verrukking. Een kleine oase in een zeedag vol onzekerheid. In de Ambassador-bar van super-Rotterdammer Dick Seegers kruipt hij altijd zover mogelijk weg, in de eetzaal wacht hij zwijgend en met gebogen hoofd, totdat de steward het slaatje voor hem heeft neergezet- Dan knikt hij afge meten, slaat een haastig kruis en begint te eten. Gulzig, geluidloos. Er zijn maar weinig mensen op het schip, die hem tot nog toe hebben boren spreken en niemand heeft ook de moeite genomen hem zoover te krijgen. Eenzaam zoekt hij daarom al dagen zijn weg over de dekken, eenzaam laat hij zich door de liften naar het zonnne- dek tillen, eeenzaam wacht hij om de vier uur in een donkere hoek van de rooksalon op de thee met gebak. Maar zodra het half vijf is, gebeurt het wonder Dan vlucht de onzeker heid uit zijn blik en lijkt hij opeens stuk ken groter dan één meter vierenzeven tig, die hij officieel meet. Haastig klimt hij over het houten schot, alsof de dui vel hem op de hielen zit. De tas left hij naast zich op de bank, voordat hij het klavier inspecteert en zijn publiek in <3e dekstoelen monsters. Dan heft h j zijn handen als voor een zegenend gebaar. Het hoofd zakt weg tussen de smalle schouders, even kromt hij de rug, wan neer zijn vuisten voor het eerst contact krijgen met de houteen toetsen. Een siddering schiet aalvlug door de draden naar achteren een klok begint te bewegen, sereen, alsof een zomer wind haar daartoe heeft geinspireerd. Dan valt aan de andere kant een twee- te klok haar bij, een derde. Het lied van Klokke Roeland waait over de rai- f* in de oceaan. En Gaston lacht. Hij S wederom een dode tot leven ge wekt Hij voelt zich intens gelukkig. Gaston van den Bergh is de eerste teiaardier ter wereld, die op volle zee J® carillon bespeelt. In de schaduw van te rokende schoorstenen van de Rotter- Sl en met de zee a*s goede tweede «em verzorgt hij elke dag twee beiaard- concerten, die zelfs verstokte klaverjas- *riDa.ar. het dek lokken. Als je dan je simt, is het net, alsof je in een jvJ Plezier langs een dromerig rP rijdt. Totdat die Amerikaan -naast i LA schouder tikt en roept: ,,Oh I dJ'u ?°,r- e klokken heb ik het gevoel, net hier aan boord elke dag zondag Gaston van den Bergh: beiaard Bevangenis. is. Voor de bliksem, wat denken jullie Hollanders daar nou eigenlijk mee te bereiken?1' Het antwoord van Gaston is een ver gevende glimlach. Zolang hij maar achter die houten toetsen zit, is hij onkwets baar en zelfs een Amerikaan kan dan zijn droom niet aan flarden trekken. Hij heeft datzelfde oppermachtige gevoel, wanneer hij zondags hoog in de toren van de Mechelse kathedraal de 49 enor me klokken bespeelt. Vierhonderd acht enzestig uitgesleten stenen treden schei den hem op dat moment van de stad, die hij door de wiridspleten beneden kan zien liggen. Altijd tocht het in zijn hoge adelaarsnest, altijd schieten er vogels weg, wanneer hij de ijzeren kruk van de deur licht en hijgend het stenen gewelf betreedt. In die kleine ruimte tussen hemel en aarde beleeft hij de gelukkigste uren van zijn leven. Daar beukt hij met zijn blote vuisten de toetsen en luistert hij adem loos naar de orgiën van geluid, die hij uit het torenmassief losweekt. ,,Ge voelt u zo machtig", zegt hij begerig, ,,ge voelt u rijk en gelijk een koning wanneer ge zo'n reusachtig openluchtin strument bespeelt. Eenzaam zit ge op de hoge post en ge weet nooit wie er luistert. Natuurlijk zijn er vaste plaat sen rondom de toren en in het park, die ge vanuit de toren kunt zien, maar dat is voor de beiaardier toch nooit een maatstaf. Op hoeveel bovenkamers en An hoeveel achtertuinen wordt immers ook geluisterd naar uw muziek? Ge weet dat niet en dat is natuurlijk spijtig. Maar het blijft nochthans een onbekende sen satie om het hele stadswerk met je klok ken te beheersen". Hij toont trots zün vingers, die aan de zijkanten versterkt zijn met een eigele bollende eetstrip. Misprijzend vervolgt hij: „De meeste beiaaardiers zijn bang voor hun handen en beschermen ze met ,.Dit rijdend carillon is maar kinderspelaldus de beiaardier. vilt, met watten en biljartlaken, maar ik kan zo niet spelen. Ik moet recht streeks contact hebben met mijn kla. vier en daarom heb ik vanaf het begin zonder handschoenen gespeeld. Ik heb het meegemaakt, dat het bloed over de toetsen droop en de stukken vel eraf vlogen. Het carrillon is nu eenmaal geen speelgoed en als ge zo'n grote jon gen van meer dan duizend kilo's in be weging wilt brengen, zult ge er toch echt met al uw krachten op los moeten slaan". Het rijdend carillon, dat hij op de „Rotterdam" bespeelt, beschouwt hij wel als een kinderspel. Mooi speelgoed, daar niet van, maar helemaal serieus neemt hij de klokjes toch niet. ,,Ge kunt er niet op beuken", vertrouwt hij ons toe, ,ge kunt dit klavier niet mannelijk bespelen, begrijpt ge? Voortdurend moet ge uzelf intomen en dat ligt een beiaar dier niet. Dit wenst uit te pakken die wenst te laten zien, wat hij in zijn macht heeft. Zo'n carillon als dit is net goed voor de jaarlijkse processie in Meche- len en hier op het schip. Ge moet u eens voorstellen, dat men hier de klok ken van Mechelen had neergezet, dan waren we niet eens de haven van Rot terdam uitgekomen". Gaston stoot een schorre lach over zijn lippen, die vier fanatieke bridgers in de andere hoek van de rooksalon verstoord doet opkijken. Aan boord van de Rotterdam zorgt hij ervoor, dat het allemaal België is, wat de klok slaat. Met de hoofse kantkiosmadam uit Brug ge en de gobelinweefster uit Gent'ver tegenwoordigt hij zijn land op de derde Festval Sailing van de Holland-Ameri- kaüjn in 1965. Hij beschouwt het al van. af het vertrek uit Rotterdam als een droomreis en hij zou er zeker niet over uitgesproken raken, als hij maar niet zo'n gesloten figuur was. Hij buigt zich over de tafel en zegt fluisterend: „Elke mens heeft zijn dro men over schepen, maar de werkelijk heid is anders, gans anders. Ge kunt u aan de wal immers geen voorstelling maken van de grootte van zo'n zeekas teel. Ik ben nu twee dagen aan boord, maar waarachtig, in Mechelen weet ik beter de weg dan hier op het schip". Voor Gaston van den Bergh betekent deze Benelux Festival Sailing tevens de inlossing van een oude belofte, die hij jaren geleden aan zijn Amerikaanse vriend, de beiaardier James Lawson heeft gedaan. Jaren geleden heeft hij Lawson in Mechelen bezworen, dat hij nog eens het carillon van de River Side Ghurch in New-York zou bespelen, maar zijn som ber beroep was altijd het plechtanker, dat hem aan Vlaamse grond gekluisterd hield. Kleine, schuwe Gaston is al meer dan 20 jaar werkzaam bij de arrondis sementsrechtbank van Antwerpen, waar hij de laatste jaren de gevangenen re- gisteert en uitboekt. „Een sombere stiel", geeft hij zelf vol mondig toe, „maar jawel zoek op mijn leeftijd maar eens wat anders. Ze hebben mij indertijd gepaaid met schone beloften en ik dacht: ,Wat geeft het om achter tralies te zitten, zolang het geld maar goed is". Ik wist toen nog niet, dat ge door de omgang met tuchtlozen een treu rige mens kan worden. Er komen in het arresthuis van Antwerpen mensen uit de hele wereld en soms hebt ge net het ge voel, dat ge in een toren van Babel ge vangen zit. En zondags zit ge dan weer in een toren. In Mechelen, In Lier of in de Lieve Vrouwekerk in Antwerpen. Dan zit ge ook opgesloten tussen stenen wan den, maar toch hebt- ge het gevoel van vrijheid. Ge voelt u gelijk eeen vogel, die even rust, voordat hij verder vliegt. Dat is hef verschil. Ik ben nu 41 en ik heb mijn langzamer hand wel verzoend met myn bestaan. In de week achter de tralies en zondags in de toren. Ge kunt erom lachen, zo ge wilt, maar ge went er aan, vermits ge tijd van leven hebt. Ik houd van de klok ken en als het een mooie zomeravond is. dan speel ik ook voor m^jn eigen genoe gen. In Mechelen meestal of in Lier en als ik genoeg overuren hab gemaakt, ga ik naar Nederland, want daar zyn de schoonste klokkenspelen. Het carillon van de Westertoren in Amsterdam. Ah, ja wel, dat is gelijk een droom en wanneer ge daarop speelt, kunt gejanken van ge luk- De klokkken in de Oude Kerk zijn ook schoon. En in de Jacob in Den Haag. Ik heb in Maastricht gespeeld, in Breda, in Bergen op Zoom, in Middelburg en als ik straks in New-York begin, is dat de 28ste beiaard die ik bespeel. Lawson heeft beloofd, dat hü op de kade zal staan en als ik dan aan land ben, gaan we gelijk naar de River Side Church. Ik hoop, dat het een mooi carillon is. De volgende dag speel ik misschien in Harlem, in de Sint Maartenskerk. En misschien heeft Lawson n<>g meer ver rassingen achter de hand. Dat weet ge nooit". Hij kijkt ons hoopvol aan en zegt: „Mijn vrienden hebben geroepen, dat ik naar de Verenigde Naties moet gaan en naar de Radio City Music Hall. Maar ik voel daar niks voor, want er is niet eens eën carillon. Ze hebben ook ge zegd: „In New-York moet ge niet aan klokken denken Gaston, want die hebt ge thuis al genoeg. Ge moet leven, ple zier maken. En ik heb geknikt en ge dacht: „Dat is juist wat ik ook wil. Ple zier maken. En daarom staat Lawson ook op de kade. Ik ben benieuwd hoe dat carillon van hem is". (Advertentie) 3678/X2 SR jJnö f? ten steerDepaiena gescnenK van uok oiue vjcmeiy-iauioa *.iju co., blijvende waarde is dit stijlvolle ontdekking meer dan waard. Engelse ladenkastje.' Kompliment Meesterwerkjes In mahonie en van goede smaakvoor gever stijlvoile accentjes in het klassieke en ontvanger interieur Een dankbaar geschenkje is zo'n Ranken bijzonder gracieus zijn de prachtig in natuurzijde of kunstige even charmante als onmisbare houtsnede uitgevoerd miniatuur- „drie-in-één" tafel-setjes die tje. Kleinodiën van kunst, in een Dekkers u in verrassende variatie keuze vanaf toont vanaf DEN HAAG De PTT verwacht dit jaar in de week van 29 november tot en met 4 december a.s. tweemaal zoveel postpakketten en briefpakjes te moeten verwerken dan normaal hèt geval is. Normaal verzendt men via PTT een miljoen pakketten en pakjes per week; in de week voor St.-Nicolaas zal dit aantal ruim twee miljoen bedragen. Een tijdige overkomst en bestelling kan in deze drukke periode door de posterijen alleen worden gegarandeerd indien de afzenders hun St.-Nicolaas- pakketten en -pakjes uiterlijk dinsdag 30 november a.s. ter post bezorgen. Bij latere aanbieding is tijdige verzending en bestelling niet zeker. Teneinde tijdige bestelling te bevor deren zal de PTT op zaterdag 4 decem ber in tegenstelling tot wat op za terdagen gebruikelijk is ook post pakketten en briefpakjes bestellen. OPUS DEI NOTITIES 22 December jj iff. i; voor eern goede tijd het i Zwitserste I 1 horloge. 1 voor GRATIS folder: Revue Nederland POSTBUS 2140 UTRECHT (Van een correspondent) MADRID De Spaanse stichting „Opus Dei" is opnieuw in de actu aliteit gekomen door een verkla ring van een Spaanse Capucijn, de gardiaan van het klooster der Franciscanen in de Vallei der Ge vallenen, pater Justo Perez de Ur- bel. Deze heeft in een verklaring beweerd, dat Rome Opus Dei aan gemaand zou hebben zich ertoe te bewegen een religieus instituut te zijn en zich van activiteiten in het openbare leven te onthouden- Uit hetgeen nader omtrent pater Perez de Urbel bekend is. staat deze ge heel aan de zijde van Franco en bewerkte hij o.a. de tijdelijke ker kelijke verbanning van de abt van Montserrat. die een tegenstander van Franco is. Willicht werpt deze toelichting een hel der licht op deze op het eerste gezicht vrij onbegrijpelijke verklaring. In de laatste jaren is Opus Dei herhaaldelijk in discussie geweest tot in het Concilie toe. Kardinaal Alfrink is er zelfs offi ciéél op bezoek geweest en heeft voor Opus Dei gesproken. Hieruit zou men kunnen afleiden, dat het hier wel zal gaan om een botsing die meer op poli tiek, dan op religieus gebied ligt en dat Opus Dei in het voortdurend pogen invloed in Spanje te kunnen uitoefenen o.a. in de meningsvorming en bij be zetting van vooraanstaande posten in botsing komt met 't Franco.regiem. Nu meer gesproken. Talrijke Spanjaarden stelden in de pers de vraag: ..Wat is Opus Dei?". In een open brief gaf een jonge leraar, het Opus-lid Javier Ayesta, een uiteenzetting in antwoord op een onvriendelijke pers campagne tegen Opus Dei in een Ma- drileens dagblad. Een van de veel gehoorde beweringen is. dat leden van Opus Dei belangrijke sleutelposten in de maatschappij bezet ten, volgens een doelbewust katholiek overheersingspatroon. Dit deed het so cialistisch gezinde vakbondenblad „Het Volk" uit Madrid hoofdredacteur de bekende schrijver Emilio Romero een artikel publiceren, waarin op negatieve wijze over de omstreden organisatie werd geschreven. Dit lokte protesten van Opus-leden uit, die doel en taak der or ganisatie uiteenzetten. Emilio Romero sloot de discussie met de volgende op merking: „Alles goed en wel, maar nu blijft ons nog onduidelijk, waarom be paalde Opus-leden er in korte tijd in geslaagd zijn, belangrijke functies te be zetten in den lande: in de politiek, in de universiteit, in de landelijke admini stratie of bij de grote industriële be drijven, Zulks wekt de algemene indruk, dat zij elkaar begunstigen en een spec taculaire macht bezitten". Het Spaanse volk zegt. dat er tegen woordig over Spanje vier generaals re geren Pater Arrupe, pas verkozen als ge neraal overste van de Jezuieten; Monseigneur Eseriva de Balaguer, oprichter en „overste-generaal" van Opus Dei; Pater Aniceto Fernandez, verkozen tot pa ter-generaal der Dominicanen; Generaal Francisco Franco. Als men bedenkt, dat de organisatie van Opus Dei pas in 1946 aan Paus Pius XII de pauselijke goedkeuring vroeg, en Spanje en Zuid-Amerika als werkterrein koos, dan is zijn invloed in derdaad enorm groot. Het gerucht wil. dat toen mgr. Escriva naar Rome kwam en met een kardinaal van de Curia Va- ticana, een groot vriend van de Paus, over 't werk van Opus Dei sprak deze pessimistisch opmerkte: .Monseigneur, u bent een eeuw te vroeg naar Rome gekomen. U zult nimmer gedaan krijgen, dat Opus Dei, zo'n „radicale organisa tie", geaccepteerd wordt. Bezield van twee jaren later, in 1948. gaf Paus Pius XII zijn zege aan het huidige „Opas Dei" als „leken-instituut van de Kerk". Tientallen jaren lang probeerde de ka tholieke Kerk in Spanje een universiteit op te richten. Steeds echter stuitte zij op de gesloten weerstand van de elf reeds bestaande staatsuniversiteiten, die meenden: „Als in Spanje alle univer siteiten katholiek zijn, waarom moet er dan nog een „van de kerk" bijkomen? Opus Dei evenwel wist haar doel te bereiken: Johannes XXIII verleende niet alleen zijn toestemming maar schonk tevens het adjectief „pauselijk" aan de faculteit voor Kanoniek Recht van de Universiteit te Pamplona. Heden telt Opus Dei daar 2000 studenten, en kan bogen op groot prestige in alle intel lectuele kringen in den lande. Ook 's zo mers organiseert zij er alllerlei cursus sen en lezingen, op hoog wetenschappe lijk peil, bijvoorbeeld over de journa listiek, artsenijkunde of over kanoniek recht, waaraan bekende Frotestanse en Griekse Orthodoxe theologen uit andere landen deel namen. Zo heeft deze „katholieke" universi teit in de volksmond „van de Kerk" genoemd de naam verworwen, de meest bekwame leraren voor zich te hebben gewonnen. Vooral in de Baski- sche provincies en in Navarra valt de invloed van Opus sterk te merken: hoog leraren verplaatsen zich gratis naar de dorpen voor het houden van lezingen of voor het verstrekken van gevraagde in lichtingen over allerlei onderwerpen. Te vens bezoeken zij intellectuele gezinnen thuis teneinde deze vertrouwd te maken met hun denkbeelden, zienswijze en acti viteiten. Deze bezoeken hebben echter niets weg van „zieltjeswinnerij". Wel wekken zij te allen tijde de indruk, on derling samenhangend en invloedrijk te zijn. Ministers van Franco als Ullastres (Handel, López Rodó Economisch Ontwikkelingsplan), Navarro Rubio (Fi nanciën) zijn leden van O.D Zij be werkstelligden de stabilisatie van de pe seta en tonen zich voorstanders van Spanjes inlijving bij Europese stromin gen op economisch en sociaal gebied- Het enige terrein, dat voor O.D. nog „taboe" is, is de politiek van het Fran co-regiem. Franco deelt onbuigzaam en ve dan van de door hemzelf benoemde raadgevers en bewindslieden. Opus Dei wil of kan in het Paleis El Pardo geen voet aan de grond krijgen. In Spanje is met veel ophef gewag gemaakt van de ,,top-conferentie" te Ro me tussen pater Arrupe en mgr. Escri va de Balaguer. Met die ontmoeting leg den zij de stem des volks het zwijgen op', die hardnekkig fluisterde, dat er tussen de machtige Jezuïeten en het geheimzinnige Opus Dei een soort „Kou de oorlog" heerste, aangewakkerd door de rivaliteit tussen beide organisaties in hun „strijd om de macht": in Spanje, en op het Franco-bewind In een boek van de oprichter van Opus Dei. waarin hij zijn doelstelling en denk beelden- uiteenzet, worden herhaalde lijk dikke woorden als „mannelijkheid", „manhaftigheid", „Grote Mannen kwe ken" enz, gebezigd, termen die hem door tegenstanders erg kwalijk worden geno men. In de Spaanse taal evenwel heb ben dergelijke adjectieven een minder „sterke" betekenis als in het Neder lands, terwijl ze vaker in de volksmond gebruikt worden. Het Spaans is een rijk en expressief idioom. De auteur van .„Camino" (De Weg), wil de moderne Christenmens niet als een zwak verwijfd werktuig zien van het materialisme en van de ondeugden waaraan de mens gemakkelijk ten prooi valt. Hij wenst geen „routine-bidders", maar een Inte grale geestelijke hervorming van de mens, te bouwen op soliede, zuivere mo rele en godsdienstige beginselen. Voorstanders van O.D. in Spanje me nen, dat het zelfs de moderne geeste lijke stroming van „aggioramiento" van het lie Concilie ver vooruit is- Tenslotte beweren „ingewijden", dat O.D. ernaar streeft, dat de Christenmens thuis en in zijn werk „een normaal leven leidt" dat hij een gezin sjicht en van zijn gees telijke of lichamelijke arbeid leeft. Maar dat hij zich te allen tijde als een goed christen gedraagt, en zijn medemens tot voorbeeld strekt. Na alle uitvoerige uiteenzettingen en propaganda van de zijde van Opus Dei" over zijn doelstelling en werkzaam heden, vraagt de doorsnee-Spanjaard zich toch nog af: „Wat willen die Opus- lui nou eigenlijk?" Het antwoord: „Waarschijnlijk een echte christelijke maatschappij".

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1965 | | pagina 29