4 i it) I „Vernielt den dwingeland en zijn meineedig rot..." Fonds vergrijsde maar taak bleef Waarom roken steeds meer mensen juist Hunter Filter if'! 150 JAAR „AANMOEDIGING GEWAPENDE DIENST r m f fte- Jp| mm Minder vet Ruwe toon Voorlezingen Omdat Hunter Filter dé sigaret is voor rokers die geen filter willen proeven maar 'n sigaret. Probeer gerust alie filtersigaretten, ook komt terecht bij Hunter Filter. Eerste klas 11 DAGBLAD DE STEM VAN MAANDAG 8 NOVEMBER 1965 TOCH BELASTING VERLAGING? 0P DE MARKT IS UW GULDEN EEN DAALDER iNEDERLAKDSCIÏE KRIJGSLIEDEN II Y Jr rif; FOTO: £0 VAN OER CLSKEN iv cltu~ejd. (Advertentie) (Van onze Amsterdamse redacteur) SNOEREN Iedere burgemeester in Nederland loopt de kans, onverhoeds «vervallen te worden door een brief uit Amsterdam, waarin hij gemaand wordt, stante pede een plaatselijk bestuur te benoemen voor het fonds ter unmoediging en ondersteuning van de gewapende dienst in de Nederlan den, en dit bestuur vervolgens een passend onderdak te verschaffen. Wan neer hij openlijk of in zijn hart pacifist is, zal hem dat niet helpen het staat in de wet en hij heeft het maar te doen. „Niet, dat het moeilijkheden geeft, hoor", verzekert de heer P. E. Moes, die voorzitter is van het krijgshaftige I lichaam, „De meesten kennen de wet inderdaad niet, maar ze gehoorzamen I allemaal meteen". We hebben hier dan ook niet te doen meteen verkapte beweging, die de weke Merlander wat meer militairistisch wil maken. „Het woord aanmoediging in on- u u3am s^aa* ^sluitend daarop", zegt Je heer Moes, „dat wij de ten strijde trekkende militair een riem onder het nart willen steken met de verzekering, ^ewon^ om andere reden hulp- •«hoevend, zal kunnen rekenen op de h.ÏÏ Vln de natie- waarvoor hij gevoch- Lrif'et*en.dat ziJn §ezin niet onver- prgd zal achterblijven. Id*HmJieen doelstelling waartegen zelfs mn!»pihSLVj €^ende burger met geen faron^? politieke of menselijke be- 'dar now ft0 ÏLel?ben het fonds heeft van lin a*feloos de hoge ouderdom •laar kunnen bereiken, zoals tij dens de jubileum-viering op dinsdag 9 no vember in de Waalse kerk te Amsterdam doof vele zeer hoge sprekers zal worden beklemtoond.. Maar rond 1920, in de tijd van het ge broken geweertje, besloot het bestuur tot verzwakking van de naam, dat wel. Het werd „fonds voor oud militairen" of kort weg fonds 1815" en het aanmoedigen en ondersteunen van de gewapende moest zich tevreden gaan stellen, met een iets kleiner, iets minder vet lettertje in de on dertitel. Maar het staat er nog steeeds en het heeft nooit belet, dat burgemeesters verplicht zijn, de plaaselijke besturen te benoemen of dat de P.T.T. (een ander vergrijsd, maar valide voorrecht) gratis al het drukwerk rond dient te brengen, dat de heer Moes en de zijnen de wereld in willen sturen. Voor een overzicht van de pitoreske historie van het fonds kan men terecht bij een boekwerkje, dat naar aanleiding van het jubileum met veel gevoel voor de betrekkelijkheid der (militaire) dingen is geschreven door drs. Ph. M. Bosscher, vol-uit: luitenant ter zee van speciale diensten der derde klasse K M R. Daar uit blijkt, dat het allemaal begonnen is in die woelige maartmaand van het jaar 1815, toen een aangeslagen, maar nog niet uitgetelde Napoleon wegvluchtte van Elba en een armee begon te verzamelen om de dansende overwinnaars, die in We nen Europa aan het her-indelen waren, eens ouderwets mores te leren. Dat gaf overal veel consternatie en mobilisatie zaken, die het ontvankelijke gemoed van de Amstérdamse dominee Josue Teisse- dre l'Ange niet voorbijging. Zo zag men deze vrome godsdienaar op 26 maart naar de grote Walenkerk schrijden om er voor te gaan in een bidstonde, bedoeld om het grote gevaar dat Nederland be dreigde af te wenden. Zo groot was de gloed, waarmee hij preekte, dat zich on middellijk na de dienst een gemeentelid bij hem meldde met een concreet plan. „Laat ons", betoogde hij, „een fonds op richten voor de beloning van verdienste lijke militairen en voor de verzorging van verminkten of nagelaten betrekkingen. De man, die met inzet van zijn hele per soon bereid is, leven, vrijheid en wel vaart van zijn landgenoten te bescher men, heeft recht op hulp in zijn moeilijk heden". Aldus geschiedde en zie, de in zameling, die op touw werd gezet, bracht meteen 1,3 miljoen gulden op in „contant geld" en effecten een astronomisch bedrag voor die tijd. Deze gedenkplaat, afkomstig van het oorspronkelijke invalide huis te Leiden, is later overge bracht naar het nieuwe gebouw. Bejaarde dapperen genieten van hun rust. Nu had het pamflet, waarmee het fonds zich in 1815 aan de Nederlandse krijgsmacht voorstelde, er ook niet om gelogen. De tekst is te interessant, om helemaal onvermeld te mogen blijven. Hij begon: „Brave verdedigers van het vaderland, getrouw aan uwen koning, staat gij ge reed om onder de vanen van Willem van Oranje te strijden. Heilig is u lieden de eed, die gij gezworen hebt, dierbaar uwe eed, onschendbaar uwe pligt". Na nog enige snorkende volzinnen van ieke snit volgt de brief dan: „Die genen onder ons, welke in uwe ge varen niet persoonlijk deelen kunnen, willeb er in deelen met hun hart. Zij bie, den u hunne hulp aan, wanneer gij door eervolle wonden hulp zoudet kunnen be hoeven. Voor uwe ouders, voor uwe we duwen, voor Uwe kinderen willen zij lief derijk zorgen, wanneer gij den dood voor 't vaderland zult gestorven zijn. Beloonen kunnen zij u niet voor de edelste opoffe ring maar zij willen door sprekende daden voor gansch Nederland en voor des wereld doen zien, dat elk braaf krijgsman, soldaat of burger, die zijnen pligt doet. hun broeder is en hun vriend. Wij verzamelen de offers der vaderlands liefde voor u lieden in. Maakt staat op ons woord en beslecht met de bondgeno ten den kamp der eere en vernielt den dwingeland en zijn meineedig rot". Wie uit dit proza de indruk gedestil leerd mocht hebben, dat het bestuür van het fondg zinderde van hoogachting voor Tan Soldaat, doet er wel even goed aan, irtikel 11 van het reglement te lezen. Het bepaalt: „het wordt aan de genot hebbenden van ondersteuning expresse- lijk verboden, om gedurende derzelfder genot eenige aalmoezen te vragen of aan te nemen, gelijke mede het rondlopen op kermissen en jaarmarkten of bij andere gelegenheden met orgels of andere mu ziekinstrumenten of met enige voorwer- werpen, hoe ook genaamd". De vrees, die in deze bepaling ligt op gesloten, strookt bepaald meer met de toen geldende opvatting over de militair dan de hoogdravende toon van het pam flet. In dit verband herinnert drs. Bosscher er in zijn boekje terecht aan, dat de sol daat van vroeger tot de onderste lagen van de samenleving behoorde en dat er een grote afstand lag tussen hem en de fatsoenlijke burger. „De bemoeienis van de laatste met de zaak van 's lands de fensie ging meestal niet verder dan het min of meer tegenstribbelend beta len van belasting en het eventueel stellen van een remplacant. Daarbij kon men zich dan nog beroepen op de weinig ver heven toon en de ruwe gewoonten, die vaak in de krijgsmacht overheersten." De man, die via het pamflet vleiende woordjes in het oor kreeg gefluisterd, be hoorde in de praktijk tot het uitvaagsel van de maatschappij en niemand, die zich daar enige illusie over maakte. Maar ja, Napoleon lag bij Waterloo en dan doe je al eens wat. Er waren 17 verpleegden, waaronder de 104-jarige Jan Sauer, „de waarschijn lijk oudste veteraan onzer armee, die 75 jaren onafgebroken in. dit land gediend heeft". Het tehuis was veel soberder in gericht dan de slechtste kazerne van te genwoordig, maar in de tuin waren drie gedenkstenen met Latijnse inscripties en dai maakte veel goed. De invaliden (hun aantal steeg later tot maximaal 100) voelden zich er opperbest thuis, getuige net feit, dat de verpleegde J. Oldenburg bij zijn dood 1000 gulden aan 't fonds na gelaten bleek te hebben onder de bepa ling „dat jaarlijks iets zal worden aan gekocht of wel een gezelligen avond van dit geld zoude worden gegeven, opdat zt nog eens over den Ouden Oldenburg zou den spreken". Het was er dan ook niet slecht, ondanks het karig meubilair. De dagindeling bij voorbeeld zag er als volgt uit: Des voodmiddags ten 6 ure, opstaan. Ten 8 ure, koffij of thee met boterham men. Ten 12 ure, tractement ontvangen. Ten 3 ure middageten, bestaande in: soep, vleesch, des vrijdags visch, groen ten en aardappelen, 1,2 kruik bier. Ten 5 ure, thee drinken Ten 8 ure. koffij en boterhammen (drie maal 's weeks karnemelk met stroop). Ten 10 ure, naar bed. Als men nu weet, dat de gemiddelde arbeider in die tijd, die niet het geluk rlad, oorlogsinvalide te zijn, nooit vlees op tafel zag en zijn knorrende buik moest vullen met roggebrood, meelpap en aard appelen met mosterd of azijn (vaak in een krot, waar regen en wind vrij spel hadden) dan is duidelijk, hoe goed Let fonds voor zijn oud-militairen zorgde. De (Advertentie) Allerlei geruchten circuleren om trent nieuwe helastingvoorstel len. die er wat „vriendelijker" uit zien dan nu het geval is. De gemoe deren in het parlement z|jn echter nogal verhit, de meningen spre ken elkaar vaak tegen en het is dus wel wat voorbarig om conclusies te trekken. Inmiddels gaat liet leien verder. Het „dure" leven, zeggen velen, maar die weten dan zeker niet dat het heel wat goed koper kan. Door op de markt te kopen namelük. In dit voordelig ste en gezelligste koopcentrum, waar royale keus samengaat met prima kwaliteit, zorgen markt koopman en straathandelaar er voor dat de pr|)zen altijd stukken lager z|jn. Z|j hebben weinig on kosten, kopen voordelig in en laten hun klanten daarvan volop profiteren. Wie op de markt koopt, Is altyd goed af, krijgt de beste waar voor z||n geld en kan kiezen naar hartelust. Voor een goedkoper leven leidt de beste weg naar de markt, want WAARD D» tlaapzaal van het oude in validehuis. proper maar met wei nig com/ortabeU kribben, k ondercommandant nam zelfs enige dagen per week een boek uit de kleine boekerij „om voorlezingen te houden, hetgeen zeer nuttig was, omdat er onder de ver pleegden vrij veel blinden en analphabe- ifen waren". Desondanks schenen niet al le invaliden het permanent uit te kunnen houden in het gebouw, dat volgens de be heerders zelf „veel te groot, te hol en te togtig was". Met name werden zij vaak bestraft we gens dronkenschap of het gaan naar r>en Haag, dat schijnbaar ook toen al voor de Leide'naren een D»rd van zonde was. Veel beter werd de behuizing, toen in 1913, eveneens te Leiden, een nieuw +- uuis in gebruik kon worden genomen. D< bouw hiervan was mede mogelijk door een zeer bijzondere gift. Toen Willem III In 1875 jubileerde als koning, kreeg hij als nationaal huldeblijk een som geld ca deau. Op zijn beurt bepaalde de monarch, dat de rente van dit bedrag voor eeuwig ten goede zou komen aan het fonds der aanmoediging en ondersteuning van den ewapenden dienst in de Nederlanden, Iet is een douceurtje van 7000 gulden, dat inderdaad sindsdien trouw ieder jaar gekomen is, ook tot grote verbazing van het bestuur tijdens de bezetting. Daarmee is deze hinkstapsprong door de historie tevens in de jongste geschiedenis aangeland gepast moment om even adem te halen en te vragen: heeft een instituut als het fonds ter aanmoediging en ondersteuning van den gewapende dienst in de Nederlanden anno 1965 nog zin? De heer P-E. Moes, in het begin van dit verhaal reeds geïntroduceerd als de huidige voorzitter zegt: „Gistermiddag hebben we een bestuursvergadering ge had. In een geval betrof het de nu 26-ja rige zoon van een marine-man, die is om gekomen bij de slag in de avazee. Hij had pas onlangs van ons fonds gehoord vandaar. Omdat er sinds de dood van zijn vader en het erop volgende verblijf in een Jappekamp nooit meer een kost- inner is geweest, heeft hij geen kans gehad om een redelijke opleiding te kun nen genieten. En of wij. nu de kosten wil len dragen van zijn avond-H.B.S. met al les. wat eraan vast zit. Nu behoort het statutair tot onze taak, kinderen een opleiding te geven, zoals de vader gedaan zou hebben, wanneer hij in leven zou zijn gebleven of niet invalide zou zijn geworden. Om twee uitersten ie noemen: wij hebben in dit verband de kosten betaald van een tolkenopleiding aan de bekende school in Genève. maar ook die van een opleiding tot tapdancer. Kortom: deze jongeman, als je hem zo nog mag noemen, krijgt zijn avond-h.b.s. betaald Een ander voorbeeld, ook van gisteren. Iemand uit het district Arnhem, die niet alleen lichamelijk maar ook geestelijk invalide is, vraagt om een diepvrieskast. Nu kan men zeggeil: is dat nu een taak voor het fonds? Wij heb ben de zaak uitgeplozen. Toen bleek, dat de man in kwestie zowel voor zijn le vensgenot als voor zijn levensonderhoud afhankelijk is van een groenten-kwekerij- tje. Alleen, als hij in zijn tuin staat, is hij gelukkig en zijn gezin eet er nog lek ker van ook. We hebben het niet gewei gerd. A A K ft B***» h<t Vriwtffli, frtwaw urm tm, okWt a. MM w it J. e* m Onajt, te Snjim. Hk&f it «4, CT ««worm !*Mt ««Uw aw. «i «Mw» »wr rikt Wf <5> «ooi, «p a*« *ri- A1 *ri WW «of»» rrwi, UJinfc» hxiaC-mwJ, a. Wlj W i, kMga» «Aw* w Onr^ari. X»«i d, N-hthatot m>K« will» wij mrt étóa» UrtMtfm, W*»P CijioW® a mr J» twritgo a» wwriArid; «4 iw i* >t»« |mM rid peHMoUjk <W* Abwkb, w3*m«c w Kw*. m AM® bam ta# rl Uam kotarm; row OoAw. «w w w8fe» rij iwawük .?i t"*™! «s wüb* V) wMHwr ttj aKWsriKri omw W«t IS,.»-*»— «""w EAST'S Europol O. «BW ipn-ou of «j rifcr ml! tm Uit W .ij» otatto trww »»Co», V toom*»»! rfr XnUrimiex. n, A u— a A OÉW Ml A 1 Zulke voorbeelden zijn de laatste ja ren legio. Zeer recent met name is de zaak van een militair uit Limburg, die sneuvelde op Nieuw Guinea. De heer Moes: „zijn familie wilde hem een eer ste klas begrafenis geven en de burge meester zei: doe maar het komt in or de. Helaas lag de jongen nog niet onder de grond of die burgemeester ging veg en het ministerie van Defensie wilde niet meer dan de verplichte 350 gulden beta len terwijl de rekening 1100 gulden be droeg. Welnu: het fonds heeft na rijp beraad de rest betaald. Men kan natuur lijk zeggen, dat het niet onze taak is. grafzerken te bekostigen en dat is het ook niet Maar in dit geval Kortom: het fonds heeft zich een nieu we taak geschapen. Sinds het invaliden huis in Delft in 1935 werd opgeheven bij (hoe wrang het ook klinkt) gebrek aan bruikbare invaliden, di'e immers in het kader van de verbeterde sociale wetge ving ergens anders terecht konden, is het accent komen te liggen op een geheel ander werkterrein. Zo heeft het fonds onlangs de verbou wing bekostigd van een woning, omdat het invalidenwagentje niet door de voor deur kon en omdat er op de beneden verdieping van een man, die niet kon trappen klimmen, geen toilet en geen wasgelegenheid bestond. Ander voorbeeld, ifivaid* kan oollegteuv ran de Uwpritf, Cm. w* Lrmimrf ftdwa. MryJ/rrftr rm ttrnrrfl'—» ,o» j* ff. 4rm**r. t. JU,41. 4. Dmx WW 4rfim- staatsloterij worden, maar mist, hoewel hij een goed pensioen heeft, de 10.000 gulden, die als waarborgsom worden gevraagd. Het fonds leent hem het geld zonder rente. Weduwen laten zelfs hun pensioen via het fonds lopen en ook hun uitkeringen: de enige manier voor een plotseling alleenstaande vrouw, om wegwijs te blijven in de warwinkel van ontvangsten en uitgaven, die zo is gebleken al te vaak tot problemen leidt. Het fonds is zo wordt hiermee aange toond ondanks zijn verouderde naam Het pamflet, waarmee het fonds zich destijds voorstelde aan de Nederlandse krijgsmacht. en doelstelling in staat gebleken, een verantwoorde plaats te veroveren in het huidige sociale bestel en alleen daarom al is de viering van het jubileum op 9 november alleszins gerechtvaardigd. (Advertentie)

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1965 | | pagina 11