Kabinetten (sinds Drees) onder ontleedmes van insider Notulen blijven nog dertig jaar geheim STOTTEREN: een neurose HILVERSUM heeft nu een artiestensoos BRYLCREEM Tgiti lm „NOG NOOIT OVER GESCHREVEN" SUCROSA Voor hem.voor haar Toch wel!.... KOSTBARE GENEESMETHODE IN DUITSLAND Meer stotteraars dan doven en blinden SCHWEITZERS OPVOLGER Vluchtelingen in Amsterdam bijeen ..Buitenland5 kost veel tijd Minister Suurhoff: Onbenutte bouw capaciteit lager dan 30 pet. Melkprijs KOSTEN NIEUW LEVEN Restaurant in Groningen uitgebrand HEROINE OP NEDERLANDS SCHIP rii Kardinaal A naar Ron DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 8 SEPTEMBER 1965 13 (Van onze parlementaire redactie) DEN HAAG „De besluitvaardigheid in de kabinetten-Drees daalde naarmate de noodzaak bij de politici om elkaar te vinden afnam. Het tussenkabinet-Beel kwam snel tot besluiten. Het kabinet-De Quay verga derde veelvuldig en langdurig, er was de eerste jaren bijna permanent achterstand in de afdoening van de onderwerpen. Het kabinet-Marijnen vergaderde minder en had vrijwel geen achterstand van betekenis". Dit schrijft de huidige secretaris-generaal van het departement van algemene za en rechtsgeschiedenis", die werd aangeboden aan prof. mr. B. H. D. Hermesdorf bij ken, jhr. mr. A. J. M. van Nispen tot Pannerden in een serie „opstellen over recht diens afscheid van de katholieke Universiteit in Nijmegen. (Advertentie) ygéén saccharine! In plaats ven suiker. Goedgekeurd door de N.V.S. zonder saccharine, voor de slanke lijn! (Van onze correspondent) Op zaterdag 11 september zal in hotel Krasnapolsky te Amsterdam een vluch- telingendag worden gehouden, georgani seerd door de F.O.V.I.N., de Stichting Fe deratie van Organisaties van Ontheem den en Vluchtelingen in Nederland. 's Avonds zal een culturele manifes tatie worden gehouden waaraan kunste naars en volksdansgroepen van aange sloten nationale organisaties van vluch telingen en ontheemden in Nederland zullen deelnemen. (Van onze parlementaire redacteur) Mr. van Nispen wijst er op, dat vrij dag niets is gepubliceerd over de mi nisterraad als het belangrijkste bestuur- college van ons land. De vraag, waar om de ministerraad zo weinig aandacht krijgt, kan jihr. van Nispen zelf niet beantwoorden. Hij meent, dat niet alles verklaard wordt door de sfeer van ge heimzinnigheid, die rond dit college hangt. Er moet dus meer zijn maar wat dat dan is, kan ook de heer Van Nispen niet uit de doeken doen. Toch treft hij met zijn opmerking over de ge heimzinnigheid, die rond de bijeenkom sten van het kabinet hangt, midden ir> de roos. Men weet, dat zelfs de agenda van de raad geheim is, zij het, dat in de laatste jaren, mede onder de drang van de moderne communicatiemiddelen die regel met enige soepelheid is gehan teerd. Maar het is nog steeds een feit dat uit de vergaderingen van de minis terraad, tenzij de raad daartoe zelf be sluit, geen mededelingen worden ge daan. De notulen van de ministerraad blijven zelfs gedurende tenminste 30 jaar geheim. Voor de oorlog werden die notulen door een der ministers zelf bijgehouden. Waarschijnlijk waren zij daardoor ook zeer summier. Na de oorlog, dus sinds de ministerraad op 27 juni 1945 voor het eerst in eigen land vergaderde, wordt hij bijgestaan door een secretaris, drs J. Middelburg, die het notuleren voor zijn rekening neemt. „In tegenstelling tot voor de oorlog, staat er heel wat die notulen. Zij worden nu ook in concept rondgezonden aan de koningin, de ministers en staatssecretarissen", schrijft mr. Van Nispen. Een en an der bewijst hij overigens aan de hand van de omvang der notulen. Drs. Mid delburg, nog steeds in functie, produ ceert gemiddeld bijna 1000 pagina's per jaar. Het waren er slechts 783 in 1958, maar de top lag op 1048 bladzijden in 1960. Hoewel ook de insider, die jhr. Van Nispen is, niet tot publikatie van hetgeen besproken werd kan overgaan, licht hij toch vele sluiers van geheim zinnigheid op, die de ministerraad van oudsher bedekten. Op de eerste plaats geeft de schrij ver een overzicht van de besproken on derwerpen, verdeeld over dire groepen LONDEN (UPD De Londense Daily Mail heeft gisteren een, zonder twijfel, apocriefe anekdo te over veldmaarschalk Lord Montgomery of El Alamein. Op één van zijn Noordafrikaanse stafvergaderingen tijdens de twee de wereldoorlog ving de woestijn- rat als volgt aan: „Zoals Chris tus in zijn Bergrede zei, en ik moet zeggen dat hij volkomen gelijk (Van onze parlementaire redactie) DEN HAAG Minister Suurhoff van Verkeer en Waterstaat heeft in ant woord op schriftelijke vragen van het Tweede Kamerlid Tolman (C.H.U.) er kend, dat er bij de wegenbouw onbenutte capaciteit is. Hij heeft echter uit de be schikbare gegevens niet kunnen conclu deren, dat het ongebruikte deel van het machinepark der wegenbouwmaatschap- pijen op 30 procent zou mogen worden gesteld zoals in recente publikaties werd gesuggereerd. De minister citeerde het jaarverslag van de Nederlandse Vereniging van We genbouwers, waarin wordt geschreven, dat de wegenbouwers niet eenzijdig zijn gespecialiseerd. Maar de machines die zij aanschaften, zijn niet all-round als de vroegere werknemers, die zij moe ten vervangen. Wanneer een wegenbou wer dus een all-round bedrijf wil blij ven uitoefenen, moet hij een groot ma chinepark bezitten Hierdoor is de bezet tingsgraad van vele machines te laag gebleven. Toenemende specialisatie zal voor de meeste wegenbouwers dan ook noodzakelijk worden als de machines verouderd zullen zijn, aldus het jaar verslag. Minister Suurhoff voegt hieraan toe, dat door de sterke mechanisatie het ge- investeerde vermogen in de wegenbouw sector thans 20 procent hoger is dan een jaar of vijf geleden. Het mag in dit ver band niet onvermeld blijven, dat de loonsom in deze sector sinds 1959 slechts met ongeveer 50 procent is toegenomen, terwijl het totaal der aannemingssom men royaal verdubbelde. De minister zegt tenslotte als conclusie, dat er geen aanleiding is om extra-maat regelen bij de bouw van rijkswegen ter opheffing van eventuele moeilijkheden te treffen. Dit temeer niet, omdat de in vesteringen in het thans lopende jaar voor rijkswegen reeds 50 procent hoger zullen zijn dan in het vorige jaar. en de tijdsruimte, die zij in beslag ne men. De drie groepen zijn: ingekomen stukken en mededelingen, het buiten lands beleid en de agendapunten. Nu blijkt dat het buitenlands beleid een zeer groot deel van de vergaderruimte op eist. Gemiddeld kwamen over de jaren 1954 tot en met 1960 per jaar 1422 on derwerpen in de ministerraad ter spra ke. Daarvan hadden niet minder dan 315 stuks betrekking op het buitenlands beleid. De ingekomen stukken en me dedelingen omvatten 437 onderwerpen en de officiële agenda 670. Dit laatste is dus, tegenover de beide andere hoofd groepen, een betrekkelijk gering aantal. Dit neemt niet weg, dat de duur der besprekingen in de ministerraad natuur lijk best omgekeerd evenredig aan het aantal onderwerpen kan zijn, al geldt dat zeker niet voor het buitenlands be leid, een onderwerp, waarvan jhr. Van Nispen tot Pannerden zegt: dat „het niet zal verwonderen, dat de voor de toe komst zo wezenlijk belangrijke onderwer pen als de Navo. EEG, Euratom, KSG, Benelux, hulp aan ontwikkelingslanden, politieke integratie enz. tot de kernon- derwerpen van het ministeriele overleg behoren". Op de tweede plaats komen dan de sociaal-economische onderwer pen, die kwantitatief, zeker voor zover het de gewone agendapunten betreft, de hoofdschotel van het kabinetsberaad vor men. De kabinetten Drees, De Quay en Ma- rijnen hebben met elkaar gemeen, dat zij veel tijd (door mr. Van Nispen ge meten in bladzijden notulen) hebben be steed aan de begrotingen. Zij onder scheiden zich door typische problemen, gebonden aan eën zekere actualiteit. On der het kabinet de Quay ziet men het vraagstuk Nieuw-Guinea voortdurend te rugkeren en ook véél tijd vragen, het team van dr. Drees blijkt vele uren te hebben besteed aan de melkprijs. In december 1954 bijvoorbeeld vulde de melkprijs niet minder dan 25 bladzij den van het notulenboek, waaraan in 1955 nog eens 8 pagina's werden toe gevoegd. In de afgelopen tien jaren komt twee maal een onderwerp op het lijstje voor, dat volgens jhr. Van Nispen dertig blad zijden notulen nodig had. Dat was de begroting voor 1958, behandeld in de ministerraad van juli 1957 en de vraag stukken rond de oprichting van Eura> torn in januari 1957. De begrotingen voor 1961 haalden in juli 1960 „slechts" 29 pagina's De prioriteitenbepaling in juni 1959, een voorbereiding op de be grotingsopstelling, eiste 28 bladzijden en de bestedingsbeperking liet in decem ber 1956 rond 27 pagina's en in ja nuari, februari en maart 1957 nog eens in totaal 43 bladzijden voor zich afdruk ken. Een heel belangrijke zaak als het loonbeleid komt met de regelmaat van de klok in de vergaderingen van het kabinet aan de orde, zij het, dat ge woonlijk niet meer dan 4 pagina's no tulen nodig zijn voor de secretaris kan constateren dat de ministerraad het eens geworden is. Een grote uitzondering vor men de lonen in de metaalsector, waar over in augustus 1959 (kabinet De Quay) 25 bladzijden werden volgepraat. Als een „niet helemaal serieus spel letje", om de woorden van mr. Van Nispen zelf aan te halen, heeft hij uit gerekend hoeveel onderwerpen gemid deld per vergadering worden afgedaan Dat elke vergelijking hier, heel strikt genomen, mank kan gaan, beseft jhr. Van Nispen zelf als eerste,' omdat spe ciale vergaderingen gewijd aan grote problemen een dergelijk gemiddelde sterk kunnen drukken. Men behoeft hier bij slecht te denken aan het Indonesi sche vraagstuk, later de kwestie Nieuw- Guinea en 'onder het kabinet Marij- nen het omroepbeleid. Uit de cijfers blijkt echter, dat in 1954 (kabinet Drees) per vergadering 26 onderwerpen werden afgehandeld, welk aantal daalde tot 23,3 in het jaar 1958, toen dr. Drees ten val werd gebracht. In 1959, kabinet Beel, werden niet min der dan 27.8 onderwerpen per vergade ring afgedaan, waarna in 1960 kabinet- De Quay, de besluitvaardigheid daalde tot 24,7, een aantal dat altijd nog lag op het gemiddelde van de laatste twee kabinetten Drees. Als totaalbeeld uit de ze cijfers, komt j'hr. Van Nispen tot een conclusie, die overeenkomt met zijn per soonlijke indrukken als waarnemer van de ministerraad sinds 1946: Daling van de besluitvaardigheid in de kabinetten Drees naamate de po litieke spanningen toenamen, doordat het land zich van de oorlog herstelde, de Indonesische kwestie opgelost raakte en het koninkrijk-nieuwe-stijl tot stand kwam; het tussenkabinet Beel besloot snel, omdat principiëel punten tot het volgende kabinet werden verschoven, maar ook, omdat dit overgangskabinet uit veel minder ministers bestond en de premier, prof. Beel, de gave had de besluiten er snel uit 1^e schudden; het kabinet - De Quay vergaderde veelvuldig en langdurig, er werden meer onder werpen in de ministerraad aanhangig gemaakt; het kabinet Marijnen verga derde minder dan het kabinet De Quay DOOR MIGNON G EBERHART. 41) ,,Wie?'' zei Lem kortaf. ,,Nou, iemand. Kerels van de garage, van het hotel waar je de avond te voren hebt gesproken - iedereen zou het hebben kunnen weten. Het is een arme sloeber geweest die blijkbaar op geld uit was en die besloten had Martha angst aan te jagen door te doen alsof hij door haar overreden was. Hij is niet gewond geraakt, dat is wel zeker, omdat hij de auto ken de, Hij moet het nummer ook gewe ten hebben en heeft opgebeld om haar bang te maken. Ik ben er ze ker van dat het opzet is." De sherrif plukte aan zijn bovenlip. „Ik weet het niet. Zeker, hij zou uit gevist kunnen hebben dat mrs. Bas- com die dag hierheen zou komen. Hij zou het hebben kunnen wagen een ongeluk te fingeren. Maar bedenk wel dat Jim Stenson op hem gescho ten heeft. Dat kan hij toch niet voor zien hebben." „Maar je hebt zelf gezegd dat Jim zijn schot een ongeluk is geweest." „In zekere zin, ja. Ik zou niet we ten hoe lang hij nog had kunnen le ven met een wond in zijn lichaam. Het lijkt mij dat hij naar een dok ter had moeten gaan om zich te la ten bekijken. Dat heeft hij niet ge daan. En het komt mij voor dat het schot hem dodelijk getroffen heeft. Maar als hij zaterdagavond nog leef de. dan kan iemand anders hem wel vermoord hebben Ik zal het Jim vertellen. het zal hem opluchten." Bijna afwezig zei Lem: „De lijk schouwing." De sheriff keerde zich naar hem om, werd nog roder dan hij al was en sloeg zichzelf voor het hoofd. „Lie ve deugd! Ik raak erdoor van de kook, Lem. Deze hele boel! Ik word oud/ dat is het. Natuurlijk, de autop sie. We zouden het tijdstip van zijn dood vrij nauwkeurig moeten kun nen bepalen. Ja. Eerder ktmnen we niets beginnen. De sherrif hees zich uit zijn stoel op. „Me dunkt dat ik weet wat ik te doen heb, Lem. Ik moest nu maar liever aan het werk gaan." „Maar wat er ook gebeurd is, Mar tha heeft hem niet doodgereden," riep Archie uit. „Dat staat als een paal boven water. Als we dit uit de kranten kunnen houden, sherrif - voor een enkele dag - nog maar één dag" De sheriff wierp hem een ijskoude blik toe. „Je had met Lem moeten spreken over dat telefoongesprek. Jij had het moeten weten." „Luister, sheriff. Nog één dag en de verkiezingen zijn daar. Denk je dat ik dit op de voorpagina's gedrukt zou willen zien? Kijk nou eens, je bent een vriend van Lem -" „Houd je kop dicht, Archie," zei Lem. „Sherrif, ik neem aan dat de dode geen regenjas droeg." „Regen - wel nee, lieve help, Lem, nee, Hinmm. Dat is iets." „Misschien," zei Lem. „Lem" zei de sheriff. „Het spijt me allemaal.Het doorrijden na een ongeluk de technische tenlasteleg ging. Wa£ ik probeer te zeggen, is dat wanneer de autopsie geen ver wond ingegng van een aanrijding aan het licht brengt, dan - dan is het geen dood door schuld. Als er wel wondingen van een aanrijding aan de dokter ons te vertellen waaraan de man gestorven is. En wanneer. Hij legde zijn brede hand op Lems schouder. „Ik ga je vrouw nu niet arresteren. En je snapt wel, Lem, dat als de dokter zegt dat hij dood geschoten is en dat er geen aanwij zingen zijn voor een noodlottige an dere verwonding, er geen beschuldi ging van dood door schuld zal vol gen. Als ze het maar aangegeven had." „Ze heeft gedaan wat zij dacht dat het beste was," zei Lem kortaf. „Ja. ja. Dat vermoed ik." De sher rif keek Dilly misprijzend aan. „U had het haar moeten aanraden, mrs. Dpwmes. En dat u haar slaappillen hebt ingegeven - is goed beschouwd een misdaad. U bent medeplichtig - althans in zekere zin. Een feit is dat ik geen aanknopingspunt heb." Te gen Martha zei hij: „Had u die man wel eens eerder gezien?" „Nee." „Toen u uit de auto stapte en terug liep, dacht u dat hij dood was, hebt u gezegd. Ik neem dus aan dat hij zich niet bewogen heeft of wat ge zegd heeft of zoiets." „Niets." „Nu - zodra ik iets naders Weet, zal ik het u laten hoten. Toch is het een kwalijke zaak, Lem Ook nog net op de dag' voor de verkiezingen. Ik heb je vader gekend. Ik ken je moeder. Ze zal dit moeilijk kunnen verwer ken - ja, ja, het spijt me." Lem ging met hem naar buiten en trok de deur achter hen dicht. Archie zei: „Dilly, kun jij niet iets doen? Je kent de sheriff! Je kent de hele stad." „Hij gaat recht door zee," zei Dilly. Haar vlakke stem klonk zeer over tuigd. „En wat vindt je van de dokter? Hij is de coroner, nietwaar? Hij moet Lem en de hele familie wel kennen. Kun je hem niet benaderen?" „Nee". Dilly schoot haar pumps aan en liep op haar tenen door de kamer heen naar de deur. „Maar besef je dan niet dat als men die autopsie morgenochtend, verricht en de avond bladen wat doe je?" Dilly stond voorovergebogen vlak bij de deur. „Ik probeer te verstaan wat Lem met de sheriff bespreekt. Stil." Archie's ogen straalden. Hij stapte naar haar toe en zei: „St st." Geen van beiden kon echteriets ge hoord hebben, want Lem opende de deur zo plotseling dat zowel Dilly als Arc'hie achteruit schoot. „Als ik gewild had dat jullie het zouden ho ren had ik de deur wel opengelaten" zei hij. „Archie, pak je jas. Dilly, bel de gouverneur op en zeg hem dat we onderweg zijn naar hem voor een bezoek. Vraag hem Newton en Hanes ook te latenkomen," „Het is al laat", zei Dilly, Archie riep; „De gouverneur! De voorzitter! De leider van de campagne! Wat ben je van plan?" Lem pakte zijn eigen jas van een stoel. Hij keek Martha aan en ging daarna naar haar toe. Dr. Munz (rechts), de opvolger van dr. Albert Schweitzer met een assistent. (Bijzondere correspondentie) BRUNSWIJK Wie stottert heeft een moeilijk bestaan. Een ervaren beroepenconsulent in een grote stad vertelde ons: „Als ik een jonge stotteraar ergens in de leer wil doen, dan kost dat me een volle week werk. Ik moet met de bedrijfsleider spreken, met de ouders, soms nog met een andere leerling en ook de bcroepenschool moet erop worden voorbereid. De stotteraar moet nog steeds reke ning houden met de spot van zijn omge ving. Hij wordt nageaapt en aldus voort durend gewezen en vastgelegd op zijn gebrek. Geen enkele andere kwaal no digt zozeer uit tot het parodiëren er van als storreren. Beroemde humoris ten hebben hele stotternummers opge bouwd die 't publiek fascineerden. Daar staat hij dan, de humorist, en hij kan het woord dat hij zeggen wil er niet uit krijgen en hij doet vruchteloos po gingen om het woord dat geheel onge schonden in hem aanwezig is te zeggen en maakt wanhopige gebaren en tenslot te lukt hel hem en hij slaakt een zucht van verlichting en het publiek eveneens. Het lacht De elementen, die in deze parodistische vertoning zijn opgenomen bevatten pre.cies 't wezenlijke kenmerk van het stotteren: het gevangen-zijn van de tssl Het aantal stotteraars is niet gering. Het is iin ieder geval groter dan het aantal slechthorenden of slechtzienden. Desondanks beschikte men in de bonds republiek nog niet over een speciale kli niek voor de behandeling van deze kwaal die het noodzakelijke vakpersonee' voor zich kon claimen. Want de behandeling van volwassen stotteraars bij kinde ren is het gemakkelijker is een lang durige en kostbare aangelegenheid. De geneesmethoden werden dan ook vooral in de Verenigde Staten, in de Scandi navische landen en in Zwitserland ont wikkeld. Sedert een jaar bestaat er nu ook in de bondsrepubliek in Querum in de buurt van Brunswijk een half-klinise instelling, die jeugdige mannelijke stot teraars behandelt. Men kan er 30 patiën ten tegelijk opnemen, e zijn afkomstig teraars behandlet. Men kan er 30 patiën: ten tegelijk opnemen. Ze zijn afkomstig uit alle delen van de bondsrepubliek en uit Berlijn- Een overeenkomstig instituut voor jonge meisjes zou de moeite niet waard zijn. Meisjes verliezen hun kwaal meestal na de puberteit. De directeur van het instituut in Que rum is een sociaal werker. Op pedago gisch gebied wordt hij geassisteerd door een speciaal pedagoog, een han- denarbeid-leraar en een frobeljuffrouw. De behandeling staat onder leiding van een neuroloog. Een psycholoog drie psy- chagogen en drie logopedisten hebben de speciale behandeling op zich genomen. Dit spraakgenezings-instituut is ontstaan met steun van het bondsministerie van binnenlandse zaken, van het sociale mi nisterie van Nedersaksen en van de stad Brunswijk. Het wordt gedragen door de arbeiderswelvaart. De patiënten blijven gewoonlijk zes tot acht maanden in vaste behandeling. De kosten daazwan worden meestal door zie kenfondsen of sociale verzekeringen ge dragen. Ze bedragen vast 23,50 D.M. per dag, daarbij komen nog 120 D.M, voor individuele behandelingen. Het instituut beschikt over speel- en werkruimte; het is uitermate praktisch en modern inge richt en het is gelegen op een bosrijk terrein, niet ver van de grote stad. Voor het begin van de behandeling wordt al lereerst een intensief lichamelijk onder- zoek gedaan. Mei gebruikt daarbij neu rologisch interne en hersenelektrische onderzoekingsmethoden. Indien de kwaal van deze jonge patiënten door een li chamelijke misvorming is ontstaan, dan is het instituut in Querum niet de aan gewezen plaats voor hun behandeling. De voornoemde onderzoekingen worden hoe dan ook gedaan, want pas na exact inzicht in de lichamelijke gesteldheid van de patiënt kan men zich eindelijk toe* leggen op de behandeling van wat stot teren eigenlijk is: een neurose. „Stotteren en astma zijn uitdrukkin gen van 't zelfde", zegt dr. Sanvoss, de behandelende geneesheer van het insti tuut Dergelijke inzichten bestaan welis waar al geruime tijd, maar zij dadden tot dusver nog niet de ronde gedaan. In vroeger tijden probeerde men het kind het stotteren met vaak erg dubieuze mid delen „af te leren". Het moest gewoon lijk herhalen, wat het de eerste keer niet zonder moeite naar voren had kun nen brengen Op mislukken daarvan stond straf, op het lukken eiwan een koekje. Men sprak weliswaar reeds over storin gen, maar nog in zeer vage termen. Het kind, aldus luidde de gangbare op vatting, zou er wel uit komen als het maar een beetje moediger en niet zo verlegen was De stotteraars, die in Querum worden behandeld, zouden echter ook als zij op hun hoofd gaan staan 't geblokkeerde woord niet kunnen zeggen. Zo eenvou dig liggen de dingen niet. In het insti tuut worden door middel van uitvoerige diepte-psychologische onderzoekingen en talrijke psychologische testen de oorza ken van de kwaal opgespoord. De meest belangrijke oorzaak van het stotteren is, psychotherapeutisch beschouwd, zo goed als altijd de chaotische verhouding van de patiënt met de rest van zijn gezin, vooral met zijn moeder. De moeder heeft hem gewoonlijk in een lang niet al tijd negatieve, maar vaak al te ingrij pende wijze aan zich gebonden. Bij dit ,al te ingrijpend" kunnen zowel kilheid en hardheid, als overdreven liefde in het geding zijn. In ieder geval is de jonge stotteraar in de meest uitgebreide zin „niet aan het woord gekomen", en is de ontwikkeling van zijn eigen persoon lijkheid hem uit handen genomen. Dr. Sandvoss vertelde ons, dat het relatief gemakkelijk was om voor-puvertair stot teren te behandelen, maar dat het in latere levensperiodes veel hardnekkiger was' en de persoonlijkheid van de pa tiënt geheel ging beheersen. „De stotteraar is volkomen aan zijn kwaal overgeleverd. We proberen door middel van ongeveer 70 uur therapie, autogene training en andere invloeden al datgene weg te werken en op te lossen wat een patiënt in zeventien tot zesen twintig jaar heeft opgekropt Het spreekt vanzelf, dat we daarbij de hulp van de ouders nodig hebben. We geven hen op heldering over hun zoon, maar des noods ook over henzelf. De meeste ou ders zijn daartoe bereid en helpen graag mee, vooral als zij hun zooi hier in een volkomen andere toestand zien, mis schien al wat minder stotterend of na korte tijd reeds geheel bevrijd van zijn kwaal zoiets gebeurt soms echt. Te gen het einde van de behandeling wordt de jonge patiënt geconfronteerd met de oorzaak van zijn kwaal. Hij is dan zo zeker van zichzelf, dat hij zich met onze hulp tegenover zijn omgeving kan uiten ten". De psychotherapeutische behande ling gaat uiteraard heel nauw samen met de intensieve en zorgvuldige be moeienissen van de spraakleraar. Zijn werk is onvervangbaar. Mei hoeft geen grote fantasie te be zitten om zich te verplaatsen in een jon ge man, die totaal van zijn stotteren is genezen. Zijn depressie is geweken, nie mand aapt hem meer na. Hij kan nu gewoon verliefd zijn, als iedere andere jongen zonder het risico te lopen dat zijn meisje zich van hem afwendt zo dra hij iets probeert te zeggen. En ook op sociaal gebied zijn zijn kansen plot seling even groot als die van anderen. Kortom, hij is begonnen aan een nieuw leven. (Van een onzer redacteuren) HILVERSUM „In hem is een ar tiest verloren gegaan", heeft iemand eens over artiestenaalmoezenier Theo Kloeg gezegd. Dr. Th. van Dongen, voorzitter van het nationaal artiesten centrum herhaalde deze woorden gistermiddag by de opening van de artiestensociëteit in Hilversum een bekroning op het rele werk van aalmoezenier Kloeg. Deze nam veel gelukwensen in ontvangst. Gelukwensen die Dr. Van Dongen ver gezeld liet gaan van de wens dat alle Nederlandse artiesten ongeacht hun geloof in de sociaal bewogen mens Theo Kloeg een vriend mogen zien en waar nodig een priester. De sociëteit is midden in de stad ge legen, dicht bij enkele studio's. Wie het majestueuze witte herenhuis be treedt is het al spoedig duidelijk, wel ke sfeer binnen heerst „In de hemel is geen bier, daarom drinken wij het hier", staat namelijk op de deur in fraaie letters geschreven. Geen won der dat de bar in de gezellige huiska mer een centrale plaats inneemt. Het zou overigens een spreuk van Theo Kloeg zelf kunnen zijn, van wie vele krasse uitspraken bekend zijn. „Hij loopt dan ook in vele dingen op het concilie vooruit", meende Godfried Bomans, die op zijn; welbekende gees tige manier het belang van sociëteiten nog eens onderstreepte. ,,Een artiest in functie moet altijd een krampach tige houding aannemen en kan zodoen de nooit zichzelf zijn", vond Godfried Bomans, die aalmoezenier Kloeg feli citeerde en verzekerde dat hij iets gepresteerd had, dat weinig anderen hebben klaargespeeld. GRONINGEN (ANP) Tearoom-res taurant „Indië" in Groningen, bestaande uit twee 18e-eeuwse panden' is geheel door brand verwoest Het begin van brand ontstond in het restaurant „Indië" grenzende hotel-restaurant „Baulig". De daar verblijvende hotelgasten werden geadviseerd het hotel te verlaten. De enorme brand had duizenden kijkers naar het centrum van Groningen ge De enorme brand trok duizenden kij kers naar het centrum van Groningen. Hotel-restaurant „Baulig" kon behouden blijven. Het hotel heeft wel aanzienlijke waterschade op-gelopen. (Advertentie) Ook Hilversums burgemeester J.3. G Boot haakte in op enkele uitspra ken van de artiestenaalmoezenier „Als ik het altijd zo had gezegd dan had ik er als burgemeester al lang uitgelegen". Ook hij complimenteerde Theo Kloeg en noemde het „fantaj- tisch" wat deze priester en „zijn groep vol dynamiek" hadden ver richt. Hij maakte tevens van de gele genheid gebruik zijn teleurstelling uit te spreken over het feit dat er zo wei nig eenheid heerst onder de radio, en televisieartiesten, ,,Ik vind het hier vaak zo'n saaie boel, en juist zij zou den er iets aan kunnen doen". Burge meester Boot hoopte dat de sociëteit hierin wel enige verandering zou bren gen. Hij verrichtte de officiële opening door het ontsteken van 'n open haard vuur. Kardinaal Alfrink. die enige tijd ge leden had laten weten dat hij zijn va kantie had bekort om de opening zeil te kunnen verrichten, was op het laat ste moment toch verhinderd. De heer Kloeg vond dat bijzonder jammer: „Een beetje rood hadden we er graag bij gehad, vooral nu ook de VAM vertegenwoordigd is'' Hij had voor deze officiële gelegenheid de directies van alle omroepen uitgenodigd. „Ik ben zuilenloos", voegde Theo Kloeg eraan toe, terwijl hij verschillende omroep-gidsen in de hoogte stak. Maar niet alleen directieleden vulden het overvolle zaaltje, ook de obers uit de verschillende kantines behoorden tot de gasten. Er waren bovendien veel artiesten, onder wie Mieke Telkamp, Kees Schïlperoort, Herbert Joeks. Wil ly Alberti, Dolf van der Linden, Mies Bouman. enkele bekende tienérster- ren en grand old lady Heintje Davids, die aalmoezenier Kloeg een schat'1 noemde. MELBOURNE (RTR) Australischs douanebeambten hebben gemeld dat zij in Melbourne ongeveer twee kilo he roine hebben gevonden aan boord van het ruim 5000 ton metende Nederlandse vrachtschip „Straat Lombok", dat voor de derde keer in tien dagen werd door zocht. Tien dagen geleden al zouden heroïne en opium ter waarde van ruim 160.000 gulden zijn aangetroffen aan boord van de Straat Lombok, die toen in Sydney voor anker lag. Vier dagen later vond mej! transistorradio's met een totale waarde van ruim 136.000 gulden. In Syd ney kon het onderzoek niet worden af gesloten omdat een ruim nog vol goe deren lag Dit ruim werd verzegeld en toen het schip in Melbourne arriveerde, vonden douanebeambten daar de hero ine plus nog 150 horloges, ter waarde van rond 20.000 gulden, tussen de kis ten thee. Het geheim van een goed verzorgd uiterlijk? Brylcreem - de wereld beroemde Engelse haarcrème Brylcreem houdt het kapsel de hele dag perfekt in model, Brylcreem houdt haar en hoofdhuid fris en ge zond. Brylcreem - ook voor Uw haar! The perfect halrdressing DE BEVOLKING /O EGO V UZ& (Van onze corres WENEN Enige tijd men drie zeer serieus uitzji ren op het Oostenrijkse I buitenlandse zaken aan (1 en overhandigden aan II een dik memorandum. Hil ze drie heren uit Triëst I dracht van 'n „Beweging I oprichting van de Vrijstl hun memorandum eisten 1 minder dan een stilzwijgtI van Triëst en achterland De heren deelden voortl hetzelfde memorandum o<| grote Oostenrijkse partijej digd, evenals aan het se| raai van de Verenigde Ni Het Oostenrijkse minist® landse zaken zweeg tot I hele aangelegenheid. BeJ tenrijk heeft over Zuid-rJ| no eg moeilijkheden met Itl nog een twistappel extra om zal die actie der Triël stranden. Anderzijds echter onthi randum alleen maar duid die, welke stad en haven 1 leven. Eens was Triëst de j van de oude Habs'ourgs: Triëst had voor het voonj rijk-Hongarije ongeveer d| nis als Rotterdam voor Nq was daardoor een zeer rijk Het wist echter dat het| alleen maar aan het Hir dankte. Triëst was in de ol een eigen kroonland. Sindff Habsburgs bezit. In de lanl keizerstitel noemden zich| gers ook trots: „Heren vaf stad Triëst was overwegenl omgeving overwegend Sloi ke Italiaanse bevolkingslal kooplieden, exporteurs wl grepen eigenbelang Oosts Zij behoorden tot de getril danen van de Habsburgersjf de stad de titel: „La fedelii lergetrouwste". Met bekoi de na de eerste wereldoorlcr schrijver van de fascistii Robert Farinacci, in zijn <J „La rivoluzione fascisia" Triëst slechts een paar lera^ soren voor een aansluiting ren, terwijl het volk in zijn voor Oostenrijk was. Hij sc] I daartegen te doen zou zijr men onder de Italiaanse c heid slechts een beter reg« dan moest men zich afvrag tere regering denkbaar zoi Oostenrijkse, die een der ste was welke Italië ooit g<| Natuurlijk bestond er geen nale onderdrukking in Tri kon de volks- en middelbar zoeken, welke hij wenste: d< Italiaanse, de Slovenen de i Slovenen uit Triëst wiste: dat aansluiting bij Italië hi van de nationale autonomie Zij waren niet alleen om eet danen maar ook om natior verblijf binnen Oostenrijk. In 1918 zegevierde het Triëst kwam met het achter lië. De stad begon spoedig men. De haven slibde grott Het Oostenrijkse achterland nen. De nieuwe Tsjecho-Slq exporteerde zijn waren bijn over Hamburg het nieuwe over Fiume-Rijeka. In ttali Triëst de concurrentie van merkbaar. Wat alle deskund gezien hadden, vond plaats te vervallen. De ontevredenl Italiaanse regime steeg. Daa dan nog de nationale spanni Slovenen van Triëst. die nati geheel geen autonomie kre; het vredesverdrag van Sa werd bepaald. Mussolini pi verval tegen te gaan, doorc Oostenrijk bijzondere rechte ven van Triëst toekende. M toen juist de tijd van de gre sche crisis en de bijzondc ATChtnn geen nieuwe bloei Na 1945 werd Triëst eerst en daarmee werd het de k weer een rol van betekenis naubekken te spelen. Churc de Oostenrijkse bondskansel gelrecht uit, bij de toekomsti derhandelingen Triëst op t SCHIPHOL (KNP) - Kardi aS g£^e,T„ochtend met een lij: vo,-t?ui5 Van SchiPho' naar ye trokken, waar hij en) vakantie zal doorbrengen. Var nm'J Yol8ende week naar B de?1 te nemen aan het Vat op 14 september ei neemt. (Advertentie) Dank zij zijn wetensch pelijke samenstelling li 'ASPRO' alles wat nodi} om u snel van uw pijn te helpen. Ooeltrefferi betrouwbaar. ItetoftoUüKi/.t

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1965 | | pagina 10