De Athos na vijftien eeuwen (III) GROTE AFKEER VAN ELK OECUMENISCH STREVEN Régie de ni< Medezeggenschap in onderneming Luchtvervoer staat voor een revolutie SCHOON BEHOUD Antichrist Laatste kans D.A.F. KOMT MET NIEUW MODEL wees ËreÊé neem n echte borrel Balans van een discussie Toch bestaat zomer nog vaderlandse B B-uitrusting verplicht voor Westduitsers Supersonische toestellen na '69 in gebruik Nieuwe zeehaven bij Delfzijl OUDE GENEVER JONGE JENEVER BRANDEWIJN UI De chr Caravelle opgc 6 DAGBLAD DE STEM VAN VRIJDAG 30 JULI 1965 6 (Door p. Sergius van Neerijnen, kapucijn) Eind 1963 werd op de Athos met grote plechtigheid het duizendjarig bestaan gevierd van de grote La- vra. De centrale figuur van deze plechtigheden was de patriarch van Konstantinopel, Athenagoras 1. We mogen gerust zeggen, dat deze leider geen gelegenheid heeft laten voorbijgaan zonder te wijzen op de noodzaak van een toenadering tus sen de kerkelijk van elkaar ge scheiden christenen. Ook bij het Lavra-jubileum sprak hij erover en noemde hij het een taak van de Athos hiertoe zijn bijdrage te leve ren. Dat hU hiermee tegen een sterke stro ming binnen de Griekse kerk moest op tornen is voldoende bekend. De recente berichten over de uitlating van de aarts bisschop van Athene, mgr. Chrysostomos, dat h(j by zijn leven geen toenadering tot Rome zou dulden, spreken te dezen een duidelijke taal. Maar komt de tegenstand alleen maar van enkele vooraanstaande prelaten? Hoe staat het bolwerk van de orthodoxie, dat de Athos genoemd wordt, tegenover de zienswijze en de strevingen van pa triarch Athenagoras? Krachtens de constitutie van 1926 is de oecumenische patriarch de enige gees telijke autoriteit, die op de Heilige Berg erkend mag wordep, In liturgie en officie mag geen andere naam vermeld worden dan de zijne. Maar wanneer we met Athos- monniken in contact komen, valt het ons telkens op, dat de naam van Athenagoras er geen aangename klank heeft. En tijdens de diensten kunnen we constateren, dat deze naam heel dikwijls vermeden wordt. We vragen ons dan on willekeurig af, wat het gezag van de pa triarch op de Athos werkelijk te beteke nen heeft, zoals we ons ook meermalen afvragen, wat in feite het gezag is van de constitutie van 1926. We hebben al opgemerkt, dat met deze constitutie de hand werd gelicht in ver band met de intellectuele opleiding der monniken. En het is ook bekend, dat er in strijd met de constitutie, die iedere vorm van vereniging verbiedt een broederschap ontstond, die der „zi- loten'^ waarbij honderden Athos-monni- ken zich hebben aangesloten Deze zi- loten toonden zich o.a. felle 'tegenstan ders van de nieuwe Gregoriaanse kalen der die in 1924 voor Konstantinopel, Grie kenland en Cyprus werd ingevoerd. Het grootste gedeelte van de monniken be schouwt de aanvaarding van deze kalen der als anti-canoniek en onwettig, daar volgens hen een dergelijke verandering alleen maar door een algemeen concilie kan worden goedgekeurd. Het klooster, van Vatopediou, dat steeds doorging voor het meest moderne en tot vernieuwing geneigde onder de grote Athoskloosters, is het enige dat de Gregoriaanse kalender heeft aangenomen. Vele fanatieke aanhangers van de oude stijl erkennen de patriarch van Konstan tinopel niet meer, omdat zij in hem een afvallige zien. Het argument, dat zij bij voorkeur hanteren en dat in bepaalde Griekse kringen nog wel indruk maakt, stelt dat deze nieuwigheid is uitgegaan van de grote „ketter en antichrist", de paus van Rome. De nieuwe kalender is de „pauskalender" en door de aan vaarding ervan heeft de patriarch ver raad gepleegd aan de orthodoxie. Heel tekenend, hoewel exceptioneel, was de houding van een zeer bekende monnik van de grote Lavva, Avvakoum. Na jaren lang als kluizenaar te heb ben geleefd, was hij weer teruggekeerd naar zyn klooster, waar hij zich met grote ijver wijdde aan de meest zware en onaanzienlijke werkzaamheden ten dienste van de gemeenschap. Door zijn grote kennis van bijbel- en vaderteksten maakte hij indruk op vele bezoekers. Een van hen, Er hart Kaestner beschryft hem als een soort Franciscus van As- sisi, die door zijn uitzonderlijke levens wijze» protest aantekent tegen de inge burgerde gewoonten in zijn omgeving. Tot;, deze gewoonten behoorde ook de vermelding van de oecumenische patri arch tijdens de goddelijke diensten. Ge durende dertig jaren heeft Avvakoum nooit meer aan deze diensten deelgeno men, omdat hij een patriarch, die door de invoering van de nieuwe kalen der duidelijk was afgeweken van de or thodoxie, onmogelijk anders kon zien dan een ketter en omdat de Griekse kerk, volgens hem, door verandering van stijl zonder enige twijfel schismatiek was geworden en haar sacramentele vierin gen ongeldig Het ligt voor de hand, dat we voor de toenadering tussen oost en west van dit soort monniken niets te verwachten heb ben. Verschillende feiten hébben, dit dan ook overtuigend geïllustreerd. Deze monnik van de hoofdstad der Athos-republiek, Karyes, is ongetwijfeld een vroom man. Maar of hij iets van de moderne theolo gie begrijpt, of hij iets afweet van het Vaticaans concilie en van de stromingen die daar heersen, of hij iets hebben moet van de oecume nische beweging, is een héél grote vraag. Tegen het einde van 1963 een paaT maanden na de grote jubileumviering deed de aartsbisschop van Athene, Chrysostomos, een beroep op de mon niken van de Athos, om de orthodoxie te verdedigen tegen patriarch Athena goras. Zijn brief werd in januari 1964 door de epistasie, het dagelijks bestuur van de Athos) te Karyes aan de twintig grote kloosters doorgegeven. Tal van monniken en groepen van monniken ko zen openlijk partij tegen de patriarch in een proclamatie aan het Griekse volk van 23 januari 1964. Begin april ver scheen een verklaring van het centrale kloosterbestuur, die de brief van aarts bisschop Chrysostomos officieel ver wierp, omdat deze zich zonder enig ge zag tot de Athos-monniken had gewend, terwijl de strevingen van de patriarch als hoofd van de orthodoxie rechtmatig waren. Tevens gaf het een communiqué uit, waarin het protesteerde tegen de on verantwoordelijke publikaties van enkele monniken. Hun mening zou in geen geval de algemene opinie der Athos-monniken weergeven en de proclamatie van 23 ja nuari was anti-constitutioneel. Alle kloosters dienden ervoor te zorgen, dat iets dergelijks nooit meer zou voorko men. Het was niet de eerste keer, dat het centrale kloosterbestuur zich gedwon gen zag tegen uitlatingen van monniken te protesteren. Zo kreeg m december 1962 de directie van het blad „Hagiorei- tiki Viivlioteki" een stevige vermaning Nog altijd steken de kruisen van het Panteleimonklooster om hoog tegen het diepe blauw van de lucht. Of zij er zullen blijven staan is een kwestie niet alleen van ma terieel maar in de eerste plaats van geestelijk herstel. om geen artikelen van Athosmonniken meer op te nemen, die zich verzetten te gen de persoon en het gezag van de oe cumenische patriarch. Klaarblijkelijk werd hier gedoeld op een paar artike len van de monnik Theoklitos van Dio- nisiou, gericht tegen de toenaderingspo gingen van de patriarch en tegen zijn plannen met betrekking tot de eeuwfeest viering op de berg Atlhos. Theoklitos zocht toen een andere spreekbuis en verklaarde in een blad van Thessaloniki, waarin bij herhaling fanatieke aanvallen op de patriarch voorkwamen, dat zijn mening gedeeld werd door 95 procent van de Athosmonniken. De ontmoeting van paus Paulus VI met patriarch Athenagoras in Palestina ver oorzaakte de nodige protesten van de Athos. Het klooster van Iviron eiste een officiële afkeuring en verwonderde zich erover, dat deze tot dan toe was uitge bleven. De igoumen (kloosteroverste) van Dionisiou, Gavriil, verklaarde zich te genstander van iedere dialoog met Rome en wees met verontwaardiging de ver klaring van mgr Iakovos van de hand, die beweerd had," dat 80 procent van het gelovige Griekse volk de ontmoeting van paus en patriarch had toegejuicht en met verlangen uitzag naar een dialoog. Theoklitos wees nog weer eens op de gevaren, die de orthodoxie vanuit het westen bedreigden. Nu moeten we sommige, vaak hefti ge uitlatingen van anti-katholieke" At'hos-monniken ook weer niet al te zwaar opnemen. Ze zijn in zekere zin begrijpelijk. Vooreerst mag het niemand verwonderen, dat uit de erfenis van zo veel eeuwen onenigheid nog heel wat grie ven en gevoeligheden zijn blijven han gen. Hopelijk zijn wij tegenwoordig wel zover, dat we woorden van wantrouwen tegen Rome niet zonder meer op het conto van de oosterlingen schrijven, maar liever eerlijk erkennen dat het westen tot dit wantrouwen vaak aanleiding gaf. Vervolgens blijkt voortdurend, dat een vergaande onwetendheid omtrent de ka tholieke leer en omtrent de groeiende nieuwe ideeën in de katholieke kerk, vele Athosmonniken belet een goed oordeel te vormen en hun houding daarnaar te richten. Daarom waren de bovengeciteerde toe spraken van patriarch Athenagoras van zoveel belang, temeer waar hij de weg wees om die onwetendheid te boven te komen. Hij deed o.a. het voorstel om de Athonias te Karyes om te bouwen in een panorthodoxe theologische academie waar geestelijken en leken van tijd tot tijd speciale theologie-cursussen zouden kunnen volgen. Vervolgens beval hij de oprichting aan van een christelijke aca demie voor byzantijnse studiën. Dan wees hij op het nut van een contactcen trum, waar bisschoppen en geestelijken retraite zouden kunnen houden en hun inzichten met elkaar bespreken, waarbij actuele vraagstukken zouden worden be handeld, om de orthodoxie de gelegen heid te bieden, zich beter op de hoogte te stellen van de moderne problemen. We kunnen alleen maar hopen, dat competente personen gehoor zullen ge ven aan deze suggesties. De patriarch heeft ze niet zonder wei-overwogen be doeling gedaan. Meermalen sprak hij de wens uit, dat de sterk ontvolkte Athos kloosters tot nieuw leven zouden mogen komen door de toetreding van mensen die bezield zijn van een waarachtig kloosterideaal. En hij gaf daarbij de ver zekering. dat hij alles in het werk zou stellen om deze aanwas te bevorderen. Maar de Athos zelf zal zich moeten inspannen, en wel volgens de richtlijnen, die de patriarch heeft aangegeven. Iedereen kan zien, dat de toestand kritiek is. De opmerking, die nogal eens gemaakt wordt, dat deze crisis lang niet de eerste is in de geschiedenis van vijf tien eeuwen, dat er vroeger ook tijden geweest zijn waarin kloosters werden ont volkt en opgeheven, is maar gedeeltelijk in staat qm de hoop op verbetering le vend te houden. Want zoals vroeger de heropbloei niet is bereikt zonder de toen gevraagde krachtsinspanning, zo zal men ook nu redelijkerwijze niet op een betere toestand mogen hopen zon der aanwending van de thans noodzake lijke middelen. De krachtsinspanning, die nu vereist wordt zal moeten bestaan in een doeltreffende bestrijding van het materiële verval (iets waar vele mon niken telkens op aandringen), een ge zonde propaganda voor de aanwerving van 'nieuwe krachten (waarnaar iedere monnik hevig verlangt) en de uitban ning van een onwetendheid, die neer drukt en afstoot en leidt tot een rend fanatisme (een strijd, die al jaren gevoerd is met weinig of geen succes). Ongetwijfeld zijn er op de Athos nog monniken, die de overtuiging van patri arch Athenagoras delen, en die bereid zijn hun medewerking te verlenen. Dat blijkt uit de houding van het kloosterbe stuur bij verschillende gelegenheden en ook uit gesprekken, die men tijdens een bezoek aan de heilige berg met sommige monniken kan voeren. Het vraagstuk van de medezeggen schap in de onderneming vormt een nieuw studieonderwerp voor arbeids- rechtskundigen en beoefenaren van so ciale politiek, voor vakbewegingslei ders en ondernemers. In de afgelopen vyf jaren is over dit onderwerp veel ge schreven en nog- meer gesproken. Van tijd tot tijd dient men eens stil te staan om een balans te kunnen opmaken over de gevormde meningen en de geopperde verlangens. De secretaris van de Sociaal Econo mische Raad D. W Ormel, voelde zich geroepen om deze balans op te stellen. Hij is daar zeker in geslaagd, getuige zijn boek over deze problematiek. Het geen' honderd bladzijden tellende en leesbare werkje is bij de uitgevers maatschappij Kluwer te Deventer m een paperback uitgebracht. Dit werkje heeft geen andere pre tentie dan het geven van een kort over zicht yan de stand van de discussie over het vraagstuk, dat wordt aange duid als dat van de hervorming van de structuur en de rechtsvorm van de on derneming. Men zou het een situatie tekening kunnen noemen". Met deze woorden in het voorbericht van het werkje, wordt de opzet van het boek juist geschilderd De voorgeschie denis en de ontwikkeling van de onder- alsmede de plaats van ondernemingsraad in de toekomst, de positie van de werknemers commis saris in het buitenland en zijn kwalitei ten vanuit Nederlands oogpunt be schouwd, worden aan een analyse on derworpen. Gezaghebbende personen en groepen van belanghebbenden alsmede instanties worden daarbij in hun opvat tingen geanalyseerd. In zijn voorwoord stelt de auteur dat wel mag worden vastgesteld dat het vrijwel communis opinio is. dat er on der de werknemers een zeker onbeha gen en wantrouwen leeft tegen de lei ding van de onderneming. Tot dusver hier z. i. in het geding is, is de vrijheid en verantwoordelijkheid van de mens, dus juist datgene, waaraan de westerse beschaving en samenleving haar waarde ontleent, althans dient te ontlenen. In de discussie over de medezeggenschap wordt te zeer uitgegaan van de gedach te dat een structuurverandering de moeilijkheden definitief zal oplossen. Een aanmaning is dan ook op zijn plaats, namelijk om te bedenken, dat de verandering van de structuur van de onderneming vergezeld dient te gaan van en gedragen dient te worden door een mentaliteitsverandering van dege nen die van die onderneming deel uit maken. In de grond van de zaak betreft het hier een geestelijk-zedelijk vraagstuk van de eerste orde. H werkje zal voor vele lezers aan leiding kunnen zijn om mse te denken over de hervorming van de onderne ming en met name ook over de mede zeggenschap van de werknemer daarin. De auteur heeft hiervoor een goede gids geschreven. A. W. Als deze mensen in staat zuilen Mijken is e°i"el" ?iet <?f onvoldoende aangetoond om een machtige en verbeten tegenstand 5 bs schrijver dat deze zullen te overwinnen, zullen zij de redders kun- verdwijnen door veranderingen van de nen worden van een geestelijk en cul- stouctuui der onderneming en met na- tureel centrum, dat vlle stormen heeft me d00r mvoermg van het arbeidscom- getrotseerd en nu na vijftien eeuwen missanaat - - - - J Ormel zou de rechtsgrond liever wil len zoeken in een bevordering van de „mondigheid" van de werknemer. Wat dreigt ten onder te gaan. (Van een opzer verslaggevers) EINDHOVEN Komt er een nieuwe Daf? De fabriek in Eindhoven is nog weinig mededeelzaam over de circule rende geruchten over een nieuw model. Wel gaf men ons toe, dat er wijzigingen vallen te verwachten, maar dat men niet eerder dan begin september nadere mededelingen tegemoet zal kunnen zien. Aangenomen mag worden, dat de Daf over een paar maanden een geheel nieuw model op de markt zal brengen. De wa gen zal een 750 cc motor krijgen en de overbrenging zal weer volgens het be proefde variomatic-systeem worden toe gepast. Uiterlijk zal de nieuwe Daf ech ter stérk afwijken van de huidige modél len. De naam „Daffodil" zal ook voor het nieuwe tj'pe worden gehandhaafd. Over een eventuele prijs kon men ons in Eind hoven nog niets naders meedelen. (Advertentie) SAN FRANCISCO (UPJ) Om te kunnen beantwoorden aan de vraag naar supersnel vracht- en personenvervoer door de lucht is het noodzakelijk, dat de burgerluchtvaart in de komende 20 jaar revolutionaire wijzigingen onder gaat, vindt Raymond Besplinghoff, lid van de directie van he^ Amerikaanse bureau voor lucht- en ruimtevaart (NASA). Hij voorspelt dat tegen 1980 een luchtvloot van 400 supersonische verkeersvliegtuigen 45 percent van alle luchtreizigers zal vervoeren. Binnen een tijdsbestek van vijf jaar daarna, zo gelooft hij zal er „vraag ko men naar een luchfcbus om de meer dan 130 miljoen mensen, die dan in de drie Amerikaanse super-metropolen wonen, te bedienen." Deze drie gebieden, waarvan er een komt te liggen tussen San Francisco en Los Angeles, een tweede tussen Chica go, Buffalo en New York terwijl de der de zich tussen Washington D.C. en Bos ton zal uitstrekken, zullen 50 procent van de totale bevolking van de V.S. gaan omvatten, zo zei hij. Bisplinghoff gelooft voorts dat de „rol, die de luchtvaart speelt in de ver- voersector het komende decennium reusachtig zal toenemen". Hij zei te verwachten dat het eerste Amerikaanse supersonische vliegtuig niet vóór 1969 in gebruik kan worden genomen „Desondanks", zo voegde hij eraan toe, „heeft de supersonische lucht vaart een rijke toekomst". Hij legde uit, dat meer dan 50.000 arbeiders betrokken zullen zijn bij het programma voor de bouw van een luchtvloot, die zich snel ler dan het geluid kan voortbewegen. De uitvoering van het programma zal ongeveer 20 jaar in beslag nemen en Wellicht 10 miljard dollar gaan kosten. De eerste supersonische verkeersvlieg tuigen zullen snelheden kunnen bereiken van mach 3, drie maal de snelheid van het geluid, terwijl de latere modellen snelheden zullen kunnen ontwikkelen van tegen de 10.000 kilometer per uur, aldus Bisplinghoff. Nog heel ver in de toekomst tekent zich het zogenoemde „hypersonische lucht vervoer" af. Daarvoor zijn vliegtuigen nodig, die met snelheden groter dan die van 't Amerikaanse raketvliegtuig X-15 de halve wereld kunnen omspannen. „Maar", zo bssloot hij, „dat zal nog wel even duren". GRONINGEN (ANP) Plannen zijn en worden opgesteld voor de aanleg van een nieuwe zeehaven aan de noordoost kust van de provincie Groningen ten noorden van Delfzijl. Gezien de vaar geulen daar zal deze haven schepen kun nen ontvangen tot 40.000 ton dw (dead weight). Voor wat de inrichting van de haven betreft wordt voorshands gedacht aan de aanleg van steigers aan dammen van 1500 a 2000 meter lengte, die dan een verbinding kunnen vormen tussen industrieterreinen binnendijks en de aan legplaatsen van de schepen. Daarnaast bestaat ook de mogelijkheid om buiten dijks (tussen de dammen) industrieter reinen aan te leggen. De industrieterrei nen, waarbij in eerste instantie wordt ge dacht aan terreinen tussen 500 en 750 ha, kunnen bij deze plannen al naar gelang de behoefte worden uitgebreid. De grootste aantrekkelijkheden van dit project voor industrievestiging zullen zijn, dat ook grote schepen de haven kun nen binnenlopen en dat de Eemsmond grotere mogelijkheden biedt afvalstof fen en gassen te lozen dan waar ook in Nederland. Eigenlijk mogen we onze dooi regen getergde vakantiegangers, die in Nederland zyn gebleven, niet nog meer plagen. Maar een beeld van m zonovergoten strand met duizenden badgasten in het Spaanse San Se bastian willen wij u toch niet ont houden. (Advertentie) 9 Vanaf 1 januari a.s. zullen <Jf Westduitsers wettelijk verplicht zü'11 de hierbij afgebeelde „B.É."-uitrus ting in hun woning te hebben. Be halve gereedschappen bestaat deze uitrusting uit blikken noodvoedsel een batterij-radio en een verbanddoos De kosten voor de uitrusting gor ten door de burgers zelf gedragen worden. Renault heeft 1966-modellen dat begin dit jaar de we R 16 werd bestaande typen zigd. De Major met 1 is langer en eleganter in zijn ruimer kostu R 10 Major geïntrod R 8 is onveranderd e met automatische tran| leverd. De sportieve j versies hebben wat gen gekregen en de voc doelmatiger en manlij den. De Dauphine-typ goed worden verkoel voorlopig verder gel kleine R 4, met voor ving, wordt voortaan uitvoering met zes zij maakt. Intussen is de I maandenlange proefpt rijpt. Dit nieuwe mod dert zijn debuut nog ci tailveranderingen ondc basisconceptie is gelijk Zelden is een nieuwe v zijn komst on de markt eetest. De verl (vóór me| ter met 1 A scheidt af Mm. voorgaan lifiBI een andc m een zake! maakt. O is meer be f9 schikbaar: KI GS van 260 redelijk is gen met achterin. mg AH stuk is oo achter d zijramen bodig, ma waa«rschijr om een saai boekje op te vr dat de constructeurs fyet m te en dus het interieur moesten laten (anders zou! duur zijn geworden)zijn ze geving van het koetswerk I wat in verlegenheid gekoi Persoonlijk hadden we lja dal men bij de ontwikkel' R 10 meer van de R lo R 8 Major was uitgegaat heeft de verlenging van 1 niet veel zin, als de pass; er niet van profiteert. Ooi overeenkomstig de te tendens om de auto' s uo lijk te bauwen De R 10 20 cm langer geworden, s korter dan de R 16. Wel partiment fraaier uitgevoej nieuw dashboard, effectief tieroosters en (als extra) Het gewicht van de wag« veer 35 kg toegenomen. R gevulde tank, weegt de R kg. Motorisch is er niets De twee kleine luxewa veile Coupé en Cabriolet, tieve zin verder opgewe Een blik op de kalende dat de schoolvakanties zy en daarmee het tydstip jaarlijkse massale exodus v bilisten naar allerlei buite stemmingen zal gaan plaat verstandige autobezitter de aan trouwe vierwielei reren op het zware werk wachten staat. Steeds meer groeit bij bilisten het besef, da^ men kan volstaan met het uitv nigen van de wagen. Ook h de auto de motor dient en gereinigd te worden wil jj komen dat een vrolijk be kantie vroegtijdig en droen garage eindigt. Het hart van de wagen, ressorteert ook het koelsyv vernuftige constructie die vaak wordt genegeerd. Ve bilisten verkeren in de fo onderstelling, daf zolang tor maar vol water blijft, ei tje aan de lucht is. Niets; waar; alleen moet het vuil lucht, maar in het koels zocht worden. Alhoewel het gebruik v koelsystemen beigint toe te het merendeel van de ai! met het oude vertrouwde systeem uitgerust Het op teem kan men vergelijke^ fluitketel. Het water, dat i systeem circuleert en voor bedrijfstemp era tuur van moet zorgdragen, bevat

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1965 | | pagina 8