Napels zien Het schisma van Utrecht „GEEN ERGER TWIST DAN RROEDER TWIST' en bestolen worden ONZE PUZZEL Jansenisme Petrus Codde Interregnum Moeilijke tijden Gesprek mogelijk 20 Dt monteur van ;om aan ons n de afdelingen ilijke werk wordt medewerkers die et schoonhouden rk is de werktijd middag vrij bent. eidsvoorwaarden szaken- met ruime ervaring, cliëntèle op vakkun- e werkkring, waarin ontplooien kan; e belangrijkheid van leeftijd, burg. staat, 1 aan de directie. in wij voor direct Volgens het kerkelijk recht moesten de bisschoppen in de middeleeu wen worden gekozen door geeste lijkheid en volk. In de praktijk kwam het hierop neer, dat de ho gere geestelijkheid (kapittelheren) en adel de keuze deden. De lagere geestelijkheid en het volk mochten daarop voor de vorm ja en amen zeggen. De keuze van hoge geeste lijkheid en adel was bovendien lang niet altijd vrij. De Frankische konin gen wisten hun kandidaten te doen zegevieren en de Duitse keizers za gen evenmin op tegen het gebruik van wat wapengeweld om hun fa voriet gekozen te krijgen. In de veertiende eeuw was de bisschops keuze in het bisdom Utrecht (suffra gaan van Keulen) voorbehouden aan de Kapittels van de Utrechtse vijf hoofdkerken. De kanunniken kozen de bisschop, de paus beves tigde de keus. Dat bleef zo tot 1528, toen Karei V de kapittels buitenspel zette. De paus mocht voortaan prijzen, wat de keizer ge dacht te wijzen. De paus moest toe geven, ofschoon in Rome steeds meer een centraliserende gedachte aan bod kwam en de pausen zich inspanden om de bisschopsbenoe ming tot zich te trekken. In 1559 dreef Philips II bij paus Pius IV de invoering van 'n nieuwe kerkelijke hiërarchie in de Nederlanden door. Rijkelijk iaat. Al in de twaalfde eeuw was er voor gepleit. Utrecht wordt aartsbisdom- Als nieuwe bis dommen worden aangewezen Haar lem, Middelburg, Deventer, Leeuw arden en Groningen, elk versierd met een kapittel. In 1584 moet Ro me het failliet van deze maatregel erkennen. De chaos in het katholie ke kerkelijke leven is groter dan ooit. Sasbout Vosmeer wordt vica- rius apostolicus van Utrecht, een in het toenmalige kerkelijk recht niet duidelijk omschreven tifèl. Daardoor ontstonden talrijke juri dische twistvragen onder de Neder landse geestelijkheid. De vraag was in hoever priesters en religieuzen (ook in de andere bisdommen) hem gehoorzaamheid verschuldigd wa ren. Rome heeft te weinig gedaan om de onduidelijkheden op te hef fen. In deze competentiestrijd en verdeeldheid waarbij seculieren de nationale partij en regulieren de Romeinse zijde kozen ligt de kiem van het conflict dat tot afscheiding van de Oud-katholieken leidde. Achterbuurt in Napels Prof. B. A. van Kleef, de schrijver van de „Geschiedenis van de oud- Katholieke Kerk in Nederland" (welke auteur overigens niet de indruk maakt erg objectief te zijn) geeft voornamelijk de Jezu- ieten de schuld. Hij schrijft: „Want de komst der Jezuïeten, die men wel eens „de Janitsaren der Katholieke Kerk" noemt is voor de eenheid onder de Katholieken hier te lande noodlottig gewor den. Immers, vanaf hun komst dateren de heftige twisten, die in de boezem der kerk ontstonden, twisten die met de dag heftiger werden, die- ruim een eeuw lang zouden voortduren en tenslotte tot een scheuring in de Katho lieke Kerk hebben geleid. Wij staan hier voor de strijd tussen het oude, nationale, katholieke systeem en het oude, ultramon taanse, rooms-Jezuïtische sys teem." (Bisschoppelijk kerksys- teem en pauselijk kerksysteem.) Elders zegt hij: „De Jezuieten hebben van de Kerk een geestelijke staat ge maakt, een absolistisch totalitair sys teem onder opperste leiding van de paus". Laten we prof. Van Kleef zelf aan het woord om de oorzaak dei- twisten aan te geven. Sasbout Vosmeer en zijn geestelijk heid beschouwden zich als de regel rechte en rechtmatige bestuurders en herders der katholieke Kerk, die door Willibrordus naar deze landen was gebracht. Van de oorspronkelijke rech ten dezer kerk waren zij de enige rechthebbende dragers. De kerk in Nederland was wel door de hervorming gehavend maar niet te gronde gegaan. Ook in de donkerste tijden waren er altijd nog 200.000 katholieken (ongeveer de helft van de toenmalige bevolking). De nationale kenmerken werden be waard. De kerkelijke gezagsdragers stonden op het standpunt dat niemand kerkelijke handelingen mocht verrich ten dan met toestemming van de recht matige bisschop of diens algemeen vi caris. Jezuieten (en regulieren) gedroegen tich vijandig tegen bisschoppelijk ge- Een hoogmis in de aartsbis schoppelijke Oud-Katholieke kerk te Utrecht. Foto gemaakt bij gelegenheid van een jubileum van mgr. Andre as Rinkel, oud-katholiek bisschop van Utrecht (met staj). Hij is om ringd door geestelijken van oud- bisschoppelijke Cleresy en door vertegenwoordigers der kerken waarmee de oud-katholieken con tact onderhouden. zag. Ze beschouwden ons land als een missiegebied waar geen sprake was van een geordende kerk en van een geregeld bestuur met een bisschop, ka pittels en pastoors. Ze drongen zich overal in en kozen zelfstandig hun werkterrein. Daardoor ontstond one nigheid in de gemeenten. Tot zover prof. Van Kleef. gemaakt, al te menselijke fouten waar door in de strijd om de waarheid de chnstelijke naastenliefde niet zelden in het gedrang kwam". Ook Sasbout Vosmeer kon de eigen machtigheid der Jezuieten maar moei lijk verdragen. Hij moet eens verzucht hebben: ,,Ik heb meer te verduren van Jezuieten dan van de protestanten". De katholieke geschiedschrijver dr. B. van Bilsen o.f.m. zegt over deze tijd: ,,Aan beide zijden zijn indertijd fouten s niet vereist, het verkrijgen van Opvo^ers van Vosmeer waren Ro- venius (gewezen proost van Oldenzaal) die de kapittels saneerde (de overgrote meerderheid der kanunniken was pro testant) en het vicariaat instelde, de la Torre. Neercassel en Petrus Codde. Tijdens hun geestelijk bewind, dat vaak in ballingschap moest worden uitgeoe.'tnd groeiden de moeilijkneden in Nederland. Het doordringen van Jansen;stische en Gallicaanse ideeën was daaraan mede schuld. Van ae bisschop van Yperen, Janse- nius, die tijdens zijn leven in Rome in aanzien stond en voor de paus ver schillende delicate diplomatieke en ar bitrale opdrachten vervulde, verscheen postuum een boek (Augustinus) dat verhitte discussies uitlokte. Jansenius legde alle gewicht op de invloed van ae goddelijke genade en ontkende daarbij praktisch de vrijheid van de menselijke wil Cv. Bilsen). Paus Innoeentius X veroordeelde het boek maar daartegen werd vooral in Frankrijk protest aangetekend. De te genstanders beweerden: ,,De veroor deelde stellingen zijn inderdaad ket ters maar staan niet in het boek van Jansenius". De paus herhaalde dat ze er wel in stonden en zijn opvolger Alexander VII verplichtte in 1665 alle geestelijken tot het ondertekenen van een formu lier, waarin de stellingen van Janseni us veroordeeld werden. In 1713 trekt Clemens XI de lijn nog wat scherper in de bulle Unigemtus. Het verzet bleek hardnekkig vooral 111 Frankrijk (Tragedie van Port Royal) maar ook in de Hollandse missie waar de kerk rechtelijke situatie bijzonder onhelder was. Oude theorieën over de verhou ding paus-bisschoppen en de conciliaire theorie (algemeen concilie staat boven de paus) kregen weer een fatale ac tualiteit. Daarnaast woekerde weer een andere dwaling, die verwante the orieën verkondigde (Gallicanisme) maar die in nationalistisch opzicht nog verder ging en o.a. de wereldlijke overheid het recht toekende in te grij pen in kerkelijke aangelegenheden. Hierover ontstond in de Nederlanden een onverkwikkelijke, troebele strijd. ,,Er is schromelijk tegen de naasten liefde gezondigd", stelt Van Bilsen vast. De godsdiensttwisten ln Nederland naderden hun climax toen de Utrecht se aartsbisschop Petrus Codde, die weigerde het formulier van Alexander VII te tekenen naar Rome werd ont boden en daar hoffelijk aan het lijntje werd gehouden. Zonder dat men het de betrokkene mededeelde werd hij afgezet. Vanuit de Nederlanden mocht hij vernemen dat Theodorus de Cock door de paus was aangewezen als apostolisch vicaris van Utrecht- Dat was meer dan vele katholieke Nederlanders zich van Rome wilden laten welgevallen. De kapittels kwa men in verweer, ze achtten hun oude rechten aangetast. De Staten bemoei den zich ermee, verbanden de Cock en eisten van Rome de terugkeer van Codde uit zijn fluwelen gevangenis. Van 1710 tot 1723 blijft de bisschop pelijke zetel van Utrecht leeg. Rome zit intussen niet stil. De nuntius te Keulen, Bussi, zoekt niet forse maat regelen, die soms op regelrechte inti midatie lijken, de kerkelijke situatie in de Nederlanden te klaren, maar hij heeft het verzet niet finaal kunnen uit roeien. In 1723 besluit het Utrechtse kapittel, rijkelijk van juridische argu menten voorzien door de hooggeleerde van Espen (hoogleraar te Leuven) een einde te maken aan het bisschoppelijk interregnum. Het kiest Cornelis Steenoven en legt dit besluit tot driemaal toe ter goed keuring voor aan de paus. Er komt geen antwoord. Als de paus sterft wendt het kapitel zich tot het college van kardinalen. Rome blijft zwijgen. Het kapitel neemt dan aan dat de paus zonder enige geldige reden wei gert de gekozene te bevestigen en laat Steenoven tot bisschop wijden door de Franse bisschop Variet. Pas in 1725 spreekt de nieuwe paus Benedictus XIII. Hij noemt de keuze ongeldig en onwettig en de consecratie ongeoorloofd en afkeurenswaardig. Maar dan is het onheil geschied. Het Schisma van Utrecht is een feit. Van de kant van de oud-bisschoppe- llijke Cleresy heeft het in de twee en een halve eeuw die na de scheuring (die verhoudingsgewijze maar een gering aantal gelovigen meesleurde) zijn verlopen niet ontbroken aan po gingen tot toenadering. Men bevestigde herhaaldelijk zijn geloof in de katho liciteit van de Kerk en bleef getuigen van zijn respect voor de paus. al was het dan in de mate die de oud-katholie ken voor oirbaar achten. Van elke verkiezing en bisschopswij ding werd Rome op de hoogte g&steld. Het antwoord was altijd stereotiep: banvloek en excommunicatie. Moeilijke tijden beleefde de Oud- Katholieke kerk in de Napoleontische tijd. Bisschopsverkiezingen worden verboden. In 1827 sloot Willem I (om de roerige Zuidnederlanders te con- tenteren) een concordaat met Rome. Prof. Van Kleef schrijft hierover: „De Utrechtse kerk werd terzijde ge schoven en aan de ondergang prijsge geven". De nuntius te Brussel, Capac- cini ontbood de oud-katholieke bisschop Van Santen en eiste onderwerping aan Rome. Van Santen weigerde. Reden om zich gekwetst te voelen had de oud-katholieke Kerk toen de kerke lijke hiërarchie, in 1853 werd hersteld en Pius IX in de betreffende bul de oud-ktholieken kwallificeerde als „een monster en een pest". Het eerstp dogmatische geschilpunt met Rome aateert van 1854 toen Pius IX het dogma der Onbevlekte Ontvan genis van Maria afkondigde. Ook de later afgekondigde dogma's (pauselijke onfeilbaarheid en Maria Tenhemelop neming) zijn door de Oud-Katholieken verworpen. De reacties op het eerste Vaticaanse concilie gaven de Oud-Katholieke kerk weer wat nieuwe stimulansen. Deze waren voornamelijk van internationale aard- Contacten werden gelegd met overeenkomstige kerkelijke bewegin gen in Duitsland. Zwitserland, Oos tenrijk, Tsjecho-Slowakije, Frankrijk en later ook met de Kerk der Maria vieten, met de Pools-nationale Kerk in Amerika en met de kerk in Joego slavië. Er bestaat intercommunie met de Grieks Orthodoxe Kerk sedert 1922 en met de Anglicanen sedert 1925. Numeriek hebben de Oud-Katholie ke kerken nergens grote betekenis: Duitsland 1929 30.000 zielen (39 paro chies), Zwitserland 1939 30.000 zielen <40 geestelijken) Tsjecho-Slowakije 1939 20.000 zielen (twaalf geestelijken) bisdom Wenen 1939 30.000 zielen (12 geestelijken). De Oud-katholieke Kerk in Nederland telt momenteel 11.000 zielen (30 parochies vooral in de Hol landen en in Utrecht: Er zijn drie bisschoppen. Aartsbischop is mgr. An dreas Rinkel te Utrecht, bisschop van Haarlem is mgr. v. d. Oord; de pas toor van Delft mgr. P. J. Jans is titu lair bisschop van Deventer. Prof. Van Kleef schrijft (pag. 202) in zijn boek: „Nu (na het Vaticaans concilie) zag zij (de Oud-Katholieke Kerk) in, dat hereniging met Rome voorgoed onmogelijk was geworden". Deze sombere uitlating weerhoudt r.-k. en Oud-Katholieke theologen in onze dagen niet van een gesprek. Van Oud-Katholieke zijde neemt daaraan o.a. deel de plebaan en aarts priester van de Kathedrale Kerk in utrecht prof. dr. P. J. Maan aan wie wij ook de uitvoerige documentatie voor dit artikel danken. Als we hem vragen of er vorderingen zijn gemaakt, zegt hij: „Er zijn pas vier (vruchtbare) gesprekken geweest. Onze taak is herbronning, moeizaam archiefwerk. We proberen 'de kerkhis torische verschillen te zien in het juis te perspectief. We willen zien wat de tegenstellingen waren en willen alle staketsels omverhalen die het uitzicht op elkaar belemmeren. Zo ver zijn we nog niet. Prof. Maan is geen bewonderaar van de strijdwijze die Jezuïeten toepas- ten als keurtroep van het pausschap De „Augustinus" van Jansenius vorm- de naar zijn mening een zeer belang rijke bijdrage over het wezen der ge nade. Verschillende scholen streden daarover. Het is een enorm moeilijk te doorgronden boek. Staan de door Ro me veroordeelde stellingen werkelijk in de „Augustinus?" „We hebben onlangs een werkgroep gevormd van studenten en professoren om dat nog eens na te gaan. We heb ben niets gevonden", zegt prof. Maan. De Jezuïeten en de aanhangers van Port Royal waren tegenpolen. Port Royal zocht het in de verachting der wereld, de Jezuïeten wilden 'n grotere openheid naar de kant van de wereld (barok, muziek in de kerk). Ze pro beerden de Kerk aantrekkelijker te maken voor de gewone man. Door het Jezuitische geblaas tegen liet Jansenisme wisten de mensen niet meer wat Zp moesten doen. Er ontstond een stemming als in Amerika tijdens de anti-communistenrel onder McCar thy. Wie maar een woord van sym pathie opbraoht was zelf meteen ver dacht. (Ook dr. Van Bilsen spreekt van „een fobie".) Bezwaren die tegen de Katholieken in de Nederlandse missie ingebracht werden en overgebriefd werden naar Rome luidden in die dagen o.a.: de Nederlanders hebben teveel aandacht voor de bijbel ze zijn te zeer gesteld op de moedertaal, ze voelen te weinig voor processies en bidden in 'f Wees gegroet": gezegend zijt gij „ónder" de vrouwen in plaats van „boven'' de vrouwen. De katholieke historicus prof. Rogier vermeldt deze kleinzieligheden. Diens vorsingsarbeid is trouwens toch niet nadelig voor ons oud-katholieken uit gevallen, zegt prof. Maan. Dr. Van Bilsen sluit goede trouw, ook voor de beginjaren van 't Utrecht se schisma, niet uit. „Men was in Ne derland nu eenmaal wel goed Rooms maar niet zeer Romeins gezind en dat was een kenmerk van de gehele secun daire geestelijkheid tot diep in de ne gentiende eeuw". Napels... Goethe heeft indertijd eens ge zegd dat men kan schrijven en schilderen wat men wil, maar dat er in Napels altijd meer te zien is dan men beschrijven of schilderen kan. En eigenlijk is dat nog altijd zo. De stad waarvan door een mis verstand gezegd is dat men ze eerst moet zien om daarna pas te sterven, klimt van de blauwe baai uit de heuvels op. Boven op de hellingen staan de villa's van de rijken. In de beneden stad hokt een miljoen armen bijeen. Jammer genoeg plegen talrijke be zoekers in Napels meer dan hun hart te verliezen. Want Napolitanen mogen dan charmant zijn, ze zijn ook bij zonder snel met hun vingers. Velen van hen maken er een sport van, hun gasten te verlossen van auto's, horloges en portefeuilles. En een enkele keer zelfs van hun vrouwen. De politie treft steeds krachtiger maatregelen, maar tot nu toe hebben die weinig resultaat gehad. Enkele weken geleden zaten er meer dan honderd autodieven in de gevangenis, maar desondanks bleef het gemid delde aantal auto's dat per maand wordt gestolen niet beneden de duizend. Een gezin uit de stad zelf, dat twee auto's bezat, kwam op een en dezelfde dag tweemaal bij de politie aanklop pen. In de ochtenduren was de Fiat van mama gestolen en in de late mid dag de Alfa Romeo van papa. Een bezoeker uit Rome had zijn auto op een parkeerplaats gezet en was met angstig hart de stad ingetogen. Een uur of wat later slaakte hij een zucht van oplichting. De auto stond er nog en de bagageruimte was niet opengebroken. Met opgewekt hart schoof hij achter het stuur en draaide de contactsleutel om. De motor echter gaf geen geluid. Dat kon ook niet, want er was geen motor meer... De rijkdommen die de Napolitanen op deze manier onder laten duiken plegen weer boven te komen in de Forcella-wijk, een doolhof van tien tallen smalle straatjes. Draagbare radio's worden er voor de helft van de prijs verkocht. Wie op een koopje uit is kan er bovendien voor een prik aan een elektrische wasmachine ge raken, een elektrisch scheerapparaat op de kop tikken of zijn vrouw ver blijden met een uiterst goedkoop gas fornuis. Waar het allemaal vandaan komt? Een winkelier gaf het ant woord op die vraag. Hij zei: ..Zoiets moet je niet vragen als het allemaal zo goedkoop is." Onder de stad Napels ligt een laby rint van gangen en donkere tunnels die voor het grootste deel in de haven wijk uitmonden. Eeuwen geleden wer den ze aangelegd door kloosterlingen, die van oordeel waren dat men in gevaarlijke tijden de stad snel en comfortabel moest kunnen ontvluch ten. Ruim duizend „gidsen" verdienen momenteel een aardige duit door die ven zodanig door de doolhof te lood* sen dat de politie geen vat op hen krijgt. Bijna legendarisch is het verhaal van het Britse vrachtschip dat op weg naar West-Afrika drie jaar geleden in de baai van Napels ten onder ging. Het had een lading schrijfmachines, textielwaren en Perzische kleedjes aan boord. Duikers die door de verzekerings maatschappij werden aangeklampt gaven als hun oordeel te kennen dat het schip veel te diep lag om de lading te bergen. Vandaar dat de maatschappij een beroep deed op dui kers in West-Duitsland. Intussen leg den politieboten een kordon rond de plaats waar het schip was gezonken. Tóón de Duitsers arriveerden moesten zij vaststellen dat het schip nog op de bodem van de baai lag, maar dat de lading verdwenen was. Amateur duikers waren, ondanks politieboten en ondanks de diepte van het water, met succes aan het werk geweest... Enkele dagen later stonden de win kels in Forcella bol van de schrijf machines. Perzische kleedjes hingen tussen andere textielwaren aan de drooglijn. Voor twaalf dollar kon men een gloednieuwe Olivetti kopen. De ogen van de Napolitanen van deze Napolitanen plegen op te lichten als men herinneringen ophaalt aan de gelukkige dagen van kort na de oorlog. Ongeveer een derde deel van de Amerikaanse goederen die naar Europa kwamen werden in Na pels op de wal gezet. Ze verdwenen alsof ze met een toverstaf waren aan geraakt. Een geliefkoosd bedrijf was de „han del" in Amerikaanse soldaten. Goed getrainde kinderen klampten licht gelovige G.I.'s aan, beloofden hun opwindende avonturen in duistere straatjes en droegen de militairen over aan andere kinderen (300 lire per transactie), die hen dan verder mee op sleeptouw namen. Als men vond dat het uur van handelen ge komen was, werd de Amerikaan in kwestie zo dronken gevoerd dat hij niet meer wist of hij in Europa of in Afrika leefde. En na de ontnuch tering was het te laat. Soms bleken niet alleen zijn boveAkleren en zijn schoenen, maar ook zijn onderkleren verkocht te zijn. De inhoud van porte feuilles en portemonnees beschouwde men als een extraatje. „Dat was nog eens een tijd..." ver zuchtte enkele dagen geleden een oudere Napolitaan. „Niemand hoefde hier honger te lijden." Het sterkste verhaal? In 1944 op een maandag liepen tien Liberty- schepen de haven van Napels binnen. Vrijdags daarna waren er nog maar negen. De Napolitanen beweren dat dieven uit Forcella het schip onge merkt uit de haven wisten te slepen. Ze zetten het tien mijl buiten de stad aan de grond. Daar werd het van zijn lading ontdaan en voorts tot op de huid uitgekleed. Amerikaanse marine-officieren ple gen bij dit verhaal de schouders op te halen. „Mooi verzonnen," zeggen ze glimlachend, als men ze er aan herinnert. De Napolitanen lachen op hun beurt. „Men kan toch niet verwachten," zeg gen ze, „dat de Amerikanen zullen toegeven van zo'n stunt de dupe te zijn geworden..." HORIZONTAAL 1. bijwoord, 3. godsdienst (afk.), 5. de jon gere (afk.), 7. getij, 9. mens, 10. naaml vennootschap (Duitse afk.), 11. water in Friesland, 12. haarkrul, 14. strobord, 15. de oudste, 17. meisjesnaam 18. zoals het hoort, 21. bijwoord, 22. sluis, 23. Euro peaan, 25. muffe, 28. vreemde munt, 29 planeet, 33. tandeloos zoogdier 34 gast 36. boeket, 38. gewicht (afk.), 39. kinder-' groet, 41. fraai van uiterlijk. 44. verbin ding, 46. zangnoot, 48. ijzeroxyde 50. ri vier (Spaans), 51. plaats in Het Gooi, 53. uitroep, 55. stapel, 58. rivier in Utrecht, 60. Grieks heldendicht. 61. ieder. 64. het werk neerleggen, 66 donker. 68 plaag geest, 69. Duits pers. voornaamw., 71. pers. voornaamw., 72. eikenschors. 73. soort onderwijs (afk.) 74. Frans voeg woord 75. Frans pers. voornaamw., 76. stofmaat. VERTICAAL: 1. prijslijst, 2. klein takje, 3. limonade, 4. gewicht (afk), 5. pers. voornaamw., 6. interest, 7. schoenmakersgereedschap, 8. schip, 9. dwaas, 13. herkauwer. 14, vogel, 16. het romeinse rijk (afk.), 19. land in Europa. 20. heilige, 22. sportterm, 24. ten toonstellingsgebouw in A'dam, 25 kinder- groet 26. bolgewas. 27 helleveeg. 30 meis jesnaam. 31. gewicht (afk.), 32. bijwoord 35. schortje, 37. de Verenigde Staten, 39' titel <afk 40. als onder (afk.), 42. netto (afk 43. jong, 44. rekening, 45 indien. 46. selenium (afk.), 47. voorzetsel 49 dag 52. vreemde munt, 54. slot, 57. plaats m Drente 56. verlaagde toon, 59. wandver siering. 62. opening, 63. vreemde munt (afk.), 65. omroepvereniging (afk.), 67. bijwoord, 70. grondtoon, 71. soort onder wijs. OPLOSSING: Horizontaal: 1. pelikaan: adelaar, 2 amerika, omega, ria, 3. pek, is, streng' maan, 4. elastiek, lk, op bas, 5. gt, rome' vla, ereis, u, 6. aren, steen, nto, eli, 7. aalt' ton, id, distel, 8. ilias, sint, aga ora, 9. kal naai, ms, amor, reu, 10. opera, omtrent ene, 11, rep, drie enig, in, sr, 12. het' la, cru, brest, nh, 13. ons, ach, rr eel tu' stóm' 6061 ChaOS VSSt' 'ea' 15' nachtegaai; Verticaal: 1. papegaai, korhoen,, 2. emelt ra, lap, een, da, 3. Ie, karei, inept, sec 4- tfSj ontaard, lach, 5. kist ms, tsaar acht. 6. aks, iet, oslo, ich, ae, 7. aat, even immer, rog, 8. nor, klein, steur sa 9' ameland tarn, be, va, 10. denken, dime' tr, eel. 11, eg, gortig, ongel, ss 12. Ismp' eos. artiest, tt, 13. arabie, toren, tule, 14 at, aas, leren, nier, 15. ransuil, auerhaan.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1965 | | pagina 15