BEWOGEN DE MAAN HEEFT EEN VERLEDEN DESY MOET GEHEIMEN MATERIE PRIJSGEVEN M' aadssaal klaar )()G WATER Vandaag Morgen STRALENKRANS TIJDSCHAAL VERZONKEN KRATER GIGANTISCHE KRATER KRATERS OP AARDE INTERPLANETAIR PUIN linsdag 11 mei is het hoogwa- weert om 12.19 uur; Terneu ur; Vlissingen 11.19 en 23.43 eert 0.08 en 12.46 uur. JRG ur Mensen van morgen, 13 N 20 uur Mensen van morgen» uur Mensen van morgen, 18 J» E 9.30 uur De 55 dagen van Te- :n i uur Tarzans verbanning, HOEK ve 19.30 uur Ons dorp in ebouw 20 uur McLintock, de 14 j. jrg ur Mensen van morgen, 18 :n 20 uur Mensen van morgen» ikerk 20 uur Het Residentie uur Mensen van morgen, 18 J. 19.30 uur De 55 dagen van is 20 uur VW-jaarvarf. :n - uur Tarzans verbanning» raadzaal van het nieuw# rsen ze een grote houten Terwijl de een het benge- der het met een stevige 28 planken aan de zolde- het op heit eerste gezicht le planken stuk voor stuk cunstenaar Hans Petri uit Vlissings gemeentebestuur stemd voor de raadszaal 28 ongelijke houten plan zijn geschuurd en daarna de schepper niet bedacht lende golven. Het geheel ri talmodel, raadszaal komt het Dit is de krater Archimedes in de Zee der Regens. Links onder de grote krater CopernicusDuidelijk zijn de stralente zien, die in alle richtingen over het maanoppervlak lopen. DE maan is geologisch ge zien allerminst een dood hemellichaam. In het fan tastische, bijna spookach tige landschap van ontelbare kraters, „zeeën" en ringgeberg ten hebben zich in de loop van vele miljoenen jaren grote ver anderingen voltrokken. Er moeten op de maan, lang voor dat er mensen op aarde waren, onvoorstelbare dingen zijn ge beurd. De meest opvallende kraters, die door telescopen worden waargenomen, zijn van betrekkelijk recente da tum. Maar half verborgen on der het oppervlak zijn vaag sporen zichtbaar van botsin gen met gigantische meteorie ten en vulkanische erupties in het verre verleden. Er Zijn redenen om aan te nemen dat er op de maan een of andere zwakke vorm van erosie be staat, die het pokdalig uiterlijk van deze hemelbol voortdu rend verandert. Tot deze con clusie komt de Amerikaanse estro-geoloog en ruimtevaart deskundige, dr. Eugene M. Shoemaker in „Scientific Ame- Dr. Shoemaker heeft een specia le studie gemaakt van het gebied van de maan, dat Mare Imbrium (Zee der Regens) wordt genoemd. Het is een grote vlakte op het noor delijk halfrond van de maan, die bijna geheel wordt omringd door grillige bergketens (Jura en Apen nijnen) met toppen van meer dan 6.000 meter. Even ten zuiden van Mare Imbrium bevinden zich twee zeer opvallende kraters, Copernicus en Eratosthenes, waarvan eerstge noemde een middellijn heeft van meer dan 80 kilometer. Volgens dr. Shoemaker is vooral in het gebied van Mare Imbrium duidelijk te zien dat de kraters en ringgebergten sterk in geologische ouderdom verschillen. De krater Co pernicus bijvoorbeeld, is veel later ontstaan dan de krater Eratosthenes. De licht getinte „stralen", die van Copernicus in alle richtingen over het maanoppervlak lopen, gaan dwars over en door de krater van Eratosthenes heen. Het feit dat Eratosthenes geen stralenkrans heeft, doet dr. Shoe maker vermoeden dat de stralen kenmerkend zijn voor relatief 'jonge kraters op de maan. Waarschijnlijk bestaan de stralen uit zeer fijn ver pulverd puin, dat bij het ontstaan van de kraters werd uitgeworpen. Na verloop van tijd zou dit materiaal door een verouderingsproces ver kleuren en de stralen zouden daar door geleidelijk verdwijnen. Shoe maker neemt daarom aan, dat alle maankraters met stralen in onge veer dezelfde tijd zijn ontstaan als Copernicus. de bodem van Mare Imbrium. Bovendien is er geen zichtbaar verschil tussen de vlakke bodem bin nen en buiten de kraterring van Ar chimedes, zodat men sterk de in druk krijgt dat Archimedes wer*ke- lijk een ondergelopen krater is, waarvan alleen de randen nog boven het oppervlak van de Zee der Re gens uitsteken. Hieruit volgt dat Ar chimedes reeds moet zijn gevormd lang voordat de Zee der Regens met het huidige materiaal werd gevuld. Nog ouder dan Archimedes is ech ter het Apennijnen gebergte. Op dze wijze van logische waarne ming en deductie komt Shoemaker tot de volgende teruglopende geo logische tijdschaal voor de maan: DE COPERNICAANSE PERIODE; waarin kraters met een stralenkrans werden gevormd. DE ERATOSTHENIAANSE PE RIODE: waarin kraters werden ge vormd, waarvan de stralenkrans niet langer zichtbaar is. DE IMBRISCHE PERIODE: waar in het bodem-materiaal voor de maanzeeën werd gevormd, dat oude re kraters van het Archimedes-type Eratosthenes is ouder dan Coper nicus, maar kennelijk jonger dan de vlakke bodem van Mare Imbrium zo gaat Shoemaker verder. Hij trekt deze conclusie uit het feit dat in de Mare rondom Eratosthenes tal rijke zogenaamde secundaire kraters zijn te vinden. Deze zijn gevormd door uitgeworpen materiaal van Eratosthenes. Op zijn beurt echter is de bodem van Mare Imbrium weer jonger dan de krater Archimedes, die als het ware half verzonken in de Zee der Regens ligt, tegen de uitlopers van de Apennijnen. Shoemaker wijst er op dat de secundaire kraters van Archimedes wel te vinden zijn in het bergachtige gebied van de Apen-* nijnen, maar in het geheel niet in vulde en waarin nog vroeger het Imbrische bekken werd gevormd. DE PRE-IMBRISCHE PERIODE: waarvan nog zo goed als niets be kend is. Over het ontstaan van de maan zeeën als Mare Imbrium heeft dr. Shoemaker een interessante theorie ontwikkeld. Het opvallende van de ze en andere maanzeeën is, dat ze bijna cirkelvormig zijn. Volgens de Amerikanse maangeoloog is de Zee der Regens niets anders dan het va ge restant van een gigantische kra ter die enkele miljarden jaren gele den in de maan werd geslagen door een meteoriet met een middellijn van vele tientallen kilometers. Deze enorme krater stortte gedeel telijk in, omdat de maanbodem in de vroegste tijden vermoedelijk veel minder vast was dan nu het geval is. Zo ontstond een grpte ondiepe inzinking in het maanoppervlak. De ze werd later verder opgevuld door vloeibaar materiaal, dat, misschien door vulkanische werking, uit het binnenste van de maan omhoog rees. Verschillende kraters die inmiddels in de bodem van de inzinking waren geslagen, werden door deze lava achtige substa&tie „overstroomd", zoals nu nog aan de krater van Ar chimedes te zien is. De grote bergketens als de Jura en de Alpen in het noorden en de Apennijnen in het zuiden, zijn vol gens de hypothese van dr. Shoema ker overblijfselen van de grote kra terrand van Mare Imbrium. Volgens dr. Shoemaker zijn ver reweg de meeste kraters op de maan ontstaan door inslag van meteorieten uit de interplanetaire ruimte. Ook op aarde kan men dergelijke kraters vinden. In 1947 viel een meteoriet met een geschatte massa van 300 tot 500 ton in Centraal-Siberië en vormde een patroon van primaire en secundaire kraters over een oppervlakte van tientallen vierkante kilometers. Vol gens de statistieken wordt de aarde eens in de twintig jaar door meteo- Op de linker maanhelft ziet men even hoven het midden de opvallen rieten in deze grootte-orde getrof fen. De beroemde Meteoriet Krater in Arizona heeft een middellijn van ruim lVz kilometer. De kans dat zul ke grote meteorieten op aarde in slaan is veel kleiner, voor 't Noord- Amerikaanse continent ongeveer eens in de 10.000 jaar. Nog zeldzamer zijn de zeer grote kraters, zoals het onlangs ontdekte Ri es-bekken in West-Duitsland, dat een middellijn heeft van 30 kilome ter. De kans dat zulke gigantische meteorieten de aarde treffen doet zich slechts één keer in de vijf mil joen jaar voor. Hier doet zich een moeilijkheid voor. Er zijn op de maan veel meer kraters, vooral grote kraters, dan volgens de hierboven genoemde kansberekening aannemelijk is. Aar de en maan vormen in feite een dub- bel-planeet en er is geen reden om aan te nemen dat er meer grote me teorieten op de maan inslaan dan op aarde, ook niet wanneer men reke ning houtft met het feit dat de aarde een beschermende dampkring heeft en de maan niet. Dr. Shoemaker veronderstelt dat de frequentie van meteoriet-inslag in de vroegste tijden van de aarde- maan historie veel groter is geweest dan nu. Vermoedelijk hebben de aarde en de maan toen in de ruim te veel puin ontmoet, dat was over gebleven na de vorming van de pla neten. Zij zouden er ongeveer 100 miljoen jaar over gedaan hebben om al dit puin in hun baan om de zon „op te vegen". De vage sporen van enorme catastrofen in het Imbrische en pre-Imbrische tijdperk op het maanoppervlak zouden hiervan de laatste getuigen zijn. Als dit Waar is, moet ook de aar de kort na haar ontstaan met reus achtige interplanetaire objecten in botsing zijn gekomen. Dat hiervoor geen tastbare aanwijzingen meer te vinden zijn, komt dan waarschijnlijk omdat op de aarde met haar damp kring een veel sterker erosie-proces werkzaam is dan op de maan. Maar misschien kan deze hypothese toch een nieuw licht igerpen op het ont staan van Zeeën en gebergten op aarde. [ET het in gebruik nemen van het eerste Duitse elektronen-synchrotron (DESY) in Hamburg is sedert medio november jl. voor de Westduitse atoomfysica een nieuwe fase begonnen. Dit grootste onderzoekingsinsti tuut van de Bondsrepubliek, dat in ongeveer zes jaar voor een bedrag van 110 miljoen Mark werd opgericht, maakt het voor de Duitse atoom onderzoekers weer mogelijk aansluiting te krijgen bij de voorste linie op het gebied van het onderzoek van de materie. In de eerste decennia van on7e eeuw maakten geleerden, zoals Planck en Einstein, Heisenberg, Born Sommerfeld, Hahn en Von Weiszacker Duitsland tot een leiden de natie in het atoomonderzoek. Deze voorsprong moest echter al gedurende de Tweede Wereldoor log aan de Amerikanen en enkele jaren latear ook aan de Russen wor den afgestaan. De thans in gebruik genomen reusachtige elektronen versneller zal de goede naam van de Duitse wetenschap weer versterken. In tegenstelling tot de charmante naam is DESY allesbehalve gra cieus. ..Hoe kleiner de te onderzoe ken atoomdeeltjes zijn, des te ge weldiger apparatuur heeft de na turkunde nodig", meende de voor litter v. d. wetenschappelijk# raad van het synchrotron, prof. Schmel- *er. Het atoom, waarvan de diame- oeze ter het tieaGLÜjoenste deel van een millijeter bedraagt, is voor de mo derne natuurkunde nog een naar verhouding geweldig groot voor werp. De atoomkern, waarin zich bijna de gehele massa van het atoom bevindt, is nog tienduizend maal kleiner en toch nog fantas tisch groot ten opzichte van de elektronen, die rond deze k$rn draaien.' De Hamburg se synchrotron- installatie, die tot de grootste ter mk m 'ln'ri.'°JilliJ'neJJ^n^e'lïWJ'dSe geieelt' va" htt 8am 8 Duitse elektronen-synchrotron in Hamburg-Bahrenfild In de rmmmm, m ami tmufcn. «mm* bmvb «g» 4» wereld behoort, heeft een cirkelvor mige ..racebaan" met een diameter van 100 meter. In deze ringtunnel krijgen elektronen in enkele hon derdste seconden een selhedd,' bij na gelijk aan die van het licht (300.000 km/sec.). Met andere woorden: de elektronen vliegen bin nen een honderdste seconde tiendui zend maal in de cirkelbaan rond, wat telkens overeenkomt met de af stand Hamburg-Gibraltair. Pas dan hebben de elektronen de gewen ste botsingssnelheid, waarmee de fysici willen experimenteren. Als deze deeltjes dan met een energie van 6 miljard elektron-Volt be paalde ..doelschijven" raken, bren gen zij kemprocessen teweeg, die uitsluitsel geven over de aard van de materiedeeltjes en de daarin werkzame kernkrachten. West-Duitslands DESY zal niet lang aanspraak kunnen maken op de naam een van de grootste elek tronen-versnellers ter wereld te zijn. In de Sovjet-Unie wordt thans een 70 miljard Volt versneller gebouwd en in de V.S. heeft men zelfs al plannen een 300 miljarr Elektron- Volt versneller te bouwen. Daar mee. zo menen de natuurkundigen, wordt voor de fysica zo langzamer hand financieel gezien de uiterste grens op het gebied van deeltjesver snellers bereikt. Maar tegen de hoge kosten van zulke projecten wegen dan weer tal rijke positieve aspecten op.' Daarbij behoren niet alleen de natuurkundige successen van de toekomst. Steeds zullen er aan dergelijke grote in stallaties internationale teams van onderzoekers werken. En dit kan voor een wederjjjdJ begrip van «afiS.feslüyi «uo. de krater Copernicus en direct daar boven de donkere, vrijwel cirkel- De recente maanfoto's van de ruimteverkenner Ranger-7 tonen aan dat er ook op de maan een zekere vorm van erosie bestaat. Maar deze .werkt ongetwijfeld veel langzamer dan op aard. Daarom zo zegt dr. Shoemaker, kan de maan worden beschouwd als een uniek geologisch museum. Er zijn dingen te vinden, vormige Zee der Regens (Mare lmJ brium). mdweneJl die op aarde al lang zijn ve; En hier ligt dan een grote weten* schappelijke taak voor de onbemand de ruimteverkenners van het typ# Surveyor en de eerste mensen, die; mogelijk in de tweede helft van decennium op de maan zullen den. IT is het eerste operationele model van het maanïandingsvaartuiQ |iwaarmee twee Amerikaanse astronauten omstreeks 1970 uit het Apol* 'o-ruimteschip naar het maanoppervlak zullen afdalen. De LEM-simu- lator (LEM: Lunar Excursion Moduleis geheel op ware grootte ge* bouiod en bevat al het noodzakelijke instrumentarium voor een lan ding op de maan. Alle astronauten in dienst van NASAhet Amerikaanse bureau voor de ruimtevaartzijn dezer dagen begonnen met een uitgebreid oefenprogramma. De LEM-simulator wordt daarbij aan dunne staalkabel9 opgehangen in een absoluut donkere ruimte. Onder het vaartuig wordt met speciale projectoren een drie-dimensionaal beeld van het maanoppervlak geprojecteerd. De astronauten kunnen vanuit hun cabine in de LEM-simulator het maanoppervlak door twee driehoekige vensters waarnemen en de stand en snelheid van het vaartuig regelen. Corresponderend met hun manoeuvres beweegt het beeld van het maan- oppervlak mee, zodat zij werkelijk de illusie krijgen van een gecontroleerd verlopende landing. Een tweede LEM-simulator wordt gebruikt om de rendez-vous techniek te beoefenen. Hierbij moeten de astronauten hun vaartuig in de richting van het in de ruimte geprojecteerde Apollo-ruimteschip sturen en op de voor geschreven wijze contact maken. Een feilloze beheersing van deze rendez-vous techniek is nodig voor hei veilig overstappen van de astronauten vanuit het Apollo-moederschip naar het LEM-vaartuig en omgekeerd. Zes jaai lang werd er aan de DESY gebouwd. Kosten 110 miljoen Mark. Om de rondcirkelende elektronen exact in hun vacuumring te kun nen leiden, was bij de opbouw van de ringvormige tunnel de uiterste precies vereist. Met een nauwkeurigheid van een tiende millimeter moesten de afzonderlijke betondelen, waaruit de tunntf. Is opgebouwd^ worden samengevoegd. Dat de bouwers aan deze bijna onmogelijke ei$ hebben kunnen voldoen, is een knap staaltje van oonstructie-techniek,

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1965 | | pagina 3