2 andere werelden de oriënt ligt aan uw voeten in prizren zuiden van servië een andere wereld voor elke dag een vis in het paradijs onder water onderdelen mee te nemen els men met de auto gaat. De garages zijn niet al te dik bezaaid en niet alle vitale on derdelen zijn onmiddellijk voorhan den. Soms zelfs in het geheel niet, vooral in het binnenland. De dinar is het wettig betaalmiddel. Een dinar is 100 paras. Koers onge veer 100 dinars is 45 cent. Men kan het best dollars meenemen om in Joe- go-Slavië te wisselen. Een dollar wis selt men graag, een papieren rijksdaal der is niet zo geliefd. Men mag maxi maal 5000 dinar per persoon invoeren en 1500 uitvoeren, in coupures van 100. Daar men in Nederland uitsluitend coupures van 100 uitgeeft, kan het zijn dat men bij terugkomst andere coupu res niet kwijtraakt. Officieel mogen de wisselkantoren ze niet aannemen want ze kunnen andere coupures (of ficieel) ook niet uitgeven. Wie de di nars in Joegoslavië wil omwisselen te gen Nederlands geld, moet de nota's overleggen waaruit blijkt dat men die dinars heeft verkregen door buiten lands geld in Joego-Slavië om te wis selen. In verscheidene winkels er hangt een bord in de etalage krijgt men 20 procent korting, indien met reischeques of buitenlandse valuta (liefst weer dollars want daar is men zeer op gesteld) wordt betaald. Alleen de tankinhoud mag vrij wor den ingevoerd. Prijs gewone benzine dinar 72.50 per liter, super 80. De wegen in Joego-Slavië zijn over het algemeen smaller dan wij gewend zijn. Op enige autostrada's na. In het binnenland en meer naar het zuiden komen minder goede tot slechte we gen voor. Maar waarom zoudt u in de vakantie niet rustig rijden en stoppen als het donker wordt? Het eerst omdat de wegen veelal geen grote snelheden toelaten, het tweede o* dat alle ver keer, dus ook het langzame dat dik wijls geen verlichting voert, van de zelfde wegen gebruik moet maken. In het donker is een botsing eerder ge beurd dan men zou vermoeden. Alle verkeer van rechts heeft voorrang en buiten de bebouwde kom heeft het verkeer op de hoofdweg voorrang op t' verkeer komend van secundaire wegen De maximumsnelheid is binnen de be bouwde kom 50 km per uur, daarbui ten 80 km, tenzij anders aangegeven. Men dient te weten, dat motorrijtui gen, rijdend met militair escorte niet mogen worden ingehaald. Men mag alleen parkeren aan de rechterkant van de weg, in de rijrichting. Brom fietsers mogen geen gebruik maken van autosnelwegen en mogen geen duopas sagier meevoeren. De gemiddelde prijzen voor hotels zijn voor volledig pension: eerste klas 2700-4400 dinar; middenklasse 2000- 3500 dinar; eenvoudige hotels 1500- 3000 dinar. Voor luxe hotels liggen de prijzen te zeer uiteen dan dat een glo bale prijs kan worden opgegeven. Alle genoemde prijzen zijn exclusief taxe, die afhankelijk is van de klasse van het hotel en de toeristische beUngrijk- heid van de plaats en die van 60 tot 200 dinar per nacht bedraagt.lndi- verse grote steden zijn studententehui zen waar men goed en niet duur kan overnachten in het hoogseizoenP ijs van kamers bij particulieren 600-14UU dinar per bed per dag. Er mag alleen gekampeerd w or eten op daarvoor bestemde terreinen. Het zogenaamde vrij kamperen is verbo den. In de bekende toeristenstreken wordt daaraan streng de hand gehou den, in 't binnenland minder soms niet meer mogelijk is tijdig een camping te bereiken. Kampeer dan zo mogelijk op een erf van een boerderij. Prijzen camping: 100-250 dinar p.p.. voor de auto 50-250 per dag. Er zijn kampeerterreinen waar men voor de tent per vierkante meter 120 dinar) moet betalen. In de normale etablissementen - dus niet de luxe hotels en de (weini ge) nachtclus is tien procent bedie- ningsgeld voldoende. Meestal wordt het op de nota bijgeschreven en u hoeft geen overtip te geven. Hotelper soneel verwacht zeker niet meer dan tien procent van de nota. Hoewel er een kilometerprijs van 80-120 dinar is, verdient het aanbeve ling bij een langere rit de prijs tevoren af te spreken. Dit moet men ook doen indien men bijvoorbeeld een rondrit door een stad wil maken. Brieven tot 20 gram 50 dinar; brief kaarten en beschreven prentbriefkaar ten 30 dinar; prentbriefkaarten met maximaal vijf woorden 20 dinar. per k.l.m. en j.a.t. De dienstregeling van de K.L.M. en de J.A.T. (Jugoslovenski Aerotrans- port) ziet er als volgt uit: K.L.M. woensdag per Electra 2 van Amsterdam om 13.15 uur, aankomst Belgrado 17.15 uur; zondag per DC- 7C van Amsterdam om 9.30 uur, aan komst Zagreb 13.05 uur, Dubrovnik 15.05 uur. J.A.T. van Amsterdam per Caravel- le zaterdag om 13.35 uur, aankomst Zagreb 16.45 uur, Dubrovnik 18.15 uur. De K.L.M. gaat terug van Belgrado op donderdag 21 uur, van Dubrovnik op zondag 16 uur (Zagreb 18.05 uur). De J.A.T. gaat terug op zaterdag om 7.30 uur van Dubrovnik (Zagreb 9.10 uur). Prijs Amsterdam-Zagreb enkele reis 241 gulden (retour 458 gulden of 326 gulden voor 23-dagentarief), Amster- dam-Dubrovnik enkele reis 316 gul den (retour 601 gulden of 443 gulden voor 23-dagentarief), Amsterdam-Bel grado enkele reis 311 gulden (retour 591 gulden of 450 gulden 23-dagenta rief. De J.A.T. zowel als de K.L.M. bie den de mogelijkheid op respectievelijk zaterdag en zondag over te stappen in Zagreb naar Titograd. Een vakantie aan zee ruilen voor Prizren; het is het waard. DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 3 APRIL 1965 Op de markt leert men een volk het beste kennen, is een vaste stelregel voor vakantiegangers. Heb er dan een verre en niet zo gepolijste reis voor over en uw stoutste verwachtingen zullen worden overtroffen. Buigt u over de kaart van Joego-Slavië en zoek in het zuiden van Servië, een van de zes federatieve republieken van 't land, naar Prizren dat de meest onge schonden oriëntaalse stad is met een markt, die zo fleurig, zo bont, zo in teressant is dat u er, indien u van sfeer houdt, graag de dagen die u net zo goed aan de zonovergoten kust kunt doorbrengen, voor in ruil geeft. De schrale mannen in Prizren heb ben hun witte kalotje op omdat daar de zon zeker zo fel schijnt, en wat dat betreft komt u dus wel aan uw trek ken, en slenteren in hun slobberbroe ken door de nauwe bochtige straatjes. En als u over Prizren heen kijkt, lijkt het of iedereen er in een moskee woont. De huizen verdwijnen in de veelheid van oosterse bedehuizen. Maar ze zijn er, met de kleine, houten winkels waar de eigenaars in alle rust zitten te wachten of er nog ooit een klant komt opdagen. Hij zal bijna on merkbaar zijn hoofd schudden als hij de, voor hem toch altijd, haastige va kantieganger ziet voorbijgaan, de pas alleen inhoudend om het voor wester se ogen vreemde tafereel van halfge- sluierde vrouwen goed in zich op te kunnen nemen. Gun u de tijd als u ertoe mocht besluiten de eigenaar van de winkel met een bezoek te vereren. Hij zal u met oosterse hoffelijkheid zijn waren tonen en zielstevreden zijn aïs de klant met aandacht zijn koper en zilverwerk, zijn kant en zijde of zijn leren artikelen betast en bekijkt. Om dan op even rustige wijze te on derhandelen. Na een paar dagen in de oosterse sfeer te hebben vertoefd, wordt men vanzelf wel rustig, gaat de gehaaste stap er wel af en sloft men op even bedachtzame wijze door de elleboog vormige straatjes met voor 't merendeel mohammedaanse inwoners. En dan is daar de markt, een tafe reel dat iedere toerist in well.a stad ook steeds bewondert. Maar een markt in het zuiden van Servië, het meest aantrekkelijke en interessante deel van deze federatieve republiek, stelt alle andere in de schaduw. Maar u gaat immers niet voor een markt helemaal naar Zuid-Servië? Al licht niet. U hoeft geen doorgewinter de kunstkenner te zijn om in extase te geraken over de meer dan vijfhon derd vierkante meter fresco's uit de twaalfde eeuw, die te aanschouwen Een der vele prachtige fresco's, die de kerken in Servië ryk ztfn. zijn in de kerk van Onze Lieve Vrouw van Ljeviska. U zult met verbazing bemerken dat soms midden in een straat een stroompje is geleid. Dat is dan de riolering. Voor ons westerlin gen een ietwat vreemde oplossing van een probleem, maar het hoort bij de typische eigenaardigheden die de oos terling als vanzelfsprekend aanvaardt. monument Iets meer naar het westen, maar toch altijd een even forse reis ver gend, ligt Pee, ook al zo'n oosters mo nument. Maar daar is men hard doen de het oude te laten wijken voor het nieuwe. Daar worden de straten ver breed en moderne bouwsels opgetrok ken. Niettemin, er valt nog volop te beleven en te bewonderen. Maar Pee zit nog dik genoeg in de nauwe straat jes, de moskeeën en de markt is ook daar een feest voor het oog. Met even veel gemak kunt u er een kilo toma ten kopen als een schaap, een tapijt of een onsje kruiden. Alle mrnnen en vrouwen uit de omgeving trekken in de vroege ochtenduren met karren of met bundels niet te definiëren koop waar op hun rug naar de stad, naar de markt. Wie een kans wil hebben nationale klederdrachten te zien, heeft op de markt daartoe de meeste gele genheid. Natuurlijk, het is niet elke dag markt maar dan biedt Pee het patri archenklooster, dat wemelt van de ikonen en de fresco's. Buiten de stad, te bereiken over een niet al te beste weg (maar het gemis aan dit comfort dubbel en dwars waard) ligt het De- cani-klooster. De marmeren kerk is een hoogtepunt van de middeleeuwse Servische bouwkunst. Fresco's? Dui zend zijn er wel. Moe van het drente len op de markt, van het met het hoofd in de nek lopen om de fresco's te bekijken? Het karajacpark van Pee is een van de mooiste van gehezl Ser vië. En de stad ligt bovendien in een gordel van bossen, die noden tot een verkwikkende wandeling. Omdat u wellicht toch met de vin ger langs de plaatsen glijdt op de land kaart, is het een kleine moeite nog 'n paar steden op te zoeken in Servië, dat in het noorden zijn vruchtbaarste vlakte heeft. Daar stroomt ook de Do- nau die maar liefst bijna zeshonderd kilometer door Joego-Slavië slingert. Het midden van Servië moet het heb ben van zijn bergen, die echter geen hemelbestormers genoemd mogen wor den en het zuiden toont „een geheel andere wereld". Wie toch zover gaat, zal niet verzuimen ook Belgrado, de hoofdstad van Servië en zeshonderd duizend inwoners tellend, te bezoe ken. Het is de stad met het hoogste inwonertal van geheel Joego-Slavië, dat in Servië de republiek heeft die veertig procent van het land beslaat. Zeventien keer is Belgrado verwoest. Met noeste ijver is het evenzovele ma len opgebouwd. Er zijn veer de open luchtcafé's, de kraampjes waar ce- vapcici wordt verkocht aan de hon gerige en van een hartigheidje hou dende landsman en toerist, er zijn de grote winkelstraten, alsof er nooit iets is gebeurd. Maar er is ook nog die oude Turkse moskee in de Ulica Jev- remona. sljivovica Verder het binnenland in. Naar Vrnjacka Ban ja, dat bekend is om de koude en warme bronnen, naar het deel ten zuiden van Belgrado waar de pruimeboomgaarden zijn die zorgen dat de Joegoslaaf en de toerist nooit zonder sljivovica zit, naar Niska Ban- ja met de kapel waarin de lugubere toren van schedels. En dan komt men toch weer terecht in het zuiden, dat dan wel niet kan bogen op strand en zee maar daarvoor zoveel merkwaar digs en interessants in de plaats biedt, dat het voor hen die niet tegen een vermoeiende reis opzien een belevenis is, die men nooit zal vergeten. En dat kan niet van iedere vakantie worden gezegd. Het ls de bedoeling dat hotel Am bassador in Opatija in juni klaar is. Dan staat er in de meest luxueuze badplaats van Joego-Slavië een bouw werk van dertien verdiepingen, met 414 bedden, terrassen, lounges, bars, twee zwembaden (één binnen en één buiten) en een garage met plaats voor 180 auto's. De capaciteit in het meest bezochte deel van Joego-Slavië, de kust van Istrië, zal dan belangrijk zijn uitgebreid. Nog meer vakantiegangers zoekers naar zon, strand en zee, kun nen daar een plaats krijgen. Maar het zal wel weer zo zijn als vorig jaar en het jaar daarvoor, zeker in de top- maanden: alle hotels, alle kamers bij particulieren langs de kust bezet. Daarom met een enorme sprong naar een ander deel van Joego-Slavië, dat dan wel geen zee heeft aan te bieden maar een voor westerlingen bijzonder interessante wereld. Een andere we reld dan wij kennen. De keus is deze week gevallen op Servië. En omdat we toch in een andere wereld vertoe ven, tevens aandacht voor een steeds toenemende sport, het sportduiken, de wereld onder water. En daarvoor is Joego-Slavië een ideaal oord. Zo zijn we dan toch weer, ten gerieve van de zonaanbidders, aan de kust terecht ge komen. -* wegwijs in joegoslavië Voor een vakantie in Joegoslavië dient men van het volgende op de hoogte te zijn: Geldig paspoort plus visum zijn ver eist. Men kan dus niet naai* Joegosla vië met een verlopen paspoort of een toeristenkaart. Het visum wordt gra tis verstrekt door de Joegoslavische ambassade, Groot Hertoginnelaan 30, Den Haag. Het kan ook via de ANWB worden aangevraagd. Ook in dit geval geldt, dat men niet tot het laatst moet wachten want dan moet iedereen eens klaps zijn visum hebben. De aanvrage dient te geschieden op een speciaal formulier in tweevoud. Groene kaart meenemen. U hebt de ze trouwens toch nodig voor de lan den die men moet passeren en waar de groene kaart wel verplicht is. NL-plaat is vereist. Rijbewijs, kentekenbewijs en motor- rijtuigenbelastingkaart worden erkend in Joegoslavië. Voor een bromfiets zijn geen motorrijtuigpapieren vereist. Voor een kampeeraanhangwagen en pleziervaartuig worden aan de grens douaneformulieren in duplo verstrekt. Een exemplaar houdt de douane, het andere moet bij het verlaten van het land worden ingeleverd. Voor een kampeerwagen is geen carnet of trip tiek meer vereist. 200 sigaretten of 20 sigaren of 250 gram tabak; 1 liter wijn en een kwart liter sterke drank in aangebroken fles. Voorts is het dienstig een set reserve- Gracanica, een van de mooiste Servische klooster® toet een monumentale kerk. Omwille van de commercie moet er enige fantrsie worden betracht en daarom zegt men in Joegoslavië, dat langs de kust 365 soorten vis te vin den zijn, zodat men er elke dag een andere vis kan vangen. Hl aantal kan juist zijn, of niet, een feit is dat de kuststreek enorrr visrijk is. Het is dan ook een ideaal oord voor sport vissers en voor sportduikers. Want wat dacht die laatste categorie van duikwater dat zo helder is, dat men in het noorden met het blote oog een vijftien meter diep kan zien, in het midden van de kuststreek tot vijfen twintig meter en voor de kust van Montenegro zelfs tot vijftig meter. Wie naar de kust gaat, mag zijn snor kel beslist niet thuis laten evenmin als zijn duikmasker en de zwemvlie zen. Er is weinig kans dat men elkaar onder water tegenkomt want hemels breed is de kuststrook zevenhonderd kilometer lang, als baaien, inhammen en uitstekende rotsformaties worden meegeteld, niet minder dan driedui zend kilomeier en dan heeft Joegosla vië ook nog eens duizend eilanden met een kuststrook van drieduizend kilometer. In totaal dus een zesdui zend kilometer en daar kupnen heel wat duikers een plek vinden om al leen te zijn. Hoewel, in het noorden wordt dat wel lastiger. Daar gaan de sportduikers op zoek naar vissen, die veelal onder de rotsblokken op de zandbodem leven. Wie vijftien nieter duikt, vindt, er een variëteit die zelfs de meest verwende duiker het water in de mond doet komen. Beginnelingen in de zich steeds meer verbreidende duiksport kunnen daar hun „eerste brevet' halen want de zee is ongevaarlijk en de sportdui- ker kan door zijn maat het is een ongeschreven wet, dat men nooit al leen duikt gemakkelijk in het vizier worden gehouden. Ook voor de meer gevorderde duiker is het noorden niet te versmaden. Het eigenaardige is, dat de vissen groter worden naarmate zij dieper onder de zeespiegel vertoe ven. De geroutineerde sportduike. kan dat dus ervaren. En hij zal het best aan zijn trekken komen als hij zijn sport gaat beoefenen op de eilanden Cres, Krk, Mali Losinj of Rab. De hoeveelheid en de verscheiden heid aan vis neemt toe naarmate men meer naar het zuiden gaat. Neem de eilanden voor de stad Zadar. Daar lig gen o.a. Dugi Otok, Pasman en Kor- nat. Het is daar een volslagen onmo gelijkheid zonder buit boven te ko men. En de wereld onder water is daar zo fascinerend, dat men zich in de wateren van Zuid-Afrika of Zuid- Amerika waant. Ook hier kan de beginner terecht want veelal behoeft men niet dieper dan tien meter te duiken om de gehele onderwaterwereld in zich te kunnen opnemen. Joegoslavië etaleert met graagte en met trots zijn gehele kust lijn. Het wijst de strook voor Split aan als het domein voor de „jagers op groot wild". Eilanden als Korcula, Hvar, Mij et en Vis zijn de oorden voor hen, die al zo ver zijn dat zij ten minste twintig meter onder de zee spiegel kunnen verblijven. Mocht u nog verder willen dan res teert de kuststrook tot Albanië, ook al een deel waar men tot tenminste 20 meter diep moet duiken om ten volle te kunnen genieten van de won derlijke wereld onder water. Vis in overvloed, vooral in de „grotten" langs de kust en onder de rotsforma ties die in de zee priemen. Maar denkt u er wel aan: duiken mag overal maai- het duiken met ap paraten en het onderwater fotografe ren is alleen toegestaan in bepaalde delen van de Adriatische Zee. Men moet zich melden bij het gemeente huis en opgeven wanneer men wil duiken. De kans is dan groot dat men, als buitenlander, een vergunning krijgt om te duiken en plaatjes te schieten. Wil men geheel en al zeker zijn, dan kan men het best (nu al) om inlichtingen schrijven aan „Savez za sportski na moru i podvodne aktiv- nosti SFRJ, Ulica Matije Cupca 2, Rijeka". Het is wel een mond vol. Enige tips, die wij van hieruit kun nen geven: voor vissen in rivieren, meren en in zee heeft men een ver gunning nodig, verkrijgbaar bij het ge meentebestuur en soms in het hotel. Het is bij het onderwater vissen ver boden gebruik te maken van ademha lingsapparaten met gecomprimeerde lucht of zuurstof. Men mag niet meer dan vijf kilo vis per dag vangen. Er wordt een uitzondering gemaakt voor zeldzame exemplaren maar die ziin dan ook moeilijk te vangen. De vis mag niet worden verkocht of geruild. Er mag niet worden gevist in havens, openbare zwemgelegenheden en in verboden zones. Welke dat zijn, wat wel mag en hoe u zich verder dient te gedragen, meldt u de instantie met de lange naam in Rijeka. Nationaal Joego-Slavisch Verkeersbureau, Plaats 11a, Den Haag, tel. 11.68.92.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1965 | | pagina 27