Cl
Het sadistische universum
K
Dc negen kruisjes voor ANNA KAPPEL
DE GIDS
SPELEN
verjongd en vernieuwd
lingen
WILLEM FREDERIK HERMANS
Onwrikbaar geloof aan zinloosheid van mens en wereld
kheden
au
>or
Breda
ARDIJ
iUS,
mensen en muzen - mensen en muzen - mensen en muzen - mensen en muzen - mensen en muzen
mensen en muzen
gaat de rechtzinnigen en
niet-weerlozen te 'ij/
ORT
UNSTNIEUWS
16
it het overbren-
ze mechanische
iktor. Hij moet
iblemen uit de
nstruktie op te
met zich mede,
schappen moet
H.T.S. diploma
3 Professionele
met diploma
leiding tot ont-
-apparatuur. Zij
k in Eindhoven
iploma H.T.S.w.,
leiding voor de
rofessionele ap-
bestaat de mo-
lontagechef, die
leiding van een
ersoneel.
it vereist.
iency Organi-
i aankomend ar-
fe seriefabrikage
voorkeur. Ook
hter wel een de-
eten hebben ge-
aar een verdere
het bedrijf kan
oleiding en erva-
ioven 11Breda.
EN TE HEERLEN
voor de 3-jarige
ie
steld vanaf 8 tot
rdagmorgen) in
chool, v. Cooth-
jO A (met wis-
tang naar de 3e
i deze diploma's
■nde toelatings-
en Lagere Tech-
iwerken en aan-
sisen van een af
n de ouders en
ig worden mee-
17
DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 20 MAART 1965
17
„Het zou kunnen zijn dat
Sade gelijk had.
Vredelievendheid, haat en
doodsangst zijn eigenlijk
maar grillen. De mens is
mogelijk in veel mindere
mate een bewust wezen dan
de theologen, filantropen,
pedagogen en polemologen
denken.
Hij is eerder te vergelijken
met een steen, een
molecuul, een atoom, die
ontstaan en vergaan, zich
verbinden of zich splitsen
en dat is alles en de rest is>
verbeelding.
De moraal, de theologie,
het recht of de polemologie
spelen een rol in de
menselijke comedie, maar
het blijft een rol en het
blijft komedie.
De mens is een chemisch
proces als een ander.
Wie of wat hij is, beweert,
gelooft, doet alleen ter
zake zolang hij leeft, maar
dan niet meer.
Alles kan gebeuren en alles ophouden met zingen
gebeurt, zonder dat de zon Deze uitspraak van Willem
verbleekt, of de vogeltjes Frederik Hermans in zijn
nieuwe boek „Het
sadistische universum
is natuurlijk geen conclusie,
al lijkt ze als zodanig ver
vlochten in het essay
(esseej, zegt de auteur)
over de Markies de Sade.
Als Hermans, zoals in een
recent interview met een
medewerker van De Nieuwe
Linie, beweert dat hij de
mens niet anders kan zien
dan de enig bedrogene in
het heelal, is dit evenzeer
een postulaat als zijn
uitspraak dat de mens niets
meer is dan een chemische
reactie.
We wensen dit nadrukkelijk
te stellen, daarmee tevens
bewerend dus dat zijn
uitspraken geen kans
bieden tot een polemiek.
Over conclusies kan men
redetwisten; over postulaten
die bij hem duidelijk
worden ingegeven door
een levensgevoel
zeker niet.
'OALS in al zijn boeken gaat Her-
i mans in deze nieuwe bundel proza
stukken de ..rechtzinnigen" en niet-
weerlozen te lijf. Alle wetenschap die
niet stoelt op het wiskundige of natuur
kundige weten, is voor hem een farce,
een ijdele poging van de mens om zich
tegenover zichzelf en bet heelal te
rechtvaardigen. Hij debatteert niet met
auteurs die er anders over denken,
maar zoekt uitsluitend steun bij dege
nen die vanuit eenzelfde levensgevoel
hebben geschreven als hij. Dat daar
door de Markies de Sade, Rudolf Erich
Raspe en Wittgenstein hand in hand
door het sadistische heelal wandelen, is
een schijnbaar grappige, maar in dit
licht zeer verklaarbare samenloop van
omstandigheden. Stellingen en bewe
ringen, zegt de schrijver Wittgenstein
na, kunnen hetzij zinledig, hetzij waar,
hetzij onwaar zijn. Stellingen zijn al
leen waar of onwaar voor zover zij met
andere stellingen verbindbaar zijn. Iets
„hogers" uitdrukken kunnen zij nooit.
De verzameling van alle ware stellin
gen vormt het totaal van de natuurwe
tenschappen. maar de filosofie is geen
natuurwetenschap, de filosofie is een
bezigheid. En een zinledige
Het heeft, bij zo'n onwrikbaar geloof
aan de zinloosheid van mens en wereld,
aan de onmogelijkheid van het kennen,
nauwelijks zin te stellen dat er mensen
zijn die de logica niet als het begin en
het einde van al het kenbare beschou
wen; dat voor velen door de rede ge
steunde vermoedens de kwaliteit kun
nen hebben van wiskundige formules
en dat het uitzicht op de Andromedane-
vel de mens intuïtieve zekerheiden kan
verschaffen die in belangrijkheid uit
stijgen boven de fantasieloze zekerheid
van het tweemaal twee is vier. Tussen
de positivisten en Teilhard de Chardin
ligt een geesteloze kloof die niet met
redeneren te overbruggen is. Willem
Frederik Hermans filosofeert slechts
over de onmogelijkheid van het filoso
feren. Voor het overige houdt hij zich
uitsluitend bezig met een analyse van
wat zich afspeelt in de voor hem vol
ledig afgesloten arena van het mense
lijke doen en laten.
IJET IS een vlijmscherpe analyse,
dat wel. Als de auteur in zijn
inleiding zegt, dat hij conclusies ge
trokken heeft waar de lezer geen ple
zier in heeft, is dat alleen maar irri.
tante aanmatiging. De lezer hij
vergist zich heeft geen plezier in
zijn levensbeschouwelijke postula
ten, omdat vooropstellingen nu een.
maal altijd vervelend zijn. Hij kan
wel plezier hebben in sommige van
zijn uiteraard niet wijsgerige) con
clusies.
Enkele hiervan:
In een stukje over de Engelsen
en de Engelse literatuurBritten
munten uit in het pronken met ge
woonten, die, als een Nederlander
ze had, in de Nederlandse kranten
gegispt zouden worden als typisch
Hollands, waarmee bedoeld wordt:
bij uitstek laag burgerlijk, bekrom
pen, provinciaal en belachelijk.
Maar omdat het grote Britten
zijn, zeggen de Nederlandse inkt
loontrekkers dat het typisch En
gels is en dat staat in hun Neder
landse breinen gelijk met good
breeding, understatement, right en
wrong my country en hoog-aristo-
cratisch lak aan de wereld hebben.
Over de onmogelijkheid om in
Nederland een goede misdaadfilm
te maken:
De Nederlandse misdaad wordt
door onze bezorgde pers zorgvuldig
van elk verkwikkend element ge
speend. Nederlandse misdaden wor
den van elk romantisch aureool
verstoken. Nederlandse misdadigers
zijn, weerspiegeld in het zetlood
van het vaderlandse krantenbedrijf
geen rebellen op eigen houtje, maar
de halfdebiele proefkonijnen van
psychiaters, opvoeders, zielzorgers,
reclasseerders, dominees en andere
stemmige wereldverbeteraars. On
ze rechtbankverslagen zien er uit,
nu ja, als verslagen (waar de wer
kelijk pikante dingen uitgelaten
zijn
Bij gebrek aan 'n impressionabel
geachte jury, die in de Nederland
se rechtspraak nu eenmaal ont
breekt (en gelukkig maar), hoeven
Nederlandse advocaten geen bul
derende operascènes voor de groe
ne tafel te brengen Goedzo.
Daarmee is de denkbeeldige Ne
derlandse misdaadroman of -film
alweer een episode armer.
Het zou, geloof ik, best eens kun
nen wezen dat een onoverwinne
lijk Nederlands kleinburgerlijk
vooroordeel hierin bestaat dat mis
daden iets fijns zijn om over te le
zen zolang het buitenlandse mis
daden zijn, maar veel te obsceen
als ze in Nederland worden ge
pleegd.
Over de dokters: Hun verdedi
gers plegen erop te wijzen dat het
sterftecijfer daalt, het geboortecij
fer toeneemt en dat de leeftijd die
de mens gemiddeld bereikt ontzag
lijk is gestegen in vergelijking met
vroeger eeuwen.
Dat alles zouden wij aan
de dokter hebben te danken. Maar
hier is volstrekt niets van' waar.
Eén district dat van waterleiding
wordt voorzien, één serum dat ie
dere hulpverpleegster kan inspui
ten, één moeras dat wordt droog
gelegd, doen meer voor de gezond
heid van een bevolking dan twee
honderd dokters. Daling van sterf
tecijfers etc. zijn gevolgen van een
algemene welvaartstoestand, over
winningen van de biologie als zo
danig, maar niet van de artsen.
BIJ EEN conclusie als deze laatste is
men wel geneigd met de auteur in
debat te treden en hem te vragen wat
hij met de overwinningen van de bio
logie bedoelt. Maar zich aan zo'n con
clusie ergeren?
Och, kom
Het valt overigens ook in dit boek
weer op, dat Hermans weliswaar graag
schokt, maar zichzelf nooit volkomen
identificeert met de dingen waarvan
hij wil dat ze de lezer schokken. Mis
schien dat ze daarom minder schokken
dan hij zelf denkt. Hij houdt er zelf
altijd een beetje afstand van, wat voor
een man die mens en leven op deze
manier pretendeert te zien, op zijn
minst opmerkelijk mag worden ge
noemd. Hij vindt iets nooit „mooi" (ver
beeld je, zo'n metafysische vaagheid),
maar hij zegt op een gegeven moment
wel iets niet mooi te vinden. Hij is
overtuigd van de zinloosheid van het
leven, maar gaat er desondanks tegen
te keer alsof hij een vage notie heeft
dat het anders zou kunnen zijn.
Het is, hoe dan ook, verbazingwekkend
dat de chemische reactie die Willem
Frederik Hermans heet, juist op deze
manier reageert. Het is een chemische
reactie, die angst kent en bewogenheid
en verontwaardiging, kortom, die reke
ning houdt met zulke waanideeën als
waarheid en leugen. Overdrijven we
als we zeggen, dat zo'n scheikundig fe
nomeen op zijn minst de moeite van een
nader en nog iets dieper zelfonderzoek
waard zou zijn?
J. VERDIESEN
>k) Het sadistisch universum; uitgeverij
De Bezige Bij, Amsterdam.
TJET TIJDSCHRIFT ,;De Gids", in
1837 door Potgieter opgericht,
is zijn 128e jaargang ingegaan met
een dubbel nummer. Er blijkt uit,
dat ons oudste maandblad opnieuw
een verjongingskuur heeft onder
gaan. Bert Voeten heeft wegens
drukke werkzaamheden de redactie
verlaten en K. Lekkerkerker heeft
zijn functie van secretaris der redac
tie neergelegd. A. de Froe en Ed.
Hoornik blijven in de redactie, de
laatste tevens als secretaris. De re
dactie is voorts aangevuld met W. L.
Brugsma, A. L. Constandse, Sybren
R. de Groot, Han Lammers en Harry
Mulisch. De raad van redactie is af
getreden en daarmee vervalien. De
uitgave blijft in handen van De
Stichting De Gids en voor de pro-
duktie en exploitatie zal naast J. M.
Meulenhoff in het vervolg ook De
Bezige Bij verantwoordelijk zijn.
EEN ANDERE wijziging is het
formaat, dat groter is geworden,
wat er toe geleid heeft, dat de tekst
in twee kolommen wordt afgedrukt.
Wij betwijfelen of dit een verbetering
is nu er allerwegen naar gestreefd
wordt de tijdschriften kleiner te ma
ken. Men denke b.v. aan de Kroniek
van Kunst en Kuituur. Het voordeel
van een periodiekje ais Maatstaf is,
dat men het in de binnenzak kan ste
ken en het in trein of café ter hand
kan nemen. De Gids moet men op
tafel leggen en per koffer of akten-
tas vervoeren. Wat dit betreft heeft
het blad iets van zijn oude deftigheid
behouden.
Deze eerste aflevering opent met
een fragment uit .,De zegelbewaar
ders" van Harry Mulisch. Hij zingt
daarin o.a. de lof der philatelie en
beschrijft een heraldisch voorval, waar
uit we kunnen opmaken, dat De Gids
toch niet zo deftig meer is als we
aanvankelijk dachten! Zijn er al niet
genoeg tijdschriften, die zich met ero
tische aberraties bezighouden?
_Han Lammers geeft een historisch
overzicht van het conflict, dat honderd
jaar geleden Potgieter en'Busken Huet
noopte uit de redactie van De Gids
te treden. Het is een interessante
studie rond het beruchte opstel ,,Een
avond aan het hof". Van de psycho-
therapeut-seksuoloog C. van. Emde
Boas is een voordracht opgenomen,-
die hij vorig jaar op een congres te
Wiesbaden heeft gehouden. Ze betreft
de positie van de homoseksueel in
Nederland. Aan de diepgaande studie
is een uitgebreide literatuuropgave
toegevoegd- De journalist W-L. Brugs
ma vertelt van een bezoek aan Polen
en de leraar S.C. Derksen beantwoordt
de vraag of men moet opvoeden tot
oorlog of tot vrede. Prof Sybren R.
de Groot bespreekt een b'iografie van
de Italiaanse natuurkundige Enrico
Fermi, de man, die in 1942 de eerste
kettingreactie in uranium verwezen
lijkte. Onder het pseudoniem K. van
Hippe] schrijft iemand over de C.P.N.
als het Staphorst van het internatio
nale communisme:
Een pittoresk bolwerk van inteelt,
oude gebruiken en onverstaan
bare dialectendie op andere
plaatsen al jaren geleden door de
busdiensten zijn achterhaald.
Weinig mensen merken hetmaar
het Nederlandse stalinismedat
door Paul de Groot en zijn aan
hangers wordt vertegenwoordigd
is een bezienswaardigheid gewor
den.
Carel Swinkels draagt een kort ver
haal ,,Een blauwe tijger" bij, dat geen
TT" ARL SCHMIDT-ROTLUFF, voor-
1* aanstaand lid van de schildersgroep
..Die Brucke" heeft zijn gehele schilde
rijenverzameling geschonken aan de
stad Berlijn. Er zal 'n speciaal „Brüc-
ke" museum voor komen, waarvan
bouw en inrichting onder toezicht staan
van prof. Leopold Reidemeister, die
onlangs als algemeen directeur van de
Berlijnse museums aftrad.
„ALS het leven zo lang duurt, wordt
het allemaal te veel om erover te
vertellen", zegt mevrouw Anna
Gebhard-Kappel en in haar intona
tie ligt de wijsheid die met de ja
ren komt: op woensdag 17 maart
wordt zij negentig jaar. Zij zegt het
met te meer reden, omdat het groot
ste deel van die negentig jaar ge
vuld is met schone en boeiende
belevenissen, die zich afspeelden
tijdens een leven gewijd aan de
zangkunst.
Welen zullen haar nog wel kennen als
v zangpedagoge en concertzangeres, in
welke laatste kwaliteit zij tientallen
jaren lang triomfen heeft gevierd,
vooral in Duitsland, maar niet minder
in Nederland, waar zij wel op alle
grote concertpodia heeft gestaan.
„Ik geloof niet, dat er één zangvereni
ging of toonkunstkoor is, waarbij ik
niet gezongen heb", zegt zij met een
glimlach der herinnering die „Gou
den Wieken" kan gaan, omdat zij in
het bejaardenhuis in het gebouw van
die naam aan de Scheveningseweg te
Den Haag haar levensavond door
brengt. Een lange levensavond nog
ongetwijfeld, want een ziekte ander
half jaar geleden mag haar tot een
frele oude dame hebben gemaakt
overigens tot haar genoegen haar
gezondheid wedijvert met de kracht
van haar geest die onvermoeid een
duik neemt in het verleden, maar fris
weer boven komt om het heden vief
in ogenschouw te nemen.
„Heerlyk, myn hele leven Is vol met
mensen geweest" en men ziet de pa
rade van leerlingen, van dirigenten,
van koren en orkesten, van ongetelde
scharen hoorders glorieus voorby-
trekken. Het prille begin van haar le
ven hield een dergelijke belofte niet
in. Toen zjj nog een peuter was ver
loor zij haar moeder en toen zij ne
gen was, stierf haar vader, zodat zij
in 't hervormde weeshuis van Purme-
rend, haar geboorteplaats, terecht
kwam. Ze ziet er, zoals op alle in
grijpende gebeurtenissen in haar le
ven, filosofisch op terug, citerend het
woord van Goethe: „Men denkt zu
schieben, aber man wird geschoben".
En in het weeshuis werd zij inderdaad
al heel snel en stevig op het spoor van
haar leven geschoven. Zij kwam op
de gemeentelijke zangschool van Pur
merend, direct al.
„LJé, bijzonder, bijzonder", zei de di-
^recteur J.P. Groot toen zij hem voor
zong en hij zette haar bij de alten, gaf
haar gratis les en liet haar solo zin
gen. Maar dezelfde heer Groot wist
toch niet wat hij hoorde, toen de gro
te W. F. Nicolai. directeur van het
Koninklijk Conservatorium in Den-
Haag naar Purmerend kwam om zijn
koorwerk „De Zweedse Nachtegaal"
persoonlijk te dirigeren, met lAnna
Kappel in de altpartij. „Ik had als
kind nooit hoger gezongen dan tot d,
hoogstens een es af en toe, maar Ni
colai ging om me te testen achter de
piano zitten en ging tot de hoge c.
Dat heb ik er nog nooit uigehaald,
zei de heer De Groot stomverbaasd".
Met Nicolai achter haar kon zij haar
carrière beginnen. Zij kwam naar
Den Haag, zestien jaar oud, werd on
dergebracht in het hervormd wees
huis aan het Westeinde („heerlijk
dicht bij het conservatorium") stu
deerde bij Arnold Spoel, gaf op 18-ja-
rige leeftijd al les en tevens haar eer
ste grote oratoriumconcert in Rotter
dam. „Maar ik had al veel gezongen
in de kerk van Purmerend. Wat had
ik nog dolgraag eens gezongen in die
typische ronde kerk. maar ja. een
jaar of wat geleden toen Purmerend
driehonderd jaar bestond, was ik
ziek".
Wan Groningen uit begon later haar
v buitenlandse victorie. Toen zij de och
tend na een concert, waar zij onder
leiding van de beroemde dr. Felix von
Kraus had gezongen, in haar hotel
aan het ontbijt kwam, zei mevrouw
Von Kraus tegen haar: „Mijn man
heeft de hele nacht voor je gewerkt".
Hij bleek acht brieven te hebben ge
schreven aan acht Duitse dirigenten
en van toen af ging het snel. Het eer
ste concert werd in Aken gegeven en
daarna was 't hele Rijnland van haar
•a »iet alleen dat, maar ook prof.
Richard Stronck, musikdirektor van
Barmen, een tot Duitser geneutrali
seerde Nederlander, met wie zij in
1907 trouwde en met wie zij tot 1929
lief en leed deelde in een leven van
reizen en trekken door half Europat
concerterend en lesgevend, van Ber
lijn tot Bologna, van Breslau tot Zu
rich, maar ook in Nederland, waar zij
evenals zij in 1903 al had gedaan in
1908 samen met haar man een con
cert gaf aan het hof voor koningin
Wilhelmina en prins Hendrik.
In 1923, in de moeilijke tijd na de
eerste wereldoorlog voor Duitsland
kwam het echtpaar Stronck-Kappel
naar Nederland terug, waar zü lera
res solozang voor de meesterklasse
werd aan de muziekschool der maat
schappij ten behoeve der Toonkunst te
Rotterdam. Maar zy ging wonen in
Den Haag, waar haar man zes jaar
lang dirigent is geweest van „Excel
sior". Beiden bleven les geven in
Duitsland, in Barmen en Dusseldorf.
In 1929 overleed haar man. Enkele ja
ren lang is zij toen niet meer opgetre
den, maar lessen bleef zij geven en
gaandeweg trad zij weer op, tot zij in
1937 hertrouwde met ir. A. C. Geb-
hard. Een radioconcert vanuit de
kerk aan de Keizersgracht te Amster
dam met de C mol Messe van Mozart
is haar laatste landelijk concert ge
weest. In Den Haag sloot zij haar op
treden af met een Bachavond in de
Duitse kerk aan het Bleyenburg, waar
zij begeleid door Jaap Stotijn Bach-
aria's ten gehore bracht. In 1954 over
leed ook haar tweede man en sinds
dien heeft zij geheel teruggetrokken
geleefd, sporadisch lessen en wenken
gevend aan leerlingen, die bleven ko
men, ook uit Duitsland.
Grammofoonplaten zijn er niet
van haar. „Gelukkig niet," zegt
ze. „Als ik nu een plaat hoor van
mijn vroegere leermeesteres Lilli
Lehman, dan denk ik: nee, dat
was ze toch niet. Ik ben er blij
om, dat er van mij geen opnamen
zijn. Het zouden zulke oude platen
geweest zijn..."
opvallende kwaliteiten heeft. Het duo
J. Bernlef-K. Schippers had een ge
sprek met Maurice Gilliams. dat zeer
verhelderend is. Zijn vrees om het
ongerepte te schenden blijkt uit deze
herinnering:
Paul Valéry's publikaties, ik be
doel ermee de eerste edities van
zijn werkenwaren peperduur en
aldus lagen ze niet in mijn be
reikDoch ik kende een boekhan
delaar met een clientele van mil
jonairs, die werken van Valéry
bestelde.Ik kreeg die precieuze
plaquettes ter inzage mee naar
huis en zo heb ik onder andere
in één nacht La jeune Parque in
een schoolschrift overgeschreven.
Die plaquettes mochten niet open
gesneden worden, wat in mijn ge.
val niet erg was; mijn eigen boe
ken laat ik ook ongeschonden en
met spanning zit ik erin te lezen,
tussen de voorzichtig openwijken
de bladen, wat me tot een aan
dachtige, langzame lectuur
dwingt. Ik heb er mijn ogen mee
bedorvenAls ge hier opengesne
den boeken vindt, dan heb ik ze
antiquaristisch gekocht of mijn
vrouw heeft ze, in mijn afwezig
heid, ópengesneden.
DIJZONDER lezenswaard is ook
het opstel ..Reis op een kustvaar
der". waarin Alfred Kossmann op een
prettige manier van zijn gemis aan
een levensbeschouwing getuigt.
Frits Kief is van mening, dat Her
man Gorter als politicus onderschat
is: zijn denkbeelden zijn actueler dan
ooit. Nico Scheepmaker heeft enkele
in het Russisch vertaalde gedichten
van Lucebert, Achterberg en Lodeizen
in het Nederlands terugvertaald. Hij
kwam tot merkwaardige ontdekkingen.
Vermeiden we nog een brief uit
Brooklyn van Leo Vroman en een
lijst van alle redacteuren, die aan De
Gids verbonden waren of zijn. Gedich
ten van Pierre Kemp, Bert Voeten,
Leo Vroman, J.C. van Schagen, Cees
Note boom, Michael Siory en Gerrit
Kouwenaar zijn in kleine lettertjes
tussen het proza gestrooid, in tegen
stelling tot de advertenties van de bei
de uitgevers, welke met forse en vet
te letters verscheidene pagina's ont
sieren. In de rubriek vKroniek en
Kritiek" uit Hans Andreus zijn waar
dering voor het werk van Sybren Po-
let. Reinbert de Leeuw, die medewer
ker is geworden voor muziek, heeft
geen goed woord over voor Alex van
Amerongen, de muziekrecensent van
de N.R.C
ALLES BIJEEN is dit dubbelnum-
mer, dat tot een boekwerk uit
groeide, zeer gevarieerd en belang
wekkend van inhoud. We hopen slechts
dat de redacteur-secretaris er voor
zal waken, dat de literatuur niet op
de achtergrond raakt tussen de vele
politieke en wetenschappelijke be
schouwingen. Wat ons betreft mogen
de binnen- en buitenlandse kroniek
achterwege blijven: ze zijn altijd
weer mosterd na de maaltijd.
WILLEM v. d. VELDEN
In Het cultureel centrum De Beyerd te Breda wordt momenteel een
wereldfototentoonstelling gehouden. Zij is zó interessant (plm. 500
foto's met de mens als middelpunt) dat wij niet kunnen nalaten er
nogmaals twee op elkaar corresponderende foto's van te plaatsen.