4 mmran. De hamer van de arme visser Kinder griep Linkse demonstratie tegen komst atoomonderseeboot Om rheumatische pijnen sneller te verlichten In Japanse haven Sasebo IEA-klanten eten er goed van en leven goedkoper! LEVENSMIDDELEN Morganatisch huwelijk van Griekse prins ACHT MAN BIJ SCHIPBREUK VERDRONKEN SNEEUW VERDWAALD Die Jantje Rian en Elsje Sneeuwpret IJSPRET WERELD DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 3 FEBRUARI 1965 Hangerig Machinist reed door. én "renterijk" sparen!.. KINDERTABLETTEN Russische generaal VN-conventie stelt oorlogsmisdaden Duitsers strafbaar DOOR Walter Breedveld BOONTJE BLIK I II SASEBO Ongeveer honderd links georiënteerde Japanners hebben dinsdag in vier vissersvaartuigen in de haven van Sasebo in Japan geprotesteerd te gen de aankomst van de Amerikaanse atoomonderzeebooot „Seadragon". Het is het tweede bezoek dat de Seadragon tn drie maanden aan Japan brengt. Een woordvoerder van de Amerikaan se marinebasis ter plaatse zei, dat de betoging zeer gematigd was vergeleken bij de vorige. De 95 officieren en man schappen van de atoomonderzeeërs zul len in Sasebo aan land mogen, hoewel (Advertentie) socialisten en communisten hebben ge dreigd met betogingen in het winkel- en vermaakcentrum van de stad. Toen de ..Seadragon" afmeerde rie pen vijfhonderd betogers anti-Ameri kaanse leuzen. Door de stad zelf reden luidsprekerauto's van rechtse Japanners die de Amerikanen welkom heetten. Om aan eventuele ongeregeldheden het hoofd te bieden zijn uit omliggende gemeenten 2200 politieagenten in Sasebo geconcentreerd. In november van het vorig jaar werd tegen het bezoek van de Seadragon aan Sasebo door 3000 Japanners gedemon streerd. i Advertenties) rLTLTU-LTLTI Bij uw IFA-kruidenier: Kwallteits-Ievensmiddelen j"U~Ln voorde laagst mogelijke prijzen. Spaar met uw IFA-zegels en/of Florijnen voor een IFA-SPAARCERTIFICAAT... Snel aanzienlijke be dragen met een hoge rente „op de koop toe". Vraag de speciale folder! Niet lekker? Een pijntje? Haal op tijd de dokter en geef gauw een paar verantwoorde, pret tige Sinaspril zuigtabletjes. Verantwoord: dank zij de. voorzichtige, speciale kinder dosering. Sinaspril bevat bo vendien een stof die de gevoeli ge kindermaag beschermt. Prettig: frisse limonadesmaak - een oranje Sinasprilletje gaat er zonder mokken in en helpt dan snel. UTRECHT Enkele tientallen trein reizigers. die op het station in Culemborg op verbinding naar Den Bosch stonden te wachten, zijn ruim een uur later dan zij dachten thuis gekomen. Oorzaak: De trein, die op weg was van Utrecht naar Den Bosch en in Culemborg had moeten stoppen, reed het station zonder meer voorbij. De machinist van de trein was even de kluts kwijt. Later is de omissie ontdekt en er zijn maatregelen ten gunste van de reizigers getroffen. MOSKOU Duitse oorlogsmisdadi gers zijn strafbaar krachtens de conven tie van de Verenigde Naties en niet krachtens het Westduitse strafrecht. Dit staat in een door generaal Viktorov ge schreven artikel in het Russische leger- blad „Rode Ster". De bestraffing van nazi-misdadigers is niet een aangele genheid voor de bondsrepubliek alleen. Zij zijn niet strafbaar krachtens het Duitse wetboek van strafrecht, dat nog uit 1871 dateert, maar op grond van na oorlogse geallieerde overeenkomsten die in de conventie van de verenigde naties, in 1954 door West-Duitsland aanvaard, zijn neergelegd, aldus generaal Vikto rov. ATHENE De 26-jarige prins Michael van Griekenland, neef van koning Kon- stantijn, treedt zondag in Athene in het huwelijk met de 25-jarige Marina Karei- la, dochter van een textielindustrieel. Koning Konstantijn zal bij het huwelijk van zijn neef in de kapel van het zomer paleis in Tatoi getuige zijn. Het zal worden ingezegend door archimandriet Ierobymos Kotzonis, in tegenwoordigheid van enkele genodigden, onder wie de premier. Prins Michael is een talentvol kunst schilder en theaterontwerper. Vóór de huwelijksvoltrekking zullen drie recepties worden gegeven voor vrienden van het paar. Door het huwelijk met Marina zal Michael zijn rechten op de Griekse troon verliezen. Het paar zal zich in Athene vestigen. RED BAND- ROOSENDAAL KITAKIOESJOE Dinsdag vroeg is in de oost-Chinese zee de Japanse vis sersboot „Maroefoekoe Maroe" ge zonken. Acht van de 33 bemanningsleden worden vermist en zijn vermoedelijk verdronken, aldus het Japanse veilig heidsbureau voor de scheepvaart. Volgens de berichten kapseisde en zonk het schip op ruim 300 kilometer ten westen van het eiland Jakoesjima. Andere vissersboten in de omgeving konden 25 bemanningsleden oppikken en namen deel aan de speurtocht naar de vermiste opvarenden. (Advertentie) Wonderbalsem, buitengewoon afdoend ter verlichting van zenuwpijnen, spierpijn, spit, verstuikingen, stijve nek en ledematen. Niets werkt sneller, niets werkt aan genamer ter verlichting van pijn dan Algesal-balsem. Als enige middel, dat een speciale emulsie van een nieuwe werkzame stof met hoog doordrin gingsvermogen bevat (U.S. Patent N" 2596674), dringt Algesal diep door in het weefsel tot in de haard van de pijn, waar een onmiddellijke verlichting ont staat, zonder een oppervlakkige warmte- sensatie of irritatie van de huid te veroorzaken. Overtuigt U proefondervindelijk van dit buitengewone doordringingsvermo gen zodra U Algesal uitwrijft, zult U merken, dat deze actieve balsem vrijwel onmiddellijk in de poriën verdwijnt en z'n pijnstillende werking het weefsel en de spieren tot in de gewrichten door straalt". Rheumatische pijnen en stijf heid maken spoedig plaats voor een du rend gevoelvan verlichtingen welbehagen. Wacht niet tot de pijn uitbreekt I Zorg dat U thuis altijd een tube Algesal bij de hand hebt om zodra het nodig is de pijn te verlichten. A Inocal Verkrijgbaar bij my vuCII alle drogisten. „Zeg het maar, ik zal het alleen aan je moeder vertellen". Friedje keek Harrie aan, die van het gefluis ter voldoende had verstaan om te begrijpen waar het over ging. Met een vaderlijk knikje gaf hij toestem- i JTlrl§- ..We gaan vandaag naar Aken", fluisterde Friedje. „Daar blijven we maar een nacht. Morgen reizen we door naar Rome". Godefrieda sloeg naar. handen ineen van verbazing. 1 "G, kinderen, wat zijn jullie geluk- i kige mensen", verzuchtte ze. i HHEGEN zeven uur reed de auto voor 0fn..de jonggehuwden naar het hengen. Friedje zag «fe« ,1?* in r grijs mantelpakje, I ^rime.4Cape voor zondagen droeg V»n Sr arm- Frieda en moeder .j*ensene schreiden bij het af- 1 fhk ?ntnejnen:/1J werden onmiddel- 1 SE. idf orde §er°epen !oor de hars-vrolijke stem van de adjudant, die vroeg of ze huilden van verdriet 28 ?r10ï 0p vakantie moch- t?£ mf/1 Nader Toon trok zenuwach- ie dat Godefriedus' lippen ook trilden onder zijn baard kon je niet zien. „Stuur vlug een ansichtkaart dan weten we waar jullie zijn", riep Frie da luid. De jongens mochten het ge heim dat Godefrieda haar had toe gefluisterd nog niet kennen. Een over- WNJ maatregel, zij had het geheim het diepste vertrouwen met Toon gedeeld en deze had het onder be lofte van strikte stilzwijgendheid aan de jongens doorgegeven. Geen ver brak de belofte, het geheim had hun sprakeloos gemaakt. Rome het was een sensatie van de eerste rang- Mis schien zouden ze de paus zien. de hartewens van alle jonggehuwden uit de hogere standen. Friedje bedankte vader en moeder en grootmoeder voor al hetgeen dezen voor haar had den gedaan. Toen ze Godefrieda kus te kon ze zich even niet goed hou- pen;. heh u enorm veel te dan ken fluisterde zij haar toe. ,,U hebt ï}faJ0V4Orn?d",' »'Ik wens jullie het allerbeste toe", zei Godefrieda met een kalme glimlach. „Goede reis en prettige vakantie". ..Als we terug SJiii kom ik vlu2 met je moeder en opa een dag op bezoek. Als het weer goed is kunnen we door het mastbos naar Cromvoirt wande len. Dat is maar een flinke voetstap van jullie huis vandaan." Het feest ging niet als een nacht kaars uit toen de jongelui vertrok ken waren De aJjudant, die zich de hele dag tot deftig zijn had ge dwongen. hing zijn jacquet over een stoelleuning; hij wilde meer bewe gingsvrijheid hebben bij het zingen van het volkslied van Nuland Geffen. Een potpourri van hoerenliedjes met een aantal deunen erin die hijzelf had gemaakt Dat de woorden door de luifelsnor niet goed waren te ver staan, was zo erg niet. Zijn weemoe dig galmende stem en zijn komische voordrachten maakten alles goed. Hij bracht ook anderen op gang en zo werd de avond toch een gezellig feest. Het was bijna middernacht toen de adjudant in een huurauto werd ge holpen. Hij was behoorlijk teut. het geen niets te betekenen had; hij was nu gepensioneerd en kon zo lang uit slapen als hij zelf wilde. GODEFRIEDA kon niet goed in slaap komen. Dat speet haar niet, ze lag heel rustig in bed en 't was prettig de stoet fantasiebeelden aan haar geest te laten voorbijgaan. In gedachten zag zij het mooie witte bruidje en de slanke bruidegom naar het altaar schrijden, en dan in her inneringsbeelden haar eigen bruids dag. Jan Griniau in zijn fraai nieuw kostuum met de hooggesloten kraag en de smalle pantalon. Hij was heel knap en apart, maar waar behoorde hij bij? Harrie van Rensene droeg het jacquet van de stadse meneer, hij was van top tot teen geklasseerd. Evenalg Friedje had ook zij op haar trouwdag afscheid genomen van het boerenleven. Niet volledig, de band met het land was niet helemaal ver broken, niet in het daagse leven en niet in haar diepste wezen. Met Fried je was dat wel het geval, dat was eigenlijk altijd zo geweest. Ofschoon het meisje meegeholpen had op de boerderij, was zij van jongsafaan een stadskind geweest, dat op een boeren hoeve werd grootgebracht. Friedje zou er zelfs niet aan denken kippen en konijnen te houden, waar ze toch ruimte genoeg voor had achter het huis. Heb ik er aan meegewerkt dat het zo is gegaan? vroeg Godefrieda zich af. En als dat zo is waarom heb ik dat dan gedaan? Dan zag ze de adjudant met zijn vrolijk stekende ogen en zijn gewel dige snor Hij zag eruit als een vette zeehond in een circus, die ze in een slechtpassend jacquet hadden geperst. Tijdens het diner toen Friedje plot seling iets had gezegd over groot vader Griniau, had ze vlug naar de adjudant gekeken; hij had de op merking niet gehoord of gedaan als of, in ieder geval had hij er niet op gereageerd. Een keer slechts, toen hij met zijn vrouw kwam kennisma ken. had hij iets over Jan Griniau gezegd, daarna nooit meer. Dat kort gesprek zou ze niet gauw vergeten. Ze had het zelf uitgelokt toen ze in de voorhof onder de kersebomen ston den. ,,Ik heb van Harrie gehoord dat u, J voordat u een vaste aanstelling kreeg J in Nuland Geffen, geruime tijd bij de rijksveldwacht in West-Brabant bent geweest." Hij keek haar aan met de "aai aoil niet UC vorsende blik van de politieman. Toen ------- «t- HL/ixncujtfu. iuen hij bevestigend knikte en naar de Dommel wandelde, liep ze met hem mee. Daar vlak bij het water zei hij met zachte donkere stem: „Ja, ik heb lange jaren in West-Brabant ge staan. Wilt u daar iets over vra gen?" Ze knikte. De# zaak Jan Gri niau heb s van A tot Z mee onder zocht" zei hij dan. „Menselijke fouten tijdens de kermis van een charman te vrijbuiter, een knappe levenslusti ge vrouw en een half infantiele bie- tenboer. Wat zul je er van zeggen? In die dagen was je als politieman niet erg geïnteresseerd voor de men- t selijke kant van het drama. Een man f was met een bietenmes ernstig ge- r wond; dat moest uitgezocht en be- straft worden." Donny Carle Geertruciuslaan 2 Prinsenbeek Vanmorgen vroeg stond ik al op. O, jongens wat een strop. Ik kon niets zien door de ruiten, maar opeens lachte ik tranen met tuiten. Zeg moeder maak vlug m'n boterham, ik wil naar buiten, zo vlug als net kan. Roept u mij over een kwartier. Want de school staat nogal ver van hiér. Och, moeder mag ik met de slee? Ik breng hem om twaalf uur echt wel mee. Op weg naar school, maken we veel jool. Op de speelplaats gingen we sleeën. En we hadden nog honderden ideeën 's Middags gingen we langzaam naar huis Na een kwartiertje waren we pas thuis. Hamieke Klaverdijk, 11 jaar Van Voorst tot Voorststraat 20 Carine Laene, 10 jaar Kievitstraat 62a Breda Er waren eens drie kinderen, Jan, Joke en Petronella. Jan was elf, Joke negen en Petronella drie jaar. Moe- dep was aan de grote schoonmaak bezig en zei, tegen de kinderen, dat ze maar in het bos moesten gaan wandelen. De kinderen vonden het fijn, maar moeder zei, ga niet te ver, an ders verdwaal je, en neem Petronella ook maar mee. Ja ma, zeiden ze, en gingen weg. Kom zei Jan, we gaan bloemen plukken. En ze liepen steeds maar verder tot ze een half uur ge plukt hadden. Ze mochten Petronella op want die ging stiekem achter een boom staan. Ze wilden toen teruggaan. Maar ze konden de weg niet meer terugvinden. Petronella begon te hui len en Joke was ook bang want het was al donker en bijna half zeven. Jan zei, je moet niet bang zijn Jo ke, ik weet zeker dat we gemakkelijk gezond thuiskomen. Maar Jan werd ook bang want ze hadden nu al bijna een uur rondgedwaald. Maar vader die allang thuis was werd enstig on gerust. Hij dacht, waar zullen die kin deren toch blijven. Ik ga ze zoeken, zei hij tot zijn vrouw. Hij trok zijn das en jas aan en ging weg. Hij had overal gezocht maar nergens gevonden. Tot hij eindelijk bijna drie uur had gezocht. Ze lagen alle drie lekker te slapen. Geen wonder ook. Het was rond half tien. Hij maakte ze wak ker en droeg Petronella op zijn arm naar huis. Petronella mocht de bloe men aan mamma geven. Ze gingen eten en naar bed. Toen ze in bed lagen sliepen ze ineens in en sliepen als marmotten. Marijke Bakx. Pastoor Kercerstraat 19 Welberg Steenbergen (11 jaar) Op een heuvelachtig eiland in de noordelijke zee, leefde eens een arme visser. Elke dag trok hü erop uit in zijn boot. Het was maar een roeiboot en daarom moest de visser dicht on der de kust blijven. ,,Ach, kon ik toch maar eens de wijde zee op," dacht de arme visser. „Daar in de wyde zee zwemmen de grootste vissen. Hier dicht onder de kust zal ik nooit van mijn leven één goede vangst hebben". Om op de wijde zee te kunnen varen zou de visser een mast moeten hebben. Een mast van slank en sterk en buig zaam hout, waaraan een zeil zou kun nen hangen. Op het eiland groeiden geen bomen waar je een mast van kunt maken. Hout was er schaars. Wie hout nodig had moest het met een vrachtboot laten komen en dat kostte veel geld. De arme visser zou nooit een mast kunnen betalen. „Hoe zou ik aan hout kunnen ko men," peinsde de visser. Hij had geen stukje hout in zijn hele huis. Zijn hut was gebouwd van opgestapelde ruwe stenen. Het dak was van riet, zijn tafel van steen, zijn stoel van gevloch ten twijgen en zij ei bed bestond uit schapevellen die op de kale grond waren gelegd Het enige stuk hout dat de visser bezat was de steel van zijn hamer. De visser was arm en het eiland was arm. Maar toch bezat dat eiland iets dat je lang niet. overal zult vin den. Binnen in de ruigste van alle heu vels woonde een vriendelijk kabouter- volkje- Dat wist de visser. Op een avond kwam hij thuis zonder één vis gevangen te hebben. Hij was zó verdrietig dat hij besloot naar de kabouters te gaap. Hij nam zijn hamer en ging ermee op weg naar de heu- veis. De zon was al bijna ondergegaan toen hij aankwam bij de ruige heuvel die de woonplaats van de kabouters in zijn binnenste verborg. De visser trok een pol hei uit de grond en woelde de aarde los. Toen stootte hij op een rotsbodem. Maar met zijn hamer sloeg hij brokken uit de rots. Met zijn handen wrikte hij dam de stenen. Dieper en dieper werd het gat, totdat de arm van de visser er bijna helemaal in verdween. Eindelijk was hij door de wand van de heuvel heen en toen hij zijn arm terugtrok kon hij naar binnen kijken in de onder aardse woning van de kabouters. Drie kleine kereltjes waren er druk aan het werk. De een smeedde ijzer, de ander zilver en de derde goud. „Brave kabouters," riep de arme visser," maak voor mij een mast van deze hamersteel", en hij liet de hamer door het gat naar beneden vallen. De visser keek gauw weer naar binnen om te zien wat er ging gebeuren. De drie kabouters bogen zich over de hamer. Zij staken de hoofden bij elkaar. „Dat is een moeilijke opdracht hoor," zei de een. ,,Een bijzonder moeilijke opdracht," zei de ander. ,,Een al te moeilijke opdracht", zei de derde. „Hoe kun je nu van een ha mersteel een mast maken!" „Ik wil het toch proberen," zei de ijzersmid. Hij ging aan het werk. Hij kloofde het hout, hij klopte en sloeg erop, hij smeedde ijzer en klonk het om het hout heen. Hij werkte en zwoegde en zijn vuur laaide hoog op. Het leek wel uren te duren. Maar toen viel het hout in stukjes op de grond. „Ik geef het op, ik kan niet meer," zei de ijzersmid. Moedeloos ging hij in een hoekje zitten en hij liet zijn vuur uitgaan. „Nu zal ik het eens proberen," zei de zilversmid. Hij ging aan het werk. Hij smolt zijn zilver en maakte er draden van. Met de draden reeg hij de stukjes hout weer aan elkaar. Hij werkte en zwoegde. Het leek wel uren te duren. Maar toen viel het hout in stukjes op de grond- „Ik geef het op, ik kan niet meer," zei de zilversmid. Moedeloos ging hij in een hoekje zit ten en zijn zilver stolde weer. „Nu zal ik het eens proberen," zei de goudsmid. Maar het goud waarmee hij ging werken glansde en glom zo fel dat de arme visser, die nog altijd voor het gat lag te kijken, de ogen sluiten moest.Hij viel in slaap. De volgende morgen stond de zon hoog aan de hemel toen de visser wakker werd. Hij lag onder aan de ruige heuvel. Van een gat was geen spoor te bekennen en hij kon niet eens de plek terugvinden waar hij een pol hei uit de grond had getrokken. Mismoedig ging de visser naar huis. Hij had geen mast, maar hij had nu ook geen hamer meer. Terwijl hij van de heuvels afdaalde zag hij in de verte zijn hutje liggen. Wat stak daar boven het dak uit??? De visser begon zo hard te lopen als zijn benen maar konden. „Een mast! Een mast!!" juichte hij. Vlak voor de deur stond een mast tegen de hut geleund, een prachtige lange, sterke en toch buigzame mast En op de drempel lag een splinternieu we hamer. De visser bracht de mast naar de boot. Vrolijk klonken zijn hamerslagen en iedere slag was raak. In een ogen blik stond de ranke mast rechtop in de wind. Toen naaide de arme visser al zijn schapevellen aan elkaar en maakte er een zeil van. Ach, die eerste keer dat hij uitvoer met zijn trotse vaartuigje! En die eer ste keer dat hij thuiskwam! Nog nooit had hij zoveel en zulke grote vissen bij elkaar gezien! Die nacht sliep hij op de kale grond want de schapevellen hingen aan de mast. Maar als hij op rozen gelegen had, kon hij niet heerlijker geslapen hebben. Al gauw was de visser geen arme visser meer. Aan de mast hing een echt zeil. Voortaan sliep hij in een echt houten bed, zat op een houten stoel aan een houten tafel. Maar hy kocht geen andere boot. Want méér vis dan hij kon bergen in het bootje met de trotse mast, had hij niet nodig om gelukkig te zijn. An Mac Gillavry „Jantje". Ja hier ben ik al. „Ga je mee naar de slager?" „Ja, hier ben ik al". „Maar Jantje, van wie heb je dat geleerd". „Ja hier ben ik al". .Schei er mee uit Jantje'.' „Ja hier ben ik al". „Maar Jantje, er zit vast iets dwars bij jou, ik zal met jou eens naar de dokter gaan". „Ja hier hen ik al." „Doe je jas maar aan". „Ja hier ben ik al". Ze gingen naar de dokter. Toen ze bij de dokter waren vroeg moeder „Dok ter hebt u iets voor onze Jan, als ik wat tegen hem zeg zegt hij „Ja hier ben ik al". Kunt u een drankje geven of zo?" Nee, mevrouw, geen drankje maar wel pillen". „Oh, dat is ook goed dokter". „Als het niet helpt dan heb ik er niets meer voor hoor mevrouw. Het is te hopen dat het helpt. Jantje neem gauw een pil in." Hij nam de pil in. Ze waren thuis gekomen. Jantje moest voor moeder naar de slager. Hij was er geweest en zei tegen moeder: „Ik heb een kluif voor Loekie". „Maar Jan, je kan weer praten". „Jazeker mama". Wat was moeder blij. En Jan ook. Ze gingen het tegen de buren zeggen en ze leefden nog lang en gelukkig. Paula Weterings Gouwstraat 15, Teteringen (N.B.) 10 jaar. Elly Srokowski Geertruciuslaan 2 Prinsenbeek Boontje Blik had de hik Slik, slik, slik. Hij liep gauw naar dokter Blauw, Au, au, au. Boontje kreeg daar in een hoekje, twee, drie tikjes op zijn broekje. Toch was Boontje Blik heel blij, want de hik was weer voorbij. José Mertens Sint Jacobstraat 3, Galder Het sneeuwde heel veel. De kinderen lagen op bed. Moeder riep ze de vol gende morgen. Ha, zei kleine Kees. Ze gingen zich wassen, aankleden en eten. Toen gingen ze gauw buiten spe len in de sneeuw rollen. Marietje kwam naar buiten en recht een sneeuwbal in haar gezicht, ze gooide er een terug. Vader kwam ook naar buiten. Hij kreeg er ook een in z'n gezicht. Ze moesten allemaal lachen, vader lachte ook mee. Maar toen moesten ze gauw naar school. De pret was afgelopen. Ellie Bakx, 12 jaar Pastoorkerkstraat 19 Welberg - Steenbergen Bernadette woonde in een heel afge legen huisje. Dat midden in het bos op de hei stond. Ze hadden twee kin deren Wimpie en zij. Haar broertje was nog maar elf jaar. Ze zelf was al 13 jaar. Toen zij in de winter een keer 's morgens opstond zag zij, dat de ijsbloemen weer op de ruiten za ten. Want het had nu al vijf nachten zo gevroren. Daarom was zij heel blij. Ze dacht, nu kunnen we vast al gaan schaatsen. Vlug ging ze zich aankle den en ging eten. Toen zij gegeten had ging ze haar vriendinnetjes Els en Margot opbellen. Zij hadden d'r eigen ook al aangekleed. Bernadette zei. „Ik kom meteen met m'n schaat sen en dan gaan we op een sloot schaatsen." „Goed" zeiden Els en Mar got. Een kwartiertje later stond ze bij Els en Margot aan de deur. Vlug gingen ze op weg. Opeens riepen ze alle drie tegelijk: „Daar. een groot ondergelopen weiland". Vlug gingen ze op een holletje er naar toe en bonden hun schaatsen vast. Boem, daar lag Margot op het ijs. Vlak daarna ging het weer boem. en zo wel vijf keer achter elkaar. Vlug was het al twaalf uur. Tijd om naar huis te gaan. 's Mid dags schaatste ze nog lekker. En droomde van de heerlijke nacht. Bernadette v. Rooy Laan v. Rassighem 22 Breda (10 jaar). Er was eens een aardig meisje dat Rian heette. Ze had veel vriendinnetjes, met wie ze haast elke dag speelde. Za terdag was ze jarig en ze gaf een feestje waar een paar meisjes voor waren uit genodigd. Ze brachten allemaal een leuk cadeautje mee, waar Rian erg blij mee was. Op school had ze getrakteerd en de kinderen van haar klas hadden voor haar gezongen. Het was een leuke dag geweest en 's avonds kon ze haast niet slapen. Een paar dagen later kreeg ze een klein zusje bij, wat was dat een feest! Ze noemden het zusje Elsje. Elsje werd groter, ze was nu bijna vijf jaar en zat op de kleuterschool. Op een dag, toen Elsje de weg voor hun huis overstak, keek ze niet goed uit en opeens lag ze onder een auto! Elsje werd direct naar het ziekenhuis ge bracht. Het was gelukkig niet ernstig en Elsje werd gauw beter. En Rian was heel blij, dat het zo goed was afgelopen. Marjolijn Pauwels, 9 jaar Franklin Rooscveltlaan 90 Breda (Noord-Brabant) Wil een meisje (r.-k.) van 9 of 10 jr. met mij corresponderen? Marianne Verdiesen (6 jaar) Epelenberg 70 Breda Clasien de Bruyn Oranjestraat 86 Gilze 3pj33>J3^UJQ Het papier schrijft op de balpen. De brief brengt de post De krant staat in de letters De bloempot staat in de bloemen De kast staat in de pannen De tuin staat in de groenten De stoel zit op opa De kachel zit in de kolen Het plafond hangt aan de lamp Het glas zit in het bier De balpen zit in de stift Het huis is in de keuken De televisie is in duel De muur hangt aan het schilderij De kooi zit in de kanarie. Zelf verzonnen door: Annie de Wüs, 11 jaar Koning Haakonstraat 4 Moerdijk De asbak ligt in de sigaret De lucht vliegt in de dui£ De eieren leggen kippen De kachel gaat in de kolen De grond valt op de jongen Het bed ligt in de man De muis vangt de kat De krant leest vader De schuur staat in de fiets De weg rijdt op de auto. Annie en Corrie Stadhouders 8 jaar Voorstraat 20 Oosterhout (iS'.-Br.)

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1965 | | pagina 9