LIDWIEN
heel boek
maakt een
vol versjes
Trad politie onheus op
in woonwagenkamp?
aiivm
De clown
Snelle verlichting van pijn
in spieren en gewrichten
De twee slimme kabouters
Kroestjev als
splijtzwam
Brand vernielt
Japans dorp
Y.S. blijven de
ex-nazi s op de
hielen zitten
DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 13 JANUARI 1965
Stichting vraagt
om onderzoek
Dc Pravda:
In de VN.:
Wanbetalers
zuiveren hun
schuld aan
jongen overleeft
val
van
de
Golden Gate
DOOR
Walter Breedveld
De verjaardag
De sneeuwman
FEEST IN HET BOS
OMGEKEERDE
De grappenmaker
UTRECHT De stichting „Katholiek
VVoonvvagenwerk Utrecht-de Bilt" heeft
op verzoek van een aantal bewoners van
het woonwagenkamp in De Bilt, een on
derzoek ingesteld naar het optreden van
de rijkspolitie die op de avond van 7
januari een inval heeft gedaan in het
kamp in verband met de vermeende
aanwezigheid van vuurwapens en gesto
len goederen.
Volgens de woonwagenbewoners zou
den bij deze inval enkele tientallen rijks
politiemannen en honden betrokken zijn
geweest.
Waar aanleiding van de klachten van
de woonwagenbewoners heeft mr. L. J.
H. de Vink de juridisch adviseur van
de stichting, medegedeeld dat de stich
ting bij het onderzoek naar de wijze
waarop hét politioneel optréden ge
schiedde, bewoners van het kamp heeft
gehoord en de door de huiszoeking aan
gerichte schade heeft opgenomen. Daar
bij zijn tot dusverre al feiten naar vo
ren gekomen, die de stichting aanlei
ding geven tot een ernstig protest
In dit verband noemde mr. de Vink
het bijvoorbeeld „bar" dat de voor
schriften tot het houden van huiszoe
king zijn verwaarloosd: de met de
leiding belaste politiecommandant
MOSKOU In het Russische partij
blad „Pravda" zijn opnieuw beschuldi
gingen geuit aan het adres van expre-
mier Kroestjev.
In een artikel werd kritiek geleverd
op de splitsing van de communistische
partij in een agrarische en een indus
triële afdeling, hetgeen op bevel van
Kroestjev geschiedde. Ook werd de ex-
premier verweten dat hij de partij op
foutieve wijze had georganiseerd.
„De Russische gemeenschap had „drin
gend behoefte" aan reorganisatie van
bovenaf van de 12.000.000 leden tellende
partij", aldus de „Pravda". „Maar
onnodige drukte, haast en de zucht
naar ongerechtvaardigde reorganisaties
zijn strijdig met de partijbeginselen",
zo werd er aan toegevoegd. De „Prav
da" schreef dat reeds is besloten om
de splitsing van de partij die in 1962
plaatsvond, ongedaan te maken.
heeft zich niet bekend gemaakt, er is
de woonwagenbewoners geen bevel
tot huiszoeking getoond, men heeft niet
gevraagd of men binnen mocht komen
en afgesloten laden zijn zonder meer
opengebroken.
De bewoners lijken te zijn behandeld
als waren zij buiten de wet gesteld, al
dus mr. de Vink, die hieraan toevoegde
dat de groeiende betere verhouding tus
sen de woonwagenbewoners en de bur
gerij waarvoor o.a. de stichting al
tijd heeft geijverd onnodig en ernstig
is geschaad. Naar aanleiding daarvan
zal het stichtingsbestuur zich verstaan
met de commandant van de rijkspolitie,
onder wiens leiding de actie is gebeurd.
De stichting zal haar rapport over de
feiten voorleggen aan de officier van
Justitie in het arrondissement Utrecht,
mr. W. H. Overbeek. Mr. Overbeek heeft
het stichtingsbestuur al toegezegd, dat
hij volledige medewerking zal verlenen
aan het onderzoek naar de gegrondheid
van de klachten. Indien hem mocht blij
ken dat er sprake is geweest van een
onjuist optreden van de rijkspolitie zal
hij dienovereenkomstig maatregelen ne
men. De stichting streeft ernaar de
schade en de geschonden goede verhou
dingen in overleg met de officier van
Justitie te herstellen.
NEW YORK In New York is mee
gedeeld dat de Sovjet-Unie en vier an
dere communistische leden van de V.N.
in alle stilte geld aan de volkerenorga
nisatie hebben overgemaakt. Alleen Bul
garije evenwel betaalde genoeg om zijn
stemrecht in de assemblée te behouden.
Nationalistisch-China betaalde bijna
vijf miljoen dollar, genoeg om niet ge
troffen te kunnen worden door artikel
19 van het Handvest, dat bepaalt dat
de leden-staten die twee jaar op hun
contributie achter zijn, het stemrecht in
de assemblée verliezen.
Volgens V.N.-functionarissen betaalde
de Sovjet-Unie, die een schuld heeft van
om en nabij de 62 miljoen dollar,
1.335.790 dollar van haar geregelde be
grotingsaanslag. De twee Sovjet-repu
blieken die afzonderlijk in de V.N. zit
ten. Oekraine en Wit-Rusland betaalden
226.300 en 55.200 dollar. Hongarije en
Bulgarije betaalden 425.000 en 130.216
dollar. Geen der communistische leden-
staten betaalde voor V.N.-vredesmissies,
die volgens Moskou illegaal zijn.
(Advertentie)
Zekerheid met een OLVEH Perfecte Groei-polis.
SAN FRANCISCO Een zestienjari
ge jongen is van het midden van de
Golden Gate-brug in San Francisco in
het water gevallen maar daar nog le
vend uit gehaald.
Na in een ziekenhuis het bewustzjjn
te hebben herkregen, vertelde de jon
gen dat hij zich niet herinnerde hoe hij
van de brug in het water was geraakt.
Hij viel 67 meter. Van alle personen
die ooit van de Golden Gate gevallen
of gesprongen zijn, heeft tot nu toe
maar één de val overleefd: de 22-ja-
rige Cornelia van Ierland, die er in
september 1941 vanaf sprong.
Artsen in het ziekenhuis waar de jon
gen, Tom Tawzer, wordt verpleegd zei
den dat zijn toestand „op het ogenblik"
niet als „kritiek" kon worden beschouwd.
Zij voegden hieraan toe dat hij een ge
broken sleutelbeen en niet nader om
schreven inwendig letsel had opgelopen.
(Advertentie)
TOKIO Meer dan tweeduizend per
sonen zijn dakloos geworden door een
hevige brand, die naar schatting 500
woningen, bijna de helft van het totale
aantal van Mot-Machi op het Japanse
eiland Osjima, in de as legde. Osjima
ligt ongeveer honderd km ten zuiden
van Tokio. Dinsdagochtend vlogen Ja
panse vliegtuigen met reddingsploegen
en hulpgoederen over de smeulende ruï
nes. Er is geen melding gemaakt van
doden of gewonden, maar honderden
mensen zoeken in de puinhopen naar de
resten van hun bezittingen. Ook ver
scheidene grote kantoren zijn in vlam
men opgegaan.
met de wonderbalsem, die doordringt
tot diep in de haard van de pijn.
Niets werkt sneller, niets werkt aan
genamer ter verlichting van pijn
dan Algesal-balsent. Als enige middel,
dat een speciale emulsie van een nieuwe
werkzame stof met hoog doordrin-
ingsvermogen bevat (U.S. Patent N°
596674), dringt Algesal diep door in
het weefsel tot in de haard van de pijn,
waar een onmiddellijke verlichting ont
staat, zonder een oppervlakkige warmte-
sensatie of irritatie van de huid te
veroorzaken.
Overtuigt U proefondervindelijk van
dit buitengewone doordringingsvermo
gen zodra U Algesal uitwrijft, zult U
merken, dat deze actieve balsem vrijwel
onmiddellijk in de poriën verdwijnt en
z'n pijnstillende werking het weefsel en
de spieren tot in de gewrichten door
straalt". Rheumatische pijnen en stijf
heid maken spoedig plaats voor een du-
rendgevoel vanverlichtingen welbehagen.
Wacht niet tot de pijn uitbreektZorg
dat U thuis altijd een tube Algesal bij
de hand hebt om zodra het nodig is de
pijn te verlichten.
A Inacal Verkrijgbaar bij
vrOCI I alle drogisten.
WASHINGTON Het Amerikaanse
ministerie van Buitenlandse Zaken heeft
de Westduitse bondsrepubliek de ver
zekering gegeven dat de Verenigde Sta
ten de bondsrepubliek zullen blijven hel
pen bij het zoeken naar bewijzen tegen
"bij nazimisdaden betrokken Duitsers.
Het State Department nodigde de Duit
sers uit nog eertste komen snuffelen
in de documenten cfie men met betrék-
king tot het derde rijk nog in Wash
ington heeft.
Het ministerie spreekt voorts het ver
trouwen uit dat de Westduitse regering
zich zal realiseren dat het Amerikaan
se volk vreest dat de voorgenomen ver
jaringstermijn van strafbaarheid van
oorlogsmisdaden, in mei van dit jaar,
de vervolging van op het ogenblik nog
niet ontmaskerde nazi-misdadigers zal
verhinderen. Volgens het State Depart
ment heeft Amerika ruim tachig pro-
cen van de Duitse documenten die in
zijn bezit waren, teruggegeven.
Overigens was ze wel een aardig
kind, de lieveling van de zusters op
school omdat ze goed leerde en om
dat ze, in tegenstelling met de stou
te durverijen thuis, daar zeer goed
in het gareel liep; ze schikte zich
prima naar het strenge schoolregi-
me. Ze was ongelooflijk ijdel. Dat
had ze niet van vreemden, haar moe
der en haar grootmoeder waren het
ook, zij het heel anders. In ieder
glasruitje spiegelde zij zich, ze was
gek op blinkende kralen, die ze in
lange snoeren om haar hals hing, en
op gekleurde linten, die ze om de
haren bond. Het was altijd maar voor
even, alle grote mensen maakten ter
stond een eind aan die sier als ze er
erg in kregen. Maar dan had ze dat
toch weer gehad en ze vond wel weer
iets anders om haar lust tot op
schik te vieren. Lui was ze aller
minst. heel graag zelfs paste ze zich
aan bij de regel van de Dommel-
hoeve dat de kinderen al heel jong
'n handje moesten toesteken. Ze hielp
moeder en grootmoeder bij het kar
nen, haar scherpe ogen vonden de
sprietjes onkruid op de akker veel
vlugger dan opa en voor haar tiende
jaar kon ze al melken. Een feest
was het als ze tijdens de vakantie
met moeder mee mocht met de melk
wagen naar het dorp. Zij mocht bij
de klanten de kan aannemen waar
moeder met de litermaat de melk in
deed uit de grote melkbus. Dan mocht
ze de kan terugbrengen en de centen
in ontvangst nemen. Dat was allemaal
leuk, maar het aardigste was dat
bijna alle mevrouwen zeiden dat ze
zo flink was en zo lief haar moeder
hielp. Bijzonder hartelijk was ze voor
de jongste broertjes, die nog door
het huis waggelden of rondkropen.
Ze nam ze op schoot en zong ze de
liedjes voor die ze op school had ge
leerd. Ze was gek op die kleine hum
meltjes en ze, had er nog alles over
te zeggen.
Mari, de oudste zoon, bleek toen
hij wat groter was geworden een
moeilijker karakter te hebben dan in
zijn prille jeugd was verondersteld.
Ook zijn schranderheid, die veel be-
S loofde voor de toekomst, viel tegen,
althans in die zin at hij op de lagere
school ieder jaar precies met de
hakken over de sloot kon overgaan.
„Ik weet niet wat ik aan hem heb",
zei de onderwijzer. „Dom is hij niet,
maar er zit geen fut in, ik kan er
geen vuur in krijgen. Hij verdroomt
heel zijn tijd, hij zit maar voor zich
uit te staren. Hij schrikt zich een
aap als ik hem plotseling iets vraag
en dan zégt hij maar wat een ant
woord waar soms heel de klas om
brult van het lachen. Daarmee ver
stoort hij de orde, ik moet er hem
voor straffen en dat verdraagt hij
heel moeilijk. Hij verweert zich zeer
agressief soms is hij echt brutaal."
„Is hij brutaal?" vroeg Godefrieda,
die het niet goed kon hebben dat van
haar oudste kleinzoon, die aan haar
hing als een klevend veulen, iets
kwaads gezegd werd. Ze begreep het
ook niet. Mari was een knap beleefd
ventje, aanhankelijk, gehoorzaam en
zeker niet lui. Hij had een wat dro
merige aard, minutenlang kon hij
voor zich uit zitten staren naar
dingen, die hij alleen zag. Als je vroeg
wat er te zien was, gaf hij ontwij
kende antwoorden; hij liet niemand
binnen in zijn eigenlijke wezen. Dat
dromen was een familietrek. Gode-
friedus was er mee behept, Marinus
had het vroeger heel erg gehad, en
ook zij zelf liet haar geest nu en dan
graag wat wiegen op haar verbeel
ding Agressief was hij inderdaad ook
wel eens. Zijn vader, die het niet
goed kon hebben dat hij zat te dro
men, sloeg voor de grap wel eens
met de vuist op tafel om hem wak
ker te maken. Meestal lachte hij mee,
maar het viel ook wel een anders
uit Dan stoof hij op en gilde het uit
van drift en woede, wat tot gevolg
had dat hij met rode oren naar bed
werd gestuurd. Ook over andere din
gen kon hij zich erg driftig maken,
kleinigheden meestal: een onbedoel
de trap tegen zijn schenen van een
van de kinderen als ze aan tafel za
ten, of plotseling schelle kreten. Ook
hij kreeg zijn taken aangewezen, die
hij zonder de minste ambitie uitvoer
de. In dat opzicht was er groot ver
schil tussen Friedje en hem. Friedje
speelde moedertje, ze speelde boerin
netje, ze speelde schooltje en soms
de grote dame; heel haar leven tot
dan toe was een voortdurend spel
geweest. Mari deed alles in ernst, zelfs
spelen. Het was echter geen sombere
ernst, hij was vrolijk van aard, nog
echt een kleine jongen en in geen en
kel opzicht vroegrijp „Ja, brutaal",
herhaalde de onderwijzer. „Begrijp
goed hoe ik dat bedoel. Hij zegt geen f
onbehoorlijke dingen, geen onvertogen r
woord komt uit zijn mond. Maar hij l
kijkt me aan of ik hem het grootste
onrecht aan doe als ik hem in de
hoek zet met het gezicht naar de
muur, als hij in plaats van op te let
ten heeft zitten dromen. Of hij zegt,
als een oude boer die wijs wil lijken,
dat ik helemaal niet begrijp hoe zijn
aard is". „Kan hij de leerstof niet
aan?" vroeg Godefrieda. ,,A1S dat
het geval was zou ik hem geen ver
wijten maken. Dan zou ik hem na
schooltijd apart nemen om hem alles
nog eens duidelijk uit te leggen, en
ik zou hem huiswerk laten maken.
Dat doe ik voor andere jongens ook.
Voor Mari is dat niet nodig, hij be
grijpt het wel maar hij let niet op.
Hij doet niet de minste moeite om
de lessen echt te volgen. Dat is on
verdraaglijk. Een onderwijzer mag
toch vergen dat zijn leerlingen aan
dacht aan hem schenken". „Zijn er 1
meer jongens zoals Mari?" vroeg Go- 1
defrieda. De onderwijzer aarzelde i
even voor hij zei: „Er zijn meer moei
lijke jongens, maar geen veroor
zaakt mij zoveel last als Mari. Hij is
geen belhamel, geen onruststoker en
toch heeft hij een slechte invloed op
de klas. Ik wou dat dat anders werd.
Kunt u daar niets aan doen?" Gode- 1
frieda beloofde dat ze Mari er over 1
zou onderhouden. Ze geloofde de on
derwijzer wel en toch kon ze zich niet
goed voorstellen dat de klacht gefun
deerd was. Zij kend$ Mari het best
van allen. De jongen was een goed
opmerker, hij had een vlug begrip
en hij was heel voorzichtig in zijn
oordeel als hij zijn mening moést zeg
gen over dingen, die vrijwel helemaal
nieuw voor hem waren.
Corrie is vandaag jarig. Ze ligt nog
in haar bed. Want het is toch pas zeven
uur. Moeder staat bij haar bed en zegt
tegen Corrie: „Nee, Corrie het is al
acht uur". „Ik kom er al uit".
„Nee Corrie, ik moet je eerst felicite
ren" „O ja, ik ben jarig!" „Hartelijk
gefeliciteerd met je verjaardag. Èn
hier is je cadeautje".
En ze pakte het uit. „Dank je wel ma
ma". „Nu komt vader er aan. „Harte
lijk gefeliciteerd" Ze pakte het cadeau
tje uit. „Een horloge! Dank je papa".
Nou komt de kleine Anke er aan. En
die vraagt: „Hoeveel jaar word jij?"
„Al twee handjes vol". „Hier heb je je
cadeautje" En wat komt er uit? Een
haarband! „Dank je wel hoor Anke".'
„Nu uit bed", zegt moeder, „en aan
kleden". En ze mocht 's avonds heel
laat naar bed.
MIEKE v. d. HEIJDEN
Giraffestraat 9, Breda (10 jaar)
Ik zou graag corresponderen met
een meisje van 10 of 11 jaar.
Op het marktplein wordt een groot
circus van Billie Smart gebouwd. Moe
der koopt 3 kaartjes van de 2e rang.
's Avonds gaan wij naar het circus. Er
komt eerst één clown. Hij heeft een si
gaar in zijn hand. De clown keert de
sigaar telkens om. Op het laatst kwam
er een goochelaar. En het is nog een
gezellige avond geweest
JOZé POPPELIER (9 jaar)
v. Boischotlaan 10 Oosterhout (N.-B.)
Karin Halderen, Sint-Janstraat 10, Oosterhout
Er is weer een grappemaker in ons land
Die is altijd zeer bijdehand.
's Avonds gaat hij vroeg naar bed
Maar 's morgens heeft hij de meeste
pret.
Hij ziet er wel heel aardig uit.
Want het is toch zo'n grote guit.
En zo loopt hij alle dagen,
Iedereen te plagen.
Dit versje is gemaakt do<
SUZAN SIN
Oude Terheydenseweg 124, Breda
Van een bandje met gitaren
Van de club van DWS.
Van de keizerin Soraya,
Van een middeleeuwse tsaar
Aan de muur van Janny's kamer
Daar hangt alles door elkaar.
's Avonds dan gaat Janny slapen
En dat is om zeven uur
Dan gaan alle platen leven
Alle platen aan de muur.
Paulus gaat een tukje maken
In het bed van Janny's pop
En de koning maakt een wandeling
Met zijn gouden kroontje op.
Ons Sneeuwwitje loopt heel deftig
dan met zijne hoogheid mee
Zeven dwergen glijden zomaar
van de muur af naar benee.
En de baby ligt te drinken
uit een jarenoude fles
In het midden van de kamer
Speelt de club van DWS.
Daar loopt keizerin Soraya
Vreeslijk deftig in het zwart
Onder 't bed daar zit 't bandje
De gitaren klinken hard.
Zo gaat iedereen dan leven
Totdat Janny op gaat staan
Want dan kijken ze het meisje
Weer met strakke ogen aan
Ja, ook platen willen leven
Denk jij daar nog wel eens aan
Als je met een grote hamei-
Een spijker in de muur wilt slaan?
Job schrijft een brief
Lieve mammie, hier is Jobje,
Ik kreeg net van oom een dropje
Ik maak het hier heus reuze goed
En ik ben altijd heel erg zoet
's Zondags ga ik naar de kerk
Dan hoeft oom niet naar zijn werk
In de week speel ik met Henk
Die heeft een reuze fijne tank
Met echte soldaten en zo erbij
Lieve mams, net iets voor mij
Ik vind het hier zo vreeslijk fijn
Wanneer zou ik weer thuis moeten zijn?
Is paps al thuis uit Amsterdam?
Doe hem de groeten lieve mam!
Hier is ook een lieve hond
Hij ligt naast me op de grond
Fijn te likken aaii m'n been
Net viel de bloempot op m'n teen
Dat deed die hond natuurlijk weer
Mijn teentje doet nog vreeslijk zeer
Nou, dag hoor mam! Ik hou nu op
De groeten van uw lieve
JOB
Enkele gedichtjes van Lidwien wer
den ook uitgezonden in het Wigwam
programma van de KRO. Het volgende
versje heeft Lidwien enkele maanden
geleden gemaakt:
Aan de muur van Janny's kamer
Aan de muur van Janny's kamer
hangen platen^ groot en klein
Van Sneeuwwitje met de dwergen,
En van koning Boudewijn,
Van Paulus de boskabouter
Van een baby met zijn fles
Betsie v. d. Dungen, 13 jaar,
Burg. van Poppelstraat 8, Gilze.
Er waren eens twee kinderen, die een
sneeuwman aan het maken waren. Toen
de sneeuwman klaar was zei Pietje in
eens: „Zeg Jan, zullen we hem gaan
bekogelen?" „Ja, dat is goed", zei Jan.
En ze gingen hem bekogelen. Piet gooi
de zijn hoed eraf en Jan gooide zijn
neus eraf
Toen kwam er nog een jongen bij en
die heette Bas. Hij vroeg of hij ook
mee mocht doen. „Goed", zei Piet, ,,en
jij Jan?" „Ik vind het ook goed" zei
Jan. En samen waren ze aan het spe
len tot het donker werd. Piet ging naar
huis en Jan was al thuis, want hij
woonde daar waar ze aan het spelen
waren.
BENNIE VERHOEVEN
Kruispad 12, Koewacht (10 jaar)
Op het mos in het bos is een feest
Heel de vriendenschaar is op de been
Want ze- iljn nu niet schuw of bedeesd
Maar^zf willen er heel erg graag heen.
De spreeuw en de mus
Vinden het reuze knus
De uil, het konijn.
Vinden het heel erg fijn.
Salamander en muis
Voelen zich daar echt thuis
De egel, de mol
Vinden het enig dol
Dc pad op een stoel
Vindt het een leuke boel
Ekster speelt voor de jool
Heel gezellig viool.
LIA VERSCHUREN
Steenscdyk 26, Hulst (9 jaar)
De stoel zit op de man
De koffie drinkt de vrouw
Het boek leest het meisje
Het huis woont in de man.
De keuken boent de meid.
De brief brengt de post.
Het bed ligt op de man
De voetbal schopt de jongen weg
Het paard rijdt op de man
De muur hangt aan de foto
RIA HEFFELS
St.-Antoinedijk 2, Oud-Gastei (12 jaar)
Wie wil er met my corresponderen?
Dit is Lidwien Fens, Doornboslaan 120
te Breda. Zij krijgt deze week een ere-
plaatsje in De Kleine Stem. Een ver
diende ereplaats vind ik, want Lidwien
heeft mij 'n heel boekwerk met prach
tige gedichten gestuurd Gedichtjes over
alles en nog wat, over de lente en de
zomer en de winter, en over een paard
je in Klazienaveen, over een konings-
zoontje dat een gouden kroon wil heb
ben, over de klas van jufrrouw Dribbel
been die niets leert, over Luilekkerland
over bloemen en dieren, reuzen en dwer
gen, over engeltjes en circusclowns, bij
na teveel om op te noemen. Lidwien
schrijft al heel lang versjes. Samen met
haar vader heeft ze ze in een groot boek
geschreven. Netjes met de datum erbij
en met haar leeftijd, zodat iedereen
kan zien hoe oud Lidwien was toen ze
de versjes maakte Het is 'n heel mooi
boek geworden en' bij elk versje staat
een leuke tekening. De eerste gedichtjes
in het boek heeft het Bredase meisje
gemaakt toen ze elf was, zoals het vol
gende versje:
De klas van juffrouw Dribbelbeen
De klas van juffrouw Dribbelbeen,
nou, zo een klas is er niet één
De juffrouw wil proberen
de kinderen wat te leren
Maar die zijn vreselijk brutaal
tot de kleinste toe, ja, allemaal!
De juf maakt zich maar druk
maar ze houden voet bij stuk
De kinderen zijn ook vreselijk dom
niet één ervan, die kent een som.
Dan roept er centje heel erg hard:
„Zeg Dribbelbeen, je neus is zwart".
De juffrouw pakt haar spiegeltje dan,
en er is helemaal niets van an.
Juf zwaait gevaarlijk met de pook
dan gaat z'er nog om lachen ook.
Ze trekken elkaar aan de haren
en komen maar niet tot bedaren.
Dan zegt de juf: „Zeg bengels, kom,
Het is vier uur. De school is om".
Dan hollen alle kinderen heen
en daar staat jufrouw Dribbelbeen
Ze komen alle dagen
om de juf te plagen.
Om vier uur is de school dan om
maar ze zijn nog allemaal even dom.
Dus hoor je de naam „Juf Dribbelbeen"
vraag dan 't adres en ga er heen.
Er zijn zelfs al gedichtjes van Li
dwien voor de radio uitgezonden. Is dat
niet knap! De eerste keer werd een
van haar versjes voorgedragen in het
Radioprentenboek op 3 mei 1963. Li
dwien was toen twaalf jaar
Luilekkerland
Ik-kwam eens in Luilekkerland
het was daar toch zo fijn
De bomen waren van zoet hout
en de straat van marsepein.
De regen was van hagelslag
die lekkere chocolade.
De singels en de beekjes
van melk en limonade.
Het zand dat was van salmiak
daar lag je van te smullen
De mensen lagen gewoon op straat
om hun lege maag te vullen.
En meestal als je zwemmen ging
dan nam je eens een slokje
Maar als het zeven uren was,
dan sloeg het puddingklokje.
En dan moest ieder binnen zijn
en memand mocht meer eten.
Dan werd de hele fijne dag
door dromen weer vergeten.
En als je eens een krentebrood
moet halen voor een riks
Ga dan maar naar Luilekkerland
Daar krijg je het voor niks.
En verder weet ik het niet meer
de schrijfster van dit rijm.
En hoe je er moet komen?
O, dat is een groot geheim.
Vinden jullie ook niet dat Lidwien
leuke versjes maakt? Hieronder laat ze
een jongetje een brief schrijven aan
zijn mammie.
Schaatsen, o wat een pret
José Jansen,
St. Jacobstraat 12, Galder.
Ciska Jansen,
St. Jacobstraat 12, Galder.
Zo, dat was het laatste gedichtje uit
't boek van Lidwien. Ik hoop dat jullie
haai- versjes net zo aardig vinden als
ik. Misschien zijn er onder jullie trou
wens ook wel jongens'en meisjes die
zulke mooie en goede versjes kunnen
maken. Misschien hebben sommige jon
gens en meisjes ook al hele boekwerken
vol geschreven met verhaaltjes en vers
jes. Je mag ze best eens opsturen hoor,
misschien kom je dan net zoals Lidwien
ook in De Kleine Stem te staan. Ik
ben benieuwd.
JOSé
Er was eens een groot bos. Daar woon
den de kabouters. Nu was het winter.
De kabouters zaten lekker bij 't hout
vuur. Flipje en Flopje dat waren ook
twee kabouters hoorden opeens een ge
loei. Eerst dachten ze dat het de wind
was. Maar toen Flopje uit het raam
keek, zag hij een bezem door de lucht
vliegen en daarop en daaropzat
de heks Hoka Noka Boem!
Flopje vertelde het vlug aan Flipje.
En ze zuchtt enalle twee. Toen pakten
ze de slee en gingen het aan de koning
vertellen. Die hield een grote vergade
ring. Als iemand iets wist mocht hij het
voor de troon van de koning komen
vertellen En onze Flip wist iets. Hij
stapte heel parmantig naar de troon
van de koning en zei: „Koning ik heb
thuis nog een hele grote zak liggen
met twee bussen eraan. We maken er
van onder een gaatje in. En dan stop
pen we daar een kabouter in. En we
maken het gaatje zo groot dat het ka
boutertje er wel door kan maar de
heks niet. En dan moet het kaboutertje
hard gaan piepen. Dan komt de heks
buiten, kruipt in de zak, wij trekken
dan met de lussen de zak dicht en het
kaboutertje vlucht door het gaatje naar
uiten. We leggen de zak dicht naast het
buiten. We leggen de zak dicht naast 't
op de bezem zingen:
Ik bouw een hutje in dit bos
En ga hier wonen.
Pimie moet maar in de zak gaan zitten,
die is zo vlug en zo lenig".
De koning vond het een goed plan.
En zo gebeurde het.
ELSJE RUYTEN
Ouden Dijk 9, Oud-Gastel (9 jaar)