LIDWIEN heel boek maakt een vol versjes Trad politie onheus op in woonwagenkamp? aiivm De clown Snelle verlichting van pijn in spieren en gewrichten De twee slimme kabouters Kroestjev als splijtzwam Brand vernielt Japans dorp Y.S. blijven de ex-nazi s op de hielen zitten DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 13 JANUARI 1965 Stichting vraagt om onderzoek Dc Pravda: In de VN.: Wanbetalers zuiveren hun schuld aan jongen overleeft val van de Golden Gate DOOR Walter Breedveld De verjaardag De sneeuwman FEEST IN HET BOS OMGEKEERDE De grappenmaker UTRECHT De stichting „Katholiek VVoonvvagenwerk Utrecht-de Bilt" heeft op verzoek van een aantal bewoners van het woonwagenkamp in De Bilt, een on derzoek ingesteld naar het optreden van de rijkspolitie die op de avond van 7 januari een inval heeft gedaan in het kamp in verband met de vermeende aanwezigheid van vuurwapens en gesto len goederen. Volgens de woonwagenbewoners zou den bij deze inval enkele tientallen rijks politiemannen en honden betrokken zijn geweest. Waar aanleiding van de klachten van de woonwagenbewoners heeft mr. L. J. H. de Vink de juridisch adviseur van de stichting, medegedeeld dat de stich ting bij het onderzoek naar de wijze waarop hét politioneel optréden ge schiedde, bewoners van het kamp heeft gehoord en de door de huiszoeking aan gerichte schade heeft opgenomen. Daar bij zijn tot dusverre al feiten naar vo ren gekomen, die de stichting aanlei ding geven tot een ernstig protest In dit verband noemde mr. de Vink het bijvoorbeeld „bar" dat de voor schriften tot het houden van huiszoe king zijn verwaarloosd: de met de leiding belaste politiecommandant MOSKOU In het Russische partij blad „Pravda" zijn opnieuw beschuldi gingen geuit aan het adres van expre- mier Kroestjev. In een artikel werd kritiek geleverd op de splitsing van de communistische partij in een agrarische en een indus triële afdeling, hetgeen op bevel van Kroestjev geschiedde. Ook werd de ex- premier verweten dat hij de partij op foutieve wijze had georganiseerd. „De Russische gemeenschap had „drin gend behoefte" aan reorganisatie van bovenaf van de 12.000.000 leden tellende partij", aldus de „Pravda". „Maar onnodige drukte, haast en de zucht naar ongerechtvaardigde reorganisaties zijn strijdig met de partijbeginselen", zo werd er aan toegevoegd. De „Prav da" schreef dat reeds is besloten om de splitsing van de partij die in 1962 plaatsvond, ongedaan te maken. heeft zich niet bekend gemaakt, er is de woonwagenbewoners geen bevel tot huiszoeking getoond, men heeft niet gevraagd of men binnen mocht komen en afgesloten laden zijn zonder meer opengebroken. De bewoners lijken te zijn behandeld als waren zij buiten de wet gesteld, al dus mr. de Vink, die hieraan toevoegde dat de groeiende betere verhouding tus sen de woonwagenbewoners en de bur gerij waarvoor o.a. de stichting al tijd heeft geijverd onnodig en ernstig is geschaad. Naar aanleiding daarvan zal het stichtingsbestuur zich verstaan met de commandant van de rijkspolitie, onder wiens leiding de actie is gebeurd. De stichting zal haar rapport over de feiten voorleggen aan de officier van Justitie in het arrondissement Utrecht, mr. W. H. Overbeek. Mr. Overbeek heeft het stichtingsbestuur al toegezegd, dat hij volledige medewerking zal verlenen aan het onderzoek naar de gegrondheid van de klachten. Indien hem mocht blij ken dat er sprake is geweest van een onjuist optreden van de rijkspolitie zal hij dienovereenkomstig maatregelen ne men. De stichting streeft ernaar de schade en de geschonden goede verhou dingen in overleg met de officier van Justitie te herstellen. NEW YORK In New York is mee gedeeld dat de Sovjet-Unie en vier an dere communistische leden van de V.N. in alle stilte geld aan de volkerenorga nisatie hebben overgemaakt. Alleen Bul garije evenwel betaalde genoeg om zijn stemrecht in de assemblée te behouden. Nationalistisch-China betaalde bijna vijf miljoen dollar, genoeg om niet ge troffen te kunnen worden door artikel 19 van het Handvest, dat bepaalt dat de leden-staten die twee jaar op hun contributie achter zijn, het stemrecht in de assemblée verliezen. Volgens V.N.-functionarissen betaalde de Sovjet-Unie, die een schuld heeft van om en nabij de 62 miljoen dollar, 1.335.790 dollar van haar geregelde be grotingsaanslag. De twee Sovjet-repu blieken die afzonderlijk in de V.N. zit ten. Oekraine en Wit-Rusland betaalden 226.300 en 55.200 dollar. Hongarije en Bulgarije betaalden 425.000 en 130.216 dollar. Geen der communistische leden- staten betaalde voor V.N.-vredesmissies, die volgens Moskou illegaal zijn. (Advertentie) Zekerheid met een OLVEH Perfecte Groei-polis. SAN FRANCISCO Een zestienjari ge jongen is van het midden van de Golden Gate-brug in San Francisco in het water gevallen maar daar nog le vend uit gehaald. Na in een ziekenhuis het bewustzjjn te hebben herkregen, vertelde de jon gen dat hij zich niet herinnerde hoe hij van de brug in het water was geraakt. Hij viel 67 meter. Van alle personen die ooit van de Golden Gate gevallen of gesprongen zijn, heeft tot nu toe maar één de val overleefd: de 22-ja- rige Cornelia van Ierland, die er in september 1941 vanaf sprong. Artsen in het ziekenhuis waar de jon gen, Tom Tawzer, wordt verpleegd zei den dat zijn toestand „op het ogenblik" niet als „kritiek" kon worden beschouwd. Zij voegden hieraan toe dat hij een ge broken sleutelbeen en niet nader om schreven inwendig letsel had opgelopen. (Advertentie) TOKIO Meer dan tweeduizend per sonen zijn dakloos geworden door een hevige brand, die naar schatting 500 woningen, bijna de helft van het totale aantal van Mot-Machi op het Japanse eiland Osjima, in de as legde. Osjima ligt ongeveer honderd km ten zuiden van Tokio. Dinsdagochtend vlogen Ja panse vliegtuigen met reddingsploegen en hulpgoederen over de smeulende ruï nes. Er is geen melding gemaakt van doden of gewonden, maar honderden mensen zoeken in de puinhopen naar de resten van hun bezittingen. Ook ver scheidene grote kantoren zijn in vlam men opgegaan. met de wonderbalsem, die doordringt tot diep in de haard van de pijn. Niets werkt sneller, niets werkt aan genamer ter verlichting van pijn dan Algesal-balsent. Als enige middel, dat een speciale emulsie van een nieuwe werkzame stof met hoog doordrin- ingsvermogen bevat (U.S. Patent N° 596674), dringt Algesal diep door in het weefsel tot in de haard van de pijn, waar een onmiddellijke verlichting ont staat, zonder een oppervlakkige warmte- sensatie of irritatie van de huid te veroorzaken. Overtuigt U proefondervindelijk van dit buitengewone doordringingsvermo gen zodra U Algesal uitwrijft, zult U merken, dat deze actieve balsem vrijwel onmiddellijk in de poriën verdwijnt en z'n pijnstillende werking het weefsel en de spieren tot in de gewrichten door straalt". Rheumatische pijnen en stijf heid maken spoedig plaats voor een du- rendgevoel vanverlichtingen welbehagen. Wacht niet tot de pijn uitbreektZorg dat U thuis altijd een tube Algesal bij de hand hebt om zodra het nodig is de pijn te verlichten. A Inacal Verkrijgbaar bij vrOCI I alle drogisten. WASHINGTON Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken heeft de Westduitse bondsrepubliek de ver zekering gegeven dat de Verenigde Sta ten de bondsrepubliek zullen blijven hel pen bij het zoeken naar bewijzen tegen "bij nazimisdaden betrokken Duitsers. Het State Department nodigde de Duit sers uit nog eertste komen snuffelen in de documenten cfie men met betrék- king tot het derde rijk nog in Wash ington heeft. Het ministerie spreekt voorts het ver trouwen uit dat de Westduitse regering zich zal realiseren dat het Amerikaan se volk vreest dat de voorgenomen ver jaringstermijn van strafbaarheid van oorlogsmisdaden, in mei van dit jaar, de vervolging van op het ogenblik nog niet ontmaskerde nazi-misdadigers zal verhinderen. Volgens het State Depart ment heeft Amerika ruim tachig pro- cen van de Duitse documenten die in zijn bezit waren, teruggegeven. Overigens was ze wel een aardig kind, de lieveling van de zusters op school omdat ze goed leerde en om dat ze, in tegenstelling met de stou te durverijen thuis, daar zeer goed in het gareel liep; ze schikte zich prima naar het strenge schoolregi- me. Ze was ongelooflijk ijdel. Dat had ze niet van vreemden, haar moe der en haar grootmoeder waren het ook, zij het heel anders. In ieder glasruitje spiegelde zij zich, ze was gek op blinkende kralen, die ze in lange snoeren om haar hals hing, en op gekleurde linten, die ze om de haren bond. Het was altijd maar voor even, alle grote mensen maakten ter stond een eind aan die sier als ze er erg in kregen. Maar dan had ze dat toch weer gehad en ze vond wel weer iets anders om haar lust tot op schik te vieren. Lui was ze aller minst. heel graag zelfs paste ze zich aan bij de regel van de Dommel- hoeve dat de kinderen al heel jong 'n handje moesten toesteken. Ze hielp moeder en grootmoeder bij het kar nen, haar scherpe ogen vonden de sprietjes onkruid op de akker veel vlugger dan opa en voor haar tiende jaar kon ze al melken. Een feest was het als ze tijdens de vakantie met moeder mee mocht met de melk wagen naar het dorp. Zij mocht bij de klanten de kan aannemen waar moeder met de litermaat de melk in deed uit de grote melkbus. Dan mocht ze de kan terugbrengen en de centen in ontvangst nemen. Dat was allemaal leuk, maar het aardigste was dat bijna alle mevrouwen zeiden dat ze zo flink was en zo lief haar moeder hielp. Bijzonder hartelijk was ze voor de jongste broertjes, die nog door het huis waggelden of rondkropen. Ze nam ze op schoot en zong ze de liedjes voor die ze op school had ge leerd. Ze was gek op die kleine hum meltjes en ze, had er nog alles over te zeggen. Mari, de oudste zoon, bleek toen hij wat groter was geworden een moeilijker karakter te hebben dan in zijn prille jeugd was verondersteld. Ook zijn schranderheid, die veel be- S loofde voor de toekomst, viel tegen, althans in die zin at hij op de lagere school ieder jaar precies met de hakken over de sloot kon overgaan. „Ik weet niet wat ik aan hem heb", zei de onderwijzer. „Dom is hij niet, maar er zit geen fut in, ik kan er geen vuur in krijgen. Hij verdroomt heel zijn tijd, hij zit maar voor zich uit te staren. Hij schrikt zich een aap als ik hem plotseling iets vraag en dan zégt hij maar wat een ant woord waar soms heel de klas om brult van het lachen. Daarmee ver stoort hij de orde, ik moet er hem voor straffen en dat verdraagt hij heel moeilijk. Hij verweert zich zeer agressief soms is hij echt brutaal." „Is hij brutaal?" vroeg Godefrieda, die het niet goed kon hebben dat van haar oudste kleinzoon, die aan haar hing als een klevend veulen, iets kwaads gezegd werd. Ze begreep het ook niet. Mari was een knap beleefd ventje, aanhankelijk, gehoorzaam en zeker niet lui. Hij had een wat dro merige aard, minutenlang kon hij voor zich uit zitten staren naar dingen, die hij alleen zag. Als je vroeg wat er te zien was, gaf hij ontwij kende antwoorden; hij liet niemand binnen in zijn eigenlijke wezen. Dat dromen was een familietrek. Gode- friedus was er mee behept, Marinus had het vroeger heel erg gehad, en ook zij zelf liet haar geest nu en dan graag wat wiegen op haar verbeel ding Agressief was hij inderdaad ook wel eens. Zijn vader, die het niet goed kon hebben dat hij zat te dro men, sloeg voor de grap wel eens met de vuist op tafel om hem wak ker te maken. Meestal lachte hij mee, maar het viel ook wel een anders uit Dan stoof hij op en gilde het uit van drift en woede, wat tot gevolg had dat hij met rode oren naar bed werd gestuurd. Ook over andere din gen kon hij zich erg driftig maken, kleinigheden meestal: een onbedoel de trap tegen zijn schenen van een van de kinderen als ze aan tafel za ten, of plotseling schelle kreten. Ook hij kreeg zijn taken aangewezen, die hij zonder de minste ambitie uitvoer de. In dat opzicht was er groot ver schil tussen Friedje en hem. Friedje speelde moedertje, ze speelde boerin netje, ze speelde schooltje en soms de grote dame; heel haar leven tot dan toe was een voortdurend spel geweest. Mari deed alles in ernst, zelfs spelen. Het was echter geen sombere ernst, hij was vrolijk van aard, nog echt een kleine jongen en in geen en kel opzicht vroegrijp „Ja, brutaal", herhaalde de onderwijzer. „Begrijp goed hoe ik dat bedoel. Hij zegt geen f onbehoorlijke dingen, geen onvertogen r woord komt uit zijn mond. Maar hij l kijkt me aan of ik hem het grootste onrecht aan doe als ik hem in de hoek zet met het gezicht naar de muur, als hij in plaats van op te let ten heeft zitten dromen. Of hij zegt, als een oude boer die wijs wil lijken, dat ik helemaal niet begrijp hoe zijn aard is". „Kan hij de leerstof niet aan?" vroeg Godefrieda. ,,A1S dat het geval was zou ik hem geen ver wijten maken. Dan zou ik hem na schooltijd apart nemen om hem alles nog eens duidelijk uit te leggen, en ik zou hem huiswerk laten maken. Dat doe ik voor andere jongens ook. Voor Mari is dat niet nodig, hij be grijpt het wel maar hij let niet op. Hij doet niet de minste moeite om de lessen echt te volgen. Dat is on verdraaglijk. Een onderwijzer mag toch vergen dat zijn leerlingen aan dacht aan hem schenken". „Zijn er 1 meer jongens zoals Mari?" vroeg Go- 1 defrieda. De onderwijzer aarzelde i even voor hij zei: „Er zijn meer moei lijke jongens, maar geen veroor zaakt mij zoveel last als Mari. Hij is geen belhamel, geen onruststoker en toch heeft hij een slechte invloed op de klas. Ik wou dat dat anders werd. Kunt u daar niets aan doen?" Gode- 1 frieda beloofde dat ze Mari er over 1 zou onderhouden. Ze geloofde de on derwijzer wel en toch kon ze zich niet goed voorstellen dat de klacht gefun deerd was. Zij kend$ Mari het best van allen. De jongen was een goed opmerker, hij had een vlug begrip en hij was heel voorzichtig in zijn oordeel als hij zijn mening moést zeg gen over dingen, die vrijwel helemaal nieuw voor hem waren. Corrie is vandaag jarig. Ze ligt nog in haar bed. Want het is toch pas zeven uur. Moeder staat bij haar bed en zegt tegen Corrie: „Nee, Corrie het is al acht uur". „Ik kom er al uit". „Nee Corrie, ik moet je eerst felicite ren" „O ja, ik ben jarig!" „Hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag. Èn hier is je cadeautje". En ze pakte het uit. „Dank je wel ma ma". „Nu komt vader er aan. „Harte lijk gefeliciteerd" Ze pakte het cadeau tje uit. „Een horloge! Dank je papa". Nou komt de kleine Anke er aan. En die vraagt: „Hoeveel jaar word jij?" „Al twee handjes vol". „Hier heb je je cadeautje" En wat komt er uit? Een haarband! „Dank je wel hoor Anke".' „Nu uit bed", zegt moeder, „en aan kleden". En ze mocht 's avonds heel laat naar bed. MIEKE v. d. HEIJDEN Giraffestraat 9, Breda (10 jaar) Ik zou graag corresponderen met een meisje van 10 of 11 jaar. Op het marktplein wordt een groot circus van Billie Smart gebouwd. Moe der koopt 3 kaartjes van de 2e rang. 's Avonds gaan wij naar het circus. Er komt eerst één clown. Hij heeft een si gaar in zijn hand. De clown keert de sigaar telkens om. Op het laatst kwam er een goochelaar. En het is nog een gezellige avond geweest JOZé POPPELIER (9 jaar) v. Boischotlaan 10 Oosterhout (N.-B.) Karin Halderen, Sint-Janstraat 10, Oosterhout Er is weer een grappemaker in ons land Die is altijd zeer bijdehand. 's Avonds gaat hij vroeg naar bed Maar 's morgens heeft hij de meeste pret. Hij ziet er wel heel aardig uit. Want het is toch zo'n grote guit. En zo loopt hij alle dagen, Iedereen te plagen. Dit versje is gemaakt do< SUZAN SIN Oude Terheydenseweg 124, Breda Van een bandje met gitaren Van de club van DWS. Van de keizerin Soraya, Van een middeleeuwse tsaar Aan de muur van Janny's kamer Daar hangt alles door elkaar. 's Avonds dan gaat Janny slapen En dat is om zeven uur Dan gaan alle platen leven Alle platen aan de muur. Paulus gaat een tukje maken In het bed van Janny's pop En de koning maakt een wandeling Met zijn gouden kroontje op. Ons Sneeuwwitje loopt heel deftig dan met zijne hoogheid mee Zeven dwergen glijden zomaar van de muur af naar benee. En de baby ligt te drinken uit een jarenoude fles In het midden van de kamer Speelt de club van DWS. Daar loopt keizerin Soraya Vreeslijk deftig in het zwart Onder 't bed daar zit 't bandje De gitaren klinken hard. Zo gaat iedereen dan leven Totdat Janny op gaat staan Want dan kijken ze het meisje Weer met strakke ogen aan Ja, ook platen willen leven Denk jij daar nog wel eens aan Als je met een grote hamei- Een spijker in de muur wilt slaan? Job schrijft een brief Lieve mammie, hier is Jobje, Ik kreeg net van oom een dropje Ik maak het hier heus reuze goed En ik ben altijd heel erg zoet 's Zondags ga ik naar de kerk Dan hoeft oom niet naar zijn werk In de week speel ik met Henk Die heeft een reuze fijne tank Met echte soldaten en zo erbij Lieve mams, net iets voor mij Ik vind het hier zo vreeslijk fijn Wanneer zou ik weer thuis moeten zijn? Is paps al thuis uit Amsterdam? Doe hem de groeten lieve mam! Hier is ook een lieve hond Hij ligt naast me op de grond Fijn te likken aaii m'n been Net viel de bloempot op m'n teen Dat deed die hond natuurlijk weer Mijn teentje doet nog vreeslijk zeer Nou, dag hoor mam! Ik hou nu op De groeten van uw lieve JOB Enkele gedichtjes van Lidwien wer den ook uitgezonden in het Wigwam programma van de KRO. Het volgende versje heeft Lidwien enkele maanden geleden gemaakt: Aan de muur van Janny's kamer Aan de muur van Janny's kamer hangen platen^ groot en klein Van Sneeuwwitje met de dwergen, En van koning Boudewijn, Van Paulus de boskabouter Van een baby met zijn fles Betsie v. d. Dungen, 13 jaar, Burg. van Poppelstraat 8, Gilze. Er waren eens twee kinderen, die een sneeuwman aan het maken waren. Toen de sneeuwman klaar was zei Pietje in eens: „Zeg Jan, zullen we hem gaan bekogelen?" „Ja, dat is goed", zei Jan. En ze gingen hem bekogelen. Piet gooi de zijn hoed eraf en Jan gooide zijn neus eraf Toen kwam er nog een jongen bij en die heette Bas. Hij vroeg of hij ook mee mocht doen. „Goed", zei Piet, ,,en jij Jan?" „Ik vind het ook goed" zei Jan. En samen waren ze aan het spe len tot het donker werd. Piet ging naar huis en Jan was al thuis, want hij woonde daar waar ze aan het spelen waren. BENNIE VERHOEVEN Kruispad 12, Koewacht (10 jaar) Op het mos in het bos is een feest Heel de vriendenschaar is op de been Want ze- iljn nu niet schuw of bedeesd Maar^zf willen er heel erg graag heen. De spreeuw en de mus Vinden het reuze knus De uil, het konijn. Vinden het heel erg fijn. Salamander en muis Voelen zich daar echt thuis De egel, de mol Vinden het enig dol Dc pad op een stoel Vindt het een leuke boel Ekster speelt voor de jool Heel gezellig viool. LIA VERSCHUREN Steenscdyk 26, Hulst (9 jaar) De stoel zit op de man De koffie drinkt de vrouw Het boek leest het meisje Het huis woont in de man. De keuken boent de meid. De brief brengt de post. Het bed ligt op de man De voetbal schopt de jongen weg Het paard rijdt op de man De muur hangt aan de foto RIA HEFFELS St.-Antoinedijk 2, Oud-Gastei (12 jaar) Wie wil er met my corresponderen? Dit is Lidwien Fens, Doornboslaan 120 te Breda. Zij krijgt deze week een ere- plaatsje in De Kleine Stem. Een ver diende ereplaats vind ik, want Lidwien heeft mij 'n heel boekwerk met prach tige gedichten gestuurd Gedichtjes over alles en nog wat, over de lente en de zomer en de winter, en over een paard je in Klazienaveen, over een konings- zoontje dat een gouden kroon wil heb ben, over de klas van jufrrouw Dribbel been die niets leert, over Luilekkerland over bloemen en dieren, reuzen en dwer gen, over engeltjes en circusclowns, bij na teveel om op te noemen. Lidwien schrijft al heel lang versjes. Samen met haar vader heeft ze ze in een groot boek geschreven. Netjes met de datum erbij en met haar leeftijd, zodat iedereen kan zien hoe oud Lidwien was toen ze de versjes maakte Het is 'n heel mooi boek geworden en' bij elk versje staat een leuke tekening. De eerste gedichtjes in het boek heeft het Bredase meisje gemaakt toen ze elf was, zoals het vol gende versje: De klas van juffrouw Dribbelbeen De klas van juffrouw Dribbelbeen, nou, zo een klas is er niet één De juffrouw wil proberen de kinderen wat te leren Maar die zijn vreselijk brutaal tot de kleinste toe, ja, allemaal! De juf maakt zich maar druk maar ze houden voet bij stuk De kinderen zijn ook vreselijk dom niet één ervan, die kent een som. Dan roept er centje heel erg hard: „Zeg Dribbelbeen, je neus is zwart". De juffrouw pakt haar spiegeltje dan, en er is helemaal niets van an. Juf zwaait gevaarlijk met de pook dan gaat z'er nog om lachen ook. Ze trekken elkaar aan de haren en komen maar niet tot bedaren. Dan zegt de juf: „Zeg bengels, kom, Het is vier uur. De school is om". Dan hollen alle kinderen heen en daar staat jufrouw Dribbelbeen Ze komen alle dagen om de juf te plagen. Om vier uur is de school dan om maar ze zijn nog allemaal even dom. Dus hoor je de naam „Juf Dribbelbeen" vraag dan 't adres en ga er heen. Er zijn zelfs al gedichtjes van Li dwien voor de radio uitgezonden. Is dat niet knap! De eerste keer werd een van haar versjes voorgedragen in het Radioprentenboek op 3 mei 1963. Li dwien was toen twaalf jaar Luilekkerland Ik-kwam eens in Luilekkerland het was daar toch zo fijn De bomen waren van zoet hout en de straat van marsepein. De regen was van hagelslag die lekkere chocolade. De singels en de beekjes van melk en limonade. Het zand dat was van salmiak daar lag je van te smullen De mensen lagen gewoon op straat om hun lege maag te vullen. En meestal als je zwemmen ging dan nam je eens een slokje Maar als het zeven uren was, dan sloeg het puddingklokje. En dan moest ieder binnen zijn en memand mocht meer eten. Dan werd de hele fijne dag door dromen weer vergeten. En als je eens een krentebrood moet halen voor een riks Ga dan maar naar Luilekkerland Daar krijg je het voor niks. En verder weet ik het niet meer de schrijfster van dit rijm. En hoe je er moet komen? O, dat is een groot geheim. Vinden jullie ook niet dat Lidwien leuke versjes maakt? Hieronder laat ze een jongetje een brief schrijven aan zijn mammie. Schaatsen, o wat een pret José Jansen, St. Jacobstraat 12, Galder. Ciska Jansen, St. Jacobstraat 12, Galder. Zo, dat was het laatste gedichtje uit 't boek van Lidwien. Ik hoop dat jullie haai- versjes net zo aardig vinden als ik. Misschien zijn er onder jullie trou wens ook wel jongens'en meisjes die zulke mooie en goede versjes kunnen maken. Misschien hebben sommige jon gens en meisjes ook al hele boekwerken vol geschreven met verhaaltjes en vers jes. Je mag ze best eens opsturen hoor, misschien kom je dan net zoals Lidwien ook in De Kleine Stem te staan. Ik ben benieuwd. JOSé Er was eens een groot bos. Daar woon den de kabouters. Nu was het winter. De kabouters zaten lekker bij 't hout vuur. Flipje en Flopje dat waren ook twee kabouters hoorden opeens een ge loei. Eerst dachten ze dat het de wind was. Maar toen Flopje uit het raam keek, zag hij een bezem door de lucht vliegen en daarop en daaropzat de heks Hoka Noka Boem! Flopje vertelde het vlug aan Flipje. En ze zuchtt enalle twee. Toen pakten ze de slee en gingen het aan de koning vertellen. Die hield een grote vergade ring. Als iemand iets wist mocht hij het voor de troon van de koning komen vertellen En onze Flip wist iets. Hij stapte heel parmantig naar de troon van de koning en zei: „Koning ik heb thuis nog een hele grote zak liggen met twee bussen eraan. We maken er van onder een gaatje in. En dan stop pen we daar een kabouter in. En we maken het gaatje zo groot dat het ka boutertje er wel door kan maar de heks niet. En dan moet het kaboutertje hard gaan piepen. Dan komt de heks buiten, kruipt in de zak, wij trekken dan met de lussen de zak dicht en het kaboutertje vlucht door het gaatje naar uiten. We leggen de zak dicht naast het buiten. We leggen de zak dicht naast 't op de bezem zingen: Ik bouw een hutje in dit bos En ga hier wonen. Pimie moet maar in de zak gaan zitten, die is zo vlug en zo lenig". De koning vond het een goed plan. En zo gebeurde het. ELSJE RUYTEN Ouden Dijk 9, Oud-Gastel (9 jaar)

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1965 | | pagina 7