Dienstpistool is een wapen om achter de hand te houden Sint-Hubertusslot: Berlagedroom bakstenen van 20 milj oen kooi" ligt de weer Eenden gaan ten onder aan nieuwsgierigheid Deining rond politieschoten Probleem niet op de schietbaan Schieten of niet Oefeningen Een beroep voor natuurvrienden Met een zak voer lokt zij vanachter de riet matten de eenden die per de pijp in. Pitronella Koolhout woont ruim een wat te doen, ook buiten het seizoen. De, wart eeuw op de eendenkooi van hij elkaar vele honderden meters lange Jrpumel Niet al die tiid is zii knnistpr rietmatten moeten worden onderhouden, Jreumei. Niet al ate tijd is zij kootster let gras oyeral in de kooi moet steeds jeweest. Toen zij pas was getrouwd, WOrden gemaaid, de fuiken moeten gere- oerbood haar man haar streng ooit een geld onder handen worden genomen, er •oet in zijn jachtgebied te zetten. moest weieens een deur worden gemaakt „Maar als hij eens naar het dorp °t een^nieuw kozijn worden getimmerd.^ aas, ging ik toch stiekum kijken of ir eenden onder de keel waren" ver- teldde zij nu. Beetje bij beetje kwam zij zo op de hoogte van de geheimen van dit eeuwenoude, zo met de na tuur verbonden en zo specifieke man nenberoep. (Van een onzer verslaggevers) DEN HAAG Er is de laatste tijd veel deining ontstaan naar aanleiding van schoten, die door de politie in verschillende delen van het land zijn gelost op vluchtende verdachten. Jn vele reacties wordt gesteld dat de schietopleiding van de politie verouderd is en tekort schiet. Oud-commissa rissen en andere oud-politiefunctionarissen laten waarschuwende geluiden horen. In de Haagse gemeenteraad is de stelling van oud-commissaris Posthuma van de Amsterdamse politie onderschreven dat de geoefendheid met schietwapenen te gering is en dat het pistool geheel moet worden op geborgen. De ontwikkelingen rond deze kwestie hebben de grootste aan dacht van de Haagse politie, die hierover uiteraard een eigen mening heeft. Een onzer verslaggevers heeft in een exclusief gesprek met autoriteiten van de Haagse politie opmerkelijke conclusies vernomen. litie. Hieruit blijkt dat het dienstpistool van een agent geen wapen ir de hand maar een wapen achter de hand is. In instructietermen gezegd moet de a- gent dus eerst beoordelen of het ge weld met een pistool evenredig is met de inbreuk op de rechtsorde. Het zal iedereen duidelijk zijn dat een agent niet mag schieten op iemand die een appel heeft gestolen. Als de agent van de diefstal getuige is geweest, zal hij ook niet schieten. Maar wat moet hij doen als hij niet 'weet dat de man, die wat rondscharrelt alleen maar een ap pel heeft gestolen en ondanks een waarschuwingsschot in de lucht toch niet blijft staan? Moet hij dan schieten of niet? Als hij wel schiet en de man wordt getroffen, dan zegt men: ,,Hoe kon hij toch op een appeldief schieten?" Maar als blijkt dat de man een berucht en gezocht misdadiger is en de agent be sluit niet te schieten, dan zegt men: „Had hij toch maar geschoten". De training van een Haagse politie agent om in een situatie snel en ver antwoord te kunnen beoordelen of hij wel of niet moet schieten is dan ook zwaar. Als er zich een geval heeft voor gedaan waarbij een schot is gevallen, wordt dit voorval bij de training uit voerig besproken en worden de cursis ten in de gelegenheid gesteld hun eigen mening kenbaar te maken. Het kan daar bij voorkomen dat de meningen sterk uiteenlopen. Het is hierbij niet moge lijk de cursisten een bepaalde beslissing op te dringen, omdat zij in een bepaalde situatie zelf aan de hand van hun trai ning moeten en kunnen beoordelen of zij kunnen schieten Een andere vorm van training is het werken met dia's Via deze dia's zien de cursisten een bepaalde situatie, die -.opgelegd" kan zijn, maar waarvan de moeilijkheidsfactor zo kan worden ver hoogd, dat de cursisten na vijf of tien minuten soms nog niet weten of zij wel of niet zouden schieten. In werkelijkheid moeten zij deze beslissing binnen enkele seconden nemen. Een eenvoudig voorbeeld dat een agent niet schiet (hoewel hij wel mag) wordt op een van de diaseries uitge beeld. Op het eerste plaatje ziet men een inbreker met een pakje onder de arm een clubtent uit komen De man kijkt naar rechts en links, denkt dat de kust veilig is en gaat er vandoor. Een agent is van de diefstal getuige geweest en ziet vanachter een struik de man weglopen De agent kan de man niet meer inhalen. Hij zal niet tot schie ten overgaan. Moeilijker wordt het bij de tweede'dia serie Een mooi huis waarvan de op vakantie zijnde bewoners de politie heb ben gevraagd een oogje in het zeil te houden. Tijdens zijn ronde ziet een agent de achterdeur open staan en juwelen liggen Tegelijkertijd ziet hij een man met een zak op de rug lopen, die zo dra hij de agent heeft bemerkt de be nen neemt.De agent loopt de man ach terna. maar kan hem niet inhalen Hij schiet eerst in de lucht en als dat niet helpt op de benen van de vluchteling. Schieten of niet schieten? Een moeilij ke vraag, omdat de helft van de cur sisten voor en de andere helft tegen schieten is. De derde diaserie levert geen proble men op Een meisje loopt door een park Het probleem ligt niet op de schietbaan want daar wordt de po litieman voldoende vaardigheid bijgebracht. Het probleem ligt ech ter in een situatie, waarin een agent een vluchtende misdadiger achterna zit en binnen enkele se conden moet beslissen of de in breuk op de rechtsorde evenredig is aan het gebruik van zijn wa pen. Eenvoudiger gezegd: een agent die op jacht is naar een misdadiger die tijdens de achtervolging grote stukken hard heeft moeten lopen, die vermoeid is en aan sterke emo ties onderhevig en die vaak niet weet wie de man is die hij achter volgt en wat die man precies heeft gedaan, moet op een verantwoorde manier in korte tijd kunnen beslis sen of hij wel of niet kan schieten. Hierbij komt dan nog, dat, als de man wel schiet, zijn schietvaardig heid die op de schietbaan voldoen de is, in deze situatie soms niet voldoende is. De misdadiger kan daardoor wel eens niet in de he nen. maar hoger in het lichaam worden getroffen, soms met dode Hjke afloop." de schietopleiding van een politie man springen twee punten duidelijk naar voren: ten eerste de mentale trai ning en ten tweede de vaardigheidstrai ning, Van deze twee onderdelen is naar net oordeel van hoofdinspecteur Tjep- xema de eerste het belangrijkste omdat aoor deze training de aeent wordt ge leerd wanneer hij moet schieten Hoe nij moet schieten leert hij via de vaar digheidstraining. Wanneer wordt er geschoten? ..Alleen als het niet anders kan en alle andere middelen om een misdadiger aan te hou den. zoals hardlopen, een taxi een au to en dergelijke niet zijn te gebruiken. ^et laatste geval mag er ge- men op j^en meisje iuupi auur een pain len worden aldus de Haagse po-|en wordt van achteren aangevallen door een man. die achter een struik op haar heeft gewacht Op raar hulpgeroep komt een agent aanhollen. Zodra de aanran der de agent hoort vlucht hij na het meisje op de grond gegooid te hebben. Het eerste beeld, dat de agent van de aanranding ziet is het meisje dat op de grond ligt en een man, die hard weg loopt. Hij herkent de man op signale ment omdat deze als verdacht van een groot aantal aanrandingen door de po litie gezocht wordt. Na een waarschu wingsschot schiet de agent dan ook te recht Er zou echter een storm van veront waardiging opsteken als de aanrander het meisje alleen maar een eenvoudig kusje had willen geven in een balda dige bui en de agent toch had gescho ten De agent moet dus zeer snel kun nen beslissen en zich realiseren of hij wel of niet kan schieten. Aan de hand van deze en nog vele andere voorbeel den wordt de agent dus zoveel moge lijk geleerd wanneer hij moet schieten. Om beter te kunnen beslissen studeert de agent ook nog maatschappijleer en psychologie, zodat hij beter de maat schappij kent en de mensen, die daar in leven. Dat alles doet Pietje zelf. Zy staat voor niets. En als zij tijd over heeft, gaat zij achter in de polder, ergens in een wijde wetering, fuiken zetten. Want vissen met het net doet zy dol graag. Daar ver in de polder heeft zij, nu ruim tien jaar geleden, een schuurtje gebouwd. „Het staat er nog steeds en reken maar dat er heel wat stormpjes tegen aan geblazen hebben. Zegt u nou eens of-tie stevig is of niet", zegt zij. En mocht zij na het zetten van de fuiken nog wat tijd over hebben wel: dan gaat zy met haar tweede man (die mandenmaker van beroep is) op jacht. Niemand be ter dan zy weet de weg in de wyde polders van het Overbetuwse. Stoer houdt zij de buks onder de arm. Zodra zij een haas in het vizier heeft, is zij er zeker van die de volgende dag in de pan te hebben. Turk zorgt dat zij het geschoten beest in handen krijgt. Zij heeft het dier geduldig tot een voorbeeldig kooikers- en jachthond opgevoed. „Turk Na verloop van tijd ging zij haar man komt uit een goed nest. Hij is een hond zelfs helpen. Toen die na jaren, na een met papieren. Ik heb hem gekocht voor langdurige ziekte, stierf, stond Pietje er 75 gulden, uit het nest! Nu is hij een alleen voor. Zij aarzelde geen moment, prima kooikershond. Hij begrijpt me op Kort na de droeve gebeurtenis ging de m'n geringste wenk", jacht open. In haar eentje ging zij op de eendenvangst. Het lukte! Natuurlijk! Onriainn hnnr Want Pietje-van-de-eendenkooi lukt alles, LslLUCLUULUUUl zoals zij u in Dreumel met klem zullen T1_ mil, bevestigen. Nu is zij sinds jaren de enige zou hem voor geen duizend gulden vrouw in Nederland die een eendenkooi ^jUen ™\sse" z° ver?elt Z!K v0?r ons beheert Ult wanc*elend in de ruige wildernis van Als de jacht open is (dit jaar sinds 24 ?.aart £ooi' waari5 %}en^fnn en noSeens juli) sluipt Pietje in de ochtenduren V ei^ IPe1^1vroT langs de rietmatten. Op het juiste mo- gezang. Het dikke bladerendek kleurt ment stuurt zy haar hond Turk voor de het warme zonlicht overal groen. „De matten langs. Even toont de hond zich ™e?senrt y„?:f0 ns„,0l-r^i- ^£riJ aan de eenden. Nieuwsgieriger beesten F}*et erg .stil- is.. Maar w^rlyk._ ik heb dan zij zijn er niet te vinden. Luid kwa- J}ier. aj^es- lo°P en aim kend zwemmen zij naar de plaats waar donk ik. wat kan een mensToch gelukkig Turk zich liet zien. Als zij daar zijn aan- ken 55 jaar, maar ik voel me niet gekomen, holt Turk plotseling dertig me- ouc*er fai},(dertig. Ziek ben ik nog noon ter verderop voor de rietmatten langs. Zo geweest. Ik ben een liefhebster van dr worden de eenden steeds verder in de al nat^ur en met een liefhebster van le- maar nauwer wordende pijp gelokt. Op ze?n het kamertie van haar kooikershuis een gegeven moment geeft mevrouw net kamertje van naar kooiKersnuis Koolhout plotseling een ruk aan een touw je .vertel^ Z1J ve.r(J®y 0V£F talingen ei en floep! vlak achter de eenden sluit smienten, over slobben, pijlstaarten en bo .in i vonlonnorc H.n m;or Ho rancm 1 Hio nu uro een houten klep de pijp af. De vogels zit ten in de val. Morgen liggen zij in de ijs kast van de poelier. Over de sloten venlanders. En over de ransuil die nu weJ ergens in een van de vele knotwilgen zaï zitten dutten. En over het fraaie uitzich' dat zij vanuit het voorraam heeft op dr wijde polder. En ook over Koelde, het wit-bruine ge vlekte eendje, dat zo ijverig zat te broe den, maar dat iedere middag omstreek? De eendenkooi ligt eenzaam in het wijde drie uur zijn eieren verliet en dan luid Land van Maas en Waal. Nu kun je er kwakend en al schommelend op de deui via een verhard pad komen. Voor de ruil- aan kwam. Dan bleef het net zo lang sna- verkaveling van 1952 moest Pietje elke teren totdat het vrouwtje het een stukje keer als zij op weg was naar huis. via een koek of een biscuit je had toegeworpen, smalle plank over vijf sloten. Haar naaste „Iedere middag op dezelfde tijd kwam hij buren wonen een kilometer weg. Maar terug. Je kon de klok wel op hem gelijk toch verveelt zij zich niet in deze een- zetten", aldus vertelt deze zo dicht bij mag niemand er komen kijken zaamheid. In haar bedrijf is altijd wel de natuur levende vrouw. Doch niet alleen wordt menselijker wijze gesproken alles gedaan om de agent te leren wannéér hij moet schie ten. maar ook hóe hij moet schieten. In de duinen aan de Laan van Poot te Den Haag wapperen vaak vele rode vlaggen als waarschuwing dat er ge schoten wordt Telkens klinken er kor te en harde knallen. De agenten staan in een houten huisje. Met gespreide benen staan zij voor de geopende ramen en richten het pistool op de twee grote schietschijven aan het einde van de baan. Telkens weer klinkt de stem van de instructeur (die zelf 'n uitstekend schut ter is en voor vier negens en een tien de hand niet omdraait): „Adem inhou den, langzaam richten, niet rukken aan de trekker". Eer. pijl geeft de resultaten aan. Het kan een linkse 4 een hoge 7. onderkant roos of een 9 zijn. Het schieten met de rechterhand levert voor de meeste agen ten geen problemen op, maar bij de linkerhand wordt het moeilijker Dan gaat de hand trillen, treedt er sneller vermoeidheid op in de arm en komt het meer dan eens voor dat de roos geheel niet wordt geraakt. „Niet zo erg" zegt men, maar dat wil niet zeggen dat de schietopleiding gemakkelijk wordt opgenomen. Iedere bepaalde Een doorkijkje op een van de kooipijpen van Pietje Koolhout. Een paar eenden van de lokstal stoeien er wat rond. Als het hier voller is met eenden Toen de familie Müller indertijd te veel duiten in de scheepvaart had verdiend om nog ooit aan lager wal te raken, kocht zij enige duizenden hectaren onge repte Veluwegrond als appel voor de nadorst. Aan de bouwmeester Berlage werd daarna opdracht ge geven een jachtslot te ontwerpen, waarin de legen de van Sint-Hubertus tot uitdrukking kwam. Berlage die gewend was om in hoekig baksteen te fantase ren, construeerde een curieus bouwwerk, dat nog steeds onaangevreten en opzwaar van duistere symbolen boven de sparren uitsteekt. Het echtpaar Müller leeft niet meer, maar er is toekomstige agent moet aan bepaalde >en tijd geweest, dat het wel degelijk probeerde te eisen voldoen, wil hij een goed schut-1 ter zijn. Op een bord aan de muur staat j wonen in dit huis, dat met tuin en kolossale vi|ver in m?ef!ch?enten0%h%Wd,teSo?d°eiijkJt het' de vorm van een zwaan twin,i9 mili°en harde, voor- allemaal even gemakkelijk en duidelijk 30rlogse guldens heeft gekost. Na enige jaren stierf Doch het duurt wel even voordat hij I zover is dat bij 't richten, zoals dat in de heer Muller en zijn echtgenote repte zich sinds- instructietermen staat aangegeven, de i bovenzijde van de korrel op gelijke j en ,n zonderlinge naast door de vele donkere hoogte is met de bovenzijde van de vi- za|en van haar k| j kasteel. Later stemde ze toe zierkap en dat de korrel zich precies in he midden van de vizierkap bevindt, in een regeling die de regering toestond om alle ronddolende dagjesmensen voor korte tijd in haar slot te deponeren. Het is niet alleen belangrijk dat de agent leert schieten, maar dat hij ook zijn vaardigheid behoudt Daarom moe ten alle agenten in het voorjaar en het najaar oefeningen doen op de schiet baan waar zij twee oefeningen moeten uitvoeren. Voldoen zij na tweemaal nog niet aan 'de eisen, dan moeten zij later terugkomen en weer trachten de oefe ningen naar behoren uit te voeren. Geconcludeerd kan dus worden dat wat Den Haag betreft alles in het werk wordt gesteld om de agent te leren wanneer en hoe hij moet schieten. Opmerkingen dat de opleiding verouderd is en tekort schiet, worden dan ook van de hand gewezen. Mevrouw Müller heeft ze nog jaren lang horen roezemoezen, wanneer de gids met nooit haperende stem de bus ladingen door de benedenzaal leidde. Het was wel even wennen voor een vrouw, die twintig miljoen had uitge trokken om een rustige oude dag te claimen, maar nochtans aanvaardde ze dit taaie ongerief in het zalig, elke dag terugkerend vooruitzicht, dat om acht uur 's avonds de poorten dichtgingen en zij haar rijk weer alleen had. Ook Ber lage leeft niet meer en dat is jammer want nu kunnen we hem niet meer vragen, waarom hij die kostbare steen soort voor het plafond van de biblio theek heeft gebruikt. Het is op die ma nier een zoldering geworden van enige tienduizenden guldens, maar het vreem de is, dat niemand het eraan afziet, om dat deze steensoort als enige eigensch p een griezelige gelijkenis met gewone, goedkope baksteen heeft. Als de gids het bedrag niet bij elke rondleiding zou noemen (maar hij doet dat wel degelijk met hardnekkige trouw aan de familie) dan zou geen sterveling vermoeden, dat de bouwmeester alleen reeds tegen dit plafond een fortuin heeft stukgesmeten De enige redelijke verklaring voor de ze spilzucht is, 'dat de familie Müller indertijd koppig heeft vastgehouden aan dat bedrag van twintig miljoen gulden „Meneer Berlage", hebben ze steeds ge zegd, „u kunt ontwerpen wat u wilt, als u maar aan die twintig miljoen komt" Met deze wetenschap heeft de architect toen de kostbaarste materialen van hein de en verre laten komen: grillig mar mer uit Italië, azuren kristallen uit In dia en glanzend hout uit de koloniën De gids is zo vriendelijk om tijdens de wandeling door de zalen de prijs van elk voorwerp te noemen, want men mocht eens gaan denken, dat de vaas in de hoek bij Jantje van Alles is gekocht. Het uiteindelijk resultaat is een jacht slot geworden, waarop de tijd zijn tan den één voor één zal breken. Berlage hield nu helemaal niet van half werk en kris-kras door zijn schepping dreef hij indrukwekkende spoorrailsen, die nu nog zichtbaar voor het oog van de bezoeker, dwars door de eetzaal en de theekamer lopen. De gids vertelt er tel kens bij, dat dit nu typisch Berlage is en dat de man nooit iets wilde verber gen van de materialen, die hij gebruik te. Een loffelijk streven, denkt de dag jesmens op zo'n moment, want als dc moderne bouwers zijn voorbeeld had den nagevolgd, zouden de bewoners van onze nieuwe stadswijken tenminste nie langer ongewaarschuwd door hun bui tenmuren vallen. De man, die de bezoekers door het Sint-Hubertusslot voert, heeft een krimpvrij humeur en een pak van groen laken. Wanneer er gebeld wordt, trekt hij de deur onmiddellijk open en roept hij gebiedend: „Hier rechts kunt u be talen", want de familie Müller kwam uit Potterdam en voor niets gaat alleen de zon op. Als de financiën geregeld zijn, nestelt hij zich op de onderste trede van de trap en wijst hij op een gebrandschil derd raam. Pas later zal blijken, dat in zijn uitleg ruiten troef is. Allereerst vertelt hij de legende van Sint-Huber- tus en hij doet dat op de verraste toon van iemand, die een verhaal voor de eerste maal prijsgeeft. Zelfs hapert hij van tijd tot tijd om duidelijk te laten uitkomen, dat zijn woorden recht uit het hart opwellen. Bij een tweede be zoek aan het slot begrepen we pas, dat hij die haperingen mét de tekst dapper uit het hoofd heeft geleerd. Op het hele uur, dat wij aanbelden, was het doodstil op de binnenplaats. In de hal stonden reeds drie mensen op de rondleiding te wachten, maar de gids talmde nog even en zei: „Van de zomer had ik er groepen bij van zeventig man. U bent met zijn vieren". En daarbij keek hij ons één voor één bestraffend aan, alsof wij het konden helpen, dat er geen potverterende klaverjassers en col lectantencolleges in de buurt waren. Tenslotte maakte hij een verlossend „alla"-gebaar en begon hij met zijn in leiding: „Zo staat u dan momenteel in de hal van het jachtslot Sint-Hubertus, dat is gebouwd door Berlage op uitno diging van de familie Müller. Als u nu even naar boven kijkt, dan ziet u een gebrandschilderd raam". Wij keken verrast naar boven en waarachtig. Het raam was er. We had den trouwens niets anders verwacht, want hij was er de man niet naar om er een potje van te maken. De gids ver volgde: „Dit raam brengt de legende van Sint-Hubertus treffend in beeld. U dient te weten, dat hij hier op de Ve- luwe heeft geleefd. Hij was een ruw persoon, die schoot op al het wild, dat in de bossen voorkwam. U ziet dat af gebeeld op het meest linkse raam, dat wil dus zeggen van u uit gezien het meest rechtse". Op dat moment werd er aarzelend ge beld. De gids onderbrak zijn uitleg en stevende met fieve pas naar de deur, waarachter zich een gezelschap van vijf tien zoemende dames had opgesteld. Een dikke dame die voorop liep, liep meteen door de hal naar binnen en zei: „Door lopen, dames, want om één uur uiterlijk moeten we aan de lunch zitten". De gids nam ons vieren even terzijde en mompelde: „U neemt het me toch niet kwalijk, als ik voor de dames nog oven van voren af aan begin?" Een moment later klapte hij in zijn handen en zei: „Zoals ik reeds aan de heren en dames verteld heb, staat u momenteel in de hal van het jachtslot Sint-Huber tus, gebouwd door Berlage op uitnodi ging van de familie Müller. Als u nu even naar boven kijkt, dan ziet u een gebrandschilderd raam, dat de legende van Sint-Hubertus uitbeeldt. Sint-Hu bertus leefde hier op de Veluwe. Hij was een ruw persoon, die schoot op al het wild, dat in de bossen voorkwam Neen, aan de gids zal het waarachtig niet liggen, wanneer de legende van Sint-Hubertus ons nageslacht niet gaaf bereikt. DAGBLAD DE STEM VAN DECEMBER 1964 (Van een onzer medewerkers) PIETJE KOOLHOUT-VAN DINTER sluipt zachtjes achter de Pietie Koolhout-v. ruige rietmatten. Na elke tien stappen blijft zij even staan om Qjn,er enige door een kiertje te gluren. Zij let er zorgvuldig op geen enkel vrouw' jn Neder- geluidje te maken. Alleen fluit zij van tijd tot tijd. Het is een |anc| ^g een een_ zoete lokroep voor de eenden aan de andere zijde van de rietmatten. denkooi beheert.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1964 | | pagina 7