skodH antiquairs I N V. 14 eren en per post - discreet Complex Bredaas Contrast Kansen Vooruit Smokkel 15 DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 24 OKTOBER 1964 19 lurde en gecontroleerde Geld Iktotoer uiterst snelle afwik Ier brief. Aflossing in ter I- 18 24 en 36 maanden I ;nd op Nederland. 21a 01600—35035 altijd gewaardeerd. BREDA VAN DER STEEN WéeljTlmm) \ewijtim! y -ê Restanten uit een rijk verleden sieren het ruige binnenland, waar steden schaars zijn. BARCELONA -- Die avond is de geelkoperen heme! achter Pineda in vlammende woede ontstoken. Steeds wilder zoekt de wit- lichtende branding toenade ring tot het tengere strand. Weinig herinnert nog aan het speelse minnelied, waar mee de groene zee bruin ge stoofde nimfen aan de Costa Dorada het hof heeft ge maakt. Misschien de bronzen stem van de gitaar, die de waard van La Bodega aan hef slot van een gouden seizoen de laatste toeristen laat be spelen. Of de ruisende sym fonie van rust onder het lo ver van de slapende plaza. keideur zou zien. .,Ik had er alles In gestoken omdat ik er iets in zag. En er wilde maar geen schot in komen". Totdat compagnon Jan Puffer 28> nu mijn reisgenoot een helder mo ment kreeg: ,,Ik zeg tegen Antoon: ga nou maar rustig naar bed, morgen weet ik het. En verdomd, het lukt. Later zeg ik tegen die handelsattaché: we zijn zeker niet de enigen. Nou, dat waren we inderdaad niet en daarom kreeg ik tenslotte een contactadres. Het is mijn plicht als handelsattaché dat te noemen zei-ie erbij. Allicht. Als ik toch contributie betaal aan een in stantie die voor zijn salaris zorgt wat moet-ie dan anders?" r een paar maanden hebben ze het voor elkaar: Couvreur, antiek kenner met een ongebreidelde fantasie, Puffer, die af en toe wel eens niet aan zaken denkt en me deze reis op het hart drukt de geheimen van de handel zoveel mogelijk te bewaren. Ze belanden haast intuïtief bij belangrijke verzamelplaatsen. Nauwe bochtige ste gen, waar de schatten van het Spaanse platteland in bedompte kelders een minderwaardigheidscomplex oplopen. Goudmijn voor handelaars met kennis van zaken; afgrond voor onzekere avonturiers, die zich al te gemakkelijk laten overvragen. Dit is het operatieterrein van jongens als Angel (40), grof gebouwde reus met snor, die in een middelgrote provincie stad zaken doet voor Galerias Apella niz. Routiniers, aan wie het vak zich opdrong in louche proeflokalen, waar je voor tien peseta de hemel in wijn hebt gekocht. „Zonder hem", bekent mij André Apellaniz, „zou het in anti quiteiten niet lukken. Hij is brutaal genoeg om tot het uiterste te marchan deren. Mij zou dat bijzonder slecht afgaan. Vandaar dat zijn aanleg, ge koppeld aan mijn inbreng uit het do mein van de beeldende kunst, een ge lukkige combinatie maakt". Ze leveren nu al enkele maanden hand en spandiensten aan de Bredanaars, denk ik." Hij vertelt het met dezelfde vanzelfsprekendheid als waarmee hij ziin kunstschildersloopbaan samenvat: „toen ik vijf was zei iedereen: dat is een wonderkind. Ik heb zelfs in de Verenigde Staten geëxposeerd Later bleek het allemaal zo'n vaart niet te lopen. Ik schilder nog wel, maar veel minder dan vroegér. Dc zaak, die moet het goed maken, anders komen we niet ver". INEDA, enkele duizenden zielen, is min of meer een toevalstreffer geweest. Je rijdt er tegenaan, waar de snelweg Gerona - Barcelona zich als een piton om de rotsige kustlijn slingert. Acht dagen lang heeft het dorp mijn reisgezel en mij kunnen verleiden met zijn eenvoud, zijn gastvrijheid en oprechte afschuw van al te goedkope imitatie. Het heeft zich durven openbaren zonder de reserve, die vreemdelingen op een afstand houdt. En het heeft ge leerd, dat vijftig peseta een kapitaal kan zijn voor wie het leven onbe zorgd leert nemen, zoals het zich aan hem voorbij rept. DIE avond branden de druipkaarsen niet meer op de lege wijnflessen in El Cortijo. Senor Franco en zijn musicerende kameraden hebben hun gage opgestreken. Het harde ge zicht van het Madrileense danseresje ontspant zich niet meer in het lachen de bloemenlied. En de zwierige mu- chachos hebben hun driftige hielen gelicht. Wie nog wil feesten trekt naar Calella. Blanes, Lloret of Tossa de Mar. Daar lonkt nog de luxe van aflopende seizoenpleziertjes Kakelbonte recla mes flitsen er onverstoorbaar tussen arrogante palmen op de boulevards, die de herfst met kunst en vliegwerk op een afstand houden. Het contrast met het uitgedoofde Pineda is bijna onwerkelijk. En toch heeft het dorp nog een verrassing prijs te geven. Plaatselijke ontdekkingsreizigers wor den er mee geconfronteerd langs de spoorlijn waar een misplaatste blok kendoos verwaand tegen de einder «ugt Het is Pineda's Tauris-hotel, een doolhof van kleine en grote vertrek ken en een staatscadeau van de ge neralissimo aan het toerisme. Daar meten de dapperste dorpelingen zich prijzige vrijersvoeten aan op jacht naar alles wat blond is. Daar zijn voormalige metselaars van het lokale bouwbedrijf witgejaste, maar plompe carnareros, die vloeken met de holle stijl van de zaak. Daar dansen tiental- mü*8 ev hun ergernis weg een "ed^oevende service, die naar worden tetaawVee' te dUUr m°et ?e ïnnnn'1,?' Tauris-hotel, is die avonc in hï rl Thak]' Wat zich eerder eediïLal dom And0«a heeft aan- Dlotaehno rf Wfzlg avontuur, lijkt een thrifw onrl|stige contouren van een thrillei aan te nemen. Ergens is geleed*mVi Êrovc lijnen vast" de bodem van de tweede terras lSï..agne die later op het lauwc 'erras langzaam voor mij uit van de Vissersboten passen volledig in het beeld van het strandleven langs de Middellandse zeekust. In het sei zoen dienen ze de badgasten vaak als kleedgelegenheid of garderobe. tafel de nacht in laveert. Hoe is het ook weer? Ze heet Manolita en de af spraak is zaterdag DIK vijftienhonderd kilometer heeft mijn vriend in één ruk uit zijn sportwagen gedrukt, als we bij Pas de la Casa de slagboom van het Pyreneeënstaatje Andorra pas seren. Een recordrit, die weinigen hem zullen narijden, heeft ons in de nacht vanuit Breda tot aan Rouen gejaagd, waar de dag al vroeg boven de kim is gekropen en de snelheidsmeter me niet meer toestaat dan een hazeslaap. Tours, Poitiers, Le Mans. En dan, achter Toulouse, met defecte schijf remmen de maanovergotcn bergen in. De kleine man achter het stuur, tot het uiterste geconcentreerd, heeft zijn langzamerhand vermoeide blik zo vei lig mogelijk aan de weg gespijkerd. Als een grootmeester jaagt hij op zwarte koffie door de verraderlijkste bochten, goochelend met handrem en compressie. Hij waagt heel wat op het moeilijke traject. Maar de routine van duizenden wegkilometers weerhoudt hem van halsrisico's. Als we de zwaar- onbeschermde ravijnen. Ruim dertig kilometer klimmen we de douanepost voorbij naar de bewoonde wereld op vijfentwintighonderd meter. Soms stapvoets, langs loodrechte, be klemmende wanden; dan weer door potdichte haarspeldbochten. In de drie kwartier, die deze rit kóst, heb ik meer getranspireerd dan op het heetste uur aan de Costa Brava. Andorra la Vella, hoofdstad van het vorstendom, is eindpunt van de eerste etappe in een zestiendaagse tournee, die zich toespitst op antiek. We zijn er nog geen uur of we kokhalzen zo beschaafd mogelijk boven een zond vloed van olijfolie, waarin de bief stuk reddeloos ronddrijft. Ofschoon het belastingvrije vorstendom onder Fran se jurisdictie staat, is de lucht er over al zó Spaans, dat het lijkt of .we twee grenzen tegelijk hebben genomen. Voor de zakenman is het niets minder dan het beloofde land. Er worden hem zij het niet onmiddellijk moge lijkheden geopenbaard, waarover hij thuis hoogstens hallicunaties kan heb ben gehad. Vaak dient hij ze langs achterdeuren en in goed vertrouwen te benutten. Maar gokt hij raak, dan zit hij ook voorgoed op rozen. Voor zover het ons is ontgaan hebben we dat van onze Londense vriend Jer ry (30), die zich opvallend verplaatst in een Triumph en overdag voor goed geld de kale hellingen van het opko mend ski-paradijs Pas de la Casa met statusbouwsels ontnaakt. En niet te vergeten van Enric Palmitjavila (27), spraakzaam gastheer op het panora materras Llac I Cel, waar we ons per kabelbaan heen hebben laten hijsen. In een huidplooi van de stijle Engolasters hoog boven het dorp Encamp, doet hij als zoon van het land zeven maanden per jaar gemakkelijk zaken. Voor bui tenlanders is het iets minder eenvou dig. Tenzij ze het presteren een eerst geboren erfdochter van het „principat" tot bruid te nemen. Uit zo'n huwelijk volgt dan onmiddellijk de zo begeerde Andorraanse nationaliteit met alle daaraan verbonden rechten. Omdat een burgerlijke stand in het vorstendom niet bestaat kunnen ge gadigden het best goede maatjes wor den met de pastoor, willen ze wijzer worden van het kerkelijk gezinsregis- ter. En zelfs dan zal het de vraag zijn, of de surrogaat-galanterieën van de uitgekookte huwelijkskandidaat niet worden doorzien en afgestraft. Het zou de eerste keer niet zijn. dat een broe derlijke reactie zo'n caballero tot een harlekijn met schele hoofdpijn degra deert der aanstaan, wil je in Tequilla ge zellig naar de ochtend kunnen plakken. Of er ook nog wat in antiquiteiten te doen valt? Weinig interessants voor de curiosajager. Zelfs de zoutkistjes niet, die voor deze contreien dan typisch heten. Ze blijken dermate prijzig, dat peper er beter in zou hebben gepast. La Rotonda overdag een schappelijk restaurant, loost 's avonds het meren deel van zijn tafels om het karakter van een chic café-dansant aan te ne men. Als het publiek er zich niet op de vloer waagt, kijkt of luistert het voor wie iedere reis duidelijker wordt, dat Spanje nooit een tekort aan kerken heeft gekend. Tientallen ijdele basilie ken zijn al gesloopt in dorpen en ge huchten, waar ze in fiere overtolligheid hun dagen sleten uit hun •:*§?&Pten kwarmde praal die chaarse wn over "ifefcpn om i^/SN^er^^.^yfrpronk te störpn. vinden Puffer enf.f.goLïvke'ur.ou net wab'xwij ebbeh'N^bó^^. we zittój ai •hefem^al goed n- :85fó<4<#:::jtóbrberei(ié^>:?^#::3gen, M ALS hij mij vlak daarop vraagt naar indrukken van het „moderne" Spanje weet ik dat zijn gedachten voorbarig het beeld uit de folders pen selen. En de veroordeling van dat beeld volgt al spoedig: „Denk niet dat wij voor de honger niet te eten hebben, of dat onze kinderen zich half gekleed vroeg oud lopen te sjouwen in sombe re sloppen Arenahelden dansers en gitaarvirtuozen zijn er ook aanmerke lijk minder, dan men uit verkoopkre- ten geneigd is te aanvaarden. En ten slotte is Franco de kwaadste nog niet, als. je niet te veel over democratie droomt". h ademloos naar de kleine groep arli$&§« ten, die met handen voeten dc grafiféj: van het land conserveert. Het duurèf niet lang of mijn eerste antiek-contact^ is er. Ze heet Manolita en nodigt me wat al te opmerkelijk uit voor de cor rida in Barcelona. Die avond in Pineda heb ik de raad gekregen er niet heen te gaan. Maar het in mijn jaszak opgefrommeide pa piertje, waarop ze „Plaza de la Buona Nova a las oche" heeft geschreven, intrigeert me voldoende om uit louter nieuwsgierigheid naar de Catalaanse hoofdstad te reizen. Het kost maar één taxi naar het politiebureau om de juiste vertaling voor Manolita's „waar devolle contacten in de Spaanse antiek handel" te krijgen: linke jongens, dol op buitenlandse paspoorten :;:;§è;:SSéii:èlët.e papieren op iMgèS:#igen e 11jkhedenBetp^-'i&^Nflet al -.v.".-., re- gaftt' plezierig ijn er W& van die kortsluitingef>:£$$ door «n tekort aan oriëntattaan. Maar daar komen we \j^v|y^rheen odSSN Schatten van het Spaanse plat teland, uit kerken en particu liere huizen. Puffer en Couvreur (links op de foto) worden er steeds weer door geboeid. Die afscheidsavond is dat de aanloop tot 'n debat dat even purper wordt als de nieuwe dag. De tachtigjarige oorlog wordt erin opgerakeld ten bewijze van onze nationale schranderheid, waar die destijds Breda's turfschip binnen de Spaanse kasteelmuren koerste. „Ak koord", capituleert Apellaniz tenslotte, „maar toch is onze oorlog met jullie nog ergens anders goed voor geweest. Neem nou Couvreur, die geen woord Spaans spreekt. Hij was hier nog geen uur of hij vroeg al: „Wa kostta?" Dat is toch zeker niet toevallig?" .,Nee", moest ik toegeven, „Bredaas...." JOHN BINDELS Andorra la Vellahoofdstad van het Pyreneeënvorstendom, is voor de volbloed zakenman niets minder dan het beloofde land. Op de dag dat deze report tage verschijnt, wordt in Bre da de laatste kunst- en an tiekmarkt gehouden. Enkele maanden geleden beleefde zij, op initiatief van enkele vooruitziende geesten, haar primeur en sindsdien heb ben honderden geïnteres seerden de weg naar de Ha vermarkt gevonden. Het eer ste seizoen, dat nu besloten wordt, is er niet in hoofd zaak een geweest van intro ductie. Diegenen, die tot de geregelde bezoekers heb ben behoord hebben dat er varen. Geregeld zijn er aankopen gedaan, waarmee kunste naars en antiquairs ingeno men konden zijn. En zo is er in vrij korte tijd een markt ontstaan, waaraan Breda niet 'anders dan aan sfeer gewon nen heeft. Bij het afsluiten van het eerste marktjaar kan daarom zonder meer worden vastgesteld dat al degenen, die bij de opbouw en het in stand houden van deze markt betrokken zijn ge weest, alle eer hebben van hun werk. Dat ze zich ook volgend jaar zullen beijveren om het niveau van de markt tenminste te handhaven, zo niet op te voeren, mag nog eens worden geïllustreerd door persoonlijke initiatie ven, zoals die hier zijn om schreven. Enric Palnitjavila (27): ,,Er is hier in Andorra geen kapitalist of hij heeft zich rijk gesmok keld. ste en laatste ronde voorbij Foix in gaan, drijft een ondoordringbare nevel om robuuste rotspieken en in wijde, 'P'NRIC Palnitjavila maakt het niet J-* mooier dan het is, wanneer hij over de ontwikkeling van het handelscentrum Andorra praat. Hij heeft het niet over de kleine tabaks industrie, de schrale sluikhandel in si garetten. of de commerciële radiozen ders die nog krachtiger zullen wor den. Het gaat over het toerisme en wat daaraan vooraf is gegaan „Er is hier geen kapitalist aan te wij zen, of hij heeft zich boven Jan ge smokkeld. Van de landbouw moesten we het bepaald niet hebben. De jaren 1949 tot 1953, dat waren gouden tijden. Wat nieuwe wetten later onmogelijk maakten, stond toen niets in de weg. In Duitsland. Engeland en Frankrijk kochten we alles wat onder onze han den kwam. Alles ging weer vlot door naar Spanje. Daar vonden we een uit gemergeld land, dat juichend binnen haalde wat omgekochte grenswachten met de ogen dicht lieten passeren. Het waren vooral machines en auto's. En toen de toeristenstroom in onze rich ting kwam, toen konden we zeggen dat we iets hadden opgebouwd. Nu draaien we al tien jaar best op deviezen En het gaat ieder seizoen beter". Je ziet het aan de zoveelste winkel die opengaat, aan de kapitale verbouwin gen en aankopen. Vijf jaar geleden was de hoofdplaats echt nog niet meer dan een dorp. Nu verbaast de bezoe ker zich over de pretenties van een stadje, dat wat gewend is. Ook al heeft de bisschop van Urgell wiens woord in het elfduizend zielen tellende vor stendom met dat van De Gaulle wet is het sluitingsuur dan algemeen op twee uur 's nachts bepaald En ook al moet je vreemde gezicht Arthur bijzon- "IVTA acht dagen strandvakantie en za- kelijke verkenningstochten ont vluchten we de uitgesproken Duitse invloedssfeer aan de Costa Do rada in de wetenschap, dat er binnen tien jaar geen strook grond meer on bezet zal zijn. We weten van bungalow parken en kampterreinen, waarvan de vierkante meters nog niet zo lang ge leden te geef zijn geweest. Die van daag het tienvoudige en straks nog eens dubbel zoveel zullen opbrengen. We verlaten de pioniers, die tien jaar geleden nog in de harde rotswand wroetten om er een afdak boven te krijgen en nu niet meer uit het hoofd kunnen zeggen hoe hoog hun banksaldo is En we nemen afscheid van onze toevallige gids Riet Allessie (23) die reden heeft om Pineda „mijn dorp" te noemen en langs de kust even goed thuis is als in haar woonplaats Hilver sum. Zeshonderd kilometer dor, versteend en onherbergzaam land, waarin zich schaars wat vuilwitte dorpen verschui len. glijden voorbij op de route Lerida - Saragossa - Pamplona San Sebastian, waar het vochtige klimaat de Atlanti sche kuststrook vriendelijk groen heeft gekleurd. Daar heeft mijn reisgezel zijn commerciële hart verloren aan de schatten, die in brokkelige spelon ken en keldergrotten wachten op klan dizie. Er zijn niet veel Nederlanders die Spaans antiek met toestemming van het cultuurbeschermende patrimonium de grens over krijgen. Twee Breda naars hebben er vergunning voor en het is hun zaak hoe ze met bemiddeling van de Nederlandse ambassade in Ma drid de goede weg gevonden hebben Op de bonnefooi zijn ze gegaan. En toen ze in Madrid eenmaal voor twin tig mille hadden vastgekregen, was de vraag of Couvreurs handel wel ooit de zaterdagse antiekmarkt, voor zijn win-

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1964 | | pagina 9