pm j mCITRON 1JA ORANGE i tonic Missioneren is tegen de stroom oproeien Herfsttijd Marokko en Algerië: ruziënde buren Waarom beren en hier geen leeuwen, wolven meer zijn Kuntu nog beter slapen? „Ja", zegt Olga /AÖk SPA BRONWATER HET OPTIMISME VAN DE KERK BLADEREN VALLEN VAN DE BOMEN on°j SI 11 Bos en hei riatrassen k bij T Een dag van extra actie Uitdaging STAPELS TEKENINGEN Het wordt kouder ANS VERTELT. Ik droomde KV In de derde klas NIEUW! JG Twistpunt is afbakening van grenzen De dappere W DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 14 OKTOBER 1964 TB» Olga matrassen met siersteekmotief ill fabrikanfe van de bekende matrassen iar bij alle goed gesorteer- Vraag de fraai uitgevoerd» Ider aan Uw winkelier of im toezending aan: TEL. 01710-20161-20456 el. 01176 260 Het christendom heeft, zolang het be- ■taat, tegen de stroom op moeten roeien. De hele uitbreiding van het ge loof, vanaf de dag dat Jezus aan het kruis stierf, is een geschiedenis van te leurstellingen, van gedwongen nederig heid, van bijna wanhopige arbeid. Het sjouwen van stenen tegen een berghel ling op. Als men de Kerk zou bezien vanuit een oogpunt van efficiency en produktiviteit, dan moet men zeggen, dat nergens ter wereld zoveel energie wordt verspild als door en in de Kerk. Zolang de Kerk bestaat missioneert zij. Maar wat is de vrucht ervan? Heeft het communisme in veel kortere tijd, niet veel grotere invloed in de wereld verworven, dan de Kerk in al die twin tig eeuwen van haar bestaan? En toch is de boodschap nagenoeg dezelfde: „komt, verworpenen der aarde!" Soms denkt men, dat de geschiedenis zich tegen de Kerk en haar missione- ringswerk keert. Tienduizenden men sen hebben hun leven in dienst van de Kerk opgeofferd, miljoenen gebeden stijgen dagelijks ten hemel en miljarden guldens zijn er besteed om het geloof te verbreiden. Maar één revolutie, één nieuwe ideologie kan al het werk on gedaan maken juist als men denkt (Advertentie) van die jonge Edammer, jibe legen Goudse of oude Leidse dat het doel in zicht is. Latijns-Ameri- ka, dat lange tijd als het enige ka tholieke werelddeel werd beschouwd, blijkt onder de druk van dictators, Voo-doo-profeten en bittere armoede, helemaal niet zo katholiek te zijn. Kongo, waar een schitterend missie werk bloeide, werd door een interne omwenteling een oord waar de mar telaren van deze tijd hun bloed vergo ten. En Europa, dat oude bolwerk van het Christendom, ligt in de greep van het materialisme. Wie de vorderingen van het geloof overziet, betwijfelt bij na of het nog wel zin heeft. baar op de goede weg is, doen hem voortgaan. Daarom: zolang de Kerk in godsdienstig opzicht vitaal is, zal zij blijven missioneren, alle tegenslagen ten spijt. De winter is weer in aantocht. Het is nu bijna niets meer dan vocht. Van de winter dragen we dikke rokken, dikke broeken en wollen sokken. Het kan ook altijd geen zon zijn, maar toch is de winter fijn. We doen mee aan een schaatswedstrijd op het ijs En winnen dan misschien wel een prijs: 4 Op school gaat het goed hoor Koud of warm we gaan toch door. Sneeuw wind of regen, We kunnen er toch wel tegen. Al moet de winter nog beginnen toch zijn we nu al iets aan het verzinnen. En nu de schaatsen uit de kast Dan hebben we van de kou geen last. De bladeren vallen van de bomen Nu zie je haast de zon niet meer komen, 's Morgens is het een beetje koud en de lucht is soms wat grauw. 's Avonds vroeg donker 's morgens laat licht en heel de dag de deur dicht. De lange avonden komen aan en 's nachts schijnt een heldere maan. We kijken naar TV en lezen een boek We drinken koffie met een koek. Al is het buiten toch wat kil We vinden het niet erg al is het buiten wat stil. Zelf verzonnen door: Beppie de Wys Koning Haakonstraat 4, Moerdijk Stapels tekeningen zijn er deze week binnen gekomen, maar zoals jullie wel weten kan ik niet elke tekening in De Stem zetten, omdat daarvoor geen ruimte is. Maar er is nog een andere reden waarom sommige tekeningen niet geplaatst worden; ik krijg de laatste tijd steeds meer tekeningen die heel slordig afgewerkt zijn. Soms zijn het krabbeltjes op een half afgescheurd schriftblaadjes. Kijk, dat vind ik nou jammer. Ik weet dat niet ieder kind even mooi kan tekenen, maar ieder kind kan wel nétjes tekenen. Dat zelfde geldt trouwens ook voor de vers jes en verhaaltjes. Het is niet prettig om een verhaaltje te krijgen dat slor dig geschreven is op een papier vol met inktvlekken. En denken jullie er ook nog eens aan dat het papier maar aan één kant beschreven mag zijn en dat je naam, adres en leeftijd op de tekening of onder het verhaaltje ver meld staat, want er zijn nog steeds kinderen die dat vergeten. Ik weet ze ker dat sommige kinderen de volgende keer een beetje beter hun best gaan doen. Heel ijverig waren deze week de kinderen Van den Berg uit Teteringen; de vijfjarige Rinie stuurde zelfs twee grote tekeningen. Brigitte Kint tekende een wieg met een heleboel kinderen erom heen, die cadeautjes brengen. Heb je er een broertje of zusje bij gekregen Brigitte? Ook mooie tekeningen kreeg ik van Loek Willemen uit Dongen, Piet, ICees en Annie Hendrickx uit Rijsber- gen. Nettie Mertens uit Achtmaal, Joeke en Karei van Gestel uit Rijen, Kitty Takx uit Prinsenbeek, Eric Kint en Joca Lambregts. Het versje van Beppie de Wijs heeft er omheen, die cadeautjes brengen. Heb Ze schrijft over de herfst en de win ter. Een fijne tijd, dat vinden ook de twee kinderen op de foto. Ze hebben ontdekt dat je heerlijk kunt spelen in de afgevallen bladeren, zo heerlijk, dat ze er zelfs hun fietsje voor laten liggen. José 1 A De verleiding is groot om te zeg gen: als dit werkelijk Gods Kerk waarom snellen de engelen haar dan niet te hulp? Waarom werkt de genade niet zichtbaar onder haar leden. Dit wordt dan ook vaak gezegd. Het is dezelfde uitdaging als die men tot Je zus richtte: als je Gods zoon bent, kom dan van dat kruis af! Of als de spot woorden van Satan in de woestijn: Als je Gods zoon bent, spring dan van het tempeldak, dan zullen de engelen je opvangen! Wie in de Kerk en in haar missie gelooft, heeft alle optimisme ter wereld nodig. Statistieken kunnen hem nauwelijks in zijn verwachtingen steu nen. Alleen het geloof, de onberede neerbare wetenschap dat wie de liefde tot de medemens in zich voelt, onfeil- Van deze geest getuigde een toespraak die paus Paulus dit jaar hield tot hon derd vetrekkende missionarissen „Gaat, dierbare zonen en dochters, met de serene rust van degeen die er zeker van is, dat hij iets doet dat aangenaam is aan God en nuttig voor de Kerk, iets waartoe de paus aanmoedigt en dat zijn zegen heeft". Ditzelfde zou men kunnen en moeten zeggen tot allen die hoe bescheiden soms ook de missie helpen bevor deren door hun gebed, door hun boete doeningen en hun offers. Zij missione ren immers mee. Op 18 oktober is het weer missiezon dag. Dan wordt in heel de wereld extra de aandacht voor de missie gevraagd. Niet, opdat men na Missiezondag het hele vraagstuk verder kan vergeten, maar juist opdat men er het hele ver dere jaar aan herinnerd kan worden. De vrijdag daaraan voorafgaande is een dag van boete. De gelovigen wordt dan gevraagd, zich vrijwillig iets te ont zeggen, tot intentie van de missie. (Van onze Parijse correspondent L. J. Kleyn) PARIJS Praat of schrijft men over brandhaarden in de wereld, dan denkt men dadelijk aan Cyprus, Vietnam en Berlijn. Men vergeet (omdat er zo weinig over geschreven wordt) dat het ook broeit tussen Marokko en Algerië. Deze landen liggen met elkaar overhoop over de afbakening van vage grenzen in de Sahara. Vroeger zou men er niet aan gedacht hebben over een paar scheppen droog zand een oorlog te beginnen, maar sedert in die woestijn belangrijke grond stoffen ztfn gevonden hebben beide sta ten hun gewapende strijdmachten aan zienlijk uitgebreid. Jammer, want er valt op niet-militair terrein voor onder ontwikkelde volken nog zo veel te doen. De eerste bloedige botsingen dateren van oktober 1963. In de Sahara werd toen gevochten in een hoek, begrensd door Marokko, Mauretanië en Algerië. „Begrensd" is veel gezegd. Er bestaan daar in die dorre en verlaten zandwoes tijn eigenlijk alleen maar papieren gren zen. Marokko beweert, dat die „gren zen" eenzijdig door Frankrijk werden vastgelegd, toen Marokko en Algerië nog onder Frans bestuur stonden. Algerië neemt het standpunt in: toen wij onaf hankelijk werden, hebben wij de Franse en dus ook de door Frankrijk vastge stelde grenzen. De twee landen zitten op gescheept met een erfenis uit het kolo niale tijdperk, toen het de Franse expan sie voordeliger uitkwam in het geheel geen grenzen vast te stellen. De verenigde volken mogen de hemel danken, dat zij niet rechtstreeks in het conflict worden gemoeid. Bemiddelaar in het conflict is de keizer van Ethiopië als voorzitter van de OUA (organisatie voor de Afrikaanse eenheid) heeft hij een commissie laten benoemen tot vast stelling van de grenzen. In die com missie zitten vertegenwoordigers van de Ivoorkust, Ethiopië, Mali, Nigeria, Sene gal, de Soudan en Tanganjika. De com missie slaagde er alleen maar in beide regeringen te bewegen hun troepen uit het betwiste gebied terug t etrekken, maar zoekt sedertdien tevergeefs naar de begindraad van het onontwarbare klu wen. Niemand komt uit de doolhof. Ook begrijpelijk is, dat de nog zo jonge or ganisatie voor de Afrikaanse unie be zwaarlijk bereid is een der twee partijen in het ongelijk te stellen. Kool en geit. De toestand is er de laatste maanden niet beter op geworden. Vooral Algerië heeft lessen getrokken uit de nederlaag van oktober 1963. toen het niet opge wassen bleek tegen de overmacht van de Marokkanen. Algerië beschikt thans in zijn gemoderniseerde leger over 200 tanks van Russische oorsprong en over 20 jagers van het Mig-type. Marokko, dat van alle Afrikaanse landen traditioneel het sterkste leger heeft gehad, bleef niet achter. Wederzijds proberen de twee re geringen uit financiële, economische en commerciële overwegingen een gewa pend conflict te voorkomen, maar hun generale staven, die zich grote pieten voe len, hebben zij niet altijd in de hand. Een geweer gaat gauw af in de Sahara als Marokkaanse boeren dadels gaan plukken in een oase, waarvan de Alge rijnen zeggen: die dadels zijn van ons Een verstandige oplossing zou zijn de betwiste gebieden gezamenlijk te exploi teren. Maar in de oneindigheid van de In de hei staan mooie paarse bloemen. Het is nu herfst en toch schijnt de zon. Het is zo mooi in de bossen en hei. We plukken paddestoelen en katjes. Die zetten we thuis in mooie vazen. En we hebben een konijntje en een eekhoorntje gezien. We zien bladeren met mooie kleuren. Rood groen geel en bruin. Maar op een dag vloog het bos en de hei in brand. We vonden het zonde en belden gauw de grondweer op. Ze blusten het zo dat de brand gauw weg was. Daar waren de mooie bossen en de hei. Maar zo gauw mogelijk zaaiden we mooie bloemen. Zo werd de hei weer mooi. Marjon Hekking (8 jaar) Stryenlaan 75, Breda. De herfst begon 21 september, dat kon. De bladeren verkleuren Nog even, dan ligt de sneeuw voor de deuren Dan moet de kachel weer aan We kunnen moeilijk bevroren staan. Dan dragen we handschoenen en een das Want dat komt dan weer van pas. Dan wordt het koud weer En krijgen we de sneeuwmeneer. Mijn naam is Mariëtte 's Morgens kom ik uit mijn bed 's Middags lust ik graag kotelet En 's avonds maak ik pret. Elegeert is mijn vaderlijke stam Die ik kreeg toen ik ter wereld kwam. Ik woon in de Schoolstraat Waar ons huisje staat 12 is ons nummer En verder wordt ons straatje dunner Koewacht ja, u raad het goed De plaats waar ik naar schooltje moet. Rienie v.d. Berg (5 jaar) St. Jozefstraat 2, Teteringen Ik droomde van een hemelsblauw meer van de opkomende zon en krijsende meeuwen Ik dwaalde er over het stille strand Het was nog vroeg in de morgen en heerlijk rustig Ik zocht naar schelpen en vond er vele, grote glanzende parelmoeren Midden op het strand zag ik jou Geheel verdiept in je werk Je tekende. Ik riep je naam Maar je reageerde niet En net toen ik vlakbij je was Keek je op.en ik werd wakker. May-June Lia Hendrikx, Pannehoefsebaan 16, Rosbergen In de derde klas, ben ik in mijn sas. We leren zingen en tekenen, en natuurlijk ook taal en rekenen. Als 't pauze is, gaat 't met de voetbal heus niet mis. Maar achter alles komt een punt, als je niet meer kunt. Willy van de Voorde Marapolder 2, Philippine (Zeeland) Lieve José, Ik doe deze week ook mee! En al ben ik dan nog klein, Ik hoop dat het naar uw zin zal zijn. Ik heb 4 broertjes en 2 zussen, Daar zit ik dan ook nog tussen. Dan ook nog mijn Pa en Ma, Dat zijn er dus 10 op ééntje na. Wij wonen in het mooie Chaam, Dat is een bekende naam. Want iedereen heeft wel eens gehoord, Van dit mooie vakantieoord! We hebben een mooie kerk en school, En daar hebben we altijd heel veel jool. Dan is er ook het postkantoor, Daar werkt mijn papa hoor. Hij is postbode in Chaam, En iedereen kent zijn naam. Er is hier ook een brandweerspuit, En die spuit mijn rijmpje uit. Ans Cornelissen Gilzeweg 47, Chaam (N.-Br.) O R. v.d. Berg (9 jaar) St. Jozefstraat 2, Teteringen administratie overgenomen zoals die was Sahara is gezond verstand ver te zoeken. Henny Bastiaenen (10 jaar) Kerkpad 12a, Heerle (N.-Br.) Lang geleden was er eens een herder die prachtig kousen breien kon. Als zyn schapen graasden op de hei, zorgde de hond ervoor dat de kudde bij elkaar bleef. De herder had dan alle tijd om op een heuveltje te zitten en kousen te breien van witte schapenwol. Op een keer had hij alweer zoveel kousen bij elkaar gebreid, dat hij ze naar de markt wou brengen. Maar eerst moesten ze mooi gewassen wor den. De herder liep naar de rivier. Hij ging aan de oever op zijn knieën zitten en waste en spoelde dat het een lust was. Juist toen hij de kousen door het wa ter sloeg zodat zij wuifden onder de rimpelende golfjes, kwam er een leeuw voorbij. De leeuw vroeg aan de man wat hij daar deed. ,,Ik was hier leeuwendarmen," ant woordde de herder. De leeuw schrok.' ,,Waar heb je die vandaan?" vroeg hij. ,,Ik heb ze gekregen van iemand, die nog veel moediger is dan ik," zei de herder. De leeuw dacht hierover na en liep verder. Nauwelijks was de leeuw weg. of er kwam een beer aan. Hij had zoveel ho ning gegeten dat hij er dorst van had gekregen Nu kwam hij een slokje drinken uit de rivier. „Wat ben je daar aan het doen?" vroeg de beer. Nu vertelde de herder dat hij bezig was met het wassen van berendarmen. Ook de beer wilde weten hoe hij aan die darmen kwam. En hij kreeg een zelfde antwoord als de leeuw: ..Ik heb ze gekregen van een jager die nog moediger is dan ik." Net was de beer verdwenen of daar kwam een wolf aan gelopem. Die volg de het spoor van een hert, en dat leidde naar de rivier. Maar in de plaats van het hert vond hij de herder. „Wat doe je daar?" vroeg de wolf. Nu waren het natuurlijk wolvendarmen die hier in het water gewassen werden. Op de vraag waar ze dan wel vandaan kwamen hoorde de wolf over de dap perste der dapperen. Kort hierop kwamen de leeuw de beer en de wolf elkaar tegen. En zij spraken over wat zij beleefd hadden. De leeuw vertelde over de man die leeuwendarmen waste. De beer over de man die berendarmen waste. En de wolf over de man die wolvendarmen waste. En over de moedige, dappere jager die al die darmen aan de herder had gegeven. Nu werden ze zo nieuwsgierig dat ze terugliepen naar de herder om hem te vragen of ze die dappere eens konden zien. Hierop antwoordde de herder: ,,Dat is alleen maar mogelijk als je heel lek ker eten in een eenzame hut brengt. Als jullie dat eten hebt neergezet, moet je je goed verstoppen. Dan zal hij ko men en zich aan de heerijke maatijd te goed doen. Maar wees op je hoede Want als hij onder het eten nijdig op en neer gaat lopen, dan kun je er zeker van zijn dat hij het niet lekker genoeg vond. Pas dan goed op, of hij grijpt jullie in de kraag!" De drie wilde dieren gingen weg en deden zoals de herder het gezegd had. Toen de heerlijkste spijzen waren klaar gezet, kroop de leeuw achter de kachel om van daar uit de kamer in t, loe ren. De beer verborg zich onder de planken vloer om door de spleten naar binnen te gluren. De wolf sprong op de balken en tussen de binten vond hij een goed plaatsje waar hij het vertrek kon overzien. Nu piepte de deur open en daar kwam een poes binnen, die begon te schrokken en te smullen van al het heerlijks. De beer die onder de vloer lag, spied de door de kieren. Toevallig kwam het tipje van zijn oor tussen de planken door. De poes die dacht dat het een muis was, sprong naar het bereoor. De beer brulde zó hard dat de kat schrok en achter de kachel sprong. De leeuw zette het op een lopen, maar de poes vluchtte voor die onverwachte ko los en sprong op de balken van de zol dering. De wolf die hier gezeten had, liet zich naar beneden vallen. Hals overkop zochten de 3 'n goed heenko men Ze waren al gelukkig dat ze het er lévend vanaf hadden gebracht. De leeuw, de grootste en de sterk ste uit het gezelschap, vluchtte naar het zuiden. Zo hard zijn benen hem konden dragen, rende hij tot aan de woestijn. En daar bleef hij voorgoed wonen. De beer holde precies de andere kant uit, naar het noorden. En hij hield pas stil toen hij in de wouden tussen sneeuw en ijs terecht kwam. De wolf nam de weg ertussen in. Hij snelde naar het oosten, zo ver tot hij de steppen bereikte. En zo komt het nu dat er in ons land geen leeu wen, geen beren en geen wolven meer zijn. A. Mac Gillavr-

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1964 | | pagina 9