CONCILIE ACCEPTEERT MODERNE
WIJZE VAN BIJBELEX
flatjeS
Hoe de eik ingescheurde
blaadjes heeft gekregen
EEN TROUWE VRIEND VOOR LOES
De boeven
Kardinaal Ruffini houdt het hart vast
Open voor
vernieuwing
dames-
Amerikaanse
actie tegen
wanbetalers
Ria wil corresponderen
10
DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 7 OKTOBER 1964
10
Kastanjes zoeker
Oostenrijks
Mijn grootste
vriend
Kamperen op de
„Panneschuur"
Die arme muisjes HectQr en yeu|en
GOLD STAR 25
'n klasse apart
25 PITTIGE SIGARETTEN
VOOR f 1,25
GOLD STAR
King Size
20 KING SIZE SIGARETTEN
SLECHTS f 1,15
Hallo meisjes
en jongens....
Klok terug
Formgeschichte
in een soepele, doch zeer sterke kwa
liteit. U kunt kiezen uit diverse leuke
modellen, natuurlijk in de nieuwste mo«
detinten. Maten 35-42. En jlAA
3 dagen lang, slechts
VRGOM&DREESMANN
Verenigde Naties
Carientje van Wanrooy
Blakenakkerstraat 56, Dongen (7 jaar)
Rudie en Rob waren twee vriendjes.
Ze speelden altijd met elkaar. Ze gin
gen goed met elkaar om. Op een dag
kwamen ze bij Rudie thuis. En z'n
moeder zei: ..Rudie ga je vanmiddag
kastanjes rapen langs de weg. Vraag
aan Robs moeder of Rob het ook mag"
Rob zei: „Ik mag het wel denk ik".
Rob mocht het van moeder. Om twee
uur kwam Rob om Rudie te halen. Ze
gingen samen naar de Melkweg. Daar
wilden ze kastanjes rapen. Er lag niks
op de grond. Rudie probeerde of het
met een stok ging. Maar dat ging niet.
Toen zei Rudie: „Ik ga op jouw schou
der staan, dan gaat't wel misschien". En
ja hoor, Rudie kon de eerste tak al pak
ken. Rob bleef gewoon staan en glim
lachte. Ineens zat er een spin in Robs
nek. Hij voelde iets kriebelen. Hij
schrok zo dat hij Rudie los liet. Rudie
schrok en gaf een gil. Rob haalde de
spin uit zijn hemd en maakte de spin
dood. Hij wou net terug lopen, maar
kwam te laat. Krak, zei de tak en Rudie
kwam met een smak op de grond
terecht. Rob zag het, en voelde of hij
nog geld had. Ja hoor hij belde gauw
het ziekenhuis op. Onmiddellijk kwam
de ziekenwagen. De mensen die het
zagen keken naar de jongen. De twee
dokters legden hem op de brancard.
De sirene loeide. Rob ging bedroefd
naar Rudies moeder. Ze schrok en
ging gauw naar het ziekenhuis. Toen
Rudie weer thuis kwam werden ze
weer dikke vrienden. Ze beloofden dat
ze nooit meer iets gevaarlijks zouden
doen. Dat was een goed besluit.
Marlies van Oosterhout (10 jaar)
Abdijstraat 21, Breda, Doornbos.
Joke Schalk (121/2 jaar)
Verlorenhoek 8, Prinsenbeek
Eens ging de duivel naar de goede
God en zei: „De mensen zijn hele
maal niet tevreden over uw rege
ring. Ze willen allerlei dingen doen
die U verbiedt. Maar als ik zou
regeren, was dat wel anders. Ik zou
het veel beter doen en de mensen
zouden niets te klagen hebben".
Nu vond God dat de duivel niet de
geschikte leider voor de wereld
was. En Hij zei tegen de duivel:
„Ik kan je de regering niet toe
staan".
„Neem me één dag op
proef, om te zien hoe
het gaat", smeekte Sa
tan.
„Goed dan", zei Onze
Lieve Heer. „Let op,
als van alle bomen de
bladeren af zijn, zul je
één dag mogen regeren. Dan ver
trouw ik je de wereld één keer toe".
De duivel was blij. Hij lette goed
op de bomen. De eerste dag dat
er nergens meer een blad te beken
nen zou zijn, werd zijn grootste
dag! Dat dacht hij tenminste.
In de herfst begonnen de bladeren
te vallen. De bomen werden kaal.
Nu brak de dag aan die de duivel
niet ongemerkt voorbij zou laten
gaan. Hij haastte zich naar God om
van Hem de wereld over te ne
men.
Maar de goede God wees alleen
maar naar de eikebomen. En de dui
vel zag dat daar nog hier en daar
wat blad aan zat. Dat was waar.
Die laatste blaadjes verschrompel
den en werden dor. Maar het duur
de toch een hele tijd vóór ze alle
maal op de grond waren gevallen.
Maar toen de eiken eindelijk geen
enkel blaadje meer aan hun tak
ken hadden, spoedde
Satan zich weer naar
God.
Nu wees de goede God
naar de andere bomen.
En de duivel zag dat
die alweer in hun fris
se lentetooi stonden.
Hij begreep dat de eiken zijn plan
in de war hadden gestuurd.
Woedend dwaalde de duivel door
de bossen. En toen kort daarna aan
de takken van de eiken óók jonge
blaadjes ontsproten, scheurde hij
uit boosheid de eikeblaren met
zijn klauwen kapot.
En sinds die tijd hebben de eike
bomen altijd ingescheurde bladeren
gehouden.
Robbie Vermeulen (9 jaar)
Hooghout 7, Breda
Stil en roerloos is de zee
Uren kan ik er naar kijken
Naar het spel van wind en golven
het zachte ruisen van de branding
steeds opnieuw boeit het me weer
De zee.... mijn grootste vriend.
Soms stormt het
dan koken de golven
lijkt de zee behekst te zijn
en eist het water zijn prooi
mensenlevens
dan haat ik hem
De zee.... mijn grootste vriend.
In gedachten ben ik daar met jou
Dromen we samen van het water
En dragen de golven
onze gedachten ver over zee.
Stilzwijgend genieten we dan
De zee... mijn grootste vriend.
„MAY-JUNE"
Op 17 augustus zijn we gaan kamperen
voor een week op camping ,,De Panne-
schuur". We gingen met z'n vijven nl.
Willie Spinnewijn, Benny Scherbijn, "An
ton Lucluze, Peter Backe en ik zelf.
Maar om te kamperen is er geld nodig
en dat hadden we niet. Toen hebben
we iets bedacht, dat geld in het laatje
bracht, nl. hentjes en hondjes te verko
pen. Dat zijn schelpdieren. Ze zijn erg
lekker. In België zegt men er mannekes
tegen. Eerst moet men ze uit de slik
halen, daarna goed wassen en ze dan
koken en dan nog zeven. We vroegen
45 ct per soepkom. We zijn er drie keer
om geweest. Toen hadden we een bedrag
van ongeveer 50 gulden. Dus toen kon
den we gaan kamperen We namen twee
tenten mee, vijf luchtbedden en degens.
We kookten zelf ons eten.
De laatste dag hebben we pannekoeken
gebakken. We maakte" ook kennissen,
nl. een mevrouw uit Hulst, mevrouw
Borghstijn en een Duits echtpaar en nog
een Duitse vrouw alleen. We hebben
zeer veel plezier gehad. En ik hoop dat
mijn vrienden en ik dat volgend jaar
weer mogen hebben. We zijn ook naar
Cadzand geweest, we hebben haaietanden
gevonden, die, naar men zegt, 2.000.000
jaar oud zijn.
HANNIE BLAAKMAN (13 jaar)
Dorpsstraat 8, Hoofdplaat
Ria van de Lindeloof wil corresponderen
Omdat ze 't schrijven goed wil leren.
Ze woont aan de Bredaseweg
Is dat nu niet lollig zeg.
Ze houdt van zwemmen en van
trommelen
Daarvoor gaat ze naar de Leur
Dat is haar woonplaats, 't is dus vast
bij de deur.
Ze is oud namelijk 13 iaar
Iedere schrijfgrage jongen of meisje
Is met mij dus zo maar niet klaar
Dus wie met mij wil blijven schrijven
mag schrijven naar:
RIA v. d. LINDELOOF
Bredaseweg 167, Leur
Onder het dak van ons huis
Had een aardige muis
een lief nestje gebouwd
voor twee jongen
Och ze speelden daar blij
ze stoeiden en zongen
maar ach eens op een keer
kwam de oude niet weer.
Toen hadden de kindertjes
geen eten meer
De ondeugende kat
had het muisje gevat.
JEANNY LAMBRECHTS
Tiendpad 12
Wernhout gem. Zundert (N.B.)
Jeanne wil corresponderen met een
meisje van 10-12 jaar.
Hector is een hond met veel verstand.
De baas van Hector heet Seriel Jansen.
Hij woonde op een boerderij, waar ze
twee paarden hebben. De pony was
voor Seriel en het grote paard was
voor vader.
Maar ze hadden ook veel koeien. Dat
is geen wonder ook, want ze woonden
in Amerika.
Op een keer kreeg de pony een veu
len. Het was net zo groot als Hector.
Hector dacht dat het een speelkame
raadje was, maar als Hector er mee
wilde spelen, dan kroop het jong achter
de moeder. En Hector ging dan maar
weg.
Op een morgen, toen het veulen al
wat groter was, ging Seriel weer naar
de stal en deed de deur open. Maar
wat schrok hij. Het veulen was weg.
Vlug liep hij naar vader om het te
vertellen. Hector liep achter hem aan.
Toen vader hoorde wat Seriel zei,
ging hij meteen mee kijken. Toen belde
vader de politie op. De politie heeft het
veulen niet kunnen opsporen. Maar
Hector wel: die bracht het veulen thuis!
Riehy Evers (9 jaar),
Ooslerhoutseweg 51, Breda.
GOLD STAR
Het was avond en het was tijd om
naar bed te gaan. Ook voor Loes. Loes
keek eerst nog even door het raam
voordat ze slapen ging. Toen zag ze
plotseling een gestalte opdagen. Moe
der zei, dat het maar een verbeelding
was. Toen moeder weg was ging Loes
zitten. Door het raam kon zij over
heel het erf kijken. Ze ging voor het
raam staan. En weer zag ze de ge
stalte. Ze hoorde nog net hoe de
torenklok half twaalf slo&g. Ze
wachtte tot vader en moeder ook naar
bed gingen. Daar kwamen ze net de
trap op. Ze kroop gauw in bed. Toen
de klok twaalf uur sloeg ging Loes
uit bed en kleedde zich aan. Haar hart
bonsde hevig toen ze de trap af ging.
Toen ze de buitendeur open deed
kwam de gestalte op haar af. Van
schrik deinsde ze een eindje achter
uit. Maar toen zag ze in het maan
licht dat het een hond was. Hij hink
te. Ze pakte het dier op en droeg
het naar binnen. Zij riep vader en
moeder erbij. Vader zei, dat het diet
een zwerver moest zijn. „O, wat is hij
vies", zei moeder. „Ik denk dat het
dier zijn poot gebroken heeft", zei
vader weerMorgen zullen we de
dierenarts wel bellen, ga nou maar
gauw slapen".
'b Morgens werd ze wakker doordat
ze een auto op het erf hoorde komen. Ze
sprong uit bed en keek door het raam.
Ze zag dat het de auto van de dieren
arts was. Ze kleedde zich aan en waste
zich en ging naar beneden. Daar zat
de dierenarts gebukt bij de hond, die
onrustig rondkeek. Toen hij Loes zag
begon hij met z'n staart te kwispelen.
De veearts zei dat het een gebro
ken poot was. Hij verbond de poot en
ging weg nadat hij eerst een kopje koffie
had gedronken. Loes vroeg toen aan
moeder: „Mag ik hem houden?" Loes
wist dat moeder niet veel van honden
moest hebben. Moeder keek eens naar
vader en deze trok een diepe rimpel
in z'n gezicht. Moeder zei toen tegen
Loes dat ze eerst nog na moest denken
Na een week was de hond genezen.
Loes noemde hem Bessie. Moeder zei:
„Als de hond beter is moet hij naar het
dierenasiel."
Dit vond Loes heel verdrietig,
maar wat kon ze eraan doen? Tegen
moeder valt toch niet te praten als ze
nee gezegd heeft. Loes en Bessie gingen
wandelen in het bos. Dit de.ed Bessie
graag. „Dit zal wel je laatste wande
ling zijn, Bes", zei Loes. Bessie keek
haar verdrietig aan. Toen ze een eindje
gelopen hadden zei Loes: „Kom dan
rusten we hier wat uit". Ze ging op een
boomstam zitten. Toen Loes op wou
staan rolde de andere boomstam op haar
voet. Ze schreeuwde van pijn. Ze wrong
en ze duwde maar het hielp niets. Toen
kreeg ze een idee. Ze riep Bessie en
pakte haar zakagenda. Ze scheurde er
een blaadje uit en schreef er op. „Ga
met Bessie mee, ik zit met m'n been
gekneld, Loes".
Ze knipte het briefje vast aan de
halsband van Bessie. „Naar huis. Naar
vader en moeder. Gauw naar huis.
Bessie". Het dier keek haar even aan
en liep toen hard weg. Toen Bessie thuis
kwam keek moeder zeer verbaasd. Ze
vroeg: „Waar is Loes Bessie?" Toen
Bessie begon te janken zag moeder het
briefje. Ze pakte het en begon haastig
te lezen. Ze zei tegen Bessie waar is
Loes. Hij rende weg en moeder ging
hem na. Toen ze eindelijk bij Loes aan
kwamen zag moeder dat Loes in twee
bomen gekneld zat. Ze schoof de boom
opzij. Toen droeg ze Loes naar huis.
Toen Loes bij kwam lag ze in bed. Va
der en moeder, de dokter en tante
stonden bij haar bed. Het eerste wat
ze zei was: „Waar is Bessie?" „Die ligt
binnen," zei moeder. „Mag ik hem
houden moeder?"
„Ja hoor", zei moeder. „Want hij
heeft je gered". Nauwelijks had moe
der dit gezegd of Bessie kwam de ka
mer binnen. Hij sprong op bed. „Mag
ik hem echt houden?", vroeg Loes. „Ja
hoor je mag hem zeker houden". Toer
begon Bessie te blaffen en likte Loe;
almaar in het gezicht. Zij waren de
beste vrienden ter wereld en ze beleef
den nog vele avonturen.
Rini Zagers
Ostaayensebaan 4a,
Achtmaal
Jolian Roovers
Rooiakker 12, Ulvenhout
Het begint nu buiten echt herfst te
worden. Sommige dagen is het prachtig
weer, en op andere dagen regent en
stormt het. Hebben jullie ook zo'n zin
om lange wandelingen te maken als de
zon schijnt. Het is dan heel fijn buiten.
Op de grond liggen massa's gele en
bruine bladeren, die lekker ritselen als
je er op loopt. De bomen zien er nu
ook al heel anders uit dan in de zomer.
Sommige zijn er veel mooier op gewor
den, met een kruin die er uitziet of hij
in een heleboel verschillende verfpot
ten gestopt is: de prachtigste kleuren
rood, oranje, bruin en geel. Sommige
mensen vinden deze takken zelfs zo
mooi, dat ze ze in een vaas zetten.
Ik heb aan de verhaaltjes en teke
ningen gezien, dat veel kinderen de
herfst toch ook wel een fijne tijd vin
den. Zo kreeg ik van Marita Martinet
uit Heikant en Lia Hendrickx uit Rijs-
bergen een herfsttekening met padde
stoelen erop. In kan natuurlijk niet van
ieder kind zeggen wat het getekend
heeft, maar ik kan wel enkele namen
noemen van de kinderen wier teke
ning geen plaatsje in de Kleine Stem
kon krijgen, maar die toch allemaal hun
best hebben gedaan. Dat zijn o.a. Hen-
kie (6) Weemaes uit Nieuw-Namen,
Miriam Acte uit Clinge, Danny Wee
maes uit Clinge, Anneke Obrie (7) uit
Sas van Gent en Jo Rijk (12), Hoofd
straat 23 te Ovezande (Jo wil corres
ponderen met een meisje van dezelfde
leeftijd). Een extra complimentje krijgt
de vijfjarige Patricia Broeders uit Bre
da, die een prachtige kleurentekening
maakte. Henny Bastiaenen (10) uit
Heerle (N.-Br.) tekende een stoere rid
der met zwaard en schild. Claudia
Broeders uit Breda (9) schreef een
aardig verhaaltje over een haasje. De
tekening van Franca Bastiaansen uit
Den Hout was wel mooi gekleurd, maar
Franca heeft onder de tekening eerlijk
gezet: „Van mijn zakdoek afgekeken".
Je weet Franca dat ik liever een teke
ning krijg die je zelf verzonnen hebt.
Probeer het maar eens, het zal best luk
ken, en misschien dat ik je dan wel
een plaatsje in De Kleine Stem kan
geven.
José
Er waren eens drie boeven. Die roof
den bij de burgemeester wel eens geld.
Dat haalden ze uit de kast. Maar op
een avond ging het zoontje van de bur
gemeester onder een stoel zitten. Hij
had een pistool in zijn hand. Om elf
uur kwamen de drie boeven weer. Ze
gingen naar de slaapkamer van de bur
gemeester. Ze pakten de sleutels van
het tafeltje. Toen gingen ze naar de
kast waar het geld in zat. Ze pakten
ieder 10 briefjes van duizend gulden.
Maar het zoontje van de burgemeester
pakte nu zijn pistool en kroop voorzich
tig onder de stoel uit. De boeven wil
den naar buiten rennen maar het zoon
tje zei ineens: „Handen omhoog of ik
schiet". De boeven deden van schrik
de handen omhoog. Het zoontje riep:
„Pappa, pappa, kom eens gauw". Daar
kwam de burgemeester al aangerend.
„Ha-ha", zei de burgemeester, „dit zijn
nou de boeven die mijn geld stelen. Ik
zal de politie eens opbellen". Binnen 5
minuten stond de politiewagen al op
het erf. De boeven kregen alle drie de
handboeien aan. Ze moesten mee naar
het politiebureau. Daar werden ze tot
drie jaar gevangenisstraf veroordeeld
Einde.
Jac. Matthijssen,
Van Lanscliotstraat 21, Achtmaal
keus uit twee
(Van onze concilieredacteur
dr. Alfred van de Weijer»
ROME De debatten over de
openbaring, waarmee het Concilie
thans bezig is, hen i t
hun oecumenische betekenis, ze
zijn ook van het grootste belang
voor de binnenkerkelijke vernieu
wing. Hier wordt namelijk voor
de toekomst uitgemaakt, welke
richting de Kerk zal kiezen in haar
uitleg van de bijbel. Zullen de
exegeten gedwongen worden, met
oogkleppen door hun vakgebied te
gaan, of mogen ze hun werk doen
met alle openheid, die daarvoor
nodig is?
Een indirect antwoord op deze vraag
is te vinden in het laatste hoofdstuk
van het schema waar de exegeten als
het ware persoonlijk worden aangespro
ken. In plaats van de gebruikelijke
waarschuwing krijgen ze een woord van
lof en van bemoediging te horen. De
Kerk heeft hun rechtskundige bijstand
nodig. Zij weet dat de exegeten zich
over het algemeen trouwe zonen van de
Kerk hebben getoond en zij is zich be
wust, dat velen onder de spanning tus
sen gehoorzaamheid aan het kerkelijk
gezag enerzijds en wetenschappelijke on
kreukbaarheid anderzijds geleden moe
ten hebben. De tijd. waarin zo goed als
uitsluitend tikken 'op de vingers wer
den uitgedeeld, is voorbij. Nu is er
plaats voor een woord van lof en voor
een gebaar van bemoediging.
Maar dat niet alleen. Ook in het ge
ven van richtlijnen voor de praktijk ge
tuigt de Kerk van een grote openheid
en van een bereidheid tot een radicale
vernieuwing. Zij keurt de moderne me
thoden, welke gebaseerd zijn op de
bijbelencycliek van paus Pius XII, nog
eens uitdrukkelijk goed en aanvaardt
zelfs het gebruik van de „formgeschicht-
liche" methode. Zelfs tegen de uitdruk
kelijke wens van enkele diehards in, die
de klok liefst tot voor de tijd van paus
Pius XII terug zouden willen draaien.
Het schema stelt, dat iemand die de
schrift wil gaan uitleggen voor zichzelf
twee vragen moet beantwoorden: wat
heeft de schrijver met zijn tekst wil
len zeggen maar wat heeft God ons
langs dit menselijk medium willen
meedelen? Om een antwoord op de eer
ste vraag precies te kunnen geven, moet
de exegeet de literaire genres gaan be
studeren, die de H. Schrift gebruikt. Er
is namelijk een hemelsbreed verschil
tussen de historische, profetische, dich
terlijke lerende en apologetische manier
van schrijven. Wie al deze genres over
één kam scheert, doet de schrift een
onduldbaar geweld aan. Bovendien zal
de exegeet zich moeten verdiepen in de
letterkundige gewoonten van de tijd,
waarin de schrijver optrad, en van het
cultuurmilieu, dat hij met zijn bood
schap probeerde te bereiken.
Geven we een heel eenvoudig voor
beeld om te illustreren wat hier be
doeld wordt. In de psalmen wordt er
gens gezegd, dat de bergen huppelend
opspringen als een troep kalveren. Wie
dit letterlijk neemt, als dus die ber
gen inderdaad opgesprongen zouden zijn,
en dan verder gaat zoeken in de rich
ting van een mogelijke aardverschuiving
of van een vulkanische uitbarsting, is
natuurlijk een dwaas. De schrijver wil
alleen maar uiting geven aan het gevoel
van triomf en van vreugde, dat hem
vervulde bij de gedachte aan de uit
komst. Hij is een dichter en doet het
op een dichterlijke wijze. Wie hem be
grijpen wil moet in zijn dichterlijke
huid proberen te kruipen.
Het Concilie keurt deze methode,
waarvan het gebruik dikwijls tot heel
wat minder argeloze conclusies leidt dan
in het juist aangehaalde voorbeeld,
uitdrukkelijk goed. Zulks tot ongenoe
gen van een figuur als kardinaal Ruffi
ni die vlak voor de eerste zitting van
hét Concilie in de Osservatore Romano
schreef, dat het absurd zou zijn „een
definitieve uitleg van de bijbel uit te stel
len tot het ogenblik, waarop men door
de studie van de geschiedenis, oud
heidkunde, de etnologie en andere we
tenschappen een beter inzicht gekregen
heeft in de manier van spreken en
schrijven, haar houding, vooral van de
oosterlingen". Dit was niet minder dan
een persoonlijke aanval op paus Pius
XII, die in zijn bijbelencycliek precies,
nee woordelijk het tegenovergestelde
had gezegd. Daar lezen we namelijk:
„Het is absoluut noodzakelijk dat de
^xcgeet teruggaat naar de oosterse
nanier van denken in ver verleden tijd.
lij moet met behulp van de geschie
denis, de oudheidkunde, de etnologie en
de andere wetenschappen proberen te
onderscheiden, welke literaire genres de
schrijvers uit die tijd wensten te ge
bruiken en in feite gebruikt hebben".
Pius XII was hiermee, volgens Ruffini,
te ver gegaan. En de klok moest door
iet Concilie worden teruggedraaid tot
voor deze gevaarlijke uitspraak. Aldus
^enminste zijn opinie in 1961. Hoe hij
er op het ogenblik over denkt, weten
wij niet. Maar het is minstens waar
schijnlijk. dat hij tijdens de debatten,
welke momenteel in het Concilie gevoerd
worden, zijn hart bij herhaling vast
houdt. Omdat het Concilie er niet over
denkt, de klok tot voor Pius XII terug
te draaien. Integendeel haar een flinke
slag vooruit zet.
Het laatste komt heel duidelijk tot
uiting in de passage waar gesproken
wordt over de formgeschichtliche
methode. Hieronder is te verstaan een
exegetische methode, welke de evange
liën van Mattheus, Marcus en Lucas
beschouwt als een neerslag van de pre
diking der jonge Kerk en niet als een
biografie in de moderne zin van het
(Advertentie)
woord. Na Pinksteren begonnen de apos
telen Christus te preken op basis van
datgene wat ze hadden beleefd en
meegemaakt, maar nu vanuit het nieu
we inzicht dat ze in het Christusgebeu-
ren gekregen hadden: door de verrij
zenis en door de uitstorting van de
Geest. Daardoor werd hun getuigenis
boven het zuiver historische plan uitge
heven. Het werd Kerugma-verkondiging.
En de evangeliën die van deze verkon
diging de schriftelijke weerslag zijn,
moeten dan ook als zodanig gelezen
worden.
Het spreekt vanzelf, dat deze metho
de tot gevaarlijke afdwalingen kan lei
den. Bijvoorbeeld wanneer men in
aansluiting bij sommige vrijzinnige exe
geten de conclusie trekt dat de evan
geliën geen historische basis hebben,
dat ze helemaal ontstaan zijn uit de
scheppende fantasie der eerste christen
gemeente, ja dat Christus geen histori
sche persoon is geweest. Een dergelijke
conclusie zou de basis van ons geloof
ondermijnen. Maar zover gaat de katho
lieke exegese ook niet. Zij aanvaardde
alleen, dat de formgeschichtliche metho
de in zich een juiste methode is. En
dat de exegese bij een verstandig ge
bruik ervan alleen maar kan winnen.
De nieuwe tekst van het schema over
de openbaring stelt hen volledig in het
gelijk. .,De apostelen", aldus de tekst,
..legden een werkelijk getuigenis voor
Jezus Christus af. De schrijvers van de
evangeliën echter gaven de woorden en
daden van Jezus Christus ten dele in
een onmiddellijk getuigenis weer, ten
dele in een bepaalde synthese, ten dele
in verband met de actuele omstandig
heden waarin hun kerken verkeerden,
Echter altijd zo, dat hun verkondiging
niet uit de scheppende kracht van de
oergemeente voortkomt, maar werke
lijk en waarachtig over Jezus vertelt.
Dat immers was hun bedoeling: Zij wil
den ons waarheid leren".
BREDA*BERGEN OPZOOM-OOSTERHOUT
NEW YORK Volgens welingelichte
kringen in New York zullen de Verenig
de Staten binnenkort onder alle leden van
de VN een memorandum laten circule
ren dat de Sowjet-Unie en andere wan
betalers moeten worden beroofd van hun
stemrecht in de algemene vergadering.
Amerikaanse VN-diplomaten zijn er
van overtuigd dat genoeg stemmen ver
kregen zullen worden om artikel 19 van
het handvest der VN van toepassing te
laten worden. Dit artikel bepaalt dat
leden die twee jkar in contributie ten
achter zijn hun stemrecht in de Assem-
blée verspelen.
Berichten zijn ontkend dat de Verenig
de Staten bereid waren de aanvangsda
tum van de Algemene Vergadering der
VN op 10 november met twee weken te
verdagen, als de Sowjet-Unie bereidheid
zou tonen om van haar schuld van 8
miljoen dollar zoveel te betalen dat uit
sluiting van het stemrecht voorkomen
zou worden.
(Advertentie)