EN EN K GOLD STAR GOLD STAR Alles over vogels in één encyclopedisch boek Er is maar één Bruxelles..... en dat is: Brussel EEN TAALWET VOL EXPLOSIEVE STOF Nü Koekoek vliegt ontrouw partijlid in de haren Modelacties bederven atmosfeer :h bier Geschiedenis van de Coöperatieve Stoomzuivelfabriek Zevenbergschenhoek Melkpoeder nam enorme vlucht HUISELIJKE HOBBY OP HOOG NIVEAU Keur van fraaie illustraties 26 FF nuziek jé KING SIZE Kloek boek Legio informatie »- 'ti 11 lllillllllllllllllillllll voor 99 ct. ferd. 84 ct. I... 95 ct. 1 100 ct. r.310 ct 230 ct. 220 ct. 115 ct. 121 ct 75 ct. |:hampignon, 260 ct. Ia... 158 ct 350 ct. Inpia 170 ct. IMIIIIIIIIIIIIIIMUIIIIIII 27 DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 3 OKTOBER 1964 2\ ZEY: gigant in zuivelland (Van een onzer verslaggevers) OOSTERHOUT Vijftig tot zestig jaar geleden staken op vrijwel alle plaatsen hier in het zuiden de boeren de koppen bij elkaar. Om o.m. een betere melkprijs te verkrijgen gingen ze eendrachtig samen werken en stichtten coöperatieve melkfabrieken. Individueel was de toestand onhoudbaar geworden maar samen wist men in de moeilijke jaren het hoofd boven water te houden en sindsdien kenden de fabrie ken doorgaans een zeer voorspoedige ontwikkeling. De geschiedenis herhaalt zich. Het zijn nu op hun beurt de coöperaties die zich ver enigen of althans tot een bepaalde vorm van samenwerken komen. (Advertentie) GOLD STAR Het beste voorbeeld daarvan is de gro te ZEV-fabriek te Zevenbergschehoek die de laatste jaren is uitgegroeid tot een ware zuivelgigant. Vorig jaar bijvoor beeld werden in deze fabriek niet min der dan ruim honderd twintig miljoen kg melk verwerkt. Dat was zestig jaar ge leden precies het honderdste deel. In 1901 ging het bedrijf van start als „Coöperatieve Stoomzuivelfabriek Zeven- berschehoek". De zaak groeide voorspoe dig. Dertien jaar later, toen een melk- aanvoer van acht miljoen kon worden genoteerd, besloot men een nieüw bedrijf te stichten. Bovendien werd algemeen verwacht dat de kaasmakerij, die in 1907 was gesticht veel vruchten zou af werpen. Bij de nieuwbouw werd met een grote expansie rekening gehouden. Het bleek een misrekening want plots liep de melkaanvoer terug. Men kwam ui teraard voor grote kosten te staan. Er werd getracht met bijv. produktie van Hatmaker-poeder en gesuikerde gecon denseerde melk verandering in de situ atie aan te brengen doch het bleef een droevige zaak. In 1946 werd de exploitatie van het bedrijf overgenomen door de COC doch door interne moeilijkheden zette een en ander nog geen zoden aan de dijk. In 1952 kwam de grote ommekeer. Dat werd ons haarfijn verteld door directeur A. Nelen. Alles werd opgenomen in de ZEV de Co- operatieve Zuivel- en Exportvereniging Brabant Breda. De ZEV, die de naam inmiddels heeft gewijzigd in „Coöp. Zui vel- en Verwerkingsvereniging" ging de fabriek de Zevenbergschehoek specialise ren en inrichten voor de verwerking van overmelk. Dat jaar was niet alleen be langrijk voor de veehouders uit de om trek na de fusie werd de coöperatie omgedoopt in „Coöp. Melkveehouders- vereniging" doch voor alle veehou ders in Brabant en Zeeland. Vele bedrijven sloten zich bij de ZEV aan en de Hoekse fabriek werd het ver lengstuk van de aangesloten fabrieken. De leden-fabrieken, die hun zelfstandig heid volkomen bewaarden, konden alle melk die ze zelf niet verwerkten afstoten naar de ZEV. In 1952 begon men er op grote schaal aan de melkpoederverwerkiiig en juist dit laatste onderdeel kende een overwel digende groei. In 1953 werd de eerste steen gelegd voor een melkpoederver- stuivingsinstallatie met een capaciteit van vijfduizend liter per uur. De ont wikkeling was stormachtig. Telken werd de capaciteit vergroot. Vorig jaar kwam de vijfde installatie gereed en nu kan men eindelijk spreken van voldoende capaciteit: vijftigduizend kilogram melk per uu Met deze grote uitbreiding kunnen de enorme hoeveelheden melk die in de AMERICAN CIGARETTES UITHOORN De eerste openbare ver- gedering van de nieuwe „Nationale Boe renbond" in Uithoorn is in verwarring geëindigd nadat de heer Koekoek, voor zitter van de Boerenpartij en van de „Vrije boeren", zich in de discussie had gemengd. „U werkt hier met onze mensen", zo luidde de beschuldiging var de heer Koekoek. De voorzitter van het voorlopig bestuur van de nieuwe bond. de heer G. W. Voortman uit Eefde, is lid geweest van zijn Vrije Boeren-organisatie. De advocaten mr van Heyningen en mr Zeegers, die thans de nieuwe bond bij staan, waren zijn medewerkers. Volgens de heer Koekoek zijn zij bij de Vrije Boeren weggegaan, omdat zij er hun zin niet kregen. Volgens een van de deelnemers aan de discussie, de heer Roodenburg, zouden de heren' van Heyningen en Zeegers de organisatie van de heer Koekoek de rug hebben toegekeerd en de heer Voortman tot'oprichting der nieuwe bond hebben bewogen, toen een andere advocaat mr Koot, als gewoon lid toetrad tot de Boe renpartij. De heer Voortman gewaagde van een dossier, dat over deze mr Koot zou bestaan waarop de heer Koekoek aanbood daar meer bijzonderheden over te vertellen. Beschuldigingen moet men ook waarmaken, zei hij. De heer Voortman wilde hier echter niet verder op ingaan. Op de vraag van de heer Koekoek waarom de Boerenpartij en de Vrije Boerenorganisatie niet goed meer zijn, antwoordde de heer Voortman, dat hij het niet eens is met de strijdmethode van de Vrije Boeren. Hij zei nooit te hebben meegedaan aan het tegenhouden van deurwaarders bij openbare verkopin gen en ook niet naar Hollandse Veld te zijn gegaan. Men moet langs wettige weg het doel bereiken, meende hij. De heer Voortman zei verder, dat hij de heer Koekoek en diens organisatie niets in de weg wil leggen en niet aan partij politiek wil doen. Op persoonlijke vra gen, die de heer Koekoek tot hem en tot mr Zeegers, had gericht, wilde hij niet ingaan. De heer Koekoek ant woordde onder meer. dat ook hij nooit deurwaarders heeft tegengehouden. Op de vraag van de heer Roodenburg waarom deze nieuwe organisatie nodig is, nu de Boerenpartij en de Vrije Boeren er zijn. antwoordde de heer Voortman, dat hij' van kamerleden van verschil lende andere partijen reacties heeft ge kregen op zijn brochure „De rechts staat in verval", maar dat de heer Koekoek niets heeft gedaan om voor het recht te strijden. De heer Koekoek nam herhaaldelijk tegen de zin van de heer Voortman het woord. Eenmaal nam de heer Voortman hem de microfoon uit de hand. Tenslotte verliet de heer Koekoek de zaal. Vanuit de vergadering kreeg het voorlopig be stuur het verwijt dat het niet voor bestuursverkiezingen en statuten had ge zorgd en de raad maar naar huis te gaan: het was toch hopeloos. zomermaanden wel eens .kunnen oplopen tot ruim een miljoen kg per dag goed verwerkt worden. De ZEV-fabriek te Ze venbergschehoek is een seizoenbedrijf. In maart begint de zaak op gang te komen en de grote piek ligt half mei In augus tus loopt de zaak weer af. In dit halfjaar wordt er echter voor een heel jaar ge werkt. Het is nu zo dat de ZEV alle door de dertig aangesloten bedrijven geleverde melk kan verwerken. Het doel van de eerste toren was om door middel van eigen verwerkingsmogelijkheid zich in de handelspositie gesteund te weten bij de verkoop van. de melk. De revenuen liggen bij verwerking hoger dan bij de verkoop van de aanvullingsmelk. Dit ge beurt alleen in de winter als er elders in ons land zogenaamde tekortgebieden zijn; dan liggen de prijzen ook bedui dend hoger. Een andere oorzaak van de grote groei moet op de boerderij gezocht worden. Vroege werd daar van het melkvet bo ter bereid, hetgeen nu niet meer voor komt. Voorts verlangt de boer een goed gereinigde bus „thuis" en niet een die gevuld is met ondermelk. En omdat de waarde van het eiwit in de ondermelk werd erkend kan deze nu volledig ver werkt worden; ondermelk, vroeger niet meer dan een „afvalprodukt". De melkpoederinstallaties zijn nu toe reikend voor de verwerking der aange voerde hoeveelheden. Een grote fase kon met succes worden afgesloten. Wel die nen zich weer andere problemen aan met name door de concentratie der be drijven. Zo wordt nu in studie genomen een centrale botermakerij en de produk tie van speciaalprodukten. De ZEV heeft de zaken sterk geauto matiseerd. Enkele fabrieken zoals in Wa genberg, Prinsenbeek en met ingang van 1 januari ook Hoeve zijn overgenomen. Een technisch primeurtje wordt nu het afhalen van de melk (althans voor wat Hoeve betreft omdat dit nogal uit de buurt ligt). De tankwagens rijden voor om ter plaatse de bussen te ledigen. Met een worden de hoeveelheden geregi streerd en worden monsters genomen. De melkontvangst op de fabriek wordt door één man bediend. Hij kan met allerlei technische middelen negenhon- Coöp. Stoomzuivelfabriek Zeven bergschehoekin 1905. derd bussen per uur op eenvoudige wijze verwerken. De melkpoederfabrikage kan gerust het paradepaardje van de ZEV genoemd worden. Eerst komt de standaardisatie aan de beurt; vetgehalte, vochtgehalte en vitamines worden in de juiste ver houdingen gebracht in torenhoge blin kende ketels. De melk wordt dan ingedampt tot ge condenseerde melk. Ongeveer viervijfde deel wordt verdampt. Dit „indampen" gebeurt onder vacuum; er zijn zelfs kooktemperaturen van twintig graden Celsius. Dan wordt de gecondenseerde melk in de droogtorens verstoven tot een fijne nevel. De melkpoeder wordt volledig auto matisch in de fabriek getransporteerd om tenslotte bij de ook weer automa tische afzakmachine terecht te komen. In enorme opslagplaatsen liggen de pa pieren zakken huizenhoog opgestapeld. Ongeveer vierduizend ton poeder kan er een plaatsje in vinden. Ook de fabrikage van boter nu on geveer duizend kilo per uur zal verder worden geautomatiseerd. De fabriek zal wat botermakerij en automatische ver pakking betreft weer worden uitgebreid. Hiervoor is pas goedkeuring ontvangen. Alle bekende Z.M. -pakjes komen ook van Zevenbergschehoek. Eind dit jaar wordt tevens een nieuwe koelcel in ge bruik genomen Tenslotte wordt er nog een behoorlijk kwatum gesuikerde gecondenseerde melk geproduceerd. Echter niet meer in klei ne verpakking doch louter als grondstof voor de industrie. Consumptiemelkartikelen worden niet meer geproduceerd. De ZEV nam enkele bedrijven over en anderen boden hun be drijven aan: het resulteerde in de stich ting van de dochteronderneming Z.M., Zuidelijke Melkbedrijven te Breda. Deze Z.M. behartigt alle belangen van de consumptiemelk en heeft een omzet van vijftien miljoen kg per jaar. Botermachine volgens het conti- nusysteem. Hiermede wordt per uur 1000 kg boter bereid en tevens verpakt. keus uit twee GOLD STAR 25 'n klasse apart 25 PITTIGE SIGARETTEN VOOR f 1,25 GOLD STAR King Size 20 KING SIZE SIGARETTEN SLECHTS f 1,15 GS-64-4 (Van één onzer medewerkers) Een van de weinige middelej die de stadsmensen zijn gebleven, om nog een beetje contact te heb ben met de levende natuur, is het houden van daartoe geschikte die ren. Wij hebben onze duizenden aquarianers, zoals tegenwoordig de toegewijde houders en kwekers van vooral tropische visjes genoemd worden, we tellen eveneens duizen den honden-, katten en paarden vrienden en alleen al bezitten we 23.000 in de Nederlandse Bond van Vogelliefhebbers georganiseerde vogelvrienden. Een getal dat uiter aard niet veel zegt over het wer kelijke aantal; we kennen allen wel mensen met dergelijke liefheb berijen, die zich niet georganiseerd hebben. Sinds een waardige vrijetijdsbesteding tot een academisch probleem geworden is, zal men zich de waarde en de wense lijkheid van dit soort liefhebberijen nog meer dan vroeger gerealiseerd hebben. Vooral die vormen, waarbij de enige eigen baat bestaat in het genieten van de verrukkelijke aanblik die veel dieren bieden en het genot dat de intieme om gang met zulke huisvriendjes meebrengt. Het gemis aan vrijheid wordt waar schijnlijk ruim gecompenseerd door de veiligheid van de „gevangenis", het al tijd voorhanden voedsel en andere goede zorgen. De wetenschap leert ons trouwens telkens duidelijker hoe betrekkelijk de vrijheid van het zogenaamde wilde dier maar is. Het is een vrijheid, die ver verwijderd is van die, welke wij het dier toedichten vanuit onze eigen mogelijkheid ons in de meest verscheiden milieu's gelukkig te voelen. 1 Bijna steeds is het dier de gevangene van zijn specifieke milieu, waarin maar weinig behoeft te veranderen om zijn leven onmogelijk te maken, en het ge bied dat een bepaald individu werkelijk bewoont, is meestal veel kleiner, dan we veronderstellen. Wel zal de ware liefheb ber alles doen om voeding, huisvesting en ook gezelschap zo op te zetten, dat zij niet in strijd komen met de eisen die het dier normaal stelt. In dit opzicht worden in de dierentuinen enorme voor uitgangen geboekt. Een veelal deugde lijk bevonden criterium om uit te maken of men niet al te ver van het ideaal af is, bestaat in het feit, of het dier zich wel of niet voortplant in het kunstmatige milieu. Doe het dit dan voelt het zich beslist niet ongelukkiger dan het zich in vrijheid gevoeld zou hebben. Voor de liefhebbers die het rechte hart voor hun dieren hebben, is er de „Encyclopedie voor de Vogelliefheb ber." Het werk verschynt in afleverin gen bij de n.v. uitgevery „Littera scripta manet" te Gorssel en voor mij ligt de eerste band met de afleverin gen die tot juni j.I. verschenen waren. Het zal in totaal drie banden omvatten en een waarlyk zeer uitgebreide hoe veelheid informatie bevatten. Daarbij zal het geillustreerd worden met 72 kleurplaten, 12 fotopagina's in kleur, 144 fotopagina's in zwaft-wit en nog 900 tekeningen. Het ringband-op bergsysteem, wat het dure bindwerk overbodig maakt, vindt in de ogen van (Van onze correspondent Luc. van Gastel) BRUSSEL Nederlanders, die een briefje naar relaties in Brussel sturen lopen geen gevaar, hun zen ding als „onbestelbaar" terug te ontvangen als ze de naam van die residentiestad van het Koninkrijk der Verenigde Nederlanden niet in het Frans hebben geschreven. .Brussel' blijft administratief de zelfde rechten behouden als .Bru xelles' en dat is maar goed ook, want in de Brusselse tweetaligheid ligt een angstwekkende hoeveel heid explosieve taalproblematiek opgehoopt. De Belgische taalwetgeving is zo in gewikkeld geworden, dat zelfs Belgische burgers er weieens in verdwalen. En, wat meer bepaald het gebruik van plaatsnamen door de posterijen en de spoorwegen betreft, hier wordt de new- look niet eens bepaald door de wet, maar door een ministeriële nota. De minister van verkeerswezen die wegverkeer, spoorwegen en PTT onder zijn bevoegdheid heeft wenst, dat na men van Vlaamse steden op wegwijzers, uurtabellen enz. overal in België in het Nederlands, en omgekeerd dat namen van Waalse steden ook in Vlaanderen in het Frans worden aangeduid. Wegwij zers die vanuit Vlaanderen naar de Bel gische hoofdstad zijn gericht zullen „Brussel" vermelden en vanuit Wallonië wordt naar „Bruxelles" verwezen. Visé blijft echter Visé. omdat het stadje tot het Franstaligè gebied behoort, zodat er geen enkele reden tot wederdopen be staat. Maar particulieren kunnen rustig blijven schrijven of sporen naar ,Anvers' of naar „Liège". Van de Belgische PTT hebben zij geen moeilijkheden te ver wachten. We] kunnen moeilijkheden rijzen, wan neer straatnamen in een Vlaamse stad in het Frans worden opgegeven of straat namen in een Waalse stad in het Neder lands. De straatnamen zijn daar sedert 32 jaar ééntalig en men mag het een Antwerpse postbediende niet kwalijk ne men dat hij in een „Rue Basse" niet on middellijk de Diepenstraat herkent of in een Rue des Tanneurs" een Huidevet- terstraat. Doch nogmaals, dit geldt niet voor het Brusselse, want daar zijn en blijven alle straatnamen officiéél twee talig. Het maakt geen verschil of men schrijft naar de „Warmoesberg" of naai de „Montagne aux Herbes Potagères'', naar de „Wolvengracht" of naar de ,Fossé aux Loups". In de bovenstaande regels was al een paar maal sprake over „ééntalig" en „tweetalig" gebied: die gebieden wer den door drie recente taalwetten afge bakend en het zijn deze wetten die tot zoveel controversen aanleiding geven, hetzij vanwege hun inhoud, hetzij vanwege hun gebrekkige toepassing. De drie taalwetten die door de huidige Belgische legislatuur werden goedge keurd, hebben eerst' en vooral de taal grenzen in België (Nederlands-Frans- Duits) definitief vastgelegd. In begin sel behoren alle gemeenten ten noor den van de taalgrens tot het ééntalig Nederlandse regime, ten zuiden ervan tot het ééntalig Franse regime. De Brusselse agglomeratie, sinds 1830 sterk verfranst, ligt als een eiland bin nen het eentalige Vlaamse gebied. In de negentien gemeenten die deel uit maken van de hoofdstedelijke agglomeratie is volstrekte tweetaligheid opgelegd. Dit betekent, dat alle documenten van openbai-e besturen, alle mededelingen aan het publiek enz. in het Frans èn in het Nederlands moeten zijn gesteld. De openbare besturen (rijksadministratie, provinciale diensten, gemeentebesturen, enz.) moeten tevens antwoorden in de taal die gebruikt wordt door particulie ren (vragen om inlichtingen, correspon dentie over aanbestedingen, enz.) indien die particulieren binnen de Brusselse agglomeratié \vonen, in het Nederlands indien de betrokken particulier in Vlaan deren, of in het Frans indien hij in Wallonië gehuisvest is. Daarnaast zijn er echter nog zones met „faciliteiten". Er bestaat een Ne derlands gebied met „faciliteiten" voor de Franssprekenden in zes onlangs tot Brusselse „randgemeenten" verklaarde Vlaamse gemeenten, in de Voerstreek (het gebied ten zuiden van de Neder lands-Limburgse grens) en in sommige taalgrensgemeenten. Dit betekent, dat de gemeentelijke diensten intern ééntalig Nederlands zijn, maar dat Frans kan worden gebruikt in de betrekkingen met Franssprekende inwoners. Het gemeen telijk onderwijs in de tweede taal wordt „versterkt" en, indien een aantal Frans sprekende ouders er om verzoeken en er op een afstand van minder dan 4 km geen Franstalig onderwijs bestaat, moe ten die gemeentebesturen ook een Frans talige school oprichten. Wederkerig be staan er Franse zones met „faciliteiten" voor de Vlamingen, met name in het gebied Komen-Moeskroen (vroeger West-Vlaanderen, thans geannexeerd door Henegouwen) en in sommige taal grensgemeenten. Duits met „facilitei ten" voor Franssprekenden bestaat in de Duitstalige Oostkantons Elupen-Mal- medy-Sankt Vith (in 1919 door België ge annexeerd Duits grondgebied), waar de verfransing vooral sinds 1945 snelle vor deringen heeft gemaakt. Om van nabij toezicht te houden op dé eerlijke toepas sing van de wetgeving, werden bijzon dere commissarissen aangesteld voor de Voerstreek en het gewest Komen-Moes kroen, terwijl een vice-gouverneur werd benoemd voor de Brusselse agglomera tie. Een andere taalwet regelt het taai regime in rechtszaken, eveneens in het bedryfsleven. Uitgaande van het prin cipe „streektaal is voertaal" moeten de ondernemingen in hun omga.ng met de overheden en met hun personeel, in alle officiële door de wet geeiste documenten de taal van de streek ge bruiken, dus Nederlands in Vlaande ren, Frans in Wallonië, tweetalig of eentalig naar keuze in de Brusselse agglomeratie. Deze taalwetten werden met veel wee- en geboren en ze blijven een steen des aanstoots. Ten tijde van de overheveling der Voergemeenten naar Limburg heb ben de Luikenaren een felle campagne ingezet die tot op deze dag voortduurt. De regering Lefèvre-Spaak struikelde over het Vlaamse verzet tegen het aan hechten der zes Vlaamse „randgemeen ten" bij de Brusselse agglomeratie en de regeringscrisis kon slechts worden in gedijkt doordat de koning het Gntslag weigerde. Tot op deze dag verwerpen de Vlamingen het „compromis van Herto- ginnedal". Bij de (niet-) toepassing van de wet doen zich ook nog geregeld incidenten voor. Een bloemlezing uit de feiten: In de Voergemeente Teuven weigerde de Waalsgezinde gemeenteraad een kleuter klas te openen voor de (uiteraard Ne derlandstalige) kinderen van het dorp. De gouverneur van Belgisch-Limburg zond er technisch personeel heen, maar eerst bleek de sleutel van het schoolge bouw „zoek" en toen deed de gemeente raad een beroep op de koning. Deson danks functioneert het kleuterklasje thans met een Limburgse onderwijzeres en met 18 kinderen. De kosten moeten door het weerbarstige gemeentebestuur worden gedragen. Te Flobecq (Vloesberg), een Waalse gemeente met „faciliteiten" voor de Vlaamse minderheid, weigert het ge meentebestuur de in de wet voorziene drie lesuren Nederlands per week te verschaffen van het derde leerjaar af. In de Brusselse voorstad Vorst (Forest) verwierp de gemeenteraad met 15 tegen 8 stemmen het verzoek van een vervoer maatschappij, een busdienst tussen Vorst en de Brabantse gemeente Machelen te organiseren, omdat., de brief in het Ne derlands was gesteld. De gemeenteraad van Vorst negeert de Belgische taalwet ten en aanvaardt slechts het Frans als voertaal. Men hoort thans herhaaldelijk in de mond van Franstalige politici het emo tioneel geladen woord „Diktat". De vice- gouverneur voor Brussel en de commis saris voor de Voerstreek worden als ..Gauleiter" gebrandmerkt. Diezelfde woorden kan men ook ontmoeten in be paalde Waalse en Frans-Brusselse kran ten. Want merkwaardig genoeg doen de Franssprekenden in België het voor komen alsof zij de tekortgedane en de verdrukte partij zijn.. de bibliofiel niet altijd waardering maar het heeft voor een werk van d. karakter toch grote voordelen. Alles is gedaan, om de nadelen van ihet systeem zo goed mogelijk te ondervangen. De lijst van medewerkers is internationaal, evenals de redactie. De samensteller is de Nederlander A. Rutgers. De eerste indruk die het verschenen gedeelte maakt is voortreffelijk. He" lijkt op zijn plaats om de auteurs, de uitgevers en vooral de toekomstige ge bruikers van harte te feliciteren. Het boek verschaft legio informaties over al les wat de liefhebber maar zou kunnen interesseren. De nadruk valt daarbij na tuurlijk op bouw en inrichting van meer algemeen of meer specialistisch gedach te volières, de voeding en overige ver zorging van vogels, nestbouw en broed- gewoonten voor zover bekend en daarbij ook de ervaringen opgedaan door par ticulieren en vooral ook in dierentuinen met het houden en fokken ervan. Het feit dat niet alleen de kleint tro pische vinkjes, de gewone duiven, een den, hoenders en kanaries worden be sproken, maar ook de vele soorten, die in dierentuinen en bijzondere particu liere verzamelingen met succes gehou den zijn, kan een krachtige stimulans zn voor ervaren vogelmannen, om het ook eens met deze minder bekende soor ten te gaan proberen. Het aantal duiven besproken in deze aflevering bedraagt 70; 30 soorten kwar tels en patrijzen passeren de revue, som mige soorten met een volle bladzijde tekst en altijd een portret. Wat verder sympathiek aandoet, is hef feit, dat men bij de bespreking van de individuele vo gels nergens iets bemerkt van de „haast" om een en ander maar in telegramstijl af te doen. Dat maakt, dat men ook ge woon voor zijn plezier gaat lezen. Om een enkel voorbeeld te geven, bij het verhaaltje over de Bruine Hokko wordt meer dan een kolom gewijd aai een citaat uit het boek van Sutton, waar in diens eerste ontmoeting met de vogel is getekend. Dat balts hierin wordt ge speld als balz, zal wel een slip of the pen zijn. Het geleidelijk doorwerken van de gegevens van de moderne dierpsy chologie bemerkt men onder meer au' het feit, dat hier en daar stelling geno men wordt tegen de toedichting vu menselijke deugden en gebreken aan beschermelingen zonder dat men daai mee de basis voor de wederzijdse ,,gen genheid" ondergraaft. De besprekingen van de afzonderlijk soorten wordt voor de diverse groepen hoenderachtigen, duiven, papegaaien enz. voorafgegaan door algemene artike len over verzorging en huisvesting, doo: speciale deskundigen geschreven. De in deling van het boek is gebaseerd op de wetenschappelijke systematiek van d<? vogels en aan de bespreking van iederr soort gaan behalve de Nederlandse en de wetenschappelijke namen bovendien de Duitse, Franse en Engelse name' vooraf. Ook het illustratieve gedeelte zal di weiyk tot een waardevol bezit maker De gekleurde platen zijn aquarellen van bekende Nederlandse kunstenaars a J. F. van den Broecke, (die met W. Boèr Leffef en A. K. Vink bovendie vele pentekeningen leverde). H. J. Slij per en Rein van Looij. Deze zijn fraa en duidelijk. Het wat ouderwets aandoende van ee< half dozijn vogels op één plaat, is in ee werk als het onderhavige natuurlij] onvermijdelijk De foto's zijn vaak in teressant. soms mooi en vaak ook foto reprodukties van schilderijen of tekenin gen uit andere boeken en dan meer o minder geslaagd. Alles bij elkaar een werk dat wij ii de handen van zeer vele, al dan nie tot de bond behorende Nederlandse vo gelliefhebbers wensen door de degelijk heid van de opzet, de deskundigheid van de auteurs, en de bijzonder fraai# uit voering.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1964 | | pagina 17