Ontwikkeling in de Kerk: te Vissersfestijn in Memmingen grimmig Rust op de linker flank ADELBERT PLEIT VOOR MEER HUMOR Eén ding. BRESKENS BESTAAT NIET MEER Eindstadium Methodisch Zware tol Elke haven was een front En uw eigen verhaal Zo is het! GEZELLIGE MENSEN STOKEN Oost-Duitsland geweerd van conferentie Caïro Treinbotsing in V.S.: drie doden Schouwen GorineViero loyeffleUUce N. "B^velandl Nijmegen Her togen foosch I Goes Zuid bev«lc*^d DAGBLAD DE STEM VAN DINSDAG 29 SEPTEMBER 1964 (Advertentie) In dit licht bezien is het eigenaardig dat een autoriteit als generaal-majoor Sir Miles Graham, Montgomery ge steund zou hebben in zijn plan naar het noorden op te rukken, door te verklaren: ,,Wij konden rekenen op de Kanaalhavens". Wij konden helemaal niet rekenen op deze havens voor eind oktober, hoewel in Dieppe en Ostende al veel eerder druppelsgewijs voorraden bin nenkwamen. De totale bijdrage kon hooguit beschouwd worden als ,,iets meer dan nuttig". Gedurende september vonden maar twee gebeurtenissen van enig belang plaats met betrekking tot de opening van Antwerpen en deze waren hoofd zakelijk „voortekenen". Op 13 septem ber had de Canadese 2e Divisie de stad overgenomen en met behulp van de Nederlandse ondergrondse werd het gebied ten westen van Antwerpen tot het Kanaal van Gent naar Ter- neuzen van de vijand gezuiverd. Hier door werd de vijand opgesloten in de z.g „zak van Breskens" tussen het Leópold-kanaal, het Kanaal van Gent naar Terneuzen, de Schelde en de Noordzee tot Knokke. Rechts en op de rechterflank van het Canadese leger had de 49e Divisie van het Britse le Korps op 24 september goede vor deringen gemaakt door het Antwer- pen-Turnhout.kanaal over te steken en ook een bruggehoofd te vormen bij St.-Leonard. De rechterflank was daardoor goed beschermd voor de Ca nadese aanval langs de weg Antwer pen - Bergen op Zoom, om de nek van het schiereiland Zuid-Beveland te bereiken. De tweede gebeurtenis was de aan komst op 21 september van de kern van een marinestaf, die zijn hoofd kwartier vestigde in Brugge en plan nen begon te maken voor het gevecht om de Schelde. Dit werd de „T Force" genoemd. De komst van deze staf veroorzaakte -het eerste gevoel van spoedeisendheid en zelfs van onge duld. Tegen het einde van de maand werd het duidelijk, dat op de linker flank spoedig iets zou gaan gebeuren. Oneindig langzaam en onvermijde lijk namen de plannen een vastere vorm aan en werd het eindstadium bereikt. Toch kon niemand, die op rechts en links bij de troepen was ge weest, in deze eerste septemberweken de verschillen aan beide kanten zijn ontgaan die moeilijk onder woorden te brengen, maar duidelijk voelbaar waren. De Canadezen noch de Britten van het onder hun bevel staande le Korps hadden de belevenissen van de „bevrijdingsroes" meegemaakt. Er was van hen geen snel en plotseling aanpassingsvermogen gevergd. Zij haden hard en fel in Normandië ge vochten. Zij waren zeer snel opgerukt naar Brugge en hadden de vijand te genover zich gehad van begin tot eind. Ze hadden hun wil om te vech ten nooit verloren, maar ze hadden evenmin ooit een overwinning gero ken. Dit was misschien de reden waar om het 2e Leger had gefaald in zijn zo belangrijke doorstoot naar het noor den. In geheel Zuid-Nederland be schouwden zij zich als bevrijders en dat was niet bevorderlijk om een vastbesloten vijand, die nog verre van verslagen was, tegemoet te treden. Voor het einde van september had het 2e Leger zich weer volledig her steld en weerstond het hevige vijande lijke tegenaanvallen, die vanuit het „Reichswald" tegen het Nijmegen- bruggehoofd werden gelanceerd. De vijand zette het gebied tussen de Waal en de Rijn onder water en schiep zodoende een miniatuur IJssel- meer. Het 2e Leger, als het ware tot zijn maximum uitgerekt, kon niet meer doen dan behouden wat gewon nen was gedurende de weken, dat de verschrikkelijke nasleep uitgevoch ten werd op het afschuwelijke onder gelopen land langs de Schelde, Van Donderdag a.s. Dp het strijdtoneel. Historisch feuilleton naar het boek li Burg j)The ejghty.fi ve days" van R. W. THOMPSON IV Het meest frappante op de linkervleugel was de rust op de wegen en het gevoel van vrede in het Vlaamse landschap. De georganiseerde vijandelijke terugtocht had het land bevryd van angst. De wegen waren vrygebleven door het gebrek aan voorraden. De oorlog van 1914-1918 bleek een heel wat reëlere te zyn geweest van die van september 1944. De zwaar geurende velden en bermen wekten een zeker heimwee op. Het was alsof hier in het Vlaamse land niet alleen de lichamen, maar ook de hoop van een generatie begraven lagen. De oorlog van 1944 was voor Vlaan deren niet onvriendelijk geweest. De lange, vooroverhellende stengels van de hop wisselden het groen van de ra pen en de donkerrode bieten op de vredige akkers af. De rode papavers blonken in de kool, in de klaver en in de geoogste bundels vlas. Er was hier geen gevoel van opwinding of van haast. Vanaf de heuvel bij Cassel kon men, uitkijkende over de gehele landstreek van Duinkerken tot Calais, het pa troon van de moderne oorlog zien. De heuvel bij Calais zelf was één bolwerk en zover het oog reikte zag men in de velden door de vijand opgerichte met prikkeldraad omwonden palen, die dienden om luchtlandingen te voorko men. In de verte maakte de late sep- temberzon doffe spiegels van de on dergelopen weilanden om Duinkerken en op de wegen naar de kust was elk dorpje herschapen in een versterking verdedigd door betonnen geschutsop- opstellingen en goed gecamoufleerde boerderijen en schuren. Prikkeldraad was aangebracht in de dijken en sloten en loopgraven waren gegraven in elk schootsveld, want het was hier dat de Duitsers de geallieerde landingen had den verwacht; op het eind verlieten zij al deze opstellingen, de havens uitge zonderd. Ieder van deze havens aar de zeekust was tot een fort gemaakt en werd aan de landzijde verdedigd door prikkeldraadversperringen en uitgestrekte mijnenvelden. Zo goed hadden de Duitsers hun verdedigings linies opgebouwd, dat ze met tegenzin ontruimd werden. Zelfs toen duidelijk bleek, dat de dreiging, waarop al hun werk afgestemd was, verdwenen was. Het beste, dat zij konden hopen, was de toegang tot de havens voor enkele dagen aan de vijand te ontzeggen en op de lange duur wonnen zij door hun vasthoudendheid kostbare tijd voor de verdediging van de toegang tot Ant werpen. Gedurende de laatste twintig dagen van september had de oorlogsmachine op de linkerflank zeer langzaam ge lopen. Toen op 17 september de „Guards" uit hun bruggehoofd bij De Groot braken, begonnen twee bri gades van de Canadese 3e Divisie, gesteund door 340 vuurmonden, hun eind aanval op de fortificaties van Boulogne. De vijandelijke batterijen te Gris Nez beantwoordden de Cana dese artillerie-concentratie en uitein delijk werd na een hard gevecht Bou logne genomen en vielen 10.000 ge vangenen in geallieerde handen. De Canadezen gingen volgens pre cies hetzelfde patroon te werk tegen Calais en Duinkerken en men vraagt zich af of dit niet een verspilling is geweest van tijd mensen, munitie en vitale voorraden, die ergens an ders zo dringend nodig waren. De garnizoenen in de Kanaalhavens wa ren al gevangenen in hun fortificaties en konden daar rustig verkommeren. Er was voor hen geen toekomst meer. Zij konden niet uitbreken en hun over last was te verwaarlozen. De waarde van de havens ver bleekte in vergelijking met de enorme hoeveelheden voorraden, die dagelijks benodigd waren. Zoals de zaken er nu voorstonden, had de genie enkele we ken nodig om de haveninstallaties te herstellen, ze vrij van mijnen te ma ken en om de dokken gereed te ma ken voor laden en lossen Gedurende de *aatste september- week schenen de bezettingen van Bou logne, Calais Duinkerken en Gris Nez, in tegenstelling met de oorlog op de rechterflank, onrustbarend lang zaam plaats te vinden en zij verschil den totaal van wat elders plaatsvond. De opening van Antwerpen kwam nog niet voor op de rekening en lui tenant-generaal Crears plannen wer den zeer methodiek uitgevoerd. By Calais en Duinkerken was er, toen de inwoners zowel als de bezetters be seften dat de aanval naderde, eerst een verzoek om een wapenstilstand. Toen volgden onderhandelingen, de evacuatie van burgers, het bombarde ment, de beschieting, het opruimen van mynenvelden en opblazen van versterkingen en daarna eindelyk het beleg of de overgave. Op 1 oktober, op het gerucht dat andere regimenten zijn taak zouden overnemen, reageerde het le Bataljon van de Canadian Scottish door binnen te dringen in de lines ten noorden van Calais terwijl het Royal Winni peg Regiment ten westen en de Regi- na Rifles ten zuiden langzaam op rukten door de mijnenvelden en de versperringen. Met weinig animo voor het laatste gevecht gaf de bezetting van Calais zich over Bij Duinkerken scheen hetzelfde saaie proces eindeloos te zijn. Twee jonge Fransen verlieten de stad op de fiets met het verzoek van de voor zitter van het Franse Rode Kruis om een wapenstilstand. Er was een ge vechtspauze van achtenveertig uur, terwijl het verzoek werd doorgestuurd naar het legercommando, vanwaar het weer terugkwam. De twee jonge Fransen reden hierop naar Duinker ken en beloofden terug te komen. Dat was 's zondags. Iemand merkte op, dat „morgen wasdag" zou zijn. De hele maandag wachtten de Canadezen op de terugkeer van de wielrijders en eindelijk, in de vroege ochtend van dinsdag, arriveerden zij en ver klaarden, dat het 's avonds een te ge vaarlijke tocht zou zijn geweest. Twee jonge stafofficieren reder hierop in een jeep naar een rendez-vous met de Duitsers en werden geblinddoekt naar de garnizoenscommandant ge bracht. Bij de conferentie was ook de burgemeester aanwezig. Een overeen komst werd bereikt. De wapenstilstand zou worden voor afgegaan door een periode van twaalf uur om de wegen ut de stad vry te maken voor de burgers en wor den gevolgd door een periode van twaalf uur om alle mijnen en versper ring weer op hun plaats te brengen. Hierna wachtte iedereen zestig uur, terwijl 8000 mannen, vrouwen en kin deren geëvacueerd, gevoed en In vei ligheid gebracht werden. De Duitse commandant voegde nog een laatste opmerking toe aan deze overeenkomst met de verklaring: „Het behoud van de Duitse levens is op dit moment belangrijker dan de haven van Duinkerken. Wy zullen hard vechten, maar niet tot het eind". Deze verklaring scheen een goede reden om ze allemaal te doden. Bij een gevecht is er weinig plaats voor een vergelijk en als men niet wil ster ven, dan is het beter het er niet op aan te laten komen. Niettemin was het de Duitsers gelukt zonder hard te vechten of veel verliezen te lijden, de Kanaalhavens de geallieerden veel te lang te ontzeggen. Er ging weer een week voorbij en de troepen konden niet langer voor dit werk gemist worden. De Tsjechi sche Pantser Brigade werd haastig opgeroepen om een wakend oog over Duinkerken te houden en de Cana dezen af te lossen. Op deze manier kwijnde Duinkerken verder tot het einde van de oorlog. Het gehele langzame verloop van de operatie aan de Kanaalkust had de Britten en Canadezen 1500 slachtoffers gekost tegen 30.000 Duitse gevange nen. Het had ook meer dan dertig dagen gekost en de balans was niet zo goed als zij eruit zag. Gedurende meer dan drie weken had generaal Von Zangen zijn mensen kunnen ont plooien en zijn verdediging kunnen versterken. Het Leopoldkanaal was praktisch onneembaar geworden voor een frontale aanval en er lag een heel netwerk van waterwegen tussen deze hindernis en de Scheldemonding De nek van het schiereiland Zuid- Beveland werd zwaar verdedigd en was de eerste van een reeks dodelijke vallen op die flank. De tol aan geal lieerde levens zou betaald worden op een andere rekening maar ze zou betaald worden. Een inwoner van Sluis in Zeeuwsch-Vlaanderen schreef op zaterdag 23 september in zijn oorlogsjournaal: Van <fe aangewezen personen die voor de Wehrmacht moeten werken, zijn er maar enkelen opgekomen. Ze moeten 2 a 3 km buiten Sluis stel lingen maken, zoals loopgraven, éénmansputten, schuilbunkers, enz. Het is gevaarlijk op het werk en reeds de eerste dag is er al vanuit de vliegtuigen gemitrailleerd. In de namiddag bommen op Breskens en Oostburg. Breskens bestaat nu niet meer. De huizen die er nog over waren, liggen nu ook tegen de vlakte Zelfs op het kerkhof zijn nog granaten neergekomen, In Oostburg is het op de Markt beginnen te branden. Een half uur nadat dit gebeurde, stond de brandweer van Sluis al klaar en ieder spreekt met lof over hun kranig werk. Ruim drie uur heeft onze brandspuit water gegeven, terwijl de spuit van Oostburg, die defect was, nog geen uur heeft gespoten. Zoo, nu zal Sluis wel aan de beurt zijn, denkt ieder, maar hoopt natuurlijk van niet. Zondag 24 september. Al is het vandaag zondag toch moet er voor de f Wehrmacht gewerkt worden. De H. Mis begint om kwart over zeven, om de f arbeiders in de gelegenheid te stellen naar de kerk te gaan. Gelukkig zijn ze 's middags vrij en is ieder blij dat ze er met een halve dag vanaf zijn. Er schijnt toch wel haast achter te zitten, om de zogenaamde tweede linie voor elkaar te krijgen. Het is verder een trieste zondag, steeds maar regen, tot 's avonds bij het naar bed gaan. In den namiddag zijn er veel granaten in Aerdenburg terecht gekomen en er is veel schade, zelfs nog enkele doden. Het schijnt er vooral de laatste dagen veel gevaarlijker te zijn geworden. In Sluis zelf gebeurt niets bij zonders. Maandag 25 september. Wat enkele dagen geleden in andere plaatsen van west-Zeeuwsch-Vlaanderen is gebeurd, geschiedt nu ook in Sluis. De Wehrmacht wil kleeren hebben: ondergoed en een paar kousen moeten wor den ingeleverd. Dit is om de soldaten rustig te houden, want zij hebben al 4 weken hun zelfde plunje aan en ze vergaan van het ongedierte. Om geen plundering uit te lokkent schrijven de Wehrmachtsautoriteiten maar een verplichte inlevering voor. Velen brengen het gevraagde, uit vrees dat ze anders straks alles zullen moeten inleveren. Zelfs enkele felle Oranje-voor mannen komen hun spullen brengen. Ja, anders een groote mond, maar nu zijn ze al direct bang.... Hier en daar staat het water een meter hoog in de straat. Bij de familie van Raitingen te Biervliet waren van november 1944 tot mei 1945 twee Engelse soldaten gelegerd. Nadien vertrokken zij naar Duitslandmaar zij lieten nimmer meer iets van zich horen. Van één dezer twee „Biervlietse Britten hier een foto. het noorden tot het zuiden hadden de geallieerde legers eer gevaarlijk gebrek aan voorraden en versterkin gen en de winter stond voor de deur. Niemand twijfelde eraan, dat het een moeilijke winter zou worden, maar gelukkig wist nog niemand hoe moei lijk. Herkent u in één of meer van de hiernaast beschreven episoden een stukje authentiek, eigen ver- leden? Stel uw herinneringen f daaraan dan op schrift en zend ze toe aan onze feuilletonredacfie. München In het Westduitse stadje Memmingen wordt tegen woordig nog de uit de Middel eeuwen stammende traditie van de „vissersdag", een wervelende vis wedstrijd met aansluitend daarop een koningverkiezing gevierd. Sinds de stichting van Memmingen laat men elk jaar weer één keer de stads beek leeglopen, waarna de ze gereinigd wordt. Tot dit doel mocht dit water vroeger door de gezellen van de verschillende gil den „leeggevist" worden. Nu zijn het niet alleen handwerklieden maar 666 mannen uit alle bevol kingsgroepen, die met hun schep netten voor een forellenjacht in het water springen. Door het van gen van de zwaarste forel wordt een van de amateurs regent, waar na hij voor een jaar tot vissersko ning wordt gekroond. Daarna mag hij weliswaar nog geen werk van de burgemeester overnemen, maar hij geniet een minstens evengroot aanzien. De lentekoning wordt bij deze verkiezing met een zachte schop onder zijn zitvlak van zijn erefunctie ontheven, nadat men hem van zijn kroonjuwelen be roofd heeft. Nadat stadsgardisten in historische uniformen de nieu we heerser op de schouders naar de troon gedragen hebben, vieren de burgers de dag met dansen en spelen, terwijl zij elkaar geschen- kan aanbieden. CAIRO Oost-Duitsland heeft een krachtige, maar zonder succes beloonde poging gedaan een uitnodiging voor de conferentie van niet-gebonden landen, welke op 5 oktober in Cairo begint, te krijgen. De Oostduitsers hebben voor het eerst pogingen in deze richting gedaan tijdens informele besprekingen met Afrikaanse leiders op de Afrikaanse topconferentie in juli van dit jaar. Oost-Duitsland komt echter niet voor op de lijst van uitgenodigde landen. De Oostduitse regering tracht reeds enige tijd door Afrikaanse regeringen er kend te worden. Tot dusver is het enige land dat Oost-Duitsland heeft erkend de voormalige republiek Zanzibar, thans verbonden in een unie met Tanganyika. RED BAND ROOSENDAAL MONTGOMERY In Montgomery in de Amerikaanse staat Illinois, is ee"i passagierstrein ingereden op een ander passagierstrein die op een zijspoor stonc Drie personen verloren hierbij b leven. Het aantal gewonden bedraagt 'Dit weet ik nu zo langzamerhand heel goed. Dat je hier geen tropenzon kunt verwachten. Maar zolang we kolen hebben, valt het allemaal best mee. Want kolenvuur... dat is werkelijk het enige, waarin ik de warmte van de tropenzon terugvind!' Voor de heer J. Rozenberg, Otterring 54 in Bredaishet een uitgemaakte zaak. Hoe zou dat komen? Dat zal ik u vertellen. Kolen geven een straling, die je op geen enkele andere manier krijgt. Ze proberen tegen woordig wel van alles om kolenvuur te imiteren... haha! Maar een kolenhaard hóeft niets na te bootsen. Die is goed van zichzelf. Geeft warmte waar je wat aan beleeftMet andere woorden: ieef- warmte. Voor de kamer waarin je leeft! lijke situatie is de houding van hoop, wat een teken van vitaliteit is". Zoals voorzitter dr. Nuyens in zijn openingsrede al aanduidde: „is de crisis vooral een gevolg van het feit dat de mens de natuur steeds meer regeert. Uit 't existentialisme hebben, wij", al dus prof. Willems, „geleerd, dat de mens de maat is van alle dingen. Hij heeft precies tot opdracht de natuur niet on aangetast te laten, maar haar te ver menselijken en te cultiveren". En: „De mens ontdekt zichzelf in een wereld, die hij zin moet geven". Het betekent ook dat de moderne mens een andere godservaring moet zoeken. Mede naar aanleiding van het boek „Eerlijk voor God", van de Anglikaanse bisschop mgr. Robinson, die gestalte tracht te geven aan die nieuwe godservaring, was de landdag geheel aan dit thema ge wijd. Prof. Willems erkende dat het nodig was „springladingen" aan te leggen onder de vele tradities. Maar: „het heeft zin ervoor te waken dat deze groot scheepse afrekening met het verleden niet ontaard in geestelijke vernielzucht". De scheppende mens zal halt moeten houden voor het wonder: dat is voor de ander. De mens is immers niet zijn eigen schepping. Bij de onderwerping van de aarde moet de mens ontzien wor den", aldus prof. Willems, want de aarde wordt dan een werkgemeenschap en geen leefgemeenschap. De benadering van de mens zal ver menselijkt moeten worden door eer bied, lespeet en bewondering. Prof. Willems pleitte voor meer contempla tie, dat is „met hoofd en hart het cnris- telijk godsbeeld in de mens eerbiedi gen". Dit geldt uiteraard niet alleen voor de christen en dit bracht hem op de kwestie van de „apartheid" van het christendom. Wij zijn ander maar daar om niet méér dan de andersdenken den". Dat anders zijn moeten we nie uit angst prijsgeven, wel legt het be wust weten en geloven ons zwaardere verplichtingen op. De jaarrede van algemeen voorzitter, dr. V. Nuyens, toonde nog eens aan dat Adelbert vooral een organisatie is var mensen, die het christendom in de we reld willen laten doorwerken en dat op hun plaats ook kunnen doen. Dat bleek uit het verleden, doordat Adel bert stelling nam voor vruchtbare eco nomische toenadering. De positie van de priester en zijn werkkring in deze tijd is al evenzeei een onderwerp dat voortdurend aan dacht verdient. De toekomst van Adelbert zal zich steeds meer richten op meedenken en -spreken over de vernieuwing in de Kerk. Dit eist een zekere vryheid van beweging. Daarom pleit Adelbert voor intrekking van het verbod voor katho lieken om lid te zijn van de Rotary er. voor intrekking desnoods herinter pretatie van het mandement. Dr. Nuyens sprak de hoop uit da de kerk voor zal gaan en leiding zr geven in de verwarrende problemen v< deze tijd. Hij pleitte ook voor ec meer geregelde vormgeving, middc instituties van de medezeggenschap i. de kerk. (Advertentie) (Van een onzer verslaggevers) GRONINGEN De Landdag 1964 van de Sint Adelbertvereniging vond in Groningen zijn hoofdpunt in een rede van prof. dr. B. A. Willems o.p. Hij noemde de ontwikkeling in het katho lieke geloof te grimmig en revolutio nair. Het wordt tijd dat er meer humor in de discussies komt en meer begrip voor de schoonheid in de theologie, die onverenigbaar is met „zure gezichten". Bedrijfsschade, in de vorm van grote onzekerheid, is niet te voorkomen. Maar „de aangewezen houding in een derge- Zij worden zo spoedig mogelijk, als apart onderdeel van dit oor logsfeuilleton geplaatst. Hebt u foto's of andere tastbare herinne ringen, brieven e.d., aan de slag om de Schelde? Ook daarvoor hebben wij grote belangstelling. U kunt uw bijdragen adresseren aan: Dagblad De Stem, Reiger- straat 76 Breda. Op de enveloppe vermelden „Slag om de Wester- j schelde". Bijdragen kunnen ook J via onze rayonkantoren worden ingestuurd.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1964 | | pagina 5