Zelfbouwers konden
huis niet voltooien
Noord-Rhodesië wordt een
vluchtelingen-wij kplaat s
De vorming van steenkool
JONGENS
PANTALON
Bij de dageraad van
de Olympische Spelen
KREYMB0RG
KREYMB0RG
SLAMAT DJALAN
Tegenslag aan de Franse Rivièra
Trailer met afbraakhout
dreigde op hol te slaan
Onze rusteloze aarde
NWEER
Improvisatie
Weg als moordenaar
L evensgevaarl ijk
BOEKENPLANK
De bisschop die God
onttroont
De Verzamelaar
EELT, LIKDOORNS ENZ.
7 jaar nü
I iït
PI
DAGBLAD DE STEM VAN DINSDAG 22 SEPTEMBER 1964
(Advertentie)
HOOFDSCHOTEL? VLEES!
(Van één onzer medewerkers)
DIT VOORJAAR trekken twee avontuurlijke Amsterdamse echtparen naar de hossen
bij het schilderachtige dorpje Aspremont (met een bijna bijbelse sfeer) 15 km vanaf
Nice aan de Franse Rivièra om daar in een „woesijn van schoonheid" een eigen huis te
bouwen. Voor dit doel nam men maar eventjes 20 ton afbraakhout uit de hoofdstad mee,
omdat bouwmaterialen ginds in het bijzonder hout verre van goedkoop zijn.
De feitelijke hoofdrolspelers waren de Nederlandse (in Rotterdam geboren) surrealis
tische kunstschilder Frans Johfra wiens z.g. „zielelandschappen" in Amerika bekender
zijn dan bij ons en diens vriend, de vagebondzanger-bohémien (van huisuit ook kunst-
I J T
Bouen: Zo was het begin. De be-
tonfundering (met keien verste
vigd) voor de benedenverdieping
het toekomstige atelier is ge
legd. V.l.n.r.: de echtparen De Jong
en Johfra.
schilder) Sjoerd de Jong.
Beneden: In het basiskamp
Rechts in de stoel (gedeeltelijk
zichtbaar) onze medewerker in ge
sprek met Els en Frans Johfra.
Laatstgenoemde werd een aantal jaren geleden na zijn
optreden als zanger in het befaamde Moulin Rouge te
Parijs onverwachts een ster, die regelmatig voor de Fran
se t.v. optrad en wiens grammofoonplaten ginds hoge
omzetcijfers haalden.
Moe van het succes hing hij echter zijn gitaar aan de wil
gen en zocht de stilte van Aspremont, waar hij zich ont
wikkelde tot aannemer-architect-grondspeculant-tuinman.
Hij bood zijn vriend Johfra, die op een bovenhuis in de
2e Helmerstraat te Amsterdam woonde, naast op de grond
in Aspremont ook zijn bouwtalenten aan en deze was
(evenals zijn vrouw Els) dadelijk enthousiast.
Sjoerd, die in de toekomst met zijn vrouw Hennie in
het huis van Johfra in Amsterdam zal gaan wonen, arran
geerde inleidend in de hoofdstad het hele vervoer hout
en huisraad werden ondergebracht in een zware vracht
wagen met aanhanger waarna beide vrienden met hun
echtgenotes de reis van 1500 km begonnen.
(Bijzondere correspondentie)
LOESAKA Noord-Rhodesië, dat bin
nenkort het onafhankelijke Zambia
wordt, regelt reeds nu het toezicht op
de te verwachten stroom vrijheidsstrij
ders die de nieuwe republiek dan als
domicilie zullen kiezen. Loesaka neemt
naar algemene verwachting, de plaats in
van Tanganjika's hoofdstad Dar es Sa
laam, als Afrika's „vryheidshoofdstad".
Het onafhankelijke Zambia zal grenzen
aan door blanken bestuurde gebieden:
Angola in het westen, Mozambique in
het oosten en Zuidwest-Afrika, Zuid-
Rhodesië en Beetsjoeanaland in het zui
den een ideale ligging dus voor po
litieke vluchtelingen uit deze landen.
De regering van wat nu nog Noord-
Rhodesië is, heeft gesticht „De inter
nationale vluchtelingenraad van Zambia",
voorgezeten door minister van binnen
landse zaken Simon Kapwepwe. Zijn
taak is het de activiteiten te coördine
ren van de internationale organisaties
verantwoordelijk voor het welzijn der
vluchtelingen in Zambia.
Toen Kapwepwe tot voorzitter van de
raad werd benoemd, liet hij er geen twij
fel aan bestaan dat geen vluchtelingen
organisatie buiten de raad om zou mo
gen optreden. Groepen als „Amnesty In
ternational", „Christian Action'' en de
verscheiden Britse, Amerikaanse en
Scandinavische organisaties, zullen in de
raad zijn vertegenwoordigd.
Kapwepwe zei dat er een adviesorgaan
zal zijn met verantwoording aan hem,
voor het uitwerken van de te volgen
gedragslijn en aanpak van het vluch
telingenvraagstuk.
vluchtelingen van Dar es Salaam naar
De regering van wat Zambia wordt, is
opmerkelijk voorzichtig te werk gegaan
wat het vluchtelingenprobleem betreft.
Gevraagd naar de verhuizing van de
Loesaka, zei premier Kenneth Kaoenda
dat zijn land geen haast had om met
andere landen te concurreren op het
stuk van het pan-Afrikanisme. „Als hier
vluchtelingen komen, dat het dan een
natuurlijke zaak zij. We willen ze niet
onder druk naar hier halen. We willen
een oprechte, humane bijdrage leveren
aan wat in wezen een humaan vraagstuk
is", zei hij.
Kaoenda liet uitkomen dat het niet zo
gemakkelijk zou zijn om naar Zambia
te komen en politiek asiel te verkrij
gen. Alleen „oprechte vluchtelingen" zou
den er kans op maken. De voorwaarden
voor toelating kunnen volgens Kaoenda
niet vergemakkelijkt worden, als de aan
wezigheid van aantallen vluchtelingen een
averechtse weerslag zou hebben op de
werkgelegenheid of tot concurrentie zou
leiden tussen jonge mensen die met
spoed opleidingskansen moeten hebben.
Alvorens asiel zal worden verleend
zal een vluchteling moeten kunnen aan
tonen dat hy het land niet ten laste
zal zijn. Voorts zal van hem worden
gevraagd dat hy metterdaad toont en
bijdrage aan 's lands ontwikkeling te
kunnen geven, zij het door bekwaam
heid, beroep of kapitaal, aldus vulde
Kapwepwe de premier aan.
Twee Afrikanen één Zuidrhodesiër
en een Zuidafrikaan zijn in Noord-
Rhodesië tot ongewenste emigranten ver
klaard en onlangs gedeporteerd. Ze wa
ren illegaal binnengekomen. De Zuidrho
desiër was Stanley Parirewa. lid van i
de afgescheiden „Zimbabwe" Afrikaanse!
nationale unie van ds. Ndabaningi Sitho-
le, die oppositie voert tegen Joshua Nko-
mo's „People's Caretaker Council". Ka
oenda staat achter Nkomo.
De Zuidafrikaan was David Matsheke,
een acteur die vergeefs heeft geprobeerd
te ontkomen aan een uitwijzingsbevel
uit Noord-Rhodesië.
Een woordvoerder van het ministerie
van binnenlandse zaken in Loesaka heeft
gezegd dat het risico van overstroming
van Noord-Rhodesië met personen, dis
voorgeven vluchteling te zijn, te groot
is, dan dat onbeperkt en ongecontroleerd
grensverkeer van mensen toegelaten kan
worden.
In mei deelde de regering mee dat
emigranten die geen tijdelijke werkver
gunning of verblijfsvergunning hadden,
in de toekomst niet zouden worden bin
nengelaten.
Noord-Rhodesiës hoofdstad heeft laat
stelijk al de opening meegemaakt van
twee kantoren van nationalistische orga
nisaties van vluchtelingen. Zij omvatten
vluchtelingen uit Zuid-Afrika, Zuidwest-
Afrika, Zuid-Rhodesië,' Mozambique en
Angola. Men verwacht dat nog meer om
toestemming zullen vragen.
De Zimbabwe Afrikaanse volksbond,
uit Zuid-Rhodesië verbannen, vestigt zich
in Loesaka. Tot nu toe werkte hij vanuit
Dar es Salaam. Zijn voorzitter, James
Chikerema, heeft gezegd dat zijn bond
een regering-in-ballingschap voor Zuid-
Rhodesië zal proclameren zodra het
blanke bewind van premier Ian Smith
zich eenzijdig onafhankelijk zou verkla
ren om de suprematie te kunnen behou
den.
Chikerema zei niet waar die regering
zou zetelen, maar het lijdt weinig twij
fel dat het Loesaka zou zijn. Men heeft
verleden jaar in Dar es Salaam op het
punt gestaan een ballingenregering te
vormen.
Hoe is het hen nu ginds vergaan
We hebben hen in Aspremont eens be
zocht en hierover nader in bijgaand ar
tikel.
„Het heeft ons aan sensatie en tegenslag
niet ontbroken", aldus Frans Johfra, een
hand losjes geleund tegen de stam van
een zwarte olijveboom. We zijn in het
Bois Donaréo Asuremont. Onderwijl staat
vriend Sjoerd de Jong bij het vrolijk tuf
fende betonmolentje. Er is een voldane
trek op zijn gezicht, want hij gaat binnen
kort met zijn vrouw Hennie weer terug
naar Amsterdam. (Samen met haar heeft
hij hoofdzakelijk dc bouw gedaan, terwijl
Johfra tekende en diens vrouw Els het
„kampement" verzorgde).
Het geplande huis zal dan na een snik
hete zomer en na schier onvoorstelbare
moeilijkheden voor de helft voltooid
zijn. Dit betekent, dat de tent in het bos
afgebroken kan worden en er ruimte is
om te „overwinteren". Johfra heeft zelfs
een pietepeuterig atelier (de eigenlijke
entreehal), waar hij schilderijen kan ma
ken om het geld te verdienen, dat voor de
voltooiing van de bouw (wanneer het
echtpaar De Jong voor dit doel weer
terugkeert) nodig zal zijn.
In de geschiedenis van de „eigenbouw"
zal wel zelden een huis op een dergelyke
merkwaardige wyze op de vleugelen der
improvisatie ontslaan zijn. Het is een
gevecht geworden met de weerbarstig
heid van een brok ongerepte natuur,
waarbij „bouwmeester" Sjoerd het geheel
heeft „laten groeien", d.w.z. beschikbare
materialen en omstandigheden steeds de
vorm heeft laten bepalen.
Niemand weet derhalve, hoe het eind
resultaat er uit zal zien, dat in afwijking
van de oorspronkelijke opzet geen hou
ten, maar een stenen bungalow gaat wor
den.
Dankbaar werd gebruik gemaakt van
een open plek in het bos (met een fraai
uitzicht op de alpenketting en het woes
te stroomdal van de rivier de Var), waar
een naburige boer voor landbouwdoelein
den reeds een hap grond uit de berghel
ling gegraven had; te vergelijken met een
grote traptrede.
Op de twee boven elkaar gelegen ho
rizontale vlakken werd eerst een beton
ijzerconstructie voor de fundamenten ge
legd. Thans staat boven dus reeds het
woongedeelte (aangesloten op een plastic-
noodwaterleiding uit het dorp; overigens
voorzien van een tussenmeter, want wa
ter is hier erg kostbaar), terwijl het on
derstuk, dat aan het atelier gewijd is. nog
ontstaan moet. Het geheel wordt volgens
Johfra „woest fantastisch" en dit is
reeds te zien.
Sjoerd verduidelijkte: „Op de mestvaalt
hebben we oude marmeren platen gevon
den. die ik voor de keukenvloer ga ge
bruiken. Ook de prachtige grenen deur,
die uit een vergeten klooster gekomen is,
zal het goed doen En in de hal heb ik
stukken kristal in de muur gemetseld.
Het wordt een heel raar huis, maar je
weet niet, hoeveel plezier we bij dit bou
wen hebben; ondanks alle ellende".
Wanneer u een laagje har a
gesteente ziet van enkele
centimeters of decimeters
dikte, of een afwisseling van
zulke dunne laagjes, dan
moet u niet denken dat zulk
een laag gedurende zijn hele
bestaan zo dun is geweest.
Dit geldt in het bijzonder
ook voor de steenkoollagen.
We zouden ze kunnen ver
gelijken met een kletsnatte
spons. Zetten we een gewicht
op een spons, dan wordt hij
veel dunner en wel omdat
een groot deel van het wa
ter wordt uitgedreven ter
wijl tevens de deeltjes waar
uit de spons zelf is opge
bouwd dichter bij elkaar ko
men te liggen.
In de natuur kunnen voor
al de grote veenmoerassen
zoals we die in sommige ge
bieden op aarde ook tegen
woordig nog wel kennen,
met de genoemde spons ver
geleken worden. Grote hoe
veelheden planten groeien
daar in een vochtrijke om
geving. Gedurende 't Steen
kooltijdperk waren dat voor
al eenvoudige vormen van
wolfsklauwen, paardestaar-
ten, en varens, maar met
naar verhouding vaak reus
achtige afmetingen Lepido-
dendron (de „schubboom")
de vorm van een dikviezige
naald. Bij de zegelboom
stonden de bladeren niet op
zulke kussens, maar direct
op de stam zelf, als door een
lakstempel erop gedrukt
De varens uit het Steenkool
tijdperk waren merkwaardig
niet alleen omdat zich onder
hen zeer grote exemplaren
en Sigillaria (de „zegel
boom") waren wolfsklau
wen die tot enkele tientallen
meters hoog konden worden
De naam schubboom be
rust op de vorm van de op
pervlakte van de stam, met
zijn ruitvormige vlakken,
Ha UI
die
de indruk van schubben ge
ven. Binnen iedere ruit
stond op een kussenvormige
verhevenheid een blad, in
bevonden, maar eveneens
omdat er soorten waren, die
zich door middel van zaden
voortplantten en niet met be
hulp van sporen, zoals een
echte varen betaamt.
Veranderingen in de hoog
te van de waterspiegel had
den tot gevolg dat tijden
van echte veengroei afwis
selden met tijden waarin ter
plaatse kalk klei of zand
werd afgezet. Zo raakten de
planten geconserveerd. In de
loop van miljoenen jaren
kwamen er steeds meer ge-
steentelagen bovenop te lig
gen. Het veen werd in el
kaar gedrukt, het water
grotendeels er uit geperst.
Gebergtevormende krachten
kunnen daarbij ook nog mee
geholpen hebben. Zo werd
het veen geleidelijk tot
bruinkool en later door
een steeds verder gaande
relatieve toename in kool
stofgehalte tot steenkool
of zelfs antraciet. Maar af
drukken van planten in de
kool en vooral in de schalie-
lagen daartussen tonen nog
aan wat het oorsprongma
teriaal van de kool was en
onder de microscoop kan
men zelfs de cellen, waar
uit het plantenweefsel was
opgebouwd, soms nog her
kennen. men zie de derde
afbeelding.
Deze laatste opmerking slaat op de
sterk hellende weg van 300 m, die met een
bulldozer vooraf door de rimboe gescha
pen moest worden. Hij is met stenen en
kuilen bezaaid, zodat meerdere materiaal
auto's bij de terugreis omhoog bleven ste
ken of de geest gaven. Dit werd een bron
van eindeloze ruzies met allerlei op
drachtgevers, alsmede getouwtrek over
schadevergoedingen en wat dies meer zij.
Als stille getuige van de oorlog met een
moordende weg zagen we Sjoerds eigen
auto (tussen haakjes een overjarig beest
je) als een onheistelbaar wrak tussen de
olijfbomen staan.
Maar het allerergste gebeurde op de
heenreis. Toen het zware transport langs
citrusbomen en nalmen over serpetine-
achtige wegen omhoog geklommen was
het kerktorentje van Aspremont. staan
de op een hoogte van 800 m, was bij wij
ze van spreken al voor het grijpen
slipten de zware wielen in de berm, die
het zacht glooiende begin vormde van
een diep rotsig ravijn.
Met de traagheid van de grote wijzer
van een klok maar met een onaf
wendbaar schijnende zekerheid be
gon het enorme dubbele gevaarte met
afbraakhout en al naar beneden te
glijden.
Dit waren afgrijselijke ogenblikken,
waarin snel gehandeld moest worden.
(„Nog nooit heb in in m'n leven zoi
hard gewerkt", aldus Johfra, „daar heb
ik ook helemaal geen handen voor
Er werden dadelijk kriks en kabels in
de strijd geworpen. De twee chauffeurs
koppelden de motorwagen los om ten
minste te redden, wat er te redden viel
en wisten deze met grote moeite weer op
de weg te brengen. Met vereende krach
ten en grote lichamelijke 'inspanningen
werd tenslotte na uren ook de aanhanger
van de wisse ondergang gered.
In een oude boerderij dicht- bij de
bouwplaats werd het hout afgeladen
en het huisraad opgestapeld. Vanaf dit
punt had de buldozer inmiddels reeds
de opdracht was vooraf gegeven
de genoemde weg gemaakt.
Deze werd het eerst bewandeld door de
meegekomen Amsterdamse poes, die al
spoedig ontdekte, dat hier nieuwe attrac
ties verbonden waren aan grote gevaren.
Er waren b.v. hagedissen en andere sma
kelijke hapjes, maar tevens adelaars en
vossen.
Els begon dadelijk met Hennie nabij de
bouwgrond de eerste bloemen- en groen
tezaden uit te zetten en jubelde, dat ze in
dit heerlijke klimaat wel spoedig over
Brussels lof, kropsla, tomaten en gouds
bloemen zou kunnen beschikken
Het pionieren, experimenteren en im
proviseren begon. I
„We hebben dus verschillende mensen
aangetrokken voor het materiaalvervoer",
aldus Sjoerd. „tetwijl we ook een kabel
baan besteld hebben, maar de maker liet
op zich wachten. Eerst hebben we het ge
probeerd met een gehuurde tractor, maar
dat bleek levensgevaarlijk, want dat zwa
re ding ging glijden. Toen kregen we een
handige vrachtrijder met een sterke klei
ne auto. Dat ging heel aardig. Maar de
man werd door intriges tegen ons opge
zet, zodat hij ons in de steek liet. Daarna
kochten we voor 175,- een autootje uit
1938 met een prima motor om het trans
portprobleem in eigen hand te nemen.
Dat is ook fout gegaan. Maar het huis is
toch tegen de verdrukking in gegroeid".
Van het afbraakhout is inmiddels slechts
een klein gedeelte gebruikt, maar dat
komt misschien rog wel van pas.
Als kern van het huis was oorspronke
lijk een rechte steunmuur gepland: 4 m
hoog en 9 m lang.
„Maar aangezien de steile aarden wand
in de hellling schuin loopt, heb ik deze
muur trapsgewijs gebouwd. Er zijn nu
mooie grillige nissen en kasten ontstaan,
die de achterwand van het atelier bene
den gaan vormen".
„Denk niet, dat we maar wat aan
knoeien", aldus Johfra, „want Sjoerd
verstaat zijn vak. Maar het is heerlijk, dat
je hier met met allerlei bouwvoorschrif
ten te maken hebt. Er is echter aan alles
gedacht. We krijgen ook een heuse douche
en in onze keuken komt een koelkast, die
op butagas of petroleum werkt. Elektra
en telefoon kunnen we niet krijgen, maar
dat vinden we met zo belangrijk.
Ik heb nu al gemerkt, dat ik hier be
ter kan werken dnn in Amsterdam. Van
hieruit is via de kunsthandel Mokum
reeds materiaal gegaan voor de twee
grote exposities, die dit najaar van mijn
werk in New York gehouden worden. Ko
mend voorjaar komt er ook een tentoon
stelling bij Fuchs in Wenen
Tot slot zei Sjoerd: „Het kost me moeite,
het werk half voltooid achter te laten. Dat
bouwen is een feest. Gelukkig kan ik in
Amsterdam dadelijk weer aan de gang.
want daar ga ik deze winter het interieur
van het voor Hennie en mij bestemde huis
verbouwen, dat Frans verlaten heeft
JAAP STIGTER
Zevenentwintig eeuwen zien toe, als in Tokio 7.000 atleten uit alle
delen van de wereld zich verzamelen voor de XVIIIe Olympische
Spelen van het moderne tijdperk. Hoe jong de idealen van de heden
daagse sportbeoefening ook mogen schijnen, de meeste ervan dateren
uit oeroude tijden en ivachtten slechts op de geniale vorsersnatuur
van Baron Pierre de Coubertin om rond de eeuwwisseling heront
dekt te worden.
Meer dan duizend jaar beheerste de gestage cadans van de vier
jaarlijkse Spelen van Olympia de tijdrekening rond het oostelijke
bekken van de Middellandse Zee. De oorsprong van de sportieve ge
dachte verliest zich in het duister der tijden. De Grieken kenden
de Spelen een goddelijke oorsprong toe. Maar in de Helleense geest
was het natuurlijke en bovennatuurlijke op zulk een nauwe wijze
verweven, dat men het goddelijk ingrijpen meer als een verklaring
achteraf moet zien. Met andere woorden de Spelen van Olympia
maakten reeds een intrigrerend deel uit van het dagelijkse leven,
toen men zich begon af te vragen, hoe ze waren ontstaan.
De klassieke datum voor de stichting is 776 voor Christus. Het jaar
waarin Corebus van Elis werd bekroond met de eerste Olympische
lauweren. Tweehonderd tweeënnegentig maal sedertdien, zijn elke
vier jaar bij de eerste volle maan na de zonnewende de Spelen ge
houden, totdat keizer Theodosius ze in 393 na Christus op verzoek
van de christelijke kerkvader Ambrosius verbood.
De traditie vermeldt, dat de Spelen van 776 v. Chr. werden gehou
den ter gelegenheid van de geheiligde wapenstilstand tussen koning
Iphytus van Elis en Lycurgus, de legendarische god-koning van
Sparta, Eeuwen voordien echter bevolkten in de Helleense gedach-
tensfeer reeds generaties van goden de vallei van de Alpheus. Het
voorhistorische altaar van Chronos, op de hellingen van de naar
hem genoemde berg, was in de loop der tijden vervangen door een
tempel ter ere van zijn zoon Zeus.
Het was Chronos' kleinzoon Heracles (Hercules in de Romeinse
terminologieaan wie de legendarische stichting van de Spelen werd
toegeschreven. De wonderbaarlijke synthese van religie en lichaams
cultuur, zoals deze bij de Hellenen voorkwam, werd de oorsprong van
wat wij later zouden leren kennen als de Olympische geest in de
sport.
De godsdienstige facetten sleten daarbij in de loop der eeuwen af,
maar hun grondbetekenis bleef bestaan, omgevormd in morele en
filosofische begrippen.
Elk vierde jaar, als in de vroege lente een weelde van bloemen
de steenachtige grond van de Peloponnesus tot een kleurig tapijt
omtoverde, trokken drie herauten uit Olympia door het land om in
elke stad de godsvrede af te kondigen. In de ,,Hierominia"de heilige
maand van de Spelen, verstomde het wapengekletter. Atleet en toe
schouwer waren verzekerd van een veilige tocht. Sport en politiek
mogen volgens moderne opvattingen niets met elkaar te maken heb
ben. In de oudheid was het anders daar domineerde de sport.
Olympia moet op de vermoeide reiziger een onuitwisbare indruk
gemaakt hebben. Een nationaal heiligdom, toegankelijk voor elke
vrijgeboren Griek. Op de flank van de berg Kronos, aan de rand
van een dennenbos en omzoomd door olijvengaarden lag Olympia
als een verzameling tempels, galerijen en logementen. Dat alles over
heerst door het stadion. Zoals alle Griekse stadions in de vorm van
een hoefijzer van 211 meter bij 32 meter met een hardloopbaan
van 192,27 meter, dat is 600 maal de lengte van de voeten van
Heracles. Boven alles uit torende de tempel van Zeus. De 18 meter
lange zuilen waren nauwelijks hoog gnoeg om het enorme beeld van
de godheid te overwelven. De zittende Zeus, één van de zeven klas
sieke wereldwonderen. Het is een wrede speling van het noodlot, dat
veel hetgeen reeds eeuwen onder het stof lag bedolven, iverd opge
graven tijdens de tweede Duitse onderzoekingsperiode, door Adolf
Hitler bij de opening van de Spelen in Berlijn bevolen.
De klassieke spelen namen vijf dagen in beslag. Daarvan waren
de openings- en sluitingsdag gewijd aan religieuze ceremoniën en
riten. Elk van de deelnemers meestal reeds maanden tevoren in
gymnasia getraind legde tegenover de godheid de gelofte af, dat
hij zich nederig zou gedragen en eerlijk strijd zou leveren.
(Advertentie)
In het Tijdschrift voor Theologie van
dit jaar no. 2 begint prof. Schillebeeckx
zijn artikel over Robinson met vast te
stellen dat men niet een ontleding van
alléén „Erlijk voor God" feitelijk alle
kanten uit kan. In alle mildheid inter
preteert hij Robinson zover mogelijk in
l orthodoxe zin en stelt in zijn besluit uit
drukkelijk: „Indien R. bij zijn beoorde
ling fouten heeft gemaakt, stammen deze
uit zijn kenleer, niet uit zijn gemis aan
geloof of oprechte wil tot orthodoxie".
En even tevoren: „Robinson aanvaardt
de volheid van de katholieke traditie
zoals deze leeft in de Angliekaanse kerk.
Slechts één schaduw ligt over dit boek:
Robinsons aarzelende opvattingen in ver
band met het metafysisch denken".
Met opzet citeer ik dit artikel van
Schillebeeckx bij dit door Louis Knuvel-
der geschreven boek, om van den begin
ne af duidelijk te stellen dat het niet erg
„eerlijk voor God" lijkt een boekje uit
te geven waarin in zeer felle bewoordin
gen betoogd wordt, dat R. Hem zonder
meer van de troon haalt. Degenen die
enigszins op de hoogte zijn van de kri
tiek rond R. (Wending, Verbum, Tijdschr.
v. Theol., The honest to God debate) zijn
toch wel overtuigd dat ondanks de dub
belzinnigheden en vaagheden in R.'s
betoog („men kan er alle kanten mee
uit") het gestelde probleem belangrijk
I genoeg is om er niet aan voorbij te gaan.
Knuvelder heeft voor R. niet veel goede
woorden over, hij acht het niet moeilijk
een dik boek te schrijven waarin wordt
aangetoond dat „hier in volste werke
lijkheid een geloofsvernietiging. een ge-
loofsprijsgave wordt voorgesteld" (blz.
44). Zou dit boek ooit verschijnen?
Het radicale standpunt van Knuvelder
acht ik niet in staat ons te overtuigen
van 's bisschops totale ongelijk. Dit is
jammer, want deze betoogtrant leidt er
toe ook de vele goede opmerkingen van
Knuvelder met een korreltje zout te
nemen. Pax gaf het boek uit.
J. H.
(Advertentie)
VERWIJDERT SPOORLOOS EN PIJNLOOS
Deze roman van de Engelsman John
Fowles doet aan Hitchcock denken. Het
is een griezelverhaal van een uiterlijk
kleurloze stadhuisklerk, die als hobby
alleen maar het verzamelen van vlinders
schijnt te hebben. Als hij echter de
hoofdprijs in één voetbalpool wint, zet
zijn verzamellust zich vast op een meisje,
dat hij vanuit de verte altijd zeer be
wonderd heeft. Hij koopt een oud land
huis en richt de kelderverdieping in voor
het onderbrengen van het meisje, dat hij
dan op geraffineerde wijze schaakt en op
zijn manier ook goed en eerbiedig ver
zorgt.
Een deel van het boek vertelt de jonge
man zelf, een ander deel vormt het dag
boek van het meisje. Zo ziet men van
twee kanten een wonderlijke verhouding
groeien, in een spanning van haat en
onhandige tederheid. Het einde is drama
tisch. Het meisje sterft in haar kerker
aan longontsteking zonder dat een dokter
erbij komt. En ze wordt in het geheim
begraven. De jongeman ziet alweer uit
naar een ander meisje, dat hij aan zijn
verzameling kan toevoegen. Het is een
hallicunerend en beklemmend boek, knap
van opzet en ook knap verteld. De ver
taling verscheen bij Van Holkema en
Warendorf.
Sterke Terlenka 55/45
In moderne tinten
Alleen geldig 23 september
Kleine stijging per maat
Karrestraat 2 - Breda
,?re,Delft 60-62 - Middelburg
Walstraat 84 - Vlissingen
te Hush Puppies
i voor Benelux
end vervaardigd door
UR - Waalwijk en
D - Dongen
ljppl!!ll ||,jljirir'ijj,.
I r' .-1: .L. -'.J_
Ékl
ele Hush Puppies
kkelijk licht
I en bezitten
ijke pasvorm.
om heel lang -
jaargetijde -
gemak en plezier
bben.
rijk te worden. Maar
werken, mijn hersens
spannen, dat wilde ik
speculeerde en verloor
'aders erfdeel en mijn
>en ben ik goudzoeker
en. Ik had geluk en
leel veel goud, maar ik
tide het weer even
faatste trekje, stamgast
isteekt. 16 ct per stuk.
KARAKTER
HISTORIA 20 CT
MIGNON 17 CT
PONNY 11 CT