-tarwe-
IE
Tweede plaats
brengt nieuwe
puntenwinst
Grootste klimmer
Fede Bahamontes
Schitterende Spanjaarden
OP DE COLS
Jleen
14
DAGBLAD DE STEM VAN DONDERDAG 9 JULI 1964
Ier een
ontbijt
DER
Piet van Est
komt te laat
Federico weer
in 'n grote rol
finisht eerste
in Tourstad Pau
Grote strijd
17e RIT
42,6 km
Cor Schuuring en
Nico Lute nu out
DE ACHT VAN CHAAM"
Pure klimmers
Gele schrijvers
11
Misschien nóg
Te kennen, mensen.
ook eet, u ontbijt
5En het kost u nog
\roelt zich een lange
oh betere
v>1 I waar
oh tien
Crl Iprocen
de
gruyter
br W. VAN DER STEEN
Tour
(Van onze speciale verslaggever)
PAU, woensdagavond Jan Janssen
kon niet meer. Sterke handen waren er
voor nodig om na de finish op het auto
circuit in Pau, waar de Nederlandse
crack aan het einde van de zware Pyre-
neeën-etappe een schitterende tweede
plaats had veroverd, Janssen van de
fiets te helpen. Volkomen uitgeput zeeg
hij tegen een hekje ineen en bleef mi
nuten lang sprakeloos zitten. Drie, vier
flesjes water werden over zijn bezwete
hoofd uitgegoten en toen pas kon de
Ossendrechtenaar, die onbetwist leider
in het puntenklassement was geworden,
enkele woorden uitbrengen.
„Ik geloof niet, dat wat ik vandaag gedaan heb goed is voor
een mens. Dit kost me misschien wel vier of vijf jaar van mijn
leven", stamelde de onthutste coureur. Janssen zat wezenloos
voor zich uit te kijken. Hij wist dat hij iets fantastisch had ge-
preseerd maar toch drong de realitiet nog niet goed tot hem
door. Het duurde een tijd voordat Janssen zover was, dat men
hem naar het ere-podium kon brengen waar Baliamontes, die
eer vergeefse aanval op de gele trui van Georges Gronssard
had gedaan, als winnaar van de etappe werd gehuldigd.
foto dagblad de stem
Op het trapje bleef Janssen nog even
zitten bijkomen. Nahijgend van de ver
moeienissen vertelde hij hortend en sto
tend daar het verhaal van zijn haast bo
venmenselijke prestatie. Hoe hij zich op
de vier cols in deze etappe volkomen had
leeggereden om zijn leidende positie in
het puntenklassement voorlopig veilig te
stellen.
„Het was bijzonder zwaar en ik geloof
niet dat ik het gehaald zou hebben, als
ik die Hollanders niet vlak onder de top
van de Soulor had zien staan. Die had
den een bord met „Hup Janssen" erop en
dat gaf me weer moraal."
Vragen werden over Janssen heen ge
stort. Hoe het kwam dat hij nu zo schit
terend had geklommen, terwijl hij in de
Alpen niet naar boven had kunnen ko
men. „Misschien was ik in de Alpen wel
bang om me te forceren. Nu moest ik wel
om Seis en Altig van me af te schudden.
Maar wat had ik het vandaag rustig aan
kunnen doen, als ik in Toulouse niet was
gevallen
Wat Janssen tijdens de tocht over het
dak van de Pyreneeën had gedacht, was
de volgende vraag. „Ik weet het allemaal
niet meer, maar die rit is verschrikke
lijk geweest." Janssen slikte toen men
hem tenslotte vroeg waar hij de kracht
vandaan had gehaald voor de enorme
eindspurt, die hem vóór Gilbert Desmet,
Hans Junkermann. Gabica, Adorni, Kun
de, Anquetil, Poulidor, Martin, Georges
Groussard, Jiminez, Foucher en Anglade
de tweede plaats in deze bergen had op
geleverd. Even dacht Janssen na en toen
kwam aarzelend het antwoord: „Ik be
grijp het ook niet. Als je tot zover bent
gegaan weet je niets meer." Voordat Jans
sen de omhelzing van een Pyrenese scho
ne in ontvangst ging nemen, fluisterde
hij ons in: „Ik ga straks minstens een
uur in het bad zitten
Federico Bahamontes had het toneeltje
rond Janssen vanaf het platform glimla
chend gadegeslaan. Toen de Nederlander
tenslotte op wankele benen het trapje be
klom voor zijn huldiging klopte de 36-
jarige Spanjaard hem even bemoedigend
op de schouder, alsof hij wilde zeggen:
Jan Janssen
„Bravo Jan!". Zelf had de adelaar van
Toledo ook wel wat troostende woorden
nodig. Zijn jacht op de gele trui van
Georges Groussard was mislukt omdat
de etappe enkele tientallen kilometers te
lang was geweest. Toen Bahamontes im
mers op de top van de grimmige Aubis-
que de laatste reus in deze traditionele
etappe van Luchon naar Pau, met een
voorsprong van meer dan zes minuten
op het peloton doorkwam, rustte de lei
derstrui theoretisch op zijn schouders.
Er resteerde echter nog 57 km naar de
finish, waarin de achtervolgers steeds
dichter bij kwamen en tenslotte de ach
terstand tot één minuut 53 seconden ver
kleinden.
Opnieuw had Georges Groussard die
gerust de revelatie van deze Tour ge
noemd mag worden, na jaren lang in de
schaduw van zijn snel spurtende broer
Joseph geleefd te hebben, zijn kostbare
trui behouden. Hij liad echter in Baha
montes, die door zijn tijdwinst van 1
min. 53 sec. Anquetil, Poulidor en Angla
de in de ranglijst voorbij ging, er een
geduchte concurrent bijgekregen en het
ziet er dan ook naar uit, dat Groussard
de trui de langste tijd heeft gedragen.
Het is zelfs hoogstwaarschijnlijk, dat
de Fransman het kleinood donderdag in
de ruim 42 km lange tijdrit aan een van
zijn naaste belagers, van wie Anquetil en
Poulidor zich vandaag voor deze rit tegen
het horloge spaarden, zal moeten afstaan.
PAU, woensdagavond.
Vrywel onmiddellijk na de afdaling
van de Aspin begon de zeventien kilome
ter lange klim naar de 2113 meter hoge
Tourmalet, de hoogste Tourberg van de
Pyreneeën. Vijf kilometer onder de top,
waar een overweldigende belangstelling
voor de doortocht bestond, eventls later
op de Aubisque, was de achterstand van
de hoofdmacht op Jimenez en Bahamon
tes gegroeid tot 6 minuten 20 seconden,
maar nu begonnen de groten zich te roe
ren. Het tempo werd verhoogd, waarvan
Haast en Zilverberg het slachtoffer wer
den. Op de col mocht Jimenez nog één
keer als eerste doorkomen, maar Baha
montes was nu slechts een halve lengte
achter.
Nog was er geen einde aan de hinder
nissen, ongeveer veertig kilometer verder
wachtte de klim naar de Aubisque, die
in de Nederlandse tourgeschiedenis be
kend zal blijven, omdat daar Wim van
Eest in 1951 in een ravijn stortte. De
Aubisque is de grilligste van alle Tour-
bergen in de Pyreneeën. In tegenstelling
tot de andere cols zijn hier onpeilbare ra
vijnen langs de smalle weg.
In dit schitterende decor liet Bahamon
tes zijn tanden zien. De Adelaar van To
ledo had het gezelschap van Jimenez
slechts geduld. Dat bleek wel, toen hij
vijf kilometer onder de top van de Sou-
lor, de aanloop tot de Aubisque, onweer
staanbaar demarreerde. In een paar kilo
meter verloor Jimenez bijna twee minu
ten en zwoegde ontmoedigd voort. Achter
dit tweetal klimmers wijzigde de jacht
groep zich voortdurend. Gilbert Desmet,
Elorza en de teleurstellende Zimmerman,
van wie men na de zege in de Ronde
van de Toekomst van het vorig jaar veel
meer in de bergen had verwacht, losten
enkele malen en kwamen dan met veel
moeite weer bij.
Op de top van de Aubisque had Baha
montes vier minuten gewonnen op Jime
nez, zes minuten 5 seconden op de groep
Anquetil-Janssen-Groussard, wiens gele
trui aan een zijden draad hing.
Maar de etappe was veel te lang om
de klimmers in de karavaan werkelijk in
staat te stellen uit het specialiteit grote
winst te behalen, zeker dertig kilometer
te lang. Op de lange, rechte wegen naar
Pau zwoegde Bahamontes in zijn eentje
voort, terwijl achter hem de jachtgroep
steeds meer terrein terugwon. Janssen
had geluk toen hij vrijwel tegelijkertijd
met Jacques Anquetil na 152 km lek reed
en met de Fransman weer bij kon komen.
Acht kilometer verder werd Jimenez, ook
al geplaagd door pech, door de achter
volgers van Bahamontes opgenomen en
begon de finale.
Steeds kleiner werd het verschil tussen
de Spanjaard en de groep-Anquetil, waar
in de Pelforthen Groussard, Foucher, An
glade en Janssen een drievoudige taak
hadden: de trui van Groussard moest be
houden blijven. Janssen moest punten
halen voor het klassement van de groene
trui en de voorsprong kon nog meer ver
groot worden.
Stampend reed Bahamontes tenslotte
het autocircuit van Pau op. Tien kilome
ter tevoren had hij nog een winst van
drie minuut 50 seconden overgehouden.
Hoeveel minuten zouden het op de eind
streep zijn? Had de Spanjaard genoeg
winst om Groussard de gele trui te ont
rukken? Toen Bahamontes over de eind
streep reed wist hij dat zijn opzet was
mislukt, want toen stoof de jachtgroep al
aan de andere zijde van de afzetting de
laatste ronde in.
De doorkomsten op de vier cols
tellend voor het bergklassement
waren
Col de Peyresourde (2e cat.):
1. Jimenez (Sp.)2. Bahamontes
(Sp.); 3. Pinera (Sp.) op 1.40; 4.
Junkermann (W.-Dld.) op 1.40.
Col d'Aspin (2e cat.): 1. Jimenez;
2. Bahamontes 3. Pinera op 2.55;
4. Pauwels (Belg.) op 3 min.
Col du Tourmalet (le cat.)
1. Jimenez 2. Bahamontes 3.
Junkermann op 5.35 4. Anglade
Fr.) op 5.35.
Col d'Aubisque (le cat.)1.
Bahamontes 2. Jimenez op 3.35;
3. Kunde (W-Dld.) op 6.15 4.
Junkermann op 6.30.
Naast de vreugde om de grootse pres
tatie van Jan Janssen, die tot 32 punten
is uitgelopen op Ward Seis, was er in de
Nederlandse kolonie in Pau het verdriet
om het verlies van Piet van Est.
De Brabander kwam na de Belg de
Cabooter ver na de sluiting van de laat
ste tijdcontrole binnen en werd geëlimi
neerd. Jammer, want wie hier nog in de
strijd is mag geacht worden ook de fi
nish in Parijs te kunnen halen.
Van de overige Nederlanders bezetten
Huub iZlverberg, die evenals Cees Haast
in de klim naar de Tourmalet was afge
haakt, een verdienstelijke zestiende
plaats op 14.03 van Bahamontes. Cees
Haast kwam door twee lekke banden veel
later in zijn eentje binnen. Evenals Jans
sen had ook de kleine Brabander minu
ten nodig om weer wat op verhaal te
komen. Op 34.19 eindigden de overige Te-
levizieren Wouters, Nijdam, en de Haan
in een grote groep, die in de afdaling van
de Aubisque was ontstaan. In het laatste
peloton, dat meer dan 43 minuten op
Bahamontes had verloren, bereikten Ab
Geldermans en Jo de Roo (deze was al
enkele kilometers na de start gelost en
had lang in het gezelschap van Everaert
en Graczyk voor de bezemwagen uitge
reden) de finish.
Vier cols, Peyresourde, de niet voor
het bergklassement meetellende Aspin,
de Tourmalet en de Aubisque en een
stekende zon uit een wolkenloze hemel
hebben de strijdlust in de rennerskara
vaan niet kunnen temmen.
Al dadelijk na de start begon de klim
naar de Peyresourde en ook direct werd
het noodsein gehesen. Poulidor, belust op
een herhaling van zijn prestatie van de
vorige dag, demarreerde in de eerste ki
lometers, gevolgd door Zimmerman en
Bahamontes. Zij werden teruggepakt en
toen ging Bahamontes er in zijn eentje
vantussen.
Weer probeerde Poulidor aan te haken
maar toen ook deze slag door Anquetil
werd gepareerd, berustte de Fransman.
De Spanjaard Jiminez ging achter zijn
landgenoot aan om te proberen de elf
punten achterstand in het bergklassement
weg te werken. Jiminez had Bahamontes
al spoedig te pakken, maar weigerde
voorlopig kop te doen. Daar trok Baha
montes zich echter niets van aan en de
tandem verdween snel uit het gezicht.
Op de Peyresourde spurtte Jimenez voor
bij zijn gangmaker, waardoor hij twee
punten inliep. Op 1.40 dansten Pinera,
Junkermann, Poulidor, Kunde en Pau
wels over de top, tien seconden later
leidde Anquetil het toen nog grote pe
loton met Haast, Janssen en Zilverberg.
In de nu volgende korte afdaling naar
de klim van de Aspin liep Jimenez drie
honderd meter van Bahamontes weg en
werd toen door zijn ploegleider tot de
orde geroepen. Deze vlucht had immers
totaal geen zin, omdat de Aspin niet in
het bergklassement was opgenomen en
Jimenez alleen maar zijn krachten zou
verspillen.
Supporters
Zij waren helemaal vanuit Clichy
naar Pau gereisd. Twee knappe
Spaanse meisjes, Denise en Noella. Zij
hadden de afstand van bijna twee
honderd kilometer overbrugd door ge
bruik te maken van twee treinen en
twee bussen. En zy zagen hun favo
riet Fede Bahamontes zegevieren,
maar waarop zij hadden gerekend ge
beurde niet. Zij hadden gedacht, dat
hun idool de gele trui in ontvangst
zou mogen nemen. Dat was voor hen
een geweldige teleurstelling, die ech
ter werd gecompenseerd door het feit,
dat zij hun man konden aanschouwen
na zijn glorieuze finish. En dat gedu
rende twee minuten
Uitspraak
Voordat de Tourkaravaan op de res-
pectiev. etappeplaatsen arriveert,
wordt er meestal een voorwedstrijd
gehouden en een van deelnemers
daaraan is gewoonlijk ook Roger Has-
senforder, de dwaze jongen uit de El-
zas, die eens zelf als dwangarbeider
van de weg furore maakte. Vanzelf
sprekend werd aan „Hassen" zijn me
ning gevraagd omtrent de huidige
Tour en hij zei: „De Tour is een
grote achtervolgingswedstrijd. Het
mikpunt is Jacques Anquetil".
Kassa
En hoe staat het met de kasboe
ken? De administrateurs hebben
de gang van financiële éaken bij
gewerkt'tot en met de veertiende
etappe. De verdeling van de buit
is: de ploeg van Jan Janssen
f 42.000. Het team met Ward Seis
f25.000. De club van Jo de Roo
en Ab Geldermans f 24.500. De jon
gens rond Fede Bahamontes
f 20.000. Kees Pellenaars en zijn
boys staan op de zevende plaats
en hebben een tegoed van f 10.000.
Uitgave
Élie Wermelinger, de secretaris
generaal van het grote gebeuren,
heeft in de Tourkassa moeten graai
en. Hij kreeg namelijk van de heer
Gabriel Coté uit Vernon het vrien
delijke verzoek elf francs te willen
overmaken. Elie deed het, want....
een van de volgers had tijdens een
etappe van de heer Coté een hoed
meegepikt.
Tanden
En eindelijk heeft nu ook een
Engelsman een premie gekre
gen. De prijs voor de meest hof
felijke renner werd geschon
ken aan Vic Denson. Het offi
ciële communiqué sprak
over de prachtige, witte tanden
van de Brit.
Etappe
DONDERDAG 9 JULI
:PEYREHOFADE0
®""'iriiiiii<'Bardos
BAYONNE Briscous
In Bayonne pak ik de gele trui.
Deze woorden sprak Jacques An
quetil voordat hij in Hennes aan de
Tour begon. Profetische woorden?
Het schijnt zo te zijn, want het moet
al heel gek gaan als Jacques van
avond niet met de gele trui wordt
omgordt. De renners hebben heden
immers te maken met een tydrit over
42.6 kilometer, de afstand tussen
Bayonne en Peyrehorade. In een
dergelijke rit moet Jacques minstens
anderhalve minuut op elke tegen
stander kunnen nemen. En wint
hij dan krijgt hij ook nog een
minuut bonificatie. Dus.
Apparatuur
Het wordt de renners allemaal wat
te ingewikkeld. Moesten zy het in het
verleden met twee of drie versnel
lingen doen, thans beschikken zij
over zes verschillende versnellingen.
De mening van Louis Rostollan? „Het
volgend jaar zet ik een rekenmachine
op mijn fiets om na te gaan welke
schakeling ik uit moet voeren".
Wedstrijd
Verslaggever
Aan de voet van de beklimming van
een van de vele Tourcols maakte de
Italiaan Vittorio Adorni een lichte
val. Hij zat na enkele seconden op
nieuw op zijn fiets en verkreeg bin
nen l kilometer weer de aansluiting
met het peloton. "Wat zuchtte de Ita
liaanse verslaggever Mario Tossati
van „II Giorno"? Gelukkig, dat Vito
een lichte val maakte. Nu hebben wij
tenminste twee Italiaanse regels in
ons verslag'
Neen, Het gaat de Engelsman Tom
mie Simpson dit jaar niet voor de
wind. Hij is tot op heden tot geen
enkele spectaculaire uitslag gekomen,
hetgeen voor hem een persoonlijke
tegenvaller is, maar ook voor alle an
deren uit de karavaan, die het werk
van Simpson in 1963 nog niet ver
gaten. Een journalist wendde zich
tot de Brit voordat hij de hoogste top
pen van de Pyreneeën ging beklim
men. Wat antwoorde de coureur?
„Een wedstrijd? Men moest een con
cours uitschrijven voor het lelijkste
rennersgezicht tijdens de klim".
Foto: Jan Janssen, die tweede werd
(rechts) sprint hier voor Gilbert
Desmet I, die derde werd, Hans
Junkermann, die vierde is gewor
den, en de Spanjaard Gabica, die
als vijfde finishte.(Telefoto)
(Van onze
speciale verslaggever)
PAU, woensdagavond. „Allez
Gerben, vooruit". Zittend op het
dak van de ploegleiderswagen
sleurde Gerrit Schulte de enige
coureur, die hij nog voorin had
als het ware de Aubisque op.
voor Karstens reed het peloton,
Ongeveer driehonderd meter
waaruit de Leidenaar enkele ki
lometers tevoren was terugge
vallen. De groep bestond slechts uit 16 renners. Zes
tien sterken, op weg naar de eenzame Spanjaard Ven
tura Diaz, die daar op de Aubisque in de voetsporen
van zijn beroemde landgenoot Federico Bahamontes
trad en geheel alleen het veld een achterstand van
meer dan drie minuten bezorgde. Aan de voet van de
Aubisque had de groep achtervolgers nog uit 38 man
bestaan. Voor de meesten was echter het tempo te
hoog geweest, ook voor Bart Zoet en Jan Pieterse, de
twee andere Nederlanders, die hun op de Toermalet
opgelopen achterstand in de afdaling hadden kunnen
overbruggen.
Gerben Karstens daarentegen had het aanvankelijk
bijzonder goed gedaan. De eerste vijf kilometer van de
klim had hij met enkele anderen bij toerbeurt het
veld aangevoerd, rustig zijn eigen tempo draaiend en
niet forcerend. Toen echter langzamerhand de pure
klimmers naar voren drongen, raakte de Nederlander
uit kadans en zag ontmoedigd de groep van zich
wegtrekken.
Schulte grinnikte: „Als je ze maar achter hun vod
den zit, dan kunnen ze het wel. Fietsen behoef je
ze niet meer te leren, maar aan courage ontbreekt
het de meesten nog." Inderdaad bleek op de Aubis
que, dat in elk geval Karstens als klimmer meer in'
zijn mars heeft dan hij de voorgaande cols had ge
presteerd.
Een ander bewijs leverde Bart Zoet, die zelf rui
terlijk toegeeft geen meter te kunnen klimmen maar
die toch ook op de Tourmalet het verlies binnen de
perken hield en tenslotte nog als derde Nederlander
de top passeerde.
(Advertentie)
ï=BEZOEKT WOENSDAG 29 JULI A.S.
U
Federico Bahamontes zegevierde
in Pau. En toch: zijn winst was
niet groot genoeg om Geo Grous
sard te onttronen. Alleen vrijdag
bij de beklimming van de Puy de
Dome ligt er nog een kans voor
de „Adelaar van Toledo" om de
Tour te winnen.
(joto Dagblad De Stem)
Op dat moment greep Schulte in. „Allez, als je een
groot coureur wilt worden, moet je leren afzien",
brulde de Bosschenaar. „Vooruit, zet je 53 nog een
keer op". Karstens, volgzaam als een kind, dat zelf
geen beslissing kan nemen, deed gehoorzaam wat zijn
chef hem beval en schakelde over op groter verzet.
„En laat nu zien dat je kracht hebt". Schulte bleef
zijn vermoeide pupil ophitsen en Karstens vloog, als
of hij in zijn rug geschoten werd, ineens vooruit,
greep in een korte afdaling de Italiaan Massi en de
Spanjaard Mayoral in de kraag, reed deze twee van
het wiel toen er nog opnieuw geklommen moest wor
den en zette, na de Belg van de Vijver nog ter plaatse
gelaten te hebben met de Zwitser Luthi en de Ita
liaan Campagnari de jacht op het peloton voort
De jacht van Karstens, Luthi en Campagnari leek
aanvankelijk zinloos, want Schulte vele Fransen
l$ngs de weg herkenden de als een vorst op zijn wa
gen gezeten „fou pedalant" nog nam na de af
daling van de Aubisque een verschil van twee mi
nuten op. Het trio profiteerde evenwel van het feit,
dat de Spanjaarden in het eerste peloton de zaak
zoveel mogelijk ophielden om Ventura Diaz, een 23-
jarige coureur uit Santander, in zijn dappere vlucht
te steunen. Mede daardoor kwamen Karstens en zijn
gezellen twintig kilometer voor het einde tot hun
grote verbazing nog bij en daarna dreigde er voor
de Nederlander geen gevaar meer. Integendeel, Kar
stens bleek ineens tot alles in staat en hij tartte het
veld zelfs met enkele vinnige demarrages. Raymond
Delisle zou daarvan profiteren, want nadat Karstens
was uitgeraasd, nam de Fransman, gesteund door zijn
landgenoten Aymar en Letort de benen en de an
deren zouden hem voor Pau niet terugzien. Nog drie
coureurs slaagden er in weg te komen: de Belg Roger
Swerts een goed herstel na een zwakke start
de groene trui drager José Sagarduy en de Italiaan
Sardi.
Al deed Karstens bij deze ontsnapping dan niet
meer mee, aan de finish op het autocircuit van Pau
kon hij toch met een achtste plaats best tevreden
zijn. Per slot van rekening bevond hij zich in gezel
schap van groten als gele trui drager Garcia, de
Fransen Aymar en Letort en de Italiaan Gimondi.
De overige Nederlanders deden het minder goed.
Pieterse voldeed opnieuw niet geheel aan de gestelde
verwachtingen door op ruime afstand van het eerste
peloton in een groep van ongeveer 15 man te eindi
gen, Henk Peters (gehandicapt door de daags tevoren
bij een val opgelopen blessure) en Coen Visser (rug
klachten) raakten nog aanmerkelijk meer achter, ter
wijl Nico Lute en Cor Schuuring ongeveer halver
wege de rit de voorkeur gaven aan een verblijf in
de bezemwagen, waarmee de oranje-equipe tot een
vijftal was gereduceerd.
Rest nog Bart Zoet. De Sassenheimer mag dan let
terlijk als een berg tegen elke col opzien, voor zijn
moed en doorzettingsvermogen verdient hij toch de
hoogst mogelijke waardering. Na de top van de 2116
meter hoge Tourmalet, de eerste van de twee op het
programma staande Pyreneeën-reuzen, bereikte hij 't
gezelschap van Karstens en Pieterse, leidde hij bru
taalweg een in de afdaling ingezette tegenaanval, die
nog voor de 1710 meter Aubisque resulteerde in een
hergroepering. En dat, terwijl de achterstand op de
eerste groep bijna vijf minuten had bedragen. Zoet
behoeft zich dan ook niet te schamen voor het feit,
dat hij al vrij vroeg tijdens de beklimming van de
Aubisque het peloton opnieuw en ditmaal voorgoed
moest laten gaan. Aan de finish toonde hij zich
zeer tevreden. „Hier is de klimgeit troef", sprak hij
monter. „Het is best gegaan vandaag, nietwaar?"
De Spaanse ploeg was in de 150.5 km lange rit van
Bagneres de Bigorre opnieuw oppermachtig. Garcia,
Tous, Blanco, Sagarduy en Diaz waren de hele dag
voorin te vinden en hielden de gebeurtenissen daar
nauwlettend in het oog. Aan de finish in Pau konden
de al enkele dagen triomfantelijk in het geel gestoken
Spaanse journalisten ditmaal de volgende, voor hun
land prettige feiten noteren:
1. Diaz, dit jaar reeds winnaar van de achtdaagse
van het westen, werd eerste met ruime voorsprong.
2. Garcia behield zijn gele trui.
3. Door een vijfde plaats verstevigde José Sagarduy
zijn leidende positie in het puntenklassement.
4. De Spaanse voorsprong in het ploegenklassement
die reeds bijna een kwartier bedroeg, werd door een
nieuwe overwinning nog groter.
Waarmee de mannen van Gabriel Saura alle top
posities vast in handen hielden.