-tarwe- IE Tweede plaats brengt nieuwe puntenwinst Grootste klimmer Fede Bahamontes Schitterende Spanjaarden OP DE COLS Jleen 14 DAGBLAD DE STEM VAN DONDERDAG 9 JULI 1964 Ier een ontbijt DER Piet van Est komt te laat Federico weer in 'n grote rol finisht eerste in Tourstad Pau Grote strijd 17e RIT 42,6 km Cor Schuuring en Nico Lute nu out DE ACHT VAN CHAAM" Pure klimmers Gele schrijvers 11 Misschien nóg Te kennen, mensen. ook eet, u ontbijt 5En het kost u nog \roelt zich een lange oh betere v>1 I waar oh tien Crl Iprocen de gruyter br W. VAN DER STEEN Tour (Van onze speciale verslaggever) PAU, woensdagavond Jan Janssen kon niet meer. Sterke handen waren er voor nodig om na de finish op het auto circuit in Pau, waar de Nederlandse crack aan het einde van de zware Pyre- neeën-etappe een schitterende tweede plaats had veroverd, Janssen van de fiets te helpen. Volkomen uitgeput zeeg hij tegen een hekje ineen en bleef mi nuten lang sprakeloos zitten. Drie, vier flesjes water werden over zijn bezwete hoofd uitgegoten en toen pas kon de Ossendrechtenaar, die onbetwist leider in het puntenklassement was geworden, enkele woorden uitbrengen. „Ik geloof niet, dat wat ik vandaag gedaan heb goed is voor een mens. Dit kost me misschien wel vier of vijf jaar van mijn leven", stamelde de onthutste coureur. Janssen zat wezenloos voor zich uit te kijken. Hij wist dat hij iets fantastisch had ge- preseerd maar toch drong de realitiet nog niet goed tot hem door. Het duurde een tijd voordat Janssen zover was, dat men hem naar het ere-podium kon brengen waar Baliamontes, die eer vergeefse aanval op de gele trui van Georges Gronssard had gedaan, als winnaar van de etappe werd gehuldigd. foto dagblad de stem Op het trapje bleef Janssen nog even zitten bijkomen. Nahijgend van de ver moeienissen vertelde hij hortend en sto tend daar het verhaal van zijn haast bo venmenselijke prestatie. Hoe hij zich op de vier cols in deze etappe volkomen had leeggereden om zijn leidende positie in het puntenklassement voorlopig veilig te stellen. „Het was bijzonder zwaar en ik geloof niet dat ik het gehaald zou hebben, als ik die Hollanders niet vlak onder de top van de Soulor had zien staan. Die had den een bord met „Hup Janssen" erop en dat gaf me weer moraal." Vragen werden over Janssen heen ge stort. Hoe het kwam dat hij nu zo schit terend had geklommen, terwijl hij in de Alpen niet naar boven had kunnen ko men. „Misschien was ik in de Alpen wel bang om me te forceren. Nu moest ik wel om Seis en Altig van me af te schudden. Maar wat had ik het vandaag rustig aan kunnen doen, als ik in Toulouse niet was gevallen Wat Janssen tijdens de tocht over het dak van de Pyreneeën had gedacht, was de volgende vraag. „Ik weet het allemaal niet meer, maar die rit is verschrikke lijk geweest." Janssen slikte toen men hem tenslotte vroeg waar hij de kracht vandaan had gehaald voor de enorme eindspurt, die hem vóór Gilbert Desmet, Hans Junkermann. Gabica, Adorni, Kun de, Anquetil, Poulidor, Martin, Georges Groussard, Jiminez, Foucher en Anglade de tweede plaats in deze bergen had op geleverd. Even dacht Janssen na en toen kwam aarzelend het antwoord: „Ik be grijp het ook niet. Als je tot zover bent gegaan weet je niets meer." Voordat Jans sen de omhelzing van een Pyrenese scho ne in ontvangst ging nemen, fluisterde hij ons in: „Ik ga straks minstens een uur in het bad zitten Federico Bahamontes had het toneeltje rond Janssen vanaf het platform glimla chend gadegeslaan. Toen de Nederlander tenslotte op wankele benen het trapje be klom voor zijn huldiging klopte de 36- jarige Spanjaard hem even bemoedigend op de schouder, alsof hij wilde zeggen: Jan Janssen „Bravo Jan!". Zelf had de adelaar van Toledo ook wel wat troostende woorden nodig. Zijn jacht op de gele trui van Georges Groussard was mislukt omdat de etappe enkele tientallen kilometers te lang was geweest. Toen Bahamontes im mers op de top van de grimmige Aubis- que de laatste reus in deze traditionele etappe van Luchon naar Pau, met een voorsprong van meer dan zes minuten op het peloton doorkwam, rustte de lei derstrui theoretisch op zijn schouders. Er resteerde echter nog 57 km naar de finish, waarin de achtervolgers steeds dichter bij kwamen en tenslotte de ach terstand tot één minuut 53 seconden ver kleinden. Opnieuw had Georges Groussard die gerust de revelatie van deze Tour ge noemd mag worden, na jaren lang in de schaduw van zijn snel spurtende broer Joseph geleefd te hebben, zijn kostbare trui behouden. Hij liad echter in Baha montes, die door zijn tijdwinst van 1 min. 53 sec. Anquetil, Poulidor en Angla de in de ranglijst voorbij ging, er een geduchte concurrent bijgekregen en het ziet er dan ook naar uit, dat Groussard de trui de langste tijd heeft gedragen. Het is zelfs hoogstwaarschijnlijk, dat de Fransman het kleinood donderdag in de ruim 42 km lange tijdrit aan een van zijn naaste belagers, van wie Anquetil en Poulidor zich vandaag voor deze rit tegen het horloge spaarden, zal moeten afstaan. PAU, woensdagavond. Vrywel onmiddellijk na de afdaling van de Aspin begon de zeventien kilome ter lange klim naar de 2113 meter hoge Tourmalet, de hoogste Tourberg van de Pyreneeën. Vijf kilometer onder de top, waar een overweldigende belangstelling voor de doortocht bestond, eventls later op de Aubisque, was de achterstand van de hoofdmacht op Jimenez en Bahamon tes gegroeid tot 6 minuten 20 seconden, maar nu begonnen de groten zich te roe ren. Het tempo werd verhoogd, waarvan Haast en Zilverberg het slachtoffer wer den. Op de col mocht Jimenez nog één keer als eerste doorkomen, maar Baha montes was nu slechts een halve lengte achter. Nog was er geen einde aan de hinder nissen, ongeveer veertig kilometer verder wachtte de klim naar de Aubisque, die in de Nederlandse tourgeschiedenis be kend zal blijven, omdat daar Wim van Eest in 1951 in een ravijn stortte. De Aubisque is de grilligste van alle Tour- bergen in de Pyreneeën. In tegenstelling tot de andere cols zijn hier onpeilbare ra vijnen langs de smalle weg. In dit schitterende decor liet Bahamon tes zijn tanden zien. De Adelaar van To ledo had het gezelschap van Jimenez slechts geduld. Dat bleek wel, toen hij vijf kilometer onder de top van de Sou- lor, de aanloop tot de Aubisque, onweer staanbaar demarreerde. In een paar kilo meter verloor Jimenez bijna twee minu ten en zwoegde ontmoedigd voort. Achter dit tweetal klimmers wijzigde de jacht groep zich voortdurend. Gilbert Desmet, Elorza en de teleurstellende Zimmerman, van wie men na de zege in de Ronde van de Toekomst van het vorig jaar veel meer in de bergen had verwacht, losten enkele malen en kwamen dan met veel moeite weer bij. Op de top van de Aubisque had Baha montes vier minuten gewonnen op Jime nez, zes minuten 5 seconden op de groep Anquetil-Janssen-Groussard, wiens gele trui aan een zijden draad hing. Maar de etappe was veel te lang om de klimmers in de karavaan werkelijk in staat te stellen uit het specialiteit grote winst te behalen, zeker dertig kilometer te lang. Op de lange, rechte wegen naar Pau zwoegde Bahamontes in zijn eentje voort, terwijl achter hem de jachtgroep steeds meer terrein terugwon. Janssen had geluk toen hij vrijwel tegelijkertijd met Jacques Anquetil na 152 km lek reed en met de Fransman weer bij kon komen. Acht kilometer verder werd Jimenez, ook al geplaagd door pech, door de achter volgers van Bahamontes opgenomen en begon de finale. Steeds kleiner werd het verschil tussen de Spanjaard en de groep-Anquetil, waar in de Pelforthen Groussard, Foucher, An glade en Janssen een drievoudige taak hadden: de trui van Groussard moest be houden blijven. Janssen moest punten halen voor het klassement van de groene trui en de voorsprong kon nog meer ver groot worden. Stampend reed Bahamontes tenslotte het autocircuit van Pau op. Tien kilome ter tevoren had hij nog een winst van drie minuut 50 seconden overgehouden. Hoeveel minuten zouden het op de eind streep zijn? Had de Spanjaard genoeg winst om Groussard de gele trui te ont rukken? Toen Bahamontes over de eind streep reed wist hij dat zijn opzet was mislukt, want toen stoof de jachtgroep al aan de andere zijde van de afzetting de laatste ronde in. De doorkomsten op de vier cols tellend voor het bergklassement waren Col de Peyresourde (2e cat.): 1. Jimenez (Sp.)2. Bahamontes (Sp.); 3. Pinera (Sp.) op 1.40; 4. Junkermann (W.-Dld.) op 1.40. Col d'Aspin (2e cat.): 1. Jimenez; 2. Bahamontes 3. Pinera op 2.55; 4. Pauwels (Belg.) op 3 min. Col du Tourmalet (le cat.) 1. Jimenez 2. Bahamontes 3. Junkermann op 5.35 4. Anglade Fr.) op 5.35. Col d'Aubisque (le cat.)1. Bahamontes 2. Jimenez op 3.35; 3. Kunde (W-Dld.) op 6.15 4. Junkermann op 6.30. Naast de vreugde om de grootse pres tatie van Jan Janssen, die tot 32 punten is uitgelopen op Ward Seis, was er in de Nederlandse kolonie in Pau het verdriet om het verlies van Piet van Est. De Brabander kwam na de Belg de Cabooter ver na de sluiting van de laat ste tijdcontrole binnen en werd geëlimi neerd. Jammer, want wie hier nog in de strijd is mag geacht worden ook de fi nish in Parijs te kunnen halen. Van de overige Nederlanders bezetten Huub iZlverberg, die evenals Cees Haast in de klim naar de Tourmalet was afge haakt, een verdienstelijke zestiende plaats op 14.03 van Bahamontes. Cees Haast kwam door twee lekke banden veel later in zijn eentje binnen. Evenals Jans sen had ook de kleine Brabander minu ten nodig om weer wat op verhaal te komen. Op 34.19 eindigden de overige Te- levizieren Wouters, Nijdam, en de Haan in een grote groep, die in de afdaling van de Aubisque was ontstaan. In het laatste peloton, dat meer dan 43 minuten op Bahamontes had verloren, bereikten Ab Geldermans en Jo de Roo (deze was al enkele kilometers na de start gelost en had lang in het gezelschap van Everaert en Graczyk voor de bezemwagen uitge reden) de finish. Vier cols, Peyresourde, de niet voor het bergklassement meetellende Aspin, de Tourmalet en de Aubisque en een stekende zon uit een wolkenloze hemel hebben de strijdlust in de rennerskara vaan niet kunnen temmen. Al dadelijk na de start begon de klim naar de Peyresourde en ook direct werd het noodsein gehesen. Poulidor, belust op een herhaling van zijn prestatie van de vorige dag, demarreerde in de eerste ki lometers, gevolgd door Zimmerman en Bahamontes. Zij werden teruggepakt en toen ging Bahamontes er in zijn eentje vantussen. Weer probeerde Poulidor aan te haken maar toen ook deze slag door Anquetil werd gepareerd, berustte de Fransman. De Spanjaard Jiminez ging achter zijn landgenoot aan om te proberen de elf punten achterstand in het bergklassement weg te werken. Jiminez had Bahamontes al spoedig te pakken, maar weigerde voorlopig kop te doen. Daar trok Baha montes zich echter niets van aan en de tandem verdween snel uit het gezicht. Op de Peyresourde spurtte Jimenez voor bij zijn gangmaker, waardoor hij twee punten inliep. Op 1.40 dansten Pinera, Junkermann, Poulidor, Kunde en Pau wels over de top, tien seconden later leidde Anquetil het toen nog grote pe loton met Haast, Janssen en Zilverberg. In de nu volgende korte afdaling naar de klim van de Aspin liep Jimenez drie honderd meter van Bahamontes weg en werd toen door zijn ploegleider tot de orde geroepen. Deze vlucht had immers totaal geen zin, omdat de Aspin niet in het bergklassement was opgenomen en Jimenez alleen maar zijn krachten zou verspillen. Supporters Zij waren helemaal vanuit Clichy naar Pau gereisd. Twee knappe Spaanse meisjes, Denise en Noella. Zij hadden de afstand van bijna twee honderd kilometer overbrugd door ge bruik te maken van twee treinen en twee bussen. En zy zagen hun favo riet Fede Bahamontes zegevieren, maar waarop zij hadden gerekend ge beurde niet. Zij hadden gedacht, dat hun idool de gele trui in ontvangst zou mogen nemen. Dat was voor hen een geweldige teleurstelling, die ech ter werd gecompenseerd door het feit, dat zij hun man konden aanschouwen na zijn glorieuze finish. En dat gedu rende twee minuten Uitspraak Voordat de Tourkaravaan op de res- pectiev. etappeplaatsen arriveert, wordt er meestal een voorwedstrijd gehouden en een van deelnemers daaraan is gewoonlijk ook Roger Has- senforder, de dwaze jongen uit de El- zas, die eens zelf als dwangarbeider van de weg furore maakte. Vanzelf sprekend werd aan „Hassen" zijn me ning gevraagd omtrent de huidige Tour en hij zei: „De Tour is een grote achtervolgingswedstrijd. Het mikpunt is Jacques Anquetil". Kassa En hoe staat het met de kasboe ken? De administrateurs hebben de gang van financiële éaken bij gewerkt'tot en met de veertiende etappe. De verdeling van de buit is: de ploeg van Jan Janssen f 42.000. Het team met Ward Seis f25.000. De club van Jo de Roo en Ab Geldermans f 24.500. De jon gens rond Fede Bahamontes f 20.000. Kees Pellenaars en zijn boys staan op de zevende plaats en hebben een tegoed van f 10.000. Uitgave Élie Wermelinger, de secretaris generaal van het grote gebeuren, heeft in de Tourkassa moeten graai en. Hij kreeg namelijk van de heer Gabriel Coté uit Vernon het vrien delijke verzoek elf francs te willen overmaken. Elie deed het, want.... een van de volgers had tijdens een etappe van de heer Coté een hoed meegepikt. Tanden En eindelijk heeft nu ook een Engelsman een premie gekre gen. De prijs voor de meest hof felijke renner werd geschon ken aan Vic Denson. Het offi ciële communiqué sprak over de prachtige, witte tanden van de Brit. Etappe DONDERDAG 9 JULI :PEYREHOFADE0 ®""'iriiiiii<'Bardos BAYONNE Briscous In Bayonne pak ik de gele trui. Deze woorden sprak Jacques An quetil voordat hij in Hennes aan de Tour begon. Profetische woorden? Het schijnt zo te zijn, want het moet al heel gek gaan als Jacques van avond niet met de gele trui wordt omgordt. De renners hebben heden immers te maken met een tydrit over 42.6 kilometer, de afstand tussen Bayonne en Peyrehorade. In een dergelijke rit moet Jacques minstens anderhalve minuut op elke tegen stander kunnen nemen. En wint hij dan krijgt hij ook nog een minuut bonificatie. Dus. Apparatuur Het wordt de renners allemaal wat te ingewikkeld. Moesten zy het in het verleden met twee of drie versnel lingen doen, thans beschikken zij over zes verschillende versnellingen. De mening van Louis Rostollan? „Het volgend jaar zet ik een rekenmachine op mijn fiets om na te gaan welke schakeling ik uit moet voeren". Wedstrijd Verslaggever Aan de voet van de beklimming van een van de vele Tourcols maakte de Italiaan Vittorio Adorni een lichte val. Hij zat na enkele seconden op nieuw op zijn fiets en verkreeg bin nen l kilometer weer de aansluiting met het peloton. "Wat zuchtte de Ita liaanse verslaggever Mario Tossati van „II Giorno"? Gelukkig, dat Vito een lichte val maakte. Nu hebben wij tenminste twee Italiaanse regels in ons verslag' Neen, Het gaat de Engelsman Tom mie Simpson dit jaar niet voor de wind. Hij is tot op heden tot geen enkele spectaculaire uitslag gekomen, hetgeen voor hem een persoonlijke tegenvaller is, maar ook voor alle an deren uit de karavaan, die het werk van Simpson in 1963 nog niet ver gaten. Een journalist wendde zich tot de Brit voordat hij de hoogste top pen van de Pyreneeën ging beklim men. Wat antwoorde de coureur? „Een wedstrijd? Men moest een con cours uitschrijven voor het lelijkste rennersgezicht tijdens de klim". Foto: Jan Janssen, die tweede werd (rechts) sprint hier voor Gilbert Desmet I, die derde werd, Hans Junkermann, die vierde is gewor den, en de Spanjaard Gabica, die als vijfde finishte.(Telefoto) (Van onze speciale verslaggever) PAU, woensdagavond. „Allez Gerben, vooruit". Zittend op het dak van de ploegleiderswagen sleurde Gerrit Schulte de enige coureur, die hij nog voorin had als het ware de Aubisque op. voor Karstens reed het peloton, Ongeveer driehonderd meter waaruit de Leidenaar enkele ki lometers tevoren was terugge vallen. De groep bestond slechts uit 16 renners. Zes tien sterken, op weg naar de eenzame Spanjaard Ven tura Diaz, die daar op de Aubisque in de voetsporen van zijn beroemde landgenoot Federico Bahamontes trad en geheel alleen het veld een achterstand van meer dan drie minuten bezorgde. Aan de voet van de Aubisque had de groep achtervolgers nog uit 38 man bestaan. Voor de meesten was echter het tempo te hoog geweest, ook voor Bart Zoet en Jan Pieterse, de twee andere Nederlanders, die hun op de Toermalet opgelopen achterstand in de afdaling hadden kunnen overbruggen. Gerben Karstens daarentegen had het aanvankelijk bijzonder goed gedaan. De eerste vijf kilometer van de klim had hij met enkele anderen bij toerbeurt het veld aangevoerd, rustig zijn eigen tempo draaiend en niet forcerend. Toen echter langzamerhand de pure klimmers naar voren drongen, raakte de Nederlander uit kadans en zag ontmoedigd de groep van zich wegtrekken. Schulte grinnikte: „Als je ze maar achter hun vod den zit, dan kunnen ze het wel. Fietsen behoef je ze niet meer te leren, maar aan courage ontbreekt het de meesten nog." Inderdaad bleek op de Aubis que, dat in elk geval Karstens als klimmer meer in' zijn mars heeft dan hij de voorgaande cols had ge presteerd. Een ander bewijs leverde Bart Zoet, die zelf rui terlijk toegeeft geen meter te kunnen klimmen maar die toch ook op de Tourmalet het verlies binnen de perken hield en tenslotte nog als derde Nederlander de top passeerde. (Advertentie) ï=BEZOEKT WOENSDAG 29 JULI A.S. U Federico Bahamontes zegevierde in Pau. En toch: zijn winst was niet groot genoeg om Geo Grous sard te onttronen. Alleen vrijdag bij de beklimming van de Puy de Dome ligt er nog een kans voor de „Adelaar van Toledo" om de Tour te winnen. (joto Dagblad De Stem) Op dat moment greep Schulte in. „Allez, als je een groot coureur wilt worden, moet je leren afzien", brulde de Bosschenaar. „Vooruit, zet je 53 nog een keer op". Karstens, volgzaam als een kind, dat zelf geen beslissing kan nemen, deed gehoorzaam wat zijn chef hem beval en schakelde over op groter verzet. „En laat nu zien dat je kracht hebt". Schulte bleef zijn vermoeide pupil ophitsen en Karstens vloog, als of hij in zijn rug geschoten werd, ineens vooruit, greep in een korte afdaling de Italiaan Massi en de Spanjaard Mayoral in de kraag, reed deze twee van het wiel toen er nog opnieuw geklommen moest wor den en zette, na de Belg van de Vijver nog ter plaatse gelaten te hebben met de Zwitser Luthi en de Ita liaan Campagnari de jacht op het peloton voort De jacht van Karstens, Luthi en Campagnari leek aanvankelijk zinloos, want Schulte vele Fransen l$ngs de weg herkenden de als een vorst op zijn wa gen gezeten „fou pedalant" nog nam na de af daling van de Aubisque een verschil van twee mi nuten op. Het trio profiteerde evenwel van het feit, dat de Spanjaarden in het eerste peloton de zaak zoveel mogelijk ophielden om Ventura Diaz, een 23- jarige coureur uit Santander, in zijn dappere vlucht te steunen. Mede daardoor kwamen Karstens en zijn gezellen twintig kilometer voor het einde tot hun grote verbazing nog bij en daarna dreigde er voor de Nederlander geen gevaar meer. Integendeel, Kar stens bleek ineens tot alles in staat en hij tartte het veld zelfs met enkele vinnige demarrages. Raymond Delisle zou daarvan profiteren, want nadat Karstens was uitgeraasd, nam de Fransman, gesteund door zijn landgenoten Aymar en Letort de benen en de an deren zouden hem voor Pau niet terugzien. Nog drie coureurs slaagden er in weg te komen: de Belg Roger Swerts een goed herstel na een zwakke start de groene trui drager José Sagarduy en de Italiaan Sardi. Al deed Karstens bij deze ontsnapping dan niet meer mee, aan de finish op het autocircuit van Pau kon hij toch met een achtste plaats best tevreden zijn. Per slot van rekening bevond hij zich in gezel schap van groten als gele trui drager Garcia, de Fransen Aymar en Letort en de Italiaan Gimondi. De overige Nederlanders deden het minder goed. Pieterse voldeed opnieuw niet geheel aan de gestelde verwachtingen door op ruime afstand van het eerste peloton in een groep van ongeveer 15 man te eindi gen, Henk Peters (gehandicapt door de daags tevoren bij een val opgelopen blessure) en Coen Visser (rug klachten) raakten nog aanmerkelijk meer achter, ter wijl Nico Lute en Cor Schuuring ongeveer halver wege de rit de voorkeur gaven aan een verblijf in de bezemwagen, waarmee de oranje-equipe tot een vijftal was gereduceerd. Rest nog Bart Zoet. De Sassenheimer mag dan let terlijk als een berg tegen elke col opzien, voor zijn moed en doorzettingsvermogen verdient hij toch de hoogst mogelijke waardering. Na de top van de 2116 meter hoge Tourmalet, de eerste van de twee op het programma staande Pyreneeën-reuzen, bereikte hij 't gezelschap van Karstens en Pieterse, leidde hij bru taalweg een in de afdaling ingezette tegenaanval, die nog voor de 1710 meter Aubisque resulteerde in een hergroepering. En dat, terwijl de achterstand op de eerste groep bijna vijf minuten had bedragen. Zoet behoeft zich dan ook niet te schamen voor het feit, dat hij al vrij vroeg tijdens de beklimming van de Aubisque het peloton opnieuw en ditmaal voorgoed moest laten gaan. Aan de finish toonde hij zich zeer tevreden. „Hier is de klimgeit troef", sprak hij monter. „Het is best gegaan vandaag, nietwaar?" De Spaanse ploeg was in de 150.5 km lange rit van Bagneres de Bigorre opnieuw oppermachtig. Garcia, Tous, Blanco, Sagarduy en Diaz waren de hele dag voorin te vinden en hielden de gebeurtenissen daar nauwlettend in het oog. Aan de finish in Pau konden de al enkele dagen triomfantelijk in het geel gestoken Spaanse journalisten ditmaal de volgende, voor hun land prettige feiten noteren: 1. Diaz, dit jaar reeds winnaar van de achtdaagse van het westen, werd eerste met ruime voorsprong. 2. Garcia behield zijn gele trui. 3. Door een vijfde plaats verstevigde José Sagarduy zijn leidende positie in het puntenklassement. 4. De Spaanse voorsprong in het ploegenklassement die reeds bijna een kwartier bedroeg, werd door een nieuwe overwinning nog groter. Waarmee de mannen van Gabriel Saura alle top posities vast in handen hielden.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1964 | | pagina 13