Breda heeft thans
een „uitkijk -theater
ANTIEKBEURS IN DELFT
ANISE KOLTZ
Tien landen
homo ludens
en tragicus
mensen en muzen - mensen en muzen - mensen en muzen - mensen en muzen - mensen en muzen - mensen en muzen
dichteres en
initiatiefneemster
13
DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 13 JUNI 1964
13
m m m m mm m m m m m m m m m m m. m m m m m m m m
4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 i
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 i
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4. 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4 4
4
Europees
literair congres
in Luxemburg
CENTRAAL GESTELD was ditmaal
het thema: Literatuur, poëzie en
kritiek. Het eerste referaat daarover
werd gehouden door de Duitse dich
ter Johannes Poethen (belangrijkste
bundels: Stille im trockenen Dom.
Ankunft und Echo, Gedichte), die bei
de een tweevoudige eenheid noemde
en deze bewering literair histoivisch
grondig fundeerde. Hij liet er geen
twijfel over bestaan dat de huidige
literaire kritiek, met name die in de
dagbladen, beneden niveau is. Twee
wegen toonde hij aan waardoor de
literaire criticus zijn reputatie zou
kunnen herstellen, zich daarbij niet
ontveinzend dat zij naar de utopie lei
den. Een daarvan is dat de criticus
zijn werk als een soort poëzie be
schouwt en in staat is de heden ten
dage gescheiden gebieden der schrijf
kunst, de ratio en de inspiratie, weer
te verenigen. Een criticus, zo zei
Poethen, is in de eerste plaats schrij
ver en hij is veel waard als hij als
schrijver veel waard is, een stelling
die men met vele voorbeelden uit de
literatuurgeschiedenis verdedigen kan.
Voorliefde voor een verwante wijze
van literaire kritiek kwam ook duide
lijk tot uitdrukking in de lezing van
de Franse dichter en poëziecriticus
Alain Bosquet, die een korte, vaak
geestige analyse gaf van de universi
taire-, de essayistische- en de dag
bladkritiek, Hij beschouwde de essay
istische kritiek, die mits goed beoe
fend, het literaire kunstwerk a travers
d'un tempérament ziet, als de meest
ideale omdat zij ook bemiddelend kan
werken tussen kunstwerk en publiek.
De universitaire kritiek maakt voor
negentig procent fatale vergissingen,
aldus Bosquet, terwijl de kritiek in
DE VOGELS BLIJVEN ZINGEN
Hak mij de lakken af
en zaag mij in stukken
de vogels blijven zingen
diep in mijn wortels
LIEFDE
Mijn schip keert terug
in de stille bocht
van je mond
in de netten van mijn verlangen
ligt je stem
als een zilveren vis
en een wind steekt op
in je borst
die de zeilen
van mijn gedachten uiteenrijt
en mijn flakkerende naam dooft
hoe groot is jouw zee
die mij aanspoelt
op een vreemd strand
en mij bedekt met schelpen
en wieren
als een verlaten graf
ANISE KOLTZ
(vertaling Willem Enzinck)
TN DE UITERSTE zuid-oostpunt van Luxemburg, daar waar Luxemburg, Duits
land en Frankrijk elkaar beroeren, ligt Mondorf les Bains, het enige Kurort
binnen de grenzen van het rijk van Aartshertog Jean. Lieden wier galblaas
röntgenologisch het beeld van een zakje met knikkers biedt, wier darm-
of stofwisselingsfuncties te wensen overlaten of wier ledematen door jicht
krom staan, vormen er de vaste bezoekers. Onder leiding van artsen
laven zij zich aan Kind en Marie-Adelaide, de beide resp. in 1846 en 1913
aangeboorde artesische bronnen en vinden aldus genezing of althans ver
lichting van hun kwalen.
Aanzienlijk is echter ook het aantal grolestadsbewoners dat van dit alles geen
weet en geen last heeft en vooral tijdens het weekeinde Mondorf les Bains
bezoekt. Deze laatsten worden begrijpelijk aangelokt door de schoonheid en de
rust van het 36 ha grote Kurpark waar de Gander, een klein riviertje, de grens van
Luxemburg en Frankrijk markeert zonder dat dit ook maar de minste afbreuk
doet aan de verrukkelijke eenheid van bomen, glooiende grasvlakten, tulpen- en
rozenperken, die hier dank zij een ruime aanleg en een perfect onderhoud in de
loop der jaren ontstond.
T^cn derde categorie van geregelde be
zoekers bestaat uit een groot aantal
Europese dichters en schrijvers. Hoewel
zij, waarschijnlijk tengevolge van de bij
zondere spanningen waaraan zij bloot
staan, niet zelden lijden aan de gal- en
darmstoornissen, die hier behandeld
worden, is het niet zozeer genezing voor
lichamelijk ongemak als wel onderling
contact dat zij in Mondorf zoeken en
vinden en dat kan op een ander plan
ook heilzaam en genezend werken. Maar
waarom juist in Mondorf les Bains? Om
de doodeenvoudige reden dat de char
mante echtgenote van Mondorfs Kurdi-
rektor, de Luxemburgse arts Dr. René
Koltz, een dichteres is die tot de meest
representatieve figuren uit de Duitstali
ge letterkunde van haar land behoort.
Anise Koltz. geboren in 1928 z&g zich in
1962 dan ook met recht vereerd met de
Lïtei'atuui'prijs voor Lyriek van de
Luxemburgse regering. Maar ook ver
buiten de grenzen van haar eigen land,
in Duitsland, Zwitserland en Oosten
rijk vindt haar werk aandacht en waar
dering. Zojuist verscheen bij de
Bechtle Verlag (München-Esslingen)
haar derde bundel Steine und Vögel,
waaruit men op deze pagina enkele
proeven in vertaling vindt, en die ons
er andermaal van overtuigt dat hier
een stem spreekt, die imponeert en ont
roert, zij het niet door volume, dan des
te meer door menselijke warmte, diepte
en intensiteit. Anise Koltz is een jonge
vrouw, die al vroeg polyglot dacht en
voelde. Bovendiende kende ze uit eigen
ervaring de moeilijke positie van de
Luxemburgse schrijver, die ondanks zijn
tweetaligheid zo moeilijk in de grote
Franse en Duitse letterkunde wordt op
genomen. Zelf werd zij uit haar isole
ment verlost door een eerste lezing van
haar gedichten in Duitsland en wel in
Meisenheim am Glan een klein inge-
schonden Middeleeuws stadje in de
Pfaltz, waar de priester-schrijver en cul
tuurhistoricus Hellmut von Schweinitz
gedurende tien jaar de Meisenheimer
Freundeskreis leidde, een internatio
nale kring van auteurs, die elk jaar sa
menkwam om zich te bezinnen op el-
kaars werk, zich rekenschap te geven
van vele problemen en daadwerkelijk
de verbroedering der volkeren door de
geest te bevorderen.
rpoen Von Schweinitz in 1960 stierf en
daarmede zijn Meisenheimer Freun
deskreis in de oorspronkelijke vorm op
hield te bestaan, rijpte in Anise Koltz
het plan op eigen wijze diens werk
voort te zetten en in Luxembm-g een
centrum te scheppen voor internationale
literaire ontmoetingen. Dit plan werd
verwezenlijkt, in de eerste plaats om
dat haar man er niet alleen als kunst
minnaar maar ook als Kurdirektor van
Bad Mondorf achter stond en vervol
gens omdat het Luxemburgse ministerie
van Kunsten en Wetenschappen, in het
bijzonder Minister Pierre Grégoire, die
zelf literator is, dadelijk bereid bleek de
nodige offciëele geéstelijke en financiële
steun te verlenen. Zo kwam in de zo
mer van 1962 voor de eerste maal het
internationale literaire congres bijeen,
dat thans voorgoed in 's lands beide
talen Mondorf er Dichtertage en Jour-
nées de Mondorf heet en dat evenals de
Biennale van de Poëzie te Knokke om
de twee jaar gehouden wordt. Het al
gemeen thema van het eerste congres
was: De dichter en de samenleving. Al
dadelijk had men de goede gedachte
alle op het congres gehouden lezingen,
alle ten gehore gebrachte gedichten en
prozateksten verenigen in een verzorgd
uitgegeven boekwerk, zodat alle deelne
mers en belangstellenden zich achteraf
nog eens intensief met het gesprokene
bezig kunnen houden.
derne poëzie Victor Otto Stomps, va.,
wie zoeven een nieuwe (satirische)
roman Babylonische Freiheit ver
scheen (Verlag Hans Hochstadt. Isny
i Allgaü). Oostenrijk was sterk ver
tegenwoordigd met o.a. de in vele ta
len vertaalde dichteres Christine Bus-
ta; Frans-talig België o.a. door de
dichter en essayist Roger Bodart. Pier
re Louis Flouquet. de vader van de
Biennale de la Poesie te Knokke en
de dichteres Anne-Marie Kegels;
Vlaams-België door Karei Jonckhee-
re; Frankrijk o.a. door Jean Fol-
lain. de dichter van geheimzinnige
en fascinerende woord-stillevens en
Jean Vodaine; Italië door Gianni Sel-
vani. zelf dichter en tevens vertaler-
in-het-Duits van de gedichten van Sal-
vatore Quasimodo; Zwitserland o.a.
door de ook ten onzent door zijn
geestige kinderboeken bekende dichter
Heinrich Maria Denneborg; Joego
slavië door de romancier Juan Juanji,
artistiek leider van het theater te Bel
grado; Luxemburg o.a. door de fijn
zinnige dichter Edmond Dune, die ook
een belangrijk aandeel had in de or
ganisatie van de zogenaamde Franse
dag. de dag, die in het Cercle muni
cipal in de stad Luxemburg gehou
den werd en geheel in het teken van
de Franstalige letterkunde stond. Zelfs
Afrika ontbrak niet in de persoon van
een negerdichter uit Kameroun.
BEGIN DEZE MAAND vonden de Mon-
dorfer Dichtertage voor de tweede
maal plaats. Er waren dichters en
schrijvers aanwezig uit tien landen.
Duitsland werd vertegenwoordigd door
o.a. de dichters Wolfgang Bachler,
die ook tot de bekende Gruppe 47
behoort, Walter Helmut Fritz, de es
sayist en dichter Karl Schwedhelm
en de grijze uitgever van zoveel mo-
GIANNI SILVANI
Italiaans dichter en Duits vertaler
van het werk van de Nóbelprijs-
winnaar Salvatore Quasimodo.
JOHANNES POETHEN
(Duitsland)die sprak over
inspiratie en kritiek
de dagbladen vrijwel altijd oppervlak
kig is. De oorzaken hiervan, de ma
nier er verbetering in te brengen wa
ren natuurlijk cvenzovelc punten van
discussie, waarbij het vaak heftig toe-
ging, zodat de Duitse gespreksleider
Horst Bingel (bekend door zijn novel-
lenbundel Die Koffer des Felix Lum-
pach en verschillende bloemlezingen
uit de hedendaagse Duitse poëzie) en
Nik Weber, de Luxemburgse redacteur
van het culturele tijdschrift Les Ca
hiers Luxembourgeois, die samen met
Anise Koltz het congres hadden voor
bereid als ook René Ménard, die van
Franse zijde de teugels der debat
ten in handen had, voor een lang niet
gemakkelijke taak stonden, waarvan
zij zich echter met tact en inzicht
kweten.
De Duitse, ook bij ons als auteur
van hoorspelen bekende dichter Wolf
gang Weyrauch had zullen spreken o-
ver het onderwerp: Moeilijkheden bij
het schrijven der waarheid. Daar hij
op het laatste ogenblik verhinderd
was, sprong de Joegoslavische schrij
ver Juan Juanji voor hem in en kwam
a l'improviste vertellend over de lite
ratuur van zijn land. als vanzelf bij
dit onderwerp terecht. Zijn woorden,
van mens tot mens gesproken, werk
ten bijzonder sympathiek en lokten een
boeiend gesprek uit waarin tenslotte
allen tot de slotsom kwamen dat el
ke serieuze schrijver al schrijvende a
priori naar de waarheid (zijn waar
heid) zoekt, zonder dat daar veel o-
ver getheoretiseerd en zwaarwichtig
gedaan behoeft te worden, zoals dat
vandaag de dag maar al te dikwijls
gebeurt.
De Luxemburgse dichter
EDMOND DUNE
70 KWAM tijdens de discussies tel-
kens ook de twijfel aan de waar
de der thans zo ,,in" zijnde discussies
en gespreksfora om de hoek kijken.
Voorzover dat niet met zoveel duide
lijke woorden gebeurde waren er de
uit hun werk voorlezende auteurs om
er steeds bijtijds aan te herinneren
dat men het gedicht en het verhaal
zelf niet vergeten mag voor de theorie
erover. De lezingen uit eigen werk wa
ren dan ook vaak een verademing na
de discussies, temeer daar ze zonder
uitzondering van voortreffelijke kwali
teit waren. Enkele betekenden een her
nieuwde kennismaking met werk dat
men reeds kende en dat door de per
soonlijkheid en de voordracht van de
auteur een bijzonder reliëf kreeg, an
dere betekenden althans voor ons, een
ontdekking. Het eerste was het geval
met Jean Follain, die door zinrijke
beklemtoning van de bepaalde lidwoor
den LE en LA z*jn vers een innerlij
ke plastiek verleende. Voor alle andere
Frans, en Duitstalige auteurs, die
hier als interpreten van eigen werk
optraden geldt eveneens dat zij uitste
kend voorlazen. Een louter gelukkig
toeval, want, laten wij eerlijk zijn, de
meeste auteurs lezen hun eigen werk
slecht voor. Openbaringen of als men
wil ontdekkingen waren de Frans-E
gyptische dichteres Andrée Chédid en
haar Frans-Belgische collega Andrée
Sodenkamp, de eerste een schrijf
ster van een verstilde beeldrijke poëzie,
de laatste meer neigend tot het chan-
son-achtige vers.
Onmiddellijk na de lezing der gedich
ten door hun Franse auteurs volgde
een Duitse vertaling ervan resp. van
Walter Helmut Fritz, Nik Weber en
Anise Koltz, die stuk voor stuk bewe
zen dat men een gedicht wel degelijk
vertalen en zelfs goed vertalen kan.
Een pleister-bij-voorbaat op de wonde,
die de Zwitserse criticus Walter Wid-
mer de volgende dag overigens
met recht zou openrijten met zijn
kritische beschouwingen over een on
langs verschenen slechte Duitse ver
taling van de Franse dichter Raymond
Queneau waarop een levendige discus
sie volgde over de al of niet vertaal
baarheid van poëzie en de moeilijk
heden waarmee men als vertaler van
poëzie te kampen heeft.
HET PRINSENHOF te Delft is weer een paradijselijk lustoord.
Tot en met 24 juni a.s. exposeren dertig Nederlandse
antiquairs er hun kunstschatten en uit alle delen van de
wereld komen de kijkers en kenners om van de uitgestalde,
duizendvoudige schoonheid te genieten. En wie het zich
kan permiteren zal er óók kopen, want daar wordt zo'n
oude kunst- en antiekbeurs in eerste en laatste instantie
voor gehouden.
IJL STAD BREDA heeft er een vijfde
bioscoop-theater bij gekregen.
Door initiatief van de directeur, drs.
Van Velzen en dank zij een gemeen
tebestuur, dat dit idee van harte
overnam, is een ruimte van het Cul
tureel Centrum als bioscoop-zaal in
gericht. Daar zullen van nu af aan
bijna even geregeld als in de andere
bioscopen, films gedraaid worden.
Bij na, zeggen we met nadruk. Want
de Beijerdactiviteiten blijven ge
handhaafd en ook daartoe zal de
nieuwe zaal worden gebruikt.
Er is uit en te na in Breda om
een betere bioscoop-programmering
geschreeuwd. Die is er thans. Want
dit theater gaat de goede film ver
tonen. Daarmee is niets ten nadele
van de bestaande bioscopen ge
zegd en wellicht is het beter te spre
ken over een ander genre film.
Dat andere genre werd in Breda
slechts sporadisch vertoond. Maar
de vraag ernaar bleek uitermate
groot te zijn. Het was die vraag, die
de heer Van Velzen inspireerde om
te komen met zijn gedurfde project.
Afgaande op het lied, dat de klagers
al jaren zingen, mag men verwach
ten, dat het theatertje een prachtige
toekomst tegemoet gaat.
Er zullen niet veel plaatsen in
Nederland zijn, die beschikken over
een dergelijk modern-geoutilleerd
en architectonisch zo volmaakt ge
val. Het geheel maakt een rustige
en voorname indruk en deze indruk
doet niets af aan de gezelligheid.
Er zijn uitstekende stoelen, die dus
danig tactisch zijn opgesteld, dat nie
mand zich behoeft te ergeren aan
het hoofd van zijn voorman. De
traag-oplopende vloer vergemakke
lijkt het kijken bovendien. De wan
den (waarvan één geheel uit glas
bestaat) vallen amper op. Zodoen
de blijft alle aandacht geconcen
treerd op het 22 vierkante meter
grote wandtapijt van Adam, dat na
drukkelijk maar niet hinderlijk de
aandacht van de bezoeker voor
zich opeist.
De zaal heeft een podium, zodat
zij ook voor andere doeleinden te
gebruiken is. Het prettige is, dat
daardoor de eerste rij stoelen altijd
nog royaal zes meter van het doek
is verwijderd.
Zelfs door de bekwame organisa
tor van deze beurs, Marcel B. Kee-
zer, kon bij benadering niet worden
gezegd hoe groot het aantal der ge-
exposeerde voorwerpen is Ook het
juiste betaaldag voor de waarde
van al deze duizenden oude kunst
en antiekschatten is niet te noemen.
Iedere schatting loopt in de miljoe
nen. De enige absolute zekerheid,
die men heeft, is dat alle voorwer
pen op deze beurs gegarandeerd ge
dateerd kunnen worden vóór 1830.
EEN RICHTLIJN voor een zo effec
tief mogelijk bezoek aan de antiek
beurs is niet te geven. Zelfs wie er,
gedreven door een doelbewust gerich
te belangstelling, naar toe gaat zal
mogelijk aan één enkele bezoekdag
niet genoeg hebben, en wie alleen
maar komt om van schoonheid te ge
nieten, raakt onherroepelijk overdon
derd
De veelheid aan kunstschatten in al
le zalen van dit museum is zo im
mens en oneindig gevarieerd, dat, het
voor iedere min of meer argeloze kij
ker een duizelingwekkende ervaring
moet worden.
Men kan beginnen bij een gouden
stater van Croesus uit de zesde eeuw
voor Christus en eindigen bij een Fi ans
Empire koffie- en theeservies van hon.
derdvijftig jaar geleden. Toch ont
komt men niet aan de zekerheid slechts
een fractie te hebben gezien en geno
ten van de veelheid, waarin iedere
belangstelling voor en vreugde over
het schone, unieke en waardevolle
tenslotte reddeloos verdrinkt.
rEDERE KUNSTCRITICUS staat
L hier in feite voor een onbegonnen
taak. Men komt nooit verder dan het
noemen van enkele voorwerpen en de
ze keuze is dan nog afhankelijk van
voorkeur, alsmede van de elastici
teit van ieders .incasseringsvermogen'.
Elk der dertig deelnemers toont
minstens enkele pronkstukken en al
leen reeds de opsomming daarvan zou
alle grenzen van een kranteartikel ver
overschrijden.
Schilderijen, sculpturen, tapijten
meubelen, porcelein, gebruiksvoorwer
pen, klokken juwelen, edelsmeedwerk,
ethnografica, metalen, boekwerken,
munten, penningen, wapens, tekenin
gen, gravures teveel om op te noemen
en dat alles is er in een onvoorstelbare
overvloed.
En dan mag men extra stil blijven
staan bij het ivoren kistje dat eens
toebehoorde aan de rechter van Jeanne
d'Arc, Sir Talbot; bij Sassoferato's
magnifieke Madonna met kind; bij
het 50-delig Chine de commande-servies
dat, getuige de ornamentering, moge
lijk in Japan werd vervaardigd; of
bij het vermoedelijke zelfportret van
Harmen Fransz HalS'; men doet nel in
de zekerheid, dat men tekort schiet
tegenover al die pronkstukken, waar
aan men bij zoveel weelde eenvoudig
niet toekomt.
De zestiende antiekbeurs is een dool
hof van schoonheid, waarin iedere
oude kunst- en antiekminnaar onher
roepelijk verdwaalt.
Dit Blanc de Chine
beeldje stamt uit de
periode tussen 1662 en
Kuan Yin-
Kang H'si-
1723.
PEN ANDER hoogtepunt van het
congres was ongetwijfeld de le
zing uit eigen werk van de Oosten
rijker Hans Carl Artmann en de kort
geleden uit Oost-Duitsland naar het
Westen gevluchte Duitse dichteres
Christa Reinig. Evenals alle andere
vonden ook deze lezingen plaats in de
intieme zaal van de Orangerie in het
Kurpark, waar ter gelegenheid van
het congres ook een boeiende tentoon
stelling van gouaches van moderne
meesters als Hartung, Matisse e.v.a.
uit het bezit van het Luxemburgse
staatsmuseum was ingericht. Het op
treden van Hans Carl Artmann en
Christa Reinig leverde een bijzonder
boeiende avond omdat in het werk
van de eerste zo duidelijk de homo
ludens, in dat van de tweede de homo
tragicus sprak en beide zich qua
vormgeving op eenzelfde hoog niveau
bewogen. Beide auteurs waren aan
een talrijk, ook uit verderafgelegen
plaatsen afkomstig publiek met een
korte karakteristiek van hun werk voor
gesteld door prof, Leopold Hoffmann.
Dat de Oostenrijkse dichter, graficus
en essayist Claus Pack erin slaagde
vanuit het standpunt van de criticus,
daarbij uitgaande van een prachtig ci
taat uit James Joyce's Portrait of
the Artist as a young Man. een slot-
referaat te houden waarin alle aange
roerde problemen tot hun diepste men
selijke kern werden herleid was een
bewonderenswaardige prestatie.
U/O EINDIGDEN de vier Mondorfer
Dichtertage even harmonisch als
zij op de eerste dag begonnen wa
ren. Daartussen lagen behalve de
reeds aangestipte lezingen en voor
drachten, debatten, diners (waaronder
één aangeboden door de Hoge Auto
riteit van de Europese Kolen en staal
gemeenschap), een instructieve mid
dag Luxemburgse poëzie, onderlinge
gesprekken, meditatieve wandelingen
door het Kurpark, een uitstapje naar
een Weinkellerei aan de Moezel, kort
om eveneens dingen die het leven en
de geest van een schrijver verrijken
en hem weer met nieuwe moed haar
zijn werkkamer doen terugkeren. Ook
al weet men a priori dat op schrij
vers congressen de problemen nooit
opgelost worden, het is goed ze uit
verschillende hoeken onder ogen te
zien. Het resultaat van een schrijvers-
congres kan alleen maar meer weder
zijds begrip, meer vriendschap tussen
de schrijvers der verschillende landen
zijn, waarbij in laatste instantie ook
de lezer wel vaart. Dit was ook dit
maal weer in ruime mate het geval
met de Mondorfer Dichtertage, de
Journees de Mondorf en dit niet in
de laatste plaats dankzij de voorbeel
dige hartelijke leiding en gastvriend
schap van het musische echtpaar René
en Anise Koltz, die hun woonplaats
en daarmede hun land tot een centrum
van ontmoeting maakten waar schrij
vers uit vele landen zich thuis voelen
en waarnaar zij daarom ook tel
kens met vreugde zullen terugkeren.
WILLEM ENZINCK