„Haai-Faai", belooft veel, doch
men moet er iets voor doen!
Het Franse gymnasium in
Berlijn bestaat 275 jaar
byron jackson n.v.
on;
DE WONDERE WERELD VAN HET GELUID
BOEKENPLANK
Jacques Sinninghe bracht
Brabantse sagenbundel
a m u s g m n r s m
jzi6k
„DE GRAANBEI
JRS"
I
Geen geluid
zonder een
Twee eisen
Ionen en frequenties
Weergave-apparaten
De luidspreker
12 nationaliteiten op één school
Geld! Geld
DAGBLAD
DE STEM
electriciën
8
DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 30 MEI 1964
Zo begonnen ze
Wernher von Braun
zakte voor wiskunde
De
vier evan
geli'ën
Wij in huwelijk en gezin
In het kort
ZONDAG 31 MEI
van 2-5 uur
1 "71
hammondorgel met begeleiding
en zang in
HULST
met BIER VAN DE VAKMAN
Ha-Gé
Krediet Associatie
dagelijks
in méér dan
70.000 gezinnen
D. KOK CO NV
MAKELAARS
RECTIFICATIE
CONTROLEUR
BANKWERKER/MONTEUR
DRAAIERS voor
centerbank
revolverbank
carousselbank
lN Dl Al
heeft „it"
maa
Nu ook in grote
v V'iTV'A'A?
■t'
Het snijden van de groeven in de
grammofoonplaat geschiedt met
de grootste precisie. De moeite
van de platenmaatschappijen kan
echter vergeefs zijn, als de afspeel
apparatuur bij u thuis niet uit de
plaat haalt wat erin zit.
De moderne opname-installaties kunnen alle soorten muziek in de
best denkbare interpretaties voor ons conserveren en maken het
mogelijk de muziek van onze voorkeur bij wijze van spreken onmid
dellijk te laten klinken. Deze perfectie heeft de belangstelling voor a-
koestische problemen bij velen aangewakkerd en zelfs niet-technisch
ingestelde leken en musici worden door de omstandigheden gedwon
gen zich met deze problemen bezig te houden. Bij enig nadenken wer
pen zich al direct de volgende vragen op:
a. Is conservering van muziek op artistiek volkomen verant
woorde manier mogelijk?
b. Welke apparatuur heeft men nodig om van een naar de laatste
stand van de techniek gemaakte opname het meeste profijt te
kunnen trekken?
De eerste vraag is voor leken van
geen dtrekt praktisch belang, de twee
de des te meer! Wij dienen toch wel
te weten wat er in letterlijke en fi
guurlijke zin te koop is. Wat ons te
doen staat om van het in de plaat
groeven bewaarde muziekwerk een zo
zuiver mogelijke, d.w.z. zo min moge
lijk vervormde weergave te krijgen, zo
dat we van een maximum aan luister
genot verzekerd kunnen zijn Daar de
industrie zich met haar produkten tot
een voor het grootste gedeelte uit le
ken bestaande cliëntèle richt, wordt zij
wei eens gedwongen van de nood een
deugd te maken door haar toevlucht te
nemen tot een reclametruc. Als de
exacte begrippen niet verstaan worden,
dan moet het slagwoord uitkomst bren
gen. In dit verband heet het uit Ame
rika overgewaaide toverwoord: „High
Fidelity"!! Velen gebruiken deze
term zonder eigenlijk precies te weten
wat er onder verstaan moet worden.
Dit wordt nog moeilijker door het
feit dat er nog geen goede definitie
van bestaat. De technici vinden het
dan ook maar een „lapmiddel" Volgens
hen dient men zich ernstig met alle
détails van de elektro-akoestiek bezig
te houden als men tenminste iets van
de ontwikkeling der laatste jaren wil
begrijpen. Toch heeft dit slagwoord in
zeker opzicht goed werk gedaan: het
heeft namelijk de massa attent gemaakt
op het feit dat er in de platenindus
trie iets gaande was, waarvan men
zich op de hoogte moest stellen Een
slagwoord maakt ons nieuwsgierig, we
zijn al geïnteresseerd en als discofiel
willen we zeker meer van de aange
prezen nieuwigheid weten.
De uitdrukking High Fidelity kan in
het Nederlands het best omschreven
worden door het begrip „hoogste klank
getrouwheid". Om dit te bereiken moet
aan twee voorwaarden voldaan worden:
1. De opname moet zo nauwkeurig mo
gelijk het origineel kopiëren.
2. De afspeelapparatuur moet alles
uit de plaat kunnen halen wa< er in
zit.
Het High Fidelity-systeem valt in
feite n twee delen uiteen, namelijk in
de wijze van opnemen en de wijze
van afspelen. We moeten ons daarbij
duidelijk voor ogen stellen dat het stre
ven naar de hoogste klankgetrouwheid
nooit leiden kan tot een identiteit met
de oorspronkelijke en levende klank van
de uitvoering zelf. Bach, Beethoven,
Mozart, Verdi en veie anderen hebben
nu eenmaal voor de kerk. de concert
zaal, de opera of de kamer gedacht
en geschreven en niet voor een elek
trische grammofoon-, of beter gezegd
elektrofoonweergave. Tijdens de opna
me heeft er een omvormingsproces
plaats, waardoor het originele klank
beeld veranderingen ondergaat H. W
Sternhausen heeft daarover in zijn stu
die „Klankstruktur unter der Lupe",
de volgende behartenswaardige opmer
king gemaakt: „als de opnametech
niek er van afziet alleen het vermeen
de „natuurlijke" klankbeeld na te ja
gen, kan het vervaardigen van onbe
vredigende muziekeonserven voorko
men worden. Om tot een artistiek op
timaal resultaat te komen moet een
zekere artistiek-technische omvorming
worden toegepast Hiervoor is een zeer
groot artistiek verantwoordelijkheidsbe
sef vereist, want dit proces mag onder
geen beding tot vervalsing leiden en
de overgangen moeten zich daarom
verglijdend voltrekken".
Deze transformatie tijdens de opna
me is aan vele faktoren onderhevig,
zoals het echo-effekt, de microfoonop
stelling. de dynamische compressie,
enz. enzHet is niet mogelijk a] de
ze factoren hier nader te bespreken.
Op één bijzonder onderdeel van de
L.P. willen we echter iets uitvoeriger
zijn, nl. de weergavecurve. die mede
voor de kwaliteit van de L.P bepa
lend is
De moderne L.P. kan een frequentie
bereiken van 20 tot 15000 Hz. In dit
opzicht laat de L.P. een „natuurlijker'*
klankbeeld horen dan de platen uit
1920 of 1940. Ook met betrekking tot
de dynamiek geeft de L.P. betere re
sultaten dan ooit te voren. Weliswaar
is beperking van de natuurlijke klank
sterkte noodzakelijk, maar het bereik
bare resultaat van meer dan 40 decibel
moet toch een belangrijke verbetering
genoemd worden.
Om het frequentiebereik van 20 tot
15000 Hz te kunnen realiseren, moeten
de opnametechnici enkele kunstgrepen
toepassen. Bij de laterale ofwel zijde
lingse etsing door de graveernaald,
zijn de mogelijkheden van zijwaartse
uitwijking in de groef zeer beperkt.
De intensiteit van de toon hangt nu
juist van de grootte dier zijdelingse
uitwijking af. De lage tonen zouden
echter zo'n grote afwijking vergen, dat
het onmogelijk zou worden de groeven
zo dicht bijeen te houden als op de
L.P. het geval is. Daarom moest een
methode worden gevonden, die het mo
gelijk maakte deze uitwijking bij lage
tonen re reduceren. Deze bestaat hier
in, dat men de bassen zwakker op
neemt dan ze in werkelijkheid klin
ken. De opname veroorzaakt dus een
vervorming van het klankbeeld. Dit is
echter niet de enige kunstmatige in
greep, die wordt toegepast, ook de ho
ge tonen moeten een „behandeling" on
dergaan Zij kunnen evenmin op origi
nele sterkte opgenomen worden, daar
zij anders, vooral in zachte passages,
door de zgn. naaldruis zo niet opge
slokt, dan toch onduidelijk zouden wor
den Om dit te voorkomen worden de
hoge tonen tijdens de opname opge
voerd en vindt er in dit geval klank
versterking plaats.
Verzwakte bassen en opgevoerde ho
ge tonen, dat is de noodzakelijk gewor
den vervorming bij de opname Het is
duidelijk dat bij de weergave een over
eenkomstige opheffing van die vervor
ming moet plaats vinden om tot een
zo bevredigend mogelijke klankschoon
heid te kunnen komen. Om dit te
bereiken moet men dus nauwkeurig
weten volgens welke principes de ver
vorming werd toegepast.
Jammer genoeg bestaat over dit
vervormingsproces bij de verschillen
de maatschappijen nog geen over
eenstemming; men is daar nog niet
aan standaardisering toe. Zon men
op een zo zuiver mogelijke weergave
van zijn platen staan, dan zou men
over meerdere weergave-apparaten
moeten kunnen beschikken, welke de
verschillende vervormingen zouden
kunnen compenseren. In Amerika is
het gebruikelijk dat de platenmaat-
schappijen de vervorming aangeven.
De discofiel kan dan bij het kopen
van platen rekening houden met de
vervorming en weet direct of hij
deze plaat kan aanschaffen. Meestal
bezit hij een voorversterker met
„hervormingsschakeling", die een op
heffing van de vervorming tot op
zekere hoogte mogelijk maakt.
Vervorming is en blijft onvermijde
lijk maar in de chaos van de ver
schillende vervormingssystemen begint
enige verbetering te komen. Tegen
woordig wordt volgens een normalisa-
tievoorstel gewerkt dat te Bern in
september 1955 ontworpen werd door
de „Inaternational Electronfcal Com
mission".
Over het probleem der afgezwakte
en opgevoerde frequenties is iets uit
voeriger gesproken, omdat gebleken is,
dat elke platenliefhebber deze vervor
mingen bewust of onbewust hoort, maar
de oorzaak meestal niet kent. Het
komt dan ook meer voor dan men
denkt, dat twee bevriende platenlief-
hebbers hooglopende meningsverschil
len hebben over de kwaliteit van de
verschillende platen. De ene zegt: „De
platen van maatschappij A klinken
iet best." De andere beweert juist het
tegenovergestelde en vindt alleen het
B-merk goed. De een wil de ander
overtuigen; zij wisselen hun platen
uit beluisteren deze thuis en blijven
desondanks toch op hun standpunt
staan. Als zij nu eens op de gedachte
waren gekomen om hun afspeelapp-
ratuur te verwisselen, dan zouden zij
al gauw de oorzaak van hun menings
verschil ontdekt hebben Zelfs bij ge
lijknamige en gelijkwaardige weergave-
apparaturen kunnen nog minimale en
te verwaarlozen verschillen in de reac
tie op de vervorming optreden. Met
een goede pick-up, een regelbare voor
versterking, een hoofdversterker en een
goed luidsprekersysteem kan een wer
kelijk voorstreffelijke klankreproductie
bereikt worden. Eerst dan ook kan men
eigenlijk van High Fidelity spreken.
Een H.F.-plaat afgespeeld op een nor
male elektrofoon garandeert geen wer
kelijk maximaal rendement van de op
name en er kan dan zeker niet van
een „hoogst klankgetrouwe" weergave
gesproken worden.
Een echte platenliefhebber en onder
hen de minnaars van ernstige muziek,
gebruiken een speciale versterker, wel
ke aan bepaalde minimumeisen vol
doet. Ook deze geven, zij het zeer ge
ringe vervormingen. Niet alle frequen
ties kunnen gelijkmatig versterkt wor
den. De fabrikanten moeten ons tegen
woordig evenwel kunnen garanderen
dat die afwijking van de gelijkmatige
versterking in het frequentiebereik van
20 tot 15000 Hz niet meer dan 1 deci
bel zal bedragen. Dit wordt in de be
treffende prospecti of folders doorgaans
zo geformuleerd: Frequentiecurve: plm
1 db, 20 tot 1500 Hz. Voldoet de ver
sterker aan deze formule dar. kan
men van een minimale vervorming
zeker zijn, welke bijna geen invloed
meer heeft op de kwaliteit van de
weergave.
Voorts moet de versterker „afge
schermd" zijn tegen zelf opgewekte
nevenfrequenties; frequenties dus, die
niet in de plaat gegraveerd zijn. Deze
komen helaas nogal eens voor. De ver
houding van de door de versterker
zelf opgewekte trillingen tot de origi
nele klanken noemt men de ..ruisfac-
tor". Deze ruisfactor mag bij maxima
le instelling ten hoogste 3 pet. bedra
gen. De koper kan deze ruisfactor na
tuurlijk zelf niet meten en is in deze
afhankelijk van de gegevens van de
fabrikant. Als het ruisen evenwel dui
delijk hoorbaar is dan is de factor
beslist hoger dan 3 pet.
Het vermogen van de versterker, in
vakkringen ..output" genoemd, wordt
in watt aangegeven. Het vereiste ver
mogen hangt af van de ruimte die
door de klank bestreken moet worden
en hoe groter deze is des te groter
moet de output zijn. Voor huislijk ge
bruik is een vermogen van maximaal
8-10 watt meer dan voldoende In ruim
ten met veel nagalm moet dikwijls
met een belangrijk minder vermogen
gewerkt worden.
Wanneer we een eerste klas elektro
foon met een lichte pick-up en een
goede versterker met klankregelaars
(hervormingsschakeling) bezitten, moe
ten we ook nog aandacht schenken aan
onze luidspreker. High Fidelity komt
pas goed tot zijn recht als we over
zgn. hoog- en laagtonige luidsprekers
kunnen beschikken. De juiste opstel
ling ervan is geen eenvoudige zaak. We
moeten beginnen de akoestische eigen-
schappen van de ruimte, waarin we
platen willen draaien, te onderzoeken
en de nagalm ofwel echowerking er
van te berekenen. Veel gordijnen en
tapijten nemen de nagalm geheel weg,
maken de ruimte „droog", terwijl gro
te spiegels en veel ramen weer onge
wenste reflexies teweeg kunnen bren
gen. De doelmatige inrichting van onze
„muziekkamer" of wat bescheidener
gezegd, van een kamer waarin o.m.
ook muziek ten gehore gebracht wordt,
stelt wel enige eisen.
De tot klinken gebrachte muziek in
onze kamer ondergaat andermaal een
verandering. Zij werd opgenomen in
een studio met een bepaalde nagalm-
tijd en nu wordt deze opname ten ge
hore gebracht in een ruimte met een
geheel andere echowerking. Door een
ondoelmatige inrichting van onze ka
mer kunnen we ons gehoor door jaren
lange gewenning deformeren. Ons ge
hoor past zich vrij gemakkelijk aan bij
een gedeformeerde klankkarakteristiek
en dat kan men beter voorkomen.
De ervaring heeft ons geleerd, dat
enige luidsprekers, goed opgesteld in
de ruimte, meer nuttig effec1 sorte
ren dan één zeer kostbare luidspre
ker. Wie met luidsprekersystemen
experimenteerd zal spoedig het merk
waardige verschijnsel van het zgn.
richteffect leren kennen. Di* richt-
effect neemt bij hogere frequenties
toe en men zal kunnen constateren
dat de hoge tonen zeer zacht klin
ken als men ter zijde van de luid
spreker staat. Een goede opstelling
van de stoelen is daarom ook nog
een factor van betekenis.
De over het algemeen beperkte ruim
te van de hedendaagse flats zijn akoes
tisch verre van ideaal en maken het
realiseren van de elementaire eisen
der High Fidelity practisch onmogelijk.
Niettemin moet elke echte muzieklief
hebber en discofiel toch de nodige aan
dacht aan dit probleem schenken Te
genover zijn kostbare apparatuur is hij
het wel enigszins verplicht, bovendien
zal het zijn luistergenot van hem en de
zijnen in niet geringe mate verhogen.
COR BACKERS
Het is nog niet zo heel lang ge
leden, dat de Brabanders hun bossen
en heiden, en ook hun dorpen, mede-
bevolkt waanden door griezelige we
zens, zoals heksen, spoken, kabouters,
bokkeryders, weerwolven en dwaal
lichten Ze oefenden hun invloed uit op
het doen en laten van degenen die zich
door hen bedreigd (en ook wel eens
bevoordeeld) voelden. Ze waren een
„realiteit" waarmee men duchtig reke
ning hield.
Jacques R. W. Sinninghe, die al ver
schillende publicaties over sagen en
volksverhalen op zijn naam heeft, heeft
nu een boek geschreven over Noord
brabantse sagen. Het is geheel gewijd
aan het geloof in de wonderlijke pro
dukten van een bizarre en al te leven
dige fantasie, zoals dat in onze eigen
gewesten welig tierde.
Twee zeemeerminnen voorspelden ii
het begin der vijftiende eeuw dat Zeven
bergen door een watervloed zou worden
verzwolgen, in Alphen bouwden de ka
bouters van de Prinsenhoef in één
nacht een brede gracht en bij Rijsber-
gen wemelde het van de dwaallichten.
Onder Halsteren heeft een boer ooit de
bokkerijders ontmoet. Ze lieten hem
een ongewild vliegtochtje maken. Met
maren, witte vrouwen en juffers zonder
kop beleefde men weer andere avonturen.
Bij J. M. Meulenhoff is een pocket
verschenen, waarin de eerste verhalen
gebundeld zijn van een aantal wereld
beroemde auteurs, als Tenessee Wil
liams, Truman Capote, Mary O'Hara,
William Saroyan en anderen. Het zijn
stuk voor stuk verhalen die de moeite
van het lezen waard zijn. al hebben
sommige schrijvers die in dit boekje
aan bod komen later nog wel grotere
bewijzen van hun talent geleverd.
Legio zijn de verhalen die vroeger van
mond tot mond gingen en een stukje
profane overlevering werden. De ma
nier waarop Sinninghe ze in zijn boek
heeft bijeengebracht verdient alle bewon
dering. Ze getuigt niet alleen van een
onvermoeibare speurzin maar ook van
een fijn gevoel voor de beklemmende
atmosfeer waarin een aantal van onze
voorouders leefden. Hun geloof was ver
mengd met een brok bijgeloof dat al
lesbehalve opwekkend was en dat zijn
sporen tot in het heden heeft nagelaten.
Het verloor eerst zijn invloed toen de
dorpsgemeenschappen ontsloten werden
en de volksontwikkeling op een hoger
peil kwam. Het boek, dat elke Bra
bander zeer geinteresseerd zal lezen en
dat door Kruseman in Den Haag werd
uitgegeven, is verlucht met fraaie te
keningen van Jaap Nieuwenhuis. J. V.
Dit jaar viert het „Franse gymna
sium" in Berlyn, één van de beroemd
ste en traditierijkste scholen van Duits
land, zijn 275-jarig bestaan. Toen deze
school in 1689 door keurvorst Frederik
III van Brandenburg, de latere eerste
koning Frederik van Pruisen, ais „Col
lége Royal Francais" voor de kinderen
van de uit Frankrijk verdreven Huge
noten gesticht werd, nam zij een unie
ke plaats onder de Duitse scholen in.
Tot de huidige dag is daarin niets ver
anderd: er bestaat in Europa geen
school gelijk aan het „Franse gymna
sium Berlijn".
Voor alle kinderen, die de school oe-
zoeken, is Frans de taal waarin onder'
wezen wordt. Waar bestaat dit nog op
de wereld, dat jongens en meisjes in
hun eigen stad op school tijdens alle
lessen een andere taal spreken dan hun
moedertaal? In 1953 werd tevens het
„Lycée Francais", de school voor de
kinderen van de in Berlijn gelegerde
Franse militairen, bij het Franse gym
nasium opgenomen. Daarbij werden
„op basis van gelijkgerechtigdheid en in
de geest van onderlinge samen erking"
het Franse en Duitse leerplan zo ver
dat mogelijk was op elkaar afgestemd,
dan tien jaar in de praktijk met succes
De verbetering van de Frans - Duitse
verstandhouding wordt dus hier al meer
beproefd.
Prof. Hofmans bezit de benijdenswaar
dige gave zijn geleerdheid in een aan
trekkelijke verpakking te kunnen „ver
kopen". Het boek „Ontstaan, groei en
gestalte van de vier evangeliën" levert
hiervan het bewijs. Het getuigt van een
volkomen beheersing van het verwerkte
materiaal, dat niet alleen zeer uitge
breid is, maar ook vol problemen steekt,
waarvan de oplossing dikwijls samen
hangt met de kritische instelling van
de auteur. Ieder die enigszins thuis is
in deze materie weet dit en de door de
schrijver geraadpleegde werken bewij
zen het ten overvloede. Prof. H. maakt
van zijn eruditie geen vertoon, maar hij
weet a.h.w. vertellenderwijs de lezer ver
trouwd te maken met de gestelde
problemen, zonder dat deze er vaak erg
in heeft. Niet dat de schrijver alle kno
pen doorhakt, dat is onmogelijk, maar hij
weet toch zijn eigen opvatting aanneme
lijk te maken, zodat de lezer niet in het
onzekere hoeft te blijven. Mij lijkt dit
een grote verdienste van een popularise
rend wetenschappelijk werk.
Een belangrijk facet van Hofmans'
methode is, dat zijn werk niet slechts
een inleiding OP de Evangeliën is, maar
eerder een binnenleiden IN. Bij elk
hoofdstuk citeert hij vele teksten, die
men moet naslaan om de gegeven uiteen
zetting persoonlijk in zich op te nemen.
Bovendien is elk hoofdstuk voorzien van
een bloemlezing uit kerkvaders en mo
derne auteurs met als slot een serie op
gaven die door zelfwerkzaamheid of in
clubverband kunnen bestudeerd worden.
Wij begroeten dit ik durf zeggen boei
ende boek met vreugde en hopen van
harte dat het voor velen een ware „in
leiding" moge zijn tot het beter verstaan
van het Woord Gods en tot een verdie
ping van hun bijbelse spiritualiteit.
Met belangstelling zien we uit naar het
aangekondigde derde deel, waarin „een
echt eigentijdse weergave zal gegeven
worden van de boodschap van Jezus".
Patmos Antwerpen).
J. H.
Het mei-nummer van dit tijdschrift
geeft er blijk van, dat de redactie een
hoge dunk heeft van het ontwikkelings
peil der lezers Dit blijkt met name
uit een lang artikel over de gezagscrisis
bij de moderne jeugd (een omslachtige
compilatie van hetgeen anderen zeiden)
een recensie van „Franny en Zooey"
door J. D. Salinger (slechts begrijpelijk
voor wie het boek gelezen heeft) en
een reeks kritische kanttekeningen bij
uitspraken of publikaties van alom ge
respecteerde deskundigen. Het kleingoed
daar omheen is van lichter gehalte.
Het is ons niet geheel duidelijk, tot
welke groep zich dit tijdschrift richt,
maar wij vragen ons wel af, of deze
high-brow-mentaliteit de juiste sfeer is
voor dit gezinsblad. Wie kan en wil,
vindt hier overigens stof ter overden
king. (Uitg. Wij. Ginnlken-Bavel) A.G.
„Dat is lekker" heet een boekje van
Lydia Winkel. Haar recepten, in een
uitgave van het voorlichtingsbureau voor
de voeding, kunnen elke huisvrouw die
van koken een serieuze bezigheid maakt,
goed van pas komen.
In „Verenigen en vergaderen" heb
ben J. Boer en mr. A. Hijman een
kleine 200 bladzijden gewijd aan de ma
nier waarop een vereniging wordt ge
sticht en geleid en de bestuursleden
hun taak moeten zien. Een zeer nuttig
boek voor allen die met deze materie
te maken heben. (Nijgh en Van Ditmar)
.Ontdekkingen van de parapsycholo
gie" is een Prisma-pocket, waarin G.N.M
Tyrrell boeiend vertelt over verschijnse
len op dit fascinerende en nog lang niet
ontgonnen terrein van een jonge weten
schap Ook van dr. W.H.C. Tenhaeff
verscheen een pocket over hetzelfde on
derwerp. Onder de titel „Para-psycho
logische verschijnselen" geeft het boek
je een tot nadenken stemmend relaas
betreffende een aantal verschijnselen
die object van onderzoek waren. (W. de
Haan Zeist).
Gezellige sfeer Vrij entree
Voor nieuwe en gebruikte
auto's
90% hypotheken
Veekredieten
Wij komen bij U thuis.
KOEPELSTRAAT 39
BERGEN OP ZOOM
Tel. 01640 - 3856
b.g.g. 01663 - 371
LUXE
MIDDENSTANDS.
WONINGEN
en HERENHUIZEN
te koop, in aanbouw te
TERHEIJDEN
(5 km ten noorden
van Breda).
Koopsommen vanaf
f 30.750,— k.k.
Garages f 3.750,k.k.
Hoge hypotheek beschik
baar.
Bij snelle beslissing ge
ringe overdrachtskosten.
Inlichtingen worden ver
strekt door ons kantoor
te Breda, Veemarktstraat
14 a.
BREDA 01600-44472
DIACONESSENHUIS
BREDA
Bij de Technische Dienst komt de
functie vrij van
in het bezit van het diploma V.E.V.
en bij voorkeur van de installateurs
erkenning.
De functie omvat in hoofdzaak
onderhoudswerkzaamheden.
Sollicitaties kunnen worden ingediend bij de
economisch-directeurde heer A. J. Chardon,
Langendijk 75, Breda.
wegens misstelling van advertentie
die op 27 mei j.l. geplaatst is.
18
vraagt voor haar moderne, goed geoutil
leerde machinefabriek ven centrifugaal-
pompen en olieboorgereedschappen
voor de mechanische bewerkingen.
Ervaring als vakman vereist.
Min. leeftijd 26 jaar.
voor opleiding tot service-monteur.
Kennis van Engelse taal noodzakelijk.
Voor arbeiders welke nog geen ervaring
hebben in de metaalindustrie bestaat de
mogelijkheid om opgeleid te worden tot
bankwerker.
Prettige werkkring. Ruime werkplaatsen.
Etten ligt dicht bij Breda. Reisvergoeding
indien men buiten Etten woont en blijft
wonen.
Persoonlijke sollicitaties op maandag- en
dinsdagavond a.s. van 8-9 uur 's avonds
aan de fabriek, Parallelweg 6, Etten N.Br.
Eventuele schriftelijke sollicitaties aan
Byron Jackson N.V., Postbus 25, Etten.
De Duitse leerlingen houden zich de
eerste twee jaar voornamelijk bezig met
de bestudering van de Franse taal. Van
af het derde schooljaar, de kinderen zijn
dan ongeveer 12 jaar oud, wordt er tij
dens de lessen alleen nog Frans gespro
ken.. Te beginnen bij het vierde leerjaar
ontvangen de Duitse en Franse kinde
ren in de meeste vakken gemeenschap
pelijk onderwijs, zoals bij Frans, Grieks
en Latijn, geschiedenis, aardrijkskunde,
biologie en lichamelijke oefeningen.
Ideaal: één program
Alleen bij Engels, wiskunde, natuur
kunde en scheikunde, bij het muziek
onderwijs en bij kunstgeschiedenis heeft
men vanwege de grote verschillen in het
Franse en Duitse leerplan tot nu toe
van gemeenschappelijk onderwijs afge
zien. Maar ook bij deze vakken wordt
in de Duitse klassen het onderwijs in
de Franse taal gegeven. Na deze school
doorlopen te hebben, doen de Duitse leer
lingen het Duitse eindexamen en de
Franse leerlingen het Baccalauréat.
„Uit sportiviteit" nemen de meeste
Duitse kinderen ook vrijwillig deel aan
het Baccalauréat, en, zoals de leraren
tot hun grote vreugde vaststellen, over
het algemeen met goed resultaat'. Een
„Europees eindexamen" met een voor
alle leerlingen gelijkluidend examenpro
gramma, hetgeen zowel de Duitse ais
de Franse leerkrachten zeer zouden toe
juichen, is echter nog toekomstmuziek.
Dat het Franse gymnasium tot ver
over de Duitse grenzen grote bekend
heid en veel vertrouwen geniet, blijkt
wel uit het feit, dat zich onder de leer
lingen enige Amerikanen, Engelsen,
Japanners, Bulgaren, Polen, Turken
Syriërs, Libanezen, Tunesiërs en Ma
rokkanen bevinden, ja vele Franse kin
deren gaan zelfs alleen naar Berlijn
om daar de school te bezoeken.
De toelatingseisen zijn vrij streng: de
kinderen moeten in alle hoofdvakken
tenminste „goed" zijn, voordat zij voor
een persoonlijk onderhoud met de Buit-
se of Franse directeur uitgenodigd wor
den. Na dit „interview" wordt dan be
sloten over het al dan niet opnemen
van de aspirant-leerling. Wie deze hin
dernis echter met goed gevolg genomen
heeft en ijverig is, kan de leerstof in
het algemeen goed volgen, ondanks de
hoge eisen, die aan de jongens en meis
jes vooral met het oog op het vreem
de taalonderwijs gesteld worden
EEN MENING
Toen ik plm. 14 dag!
naar de t.v. zat te kijken
teren naar „ziek zijn, bete
kwam daarna een sprek*
beurt die begon met te zeg
iets zou behandelen wat v
knuppel in het hoenderhok
blijken te zijn. De sprekei
n.l. hebben over roomse sti
mee hij kennelijk bedoeldi
mindere mooie streken. Hi;
laatste tijd nog al eens
werd over de roomse sti
verhalen of gebeurtenissen
half of niet waar waren,
dan altijd wel iets van wa
en er dus wel iets van
hangen De spreker zei, d
roomsen zich schuldig m:
die streken doch door zijn
geen enkele gebeurtenis of
te noemen kon men toch
concluderen dan dat hij te
tholieken was. Gezien er
feit werd genoemd vond ik
beurt onjuist en onsympatl
Als men voor de t.v.
roomse streken laat mij
protestantse streken noeme:
feiten:
1. Omdat prinses Iren<
werd is de naam prinses I
te St.-Maartensdijk verand
2. Op haar huwelijksdag
een dominee in een grote
en door een leraar in Goes
landse vlag halfstok uitge
3. Op een bijeenkomst in
werd door een dominee e
gegeven tegen Rome's vos
en de Jezuieten. Het beled
de katholieken werd later
derd doch het uitgeven v
was toch gebeurd.
4. Kardinaal Alfrink he
vele protestanten ook gedaé
geen kennis heeft gegev
overgang van prinses Iren
katholieke kerk. Als de prir
geheimhouding heeft verzo
men dan de kardinaal ven
5. Bij een versiering vooi
ommegang wordt aan
werkzaam bij een prote
troon, een ladder gevraagc
gegeven doch kort daaro
ladder teruggehaald want
door de protestantse patro
schikbaar gesteld voor de
6. Op een protestantse z
iets onaangenaams en de
tholiek op die zaak krijgt
schuld omdat hij katholiel
kig bleek later dat de ka
was beschuldigd.
7. Een katholieke jonger
nis aan een protestants n
dan schrijft ze op een
dat ze het uit moet make
vader want die had geze
zijn dochter liever naar
zag dragen dan dat ze n
tholiek zou trouwen.
8. Enkele weken geledei
protestantse vrouw „De
schuldigd dat ze voor h
Carlisme was. Ze noemd<
enkel feit doch wees
moeilijkheden van de Spa
tanten. Niemand waarschi.
houding in Spanje tegeno
testanten goedkeuren, d<
haar toch wel eens vrager
houding vindt in Nederlan
de katholieken inzake hel
verbod.
Bovenstaande feiten die
ben gehad zijn onsympath
spreekt uit enkele gevall
haat uit tegenover de roor
(Advertentie)
9
'v
V
'9
vs
\v/ yi
Ws
ISJ
fa
tg
óv
ar
ia
73
Horizontaal:
1 soort onderwijs; 3 vre
5 Frans onb. voornaamw.
maat; 9 lidwoord; 10 tandel
U Frans lidwoord; 12 geloft
15 aarzelen; 17 gelofte; 18 r
21 gewicht; 22 boos; 23 b(
25 zangstem; 28 voetbal v<
interest; 33 lekkernij; 34 lai
36 part; 38 klein persoon; J
41 walm; 44 gereedschap; 4
taal; 50 bloeiwijze; 51 Ned(
veld; 53 persoon; 55 zwaa:
dingstuk; 60 roofdier; 61
naamw.; 64 herkauwer; 66
del; 68 plant; 69 vogelprod
voornaamw.; 72 ijzerhouder
titel; 74 laatstleden; 75 dun
munt;
Verticaal:
1 plaats in Zuidholland; 1
woord; 3 huisdier; 4 het K
(Lat. afk.)5 geogr, ai
juiste gewicht; 7 onderwer
boom; 9 aanzien; 13 boom
sel; 16 vervoerbedrijf; 19
20 sprakeloos; 22 vogel;
duur van eb en vloed; 26 ve
27 muziekdrama; 30 verdiep
pers. voornaamw.; 32 maa
35 krantenjongen; 37 bid
staat; 40 deel v.d. bijbel;
vaartuig; 44 muzaekinstrui