Ireda Ik SHINTOISME BOEDDHISME CHRISTENDOM GODSDIENSTEN IN JAPAN CONSTANT t Machtsstrijd onder de nationalistenleiders Vreedzaam naast elkaar Vondst uit de oudheid L t t heetman Nkomo kreeg decoratie: celstraf..... nd :alen IERLAND N.V. Wij- zijn zojuist verloofd a n n Labour wint in Engeland ZUID-RHODESIE VERRE VAN RUSTIG Verraad! ■NIERSLAAN AART m - Sittard oos 4 - Kruisland. WOONHUIS Cattenburch 76 070-607806 DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 9 MEI 1964 Heiligdommen c(Nsr*)r De juwelier heeft er alles van. En thans? Franciscus N ïrvana H. LEVENS en ZOON Amerikaanse leger- kapitein terug uit oostsöne Oud-president V.N.- assemblee overleden Liturgische kalender 12 r, geheel op eren 1850.— uur Rijckholt" (Z.-L.) ongelui vanaf 17 j. Gel. te stricht. Pracht omg. gezell. f 5.75 p p. Vr. prosp., ook o-vakantie-week" v. f 64.25 pens. met 4 buitenl. reizen sl., België, Luxemburg, en 1-303. us nog MARIAMAAND. het H. Hart van Maria. de heer euwe wijken te TILBURG ien enkele maanden leeg te d. Prijs f 33.000,—. 01600-36112. 17 1? (Advertentie) ((Bijzondere medewerking) De Japanse geschiedenis begint met een wonder: De geboorte van Jimnu Tenno, de eerste kiezer, als zoon der zonnegodin Amaterasu. De thans regerende keizer is een afstammeling van keizer Jimnu en dus ook van de zonnegodin. De Japanners achten de beste tradi- dies en eigenschappen van hun volk en land belichaamd in de dy nastie. Zij zien de keizer en het rijk als eeuwig en zichzelf als scha kels in de oneindige keten van voor- en nazaten Zij zien hun va derland als een schepping der go den en de keizers als afstammelin gen der zonnegodin. Iedere Japan ner heeft deel aan de goddelijke grond en schoonheid van Japan, die hem steeds weer nieuwe vreug de en ontroering brengen. Het shintoïsme, Japans nationale godsdienst, wortelt in de oudste ge schiedenis des lands. Het gaat terug tot in de grijze oudheid, toen voorou- derverermg op de Japanse eilanden de gangbare godsdienst was. Deze voor ouderverering is, in veredelde vorm, nog een wezenlijk bestanddeel van het shintoïsme. De geesten der afgestor venen, der clans, der huizen, der tem pels, der landschappen en wat dies meer zij, bepalen het lot van het Japanse vaderland. Door de eeuwen heen schre ven Japanse auteurs: Onze doden zijn onze goden. Geen wonder dus, dat de Japanner de doden eert en dat hij doods verachting normaal vindt. Na zijn dood gaat hij immers behoren tot de geesten en voegt hij zich bij zijn gestorven voor zaten. Geen wonder ook, dat zijn va derlandsliefde godsdienstig getint is. Japan is immer (naar Japanse ziens wijze) een goddelijk land. Een genationaliseerde bundeling van voorouderverering en natuurverering.ge- louterd door de eeuwen en door het werk van grote denkers, aldus zou men het shintoïsme kunnen definiëren. Be grijpen kan slechts hij het, die de geest van Japan heeft leren kennen. De tra dities .de gebruiken en het geloof van het shintoïsme zijn hecht verankerd in het Japanse volksbestaan en in de volks ziel. Taal, zeden, gewoonten, fatsoens normen, erecode, dit alles is met de geest van het shinto doortrokken. Shinto heiligdommen ziet men alom in Japan. Vrijwel elk heiligdom kan bogen op een eigen ontstaansmythe, op eigen tradities en op een eigen geschie denis, zodat elk heiligdom een eigen, een aparte plaats heeft in Japan. In de regel zijn de shinto godshuizen gebouwd in oud-Japanse stijl en gelegen in een mooie, ruime omgeving. Dit biedt de bezoeker de mogelijkheid om „schoon heid" te beleven. Plechtig en strak van lijn is zo'n shinto heiligdom, voornaam in zijn eenvoud. Op feestdagen echter zijn die heiligdommen tevens middel punten van volksvermaak. Dan drom men de mensen er samen, dan zijn er goochelaars en acrobaten, dan wordt 'er gegeten en gesnoept, dan is het volk blij en vrolijk. De doden verheu gen zich immers, als de levenden blij en opgewekt zijn! Tokyo heeft enige beroemde shinto heiligdommen. In Yasukuni worden de geesten der nationale martelaren ver eerd. Toshogu is gewijd aan Shogoen Ieyasu, de veldheer en staatsman, die in het begin der zestiende eeuw sho goen (hofmeier) werd. Hij was de stam vader van het shogoen-geslacht Toku- gawa, dat tot Japans openstelling om streeks 1860 de feitelijke heerschappij uitoefende. Voorts zijn nog te noemen de heiligdommen Mejji, Yushima, Kanda Myojin, Fukagawa Hachiman en Suitengu. Tokyo heeft bovendien een universiteit, die in het bijzonder is belast met de opleiding van shintoïsten. Bestaat er eenheid in Japans natio nale godsdienst? Ja en neen. Ja, om dat de fundamentele beginselen en denkbeelden universeel zijn. Neen, om dat er in de loop der eeuwen tal van shinto-sekten ontstonden. Alleen in To kyo reeds zijn er ruim vijftig sekten vertegenwoordigd. „Katholiek" in de zin van „algemeen" is het shinto- isme dus geenszins. 'bereikte omstreeks 525 n.Chr via Korea Japan. Hij maakte in snel tempo op gang en verwierf een stevige plaats in de Japanse samenleving. Thans is het boeddhisme bijna even hecht vergroeid met Japan als het shintoïsme. Vrijwel iedere Japanner heeft banden met bei de godsdiensten. Van onderlinge strijd is geen sprake meer. Dat Japan het boeddhisme goed ont ving, komt, omdat het tal van elemen ten bevat, die passen in het wereld beeld en de wereldbeschouwing der Japanners. De Japanse geest en het boeddhisme beïnvloeden elkaar. Het shintoïsme was de bron van strijdbaarheid, vaderlandsliefde en krijg- mansdeugd. Het boeddhisme bracht het Japanse volk de glimlachende beleefd heid, die sommige vreemdelingen over dreven achten. Evenmin als de shin- toïst acht de boeddhist de enkeling be langrijk „Ik ben jij; jij bent ik„' zegt de boeddhistische wet. Het aard se leven dient slechts om 'na de dood op te kunnen gaan in het Nirvana, in de ik-loze rust. Shistoïsme en boed dhisme hadden dus reeds in den beginne menig punt van overeenstem ming. In de loop der eeuwen pasten zij zich meer en meer bij elkaar aan, zodat het shintoïsme boeddhistischer en het boeddhisme shintoïstischer werd. Thans zijn de boeddhistische leer en levensbeschouwing een integrerend deel van de Japanse beschaving. Wie Japan bezoekt, merkt dit spoe dig aan het grote aantal boeddhistische tempels. Vaak zijn deze gebouwd op prachtige punten in het land. Veelal pasten de bouwheren de stijl toe, die vijftien eeuwen geleden de gebruikelij ke was. Bijzonder inspirerend heeft het boeddhisme op de Japanse kunstenaars, gewerkt, prachtige huisaltaren, boeddha beelden, wandschilderingen en gebruiks voorwerpen getuigen van de schoon heidszin en kunstzinnigheid hunner ma kers en vertolken de geest, de ziel en de beschaving van Japan. Ja, de volksziel en de beschaving benadert men in de tempels en heiligdommen beter dan waar ook elders. Evenals vrijwel alle shinto heilig dommen hebben ook alle boeddhistische tempels hun eigen tradities en geschie denis. Deze leren ons, dat de aanwe zigheid van een tempel vaak weldadig heeft gewerkt op de streek of wijk. waarin hij is gelegen. De welstand van de wijk Asakusa in Tokyo, bij voorbeeld, schrijft men toe aan de in vloed van de tempel Sensoji, terwijl de ontplooiing van het district Ikegami (eveneens in Tokyo) op rekening staat van de tempel Honmonji. Zwaar teisterde de oorlog Tokyo's boeddhistische tempels. Zowat de helft viel ten offer aan het krijgsgeweld. Waardevolle en onvervangbare cultuur schatten verdwenen voor immer. Toch zijn er nog tal van tempels overge bleven, waaronder zeer beroemde, zo als Kaneiji. Honganji, Gokokuji en Zojoji. Gokokuji is een der oudste. Hij dateert uit 1680 en behoort, even als Zojoji, tot Japans nationale schatten. Niet slechts het shintoïsme, ook het boeddhisme telt veel sekten in Japan Alleen in Tokyo vindt men er ruim vijftig. Nu wordt het pas echt fijn. Nu komt het samen sparen, vergaren, kijken, kiezen. Wij zijn verloofd. Zojuist. Wij zijn gelukkig. Voor eeuwig. Kijk... dit zijn onze ringen. De mooiste de modernste die er zijn. Constant ringen. De gouden gelukssymbolen. Kies óók Constant ringen se christenen en vooral tegen de missionarissen ging nemen. Wreed werden zij soms ter dood gebracht. De christenvervolgingen in het begin der zeventiende eeuw culmineerden in een opstand van Japanse christenen in 1637. Deze Shimabara-opstand werd met haia geweld neergeslagen. Type rend voor de geest des tijds is het, dat de factorij der Verenigde Oost-Indische Compagnie in Hirado (Japan), geschut, munitie en kanonniers ter beschikking van de Japanse regering stelde in die binnenlandse strijd. Na de Shimabara- opstand was het lot van het christen dom in Japan voorlopig bezegeld. Wie zich liet dopen of gedoopt bleef, werd des doods schuldig geacht. Enige jaren na Shimabara werden de Iberiërs uit Japan uitgewezen. Slechts de Neder landers mochten blijven op het (bij Nagasaki gelegen,(kunstmatige) eilandje Deshima. Van 1640 tot bijna 1860 toe sloot Japan zich van de buitenwereld af. Het shintoïsme, hecht verbonden met de Japanse beschaving en de Japanse geest, ontstond in Japan. Anders is dit met het boeddhisme, dat in het Land van de Rijzende Zon eveneens hecht is verankerd. De leer van boeddha Hoe is het. gesteld met het chris tendom in Japan? Omstreeks 1560 deed het er zijn intrede en wel in Nagasaki. De bekende zestiende-eeuwse missio naris Franciscus Xaverius introdu ceerde de westerse godsdienst in het land van de Rijzende Zon. Aanvankelijk had het er alle schijn van, dat Japan een groot succes zou worden voor de missionarissen. Zeer veel Japanners omhelsden de nieuwe leer. Onder hen waren ook tal van vooraanstaande figuren, die hoge functies aan het hof, in de regering en in het bedrijfsleven bekleedden. Na 1600 evenwel begon de wind te draaien. De regering vreesde, dat de paters, die naar Japan kwamen, de „stoottroep" waren van een mogend heid (Spanje-Portugal, toen in personele unie verenigd), die beoogde Japan te veroveren. De Nederlanders, die om streeks die tijd in Japan een factorij begonnen waren en de Iberische koop lieden en paters als concurrenten be schouwden, spraken, minstens genomen, de opvatting der Japanse overheid niet tegen. Als protestanten waren zij geen vrienden van Rome. Als koop lieden scheidden zij de zaken des ge- loofs en des handels. Christendom be schouwden zij niet als exportartikel. De vaak zeer harde behandeling, die de Iberische missionarissen in Japan ten deel viel, deerde de Nederlanders niet. Steeds trenger werden de maatre gelen, die de regering tegen de Japan- De Grieks-orthodoxe kerk in To kio, gewoonlijk aangeduid met „Nikolai-cathedraal", naar de stichter, de Russische aartsbis schop Nikolai, die het gebouw in 1891 stichtte. Toen Japan tegen 1860 zijn „deur weer opende", bleek, dat er toch nog een kleine groep christenen bestond. Van vader op zoon gedurende ruim twee eeuwen had die groep zich ge handhaafd. Na de openstelling des lands kwam er spoedig godsdienstvrij heid. Opnieuw gingen zendelingen en missionarissen naar het Land van de Rijzende Zon. Opnieuw omhelsden een aantal Japanners de christelijke leer. Kerken verrezen. Een der mooiste is de Nikolai Kerk, een Grieks-katholieke kathedraal, gebouwd door de Russische bisschop Nikolai in 1891. Indrukwekkend staat hij (in Tokyo) op de heuvel Surugadai. Zijn prachtige koepel en mooie kerkklokken hebben reeds meni ge Japanse dichter geïnspireerd tot fraaie verzen. Op het ogenblik telt Tokyo vele christelijke kerken, zendings- en missie centra. benevens een paar christelijke hogescholen. Dit bewijst, dat het chris- De St-Ignatiuskerk in Tokio, één van de gaafste katholieke bede huizen in de Japanse hoofdstad. tendom niet voor de poorten van Japan is blijven staan. Vooral na 1945 ont plooiden missie en zending een grote activiteit en lieten veel Japnners zich dopen. Veel het wordt door de Ja panners dankbaar erkend hebben christelijke organisaties na de oorlog gedaan ten behoeve van de Japanse bevolking. Met andere religieuze orga nisaties hielpen zij de nood en de ellende lenigen. In hoeverre het christendom even hecht verankerd is in het Japanse hart als het shintoïsme en het boeddhisme, laat zich moeilijk beoordelen. Er bestaan tegenstrijdige meningen op dit punt. Wel staat vast. dat ook de Japanse christenen vurige patriotten zijn en dat, althans in dit opzicht, de geest van het shinto hen nog immer bezielt. VERKRIJGBAAR BIJ VTVESLAAN 7 (achter Fatimakerk) BREDA Telefoon 47075 De Britse socialistische partij heeft bij de gemeenteraadsverkiezingen donderdag in tweeëndertig nieuwe raden van voor steden die deel uitmaken van Groot-Lon- den de meerderheid behaald. Labour boekte tot dusver voorts een nettowinst van 254 zetels in de verschillende provin ciale en stadsraden. Terwijl de algemene verkiezingen nog slechts vijf maanden verwijderd zijn to nen de uitslagen van donderdag dat de zwenking van de kiezers naar links zich voortzet, zoals al aanwijsbaar was. bij de verkiezingen voor de graafschapsraden die vorige maand zijn gehouden. De plaatsvervangende voorzitter van Labour, Brown, zei vrijdag dat zijn partij de aanstaande verkiezingen zal winnen. „Het wordt een politieke aardverschuiving" aldus Brown. De liberalen verloren tot dusver netto 59 zetels, terwijl de verliezen van de con servatieven per saldo 132 en die van de onafhankelijken 64 zetels bedroegen. (Advertentie) GOUDEN PISTOLEN, bokkepootjes en ge weertjes. Deze en nog vele andere prachtige antieke voorwerpjesvanedelmetaalzietu in de SCHATKAMER ONDER DE LIJNBAAN Expositievan edelstenen.mineralen.fossielen antiquiteiten etc. Diamantslijperij in bedrijf. Geopend elke dag van 9-5 uur.Toegang vrij. edelsteenkundige f.g.a. diamantexpert g.i.a. LIJNBAAN92 r'dam De 30-jarige Amerikaanse legerofficier Alfred Svenson die in mei 1963 naar Oost-Duitsland uitweek, is naar het Westen teruggekeerd, zo deelde donder dag een woordvoerder van het Ameri kaanse hoofdkwartier in Heidelberg mee. In antwoord op vragen zei hij, dat de kapitein donderdagavond door Russische functionarissen bij de grenspost Wartha- Herleshausen aande Amerikanen was overgedragen. Hij bevindt zich nu in Amerikaanse militaire hechtenis in West- Duitsland. Meer bijzonderheden wilde de woordvoerder niet verstrekken. In mei 1963 maakte het Amerikaanse hoofdkwartier in Europa bekend, dat kapitein Svenson, die bij de afdeling halfzware tanks diende, in een jeep naar Oost-Duitsland was vertrokken. Van an dere zijde werd verklaard, dat Svenson in Oost-Duitsland politiek asiel had ge vraagd. Svenson vluchtte met zijn moeder na de tweede wereldoorlog uit Litouwen en woonde, tot hij in 1949 naar de Ver enigde Staten emigreerde, in vluchtelin genkampen. Hij diende in Korea waar door hij automatisch het Amerikaanse staatsburgerschap verwierf. Een vroegere president van de alge mene vergadering der Verenigde Naties, de Chileen Jose Maza Fernandez, is woensdag op 75-jarige leeftijd in Santiago overleden. Maza Fernanlez leidde de Chileense delegatie naar de oprichtingsvergadering van de volkerenorganisatie in 1945 in San Francisco. (Advertentie) (Bijzondere correspodentie) De arrestatie en verbanning van de Zuidrhodesische Afrikaanse natio nalistenleider Joshua Nkomo zal mo gelijk de crisis rond het leiderschap van de Afrikanen in dit land oplossen. Nkomo verwerft voor de eerste maal de veelbegeerde onderscheiding voor moed: een gevangenisstraf. Nkomo is lange tijd een verdachte figuur ge weest voor zijn volgelingen in Zuid- Rhodesië en voor andere nationalis tische Afrikaanse leiders wegens zijn weigering om voor zijn politieke me ning in de gevangenis te geraken. Tijdens zijn leiderschap zijn in zuid- Rhodesië drie nationalistische partijen door de wet verboden en iedere keer wist Nkomo uit het land te vluchten of buiten schot te blijven, terwijl mindeie parijleden naar de gevangenis gingen. Nkomo is enkele malen tot korte vrij heidsstraffen veroordeeld wegens scnen- ding van de strenge veiligheidswetten van zijn land, maar iedere keer wist hij de dans te ontspringen door beroep aan te tekenen tegen zijn vonnis. Vele intellectuelen onder zijn volgelingen thuis en in andere landen waren ervan overtuigd dat Nkomo slechts een stro man was, die niets waard was als de zaken slecht verliepen. Vorig jaar augustus stootten de mees te bestuursleden van de verboden Zim babwe Afrikaanse Volksunie tezamen met de jonge partij-intellectuelen Nko- mo's partij onder leiding van dominee Ndabaningi Sithole, Nkomo uit de partij en vormden de Zimbabwe Alxikaanse Nationale Unie. De steun van de partij slingerde tussen Sithole en Nsomo Sommige Afrikaanse leiders, vooral president Kwame Nkroemah en pre mier Hastings Kamoezoe Nbanda van Nyassaland, steunden Sithole. Anderen hielden zich afzijdig en weer anderen, waaronder dr. Kenneth Kaunda uit Noord-Rhodesië, gaven hun steun aan Nkomo. De arrestatie en verbanning hebben nu de balans in het voordeel var Nko mo doen overslaan. Men verwacht dat binnen enkele weken de rest van de Afrikaanse nationalistische beweging zich achter hem zal scharen. Dit zal tenminste enige troost geven aan Nkomo, terwijl hij zijn jaar balling schap uitzit in liet afgelegen gebied in het verre zuiden van zuid-RLode'sië, bij de grens van Mozambique. Het was reeds maanden geleden dui delijk dat Sithole er niet in ges.aagd was de steun van het volk te verwerven. De meeste leden van zijn partij, de Z.A. N.U.{ liepen weer over naar Nkomc's partij, de partij voor de bescherming van het volk (P.P.C.), en zijn hoop vervloog. Op 8 augustus 1963 de dag van de oprichting van de Z.A.N.U. had een enthousiaste Sithole nog de pers om zich heen verzameld in Highlield. een negerwijk van Salisbury. Hij deelde toen communiqués uit over de oprichting van de nieuwe beweging. Mei, de ge boorte kwam een opleving van nationa listische activiteit, die gepaard ging met een terreur in de stadswijken van straat, stenen en benzinepompen, de nieuwe wapenen van politieke overredings kracht Sithole en zijn aanhangers hadden het intellectuele kader van Nkomo's partij gevormd en waren reeds zijn naaste medewerkers toen in 1962 de Zimbabwe Afrikaanse Volksunie (Z.A.P.U.) verbo den werd. Zij waren het die beslaten geen nieuwe partij ter vervanging van de Z.A.P.U. te vormen, welke de derde partij onder leiding van Nkomo was die door de toenmalige regering van sir Ed gar Whitehead werd verboden Nkomo was woedend over de ourich- ting van de Z.A.P.U. en slingerde be- schuldigingen van verraad naar zijn vroegere medewerkers. Hij riep een conferentie van 1.000 afgevaardigden bijeen, die stemden voor de oprichting van de PPC en die Nkomo voor het leven als voorzitter benoemden Hij verkreeg van hen dictatoriale bevoegd heden. Hij verklaarde dat de P.P.C. geen po litieke partij was, getrouw aan zijn be lofte om de ZAPU niet te vervangen. De nieuwe partij zou geen officieel in geschreven organisatie zijn, zou er geen ledenlijst op na houden en men zou zich niet bezighouden met partijfunctiona rissen en financiën. Aan de top zetten Nkomo en Sitholde hun wederkerige lastercampagne voort, in de lagere regionen veroorzaak te de splitsing een intimidatiecampagne, welke sinds augustus de stadswijken in zijn greep heeft gehad. Maar de strijd om de macht tussen blanken en kleurlingen was weer opge laaid. Nkomo vocht voor zijn politieke leven, en won. Hij kreeg wederom de steun van de massa en Sithole kwam tot de ontdekking dat hij een partij leidde die slechts de steun genoot van een klein gedeelte van de reeds minime Afrikaanse middenklasse en een nog kleinere groep intellectuelen. De Z.A.N. U begon de campagne met niets. Sit hole stuurde delegaties naar premier Field om een constitutionele vergade ring te laten beleggen. De blanKe leider wees de voorstellen van de hand. Maar Sithole wees er op dat deze ontmoeting een noodzakelijke eerste stap was tot zijn „confrontatiepolitiek." Een lid van het partijbestuur van de Z.A.N.U., Edison Zvobgo, verklaarde dat men de partij er niet' van kon beschuldigen niet tot onderhandelingen bereid te zijn, maar dat hun voorstellen door de blanken verworpen waren. Niemand heeft kunnen ontdekken wat de volgende stap van de partij had moe ten zijn. De energie, waarmee men be gonnen was scheen op te zijn en u'l het hoofdkwartier in Salisbury werd mets meer vernomen Sithole, e:n han dig en volkomen integer politicus, had waarschijnlijk beseft dat, voor hij zijn verdere plannen kon uitvoeren, hij de steun van de massa nodig had. Er blijft hem nu niets anders over dan toe te geven dat de Z.A.N.U. gefaald heeft en de partij te ontbinden, of verder t» strij den als leider van een groep briljante en toegewijde mensen van een poli tieke partij die geen reden van bestaan heeft wegens gebrek aan steun. VEZENO ZAANDAM WESTZIJDE 212 - TEL. 6 3441 ZONDAG 10 mei. Zondag na Hemelvaart. Wit. Mis: Exaudi. Credo. Prefatie van Hemelvaart. MAANDAG 11 mei. H.H. Philippus en Jacobus. Rood. (Philippus behoorde met Petrus en Andreas tot de eerste volgelingen van Christus. Hij predikte in Frygië, waar hij de marteldood stierf. Jacobus behoorde tot de bloed verwanten van Christus. Hij was de eerste bisschop van Jeruzalem, waar hij in het jaar 62 de marteldood stierf). Credo. Prefatie van de Apostelen. DINSDAG 12 mei. H.H. Nereus, Achilles, Domitilla en Pancratius. Rood. «Nereus en Achilles werden omstreeks 98 ont hoofd. Ook de maagd Domitilla wordt als martelares vereerd. De 14-jarige Pancratius werd in 304 gemarteld). 's-Hertogenbosch: H. Wiro. Wit. (Tijd genoot van de H. Willibrordus. Hij werd samen met de H. Plechelmus te Rome tot bisschop gewijd. Hij predikte vooral in het land van Gelder, Kleef cn Gulik, Omstreeks 710 stierf hij te Sint-Odiliënberg bij Roermond). Twee de gebed H.H. Nereus, Achilles, Do mitilla en Pancratius. Prefatie van He melvaart. WOENSDAG 13 mei. H. Servatius. Wit. (Als eerste bisschop van ons land. was hij de grondlegger van het geloof in deze gewesten. De bisschoppelijke tel bracht hij over van Tongeren naar Maastricht, waar hij in 384 stierf). Tweede gebed voor de bisschop: Deus, omnium. Verjaardag van zijn wijding. Derde gebed H. Robertus Bellarminus. DONDERDAG 14 mei. Mis van Hemel vaart. Wit. Tweede gebed H. Bonifa- tius. Prefatie van Hemelvaart. VRIJDAG 15 mei. H. Joannes Baptista de la Salie. Wit. (Te Reims in 1651 gebo ren. wijdde hij zich geheel aan zijn ideaal: de opvoeding van de arme, ver waarloosde jeugd. Daartoe stichtte hij de Congregatie van de Broeders der Christelijke Scholen. Veel onbegrip en tegenwerking moest hij overwinnen. Hij stierf in 1719). Prefatie van Hemel vaart. ZATERDAG 16 mei. Vigilie van Pinkste ren. Rood. Prefatie, Communicantes en Hano igitur van Pinksteren. Archeologie heeft mij altijd geboeid; feller nog dan die agent toen ik in bescheiden mate weer spannig was. Ik reed dan ook snel naar Leiden, toen een weekblad vroeg om een Assistent bij Op gravingen in Egypte. De professor woonde in een oud herenhuis. Zijn naam stond in Griekse letters op de deur, zodat alleen studenten en afgestu deerden die konden lezen. Ik werd, nadat ik het dienstmeisje een vrien delijk kneepje in de wang had gegeven, snel bij hem toegelaten. Hij stond bleekjes in de hoek, maar toen ik hem een hand gaf bemerkte ik m'n vergissing: het was een studie-skelet. De geleer de zelf zat als een aap geklemd tegen een wand vol boeken. Hij kwam moeizaam naar beneden en reikte mij nu zijn eigen hand. „Ja, die ver gissing komt meer voor", sprak hij verontschuldi gend, „we lijken ook een beetje op elkaar en het is hier vrij duister. Het is Nep, een vorstin uit de Twaalfde Dynastie voor Christus. Hoewel, het kan ook een ander zijn, dat waet je met die dingen nooit zeker. Ik wil nu weer niet zover gaan als mijn collega Beierkruier, die beweert dat het een plastic-geraamte uit de Hema is. Dat is louter afgust van die man omdat hij er zelf geen heeft. Nep heeft acht jaar geregeerd en bracht land en volk tot grote bloei. Ze voerde de belastin gen hoog op, maar lang niet tot de hoogte die wij nu kennen. Kwam u op de annonce af?" Ik antwoordde be vestigend. „Er moeten in de buurt van Gizeh nog dingen in de grond zitten", zei de professor, „waar we geen weet van hebben. Het is maar zeer ten dele bekend, welk beschavingspeil die oude Egyptenaren hadden bereikt; ze heb ben ons de kalender gegeven en de pyramiden. maar volgens mij moet er meer zijn. Hè hè, ik ben doodmoe. Dit zelfde heb ik namelijk vandaag al 24 keer gezegd. Wat hèb ik hier een men sen binnengehad! Een echtpaar dat voor niets op vakantie wilde. Een inbreker. Een zandhandelaar die zijn voorraad in de Sahara wilde gaan uitbreiden, voor niets. Een communist die wou spioneren. Maar u lijkt me wel wat; u hebt een intelligent hoofd. Morgen ochtend acht uur, kan dat?". „De in leiding?", vroeg ik. „De reis", ant woordde hij. „Zorg dat je banden hard staan en neem wat boterhammen mee voor onderweg. De rest betaal ik uit een regeringsbeurs". Twee dagen later werd mijn Volkswagen te Caïro aan wal gezet vanuit de boot en nog een dag later stonden we midden in Boven- Egypte voor een herdershut. „Hoera", riep de professor, „een verlaten her dershut uit de tijd van Ramses de Derde. Ik zie het aan de stijl. Nee, stommeling, niet de deur-stijl, maar de bouwstijl. Ga maar eens naar binnen". We deden het. Nooit had ik geweten, dat archeologie zo'n eenvoudige weten schap is. De professor haalde alles overhoop en jubelde steeds luider. „Een vuurtang met een Osiriskop," riep hij, „wat zullen ze daar in Leiden blij mee zijn. En hier, kijk eens, een authen tieke pijl en boog uit de Hyksos-pe- riode. Deze hut is kennelijk eeuwen lang gebruikt door nomaden. Ze heeft de tijd getrotseerd". Zielsgelukkig laadde hij alles in een grote zak. Ineens riep ik hem. Ik had een mummie gevonden. In het kel dertje. „Mijn hemel", zei de professor. ..Een mummie, hoe heerlijk. Een ver knocht aanhanger van de pharao moet deze mummie in veiligheid hebben ge bracht toen de overweldigers nader den. Een typisch-Egyptische eigen schap die aanhankelijkheid. Nefertete was volgens de geschiedschrijvers ook zo'n aanhankelijk mens; ze hing aan iedereen. Zeg, wil je hem zolang ach ter in je auto leggen? Ik zie het al staan: OUDHEIDKUNDIGE VONDST VAN GROOT BELANG IN EGYPTE". Een beetje ontevreden sjouwde ik de mummie naar mijn achterbank. „Ten slotte heb ik hem gevonden", zei ik, „dus ik ruil de publiciteit graag heb ben". „U werkt onder mijn leiding, waarde heer", zei de professor. Toen ik terugkwam, had hij een antiek soep bord in de hand. „Alexandrisch porce- lein", zei hij. Eeuwen zien ons aan. Generaties hebben uit dit bord soep gegeten en pap. Maispap misschien". „En groentesoep", merkte ik op. „Wat zal Leiden blij zijn", sprak de geleer de. „Het bord draagt een Sfinx op de achterkant; dit is het symbool van de koning; misschien was de bewoner van deze hut hoveling of hofnar en had hij het gestolen". Nü was liet tijd voor mijzelf om te juichen. Er stond een heus radiootje in de verweerde kast. Ik draaide eraan en onmiddellijk sprak een stem: „Hier volgen de Nieuwsbe richten, voor de Nederlandse Radio- Unie verzorgd door het Algemeen Ne derlands Persbureau A.N.P." „Maar ze hadden toch geen radio's?", vroeg ik. Het zal wel door een toerist ach tergelaten zijn", antwoordde de pro fessor, doe het maar in de zak". „Maar ik....", wierp ik tegen. „Onder mijn leiding", zei hij. Tegen het middaguur kreeg ik be hoefte aan een sigaret en ik ging die buiten zitten roken. Ineens sperde ik de ogen wijd open. De mummie kwam de wagen uit, begon vreselijk te geba ren en te schelden en liep naar bin nen. waar hij de professor een afram meling gaf en een sauskom uit de han den rukte. Met de grootste moeite ont kwamen wij. „Wat was er aan de hand? vroeg ik. „Hij vond ons ge mene inbrekers", sprak de professor, „en hij zei dat hij hier al jaren woont. Hij is kameeldrijver. Overdag slaapt hij en 's nachts gaat hij op pad. Je dacht toch niet écht dat het een mum mie was? Het was gewoon een ma gere vent". „Gunst", zei ik, dan zal Leiden toch niet zo blij zijn als u dacht". „Wees maar blij", antwoordde hij. „We zijn net op tijd weg. Anders had hij me vermoord en dan was Leiden in last geweest". YORICK

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1964 | | pagina 51