MAAKTE HANNIBAL EEN ZOMERREIS JE? Ijskap aan het smelten Nieuw voor lichtingssysteem bedrijfsinrichting voor Van mist wordje N. BROKER BERGEN OP ZOOM: Officier van justitie tot verdachte: Ef "1 aten... ist... V EN, S ;tatie- g kleding IS Feiten en cijfers Rampvloeden Droogte Voorkomt schade aan nationale economie „Mistige" zitting kantonrechter Bergen op Zoom 18 werk voor U. 15% loonsver- sstelsel-prima vrije zaterdag - inlandse trein- g verdere ïnlicn* Uw schriftelijk» van leeftijd en D A N E G 1 2 19 DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 22 FEBRUARI 1964 ist bij Van Gent. aold vakman dient met vele id. In onze gaarne op hnisch vakman.- :ussen 7 en 9 e gewenste in- <t. an RICHTING GEERTRUIDENBERG age- JDENS DÓR- ZIEKTE weten? of «en komen (I U op on* werkdag Maandag- Je andera DELEN 620-3901 uur 4527 Het lijkt onmogelijk dat in deze barre woestenij ooit wijngaarden te vinden zul len zijn. Toch is de moge lijkheid niet uitgesloten. We zullen in dat geval echter meer naar trater dan naar wijn snakken. HET WORDT WARMER Nederland anno 19367 (Van een bijzondere medewerker) ALLE levende wezens zullen eens van koude sterven, want de tem peratuur van de aarde beweegt zich in dalende lijn. Dit kon men dertig a veertig jaar geleden vaak in wetenschappelijke kringen vernemen. Allengs echter heeft een ander inzicht terrein gewon nen. Thans staat men in wetenschappelijke kring op het stand punt, dat veeleer gerekend moet worden met de mogelijkheid van een warmte- en droogte-catastrofe, die grote delen der aarde, waar onder West-Europa, bedreigt als gevolg van klimaatsveranderingen die zich vooral op het noordelijk halfrond voltrekken. Wij willen dit eens nader bezien. De bestudering der aardkorst heeft geleerd, dat in de loop der talloze miljoenen jaren, die de aarde bestaat, klimaatswijzigingen zeer belangrijk zijn geweest zowel voor het uiterlijk der wereld als voor het lot der mensheid. Spitsbergen, thans een ijskast, had eens een tropische plantengroei, getuige de daar aanwezige grote hoeveelheden steenkool. De nu zo droge Sahara was eens een bloeiend land. Aardrijkskundigen en weerkundigen hebben dikke, zeer geleerde verhandelingen geschreven over de betekenis van het klimaat voor de beschaving. Duidelijk stelden zij in het licht, hoe groot de invloed van klimaatswijzigingen op de loop van de beschavingsgeschiedenis der mensheid is geweest. In grote delen van Europa wisselden in een (naar geologische maatstaf) nog niet zo erg grijs verleden ijstijden en tussen-ijstijden. polaire, tropische en subtropische klimaten elkaar enige malen achtereen af. Als het ijs zich uitbreidde, dreef het de mensen in zui delijke richting voor zich uit. Daar entegen „zoog" het de mensen naar het noorden, als het zich terugtrok. Thans is het ijs bezig in te krimpen. Vindt deze krimping voortgang, dan zullen de gevolgen in menig opzicht zeer onaangenaam zijn. Sedert 1900 zijn vooral in de Noord- Atlantische gebieden aanmerkelijke temperatuursveranderingen geregis treerd. Een vrijwel algemene stijging der wintertemperaturen wijst er op, dat wij een warmer klimaat krijgen. De gemiddelde januari-temperaturen Midden-Europa stegen in onze eeuw met ruim 2° Celsius. Groenland en Spitsbergen vertoonden de opvallendste temperatuursverande ringen. Een verhoging van 7° Celsius der januari-temperaturen mag immers stellig belangrijk worden genoemd. Ook in Rusland, Noord-Amerika en Fin land stelde men een stijging van de wintertemperaturen gedurende de laat ste tientallen jaren vast. De periode, waarin landbouw kan worden beoe fend, duurt op het ogenblik in Noor wegen ruim twee weken langer dan in 1900. De boomgrens in Scandinavië is in de loop dezer eeuw geleidelijk aan naar het noorden verschoven. Op grond van deze en soortgelijke feiten kwamen de weerkundigen tot de conclusie: Het wordt warmer op het noordelijk half rond. Voorts constateerden de mannen der wetenschap nog, dat de in noordelijke richting gaande zeestromen warmer en zoutrijker zijn geworden. Metingen op verschillende plaatsen in de noorde lijke zeeën brachten aan het licht, dat de temperatuur van het zeewater daar met minstens 2° Celsius en het zout gehalte met 2 %o is toegenomen. Het gevolg van een en ander is ge weest, dat het poolijs merkbaar in kromp. Het poolijs is bezig te smelten. Nansen stelde in 1895 vast, dat het een dikte had van 3.65 meter, de Russische poolvorser Sedow mat in 1938 nog slechts een dikte van 2.18 meter. Wat dit betekent, ziet men in, als men voor ogen houdt, dat er om en nabij de beide polen ijsvlakten liggen met een oppervlakte van ten naaste bij 15.000.000 km2. Zou al het ijs van Groenland smelten, dan kwam er meer water vrij dan de Noordzee en Oostzee thans samen bevatten. Gaat dus de smelting van het poolijs verder, dan zullen de oceanen en zeeën zulke wa- tertoevloeden moeten verwerken, dat hun peil met dertig tot veertig meter zou stijgen. Dit betekent, dat tal van laaggelegen delen der vastelanden en eilanden door de zee zullen worden verzwolgen. Am sterdam en Den Haag zullen tot ver dronken steden worden op de bodem der zee. Niet langer zal het heten: Zandvoort en Sclieveningen aan Zee, maar Zandvoort en Scheveningen on der Zee Niet alleen het poolijs is bezig te smel ten, ook de „eeuwige" sneeuw en het „eeuwige" ijs in de hooggebergten ver tonen duidelijk de inwerking der zich voltrekkende klimaatswijzigingen. Vrij wel overal, waar eeuwige sneeuw en ijs te vinden zijn (in de Alpen, in de Himalaya, in de Pyreneeën, op de glet sjers van Spitsbergen en op de hel lingen van de Kilimandsjaro in tropisch Afrika) heeft men in onze eeuw een inkrimping van het met sneeuw en ijs bedekte oppervlak kunnen constateren. Omstreeks 1900 begon deze inkrimping. In de laatste dertig jaren vond zij hier en daar zelfs in versneld tempo plaats. Duitse geologen kwamen op grond van nauwvezette gletsjermetingen tot de slotsom, dat in onze eeuw het gezamen lijke oppervlak der Alpengletsjers met ruim 20% is afgenomen. De oorzaak hiervan is de geleidelijke tempera- tuursverhoging. Gaat de afsmelting der gletsjers in het huidige tempo verder, dan zullen over anderhalve eeuw druiven en ander ooft kunnen worden geteeld waar nu nog een „eeuwig'' sneeuw- en ijslandschap te vinden is. De Mont Blanc en zijn wit- gemutste kornuiten zullen dan in plaats van sneeuwbergen wijnbergen zijn. De inkrimping van het poolijs zal wij wezen er reeds op een stijging van het zeeniveau en de overstromin gen van vruchtbare landstreken met zich brengen. De verdwijning der glet sjers zal tot heel andere, maar niet minder fatale gevolgen leiden Immers, de vruchtbaarheid van een gebied wordt in aanzienlijke mate bepaald door de hoeveelheid water, die zich daar bevindt. Tal van grote rivieren (in Europa de Po, de Rijn, de Donau, de Rhone en andere) zijn voor een be langrijk deel „smeltwater-rivieren". Dat wil zeggen: „zij danken hun water aan de periodieke smelting van sneeuw en ijs in de bergen. In de zomer is 25% van het Rijnwater gletsjerwater. Bij de Donau ligt dit percentage zelfs bijna dubbel zo hoog. Zijn er geen gletsjers meer die smelt water leveren, dan zullen dus tal van, min of meer grote, rivieren tot perio diek droge of smalle stroompjes wor den. Het verkeer zou daarvan een gro te belemmering ondervinden. Eni ge malen reeds beleefden wij voor proefjes van die ontwikkeling, bij voorbeeld in oktober 1951 in Duits land, toen daar door de droogte Wat de verre toekomst in haar schoot verborgen houdt, weet niemand ze ker. Niettemin mag de mens niet ver zuimen, ernstig aandacht te schenken aan verschijnselen, die op de duur voor de mensheid van levensbelang kunnen blijken te zijn. de waterstand zo was gezakt, dat schepen, die via de Elbe naar Ber lijn voeren, slechts in halve last konden varen. Maar ook in ander opzicht zou het uitblijven van het smeltwater voor sommige delen van Europa noodlottig zijn. Duits land, Noord-Italië en de Donaulan- den zouden te kampen krijgen met droogte, onvruchtbaarheid, steppe vorming, ziekte, dood en ontvol king. De grondwaterstand zou eveneens da len. Trouwens, deze daling is hier en daar reeds merkbaar geworden als ge volg van de gestegen temperaturen en de geringer geworden sneeuwval in de winter, welke verschijnselen veroor zaken, dat de aarde meer vocht afgeeft. Bovendien hebben de kanalisatie („recht-trekking") van tal van beken en rivieren, alsmede de drooglegging van moerassige streken bijgedragen tot het uitdrogingsproces (met als ge volg daling van de grondwaterstand). In dit verband zij nog opgemerkt, dat ook de sterke houtkap, die in som mige Europese landen voorkwam (en voorkomt), stimulerend gewerkt heeft. Bij dit alles komt, dat het waterver bruik in deze eeuw kolossaal is toege nomen. Alleen voor huishoudelijke doeleinden reeds is in West-Europa Een kijkje op de Scheve- ningse haven. Als de som berste verwachtingen werke lijkheid worden, dan zou men over vele eeuwen deze haven op de zeebodem moe- ten zoeken het verbruik van water thans meer dan vijftienmaal zo groot als in 1900. De industrie verbruikt eveneens heel veel water. Om een ton ijzer uit erts te winnen, zijn 15 m3 water nodig en om uit steenkool een ton cokes te verkrij gen minstens 5 m3. Een paar jaar ge leden zei een steenkool-deskundige in het Ruhrgebied, dat de tijd kan ko men, waarin water duurder zal zijn dan steenkool. De thans als het ware in voorbereiding zijnde droogte kan dus zowel voor de landbouw en het huiselijk leven als voor de industrie uiterst bedenkelijke gevolgen met zich brengen, Het is een schrale troost, dat op de Mont Blanc en andere sneeuwber gen later een aantal wijnbouwers misschien een goed bestaan zal vin den. Water is belangrijker dan wijn De nadelen van de verdwijning der poolijskappen en der gletsjers we gen héél wat zwaarder dan de klei ne voordelen, die er hier en daar het gevolg van zullen zijn. Hoe kunnen wij de hier kort geschetste verschijnselen verklaren? De geleerden breken zich sedert vele jaren het hoofd over deze vraag. Uiterst nauwgezet be studeerden zij de luchtdruk, de winden, de ijsbergen en andere meteorologische en oceanologisches verschijnselen. Dit alles bracht hen tot het inzicht, dat het „warmer worden" in eerste instantie moet worden verklaard door een ver sterkte luchtcirculatie op aarde. Wijzi gingen en verschuivingen der gebieden van hoge en lage luchtdruk, zomede versterkte luchttoevoer uit het zuiden maakten dat er meer lucht in noorde lijke streken belandde. In tweede in stantie (dus om die wijzigingen, die „eerste oorzaak") te verklaren, denkt men aan een verschuiving der aardas, waardoor het warmte-effect der zonne straling op aarde groter wordt en de temperatuur dus stijgt. Een uiteindelijke, algemeen als juist erkende, verklaring is evenwel tot dusver niet gevonden. Heel veel waarnemingen zal men nog moeten doen (ook in de gebieden bij de zuidpool), alvorens een wetenschap pelijk ten volle verantwoorde ver klaring van de behoudens te eniger tijd optredende tegenkrach ten langzaam naderende warmte- catastrofe mogelijk zal zijn. Intussen, hoe boeiend het ook is om te vorsen naar de verklaring van een naderend onheil, het vooruitzicht van wat ons nageslacht te wachten staat, is allesbehalve boeiend. Zelfs de over weging, dat men aan de hand van de zich thans (in onze tijd) manifesteren de klimaatswijziging het standpunt zou kunnen verdedigen, dat Hanni bal's beroemde tocht over de Alpen wellicht niet veel anders was dan een goed-georganiseerde militaire mars bij opwekkend' lente, of herfstweer inste- de van een zware tocht over gletsjers en besneeuwde passen, kan ons niet verzoenen met het vooruitzicht der grote bedreigingen, die de huidige tem peratuurstijging (indien zij tenminste aanhoudt!) voor de mensheid in zich insluit. Wat Nederland betreft, moeten wij bovendien letten op het feit, dat onze bodem neiging tot dalen vertoont, hetgeen de stijging van het zeeniveau nog bedenkelijker maakt dan zij reeds is. Uit wat wij hier schreven mag niet de conclusie worden getrokken, dat er in de nabije toekomst rampen op het program staan. In de verre toekomst echter zullen er door de hier gesigna leerde verschijnselen wèl rampen ont staan. Het is dus zaak om in ge meenschappelijk overleg op hoog ni veau en op brede basis reeds nu maat regelen te beramen om te bevorderen, dat de aarde ook in komende eeuwen bewoonbaar blijft. (Van onze verslaggever) Nicolaas Broker uit Bergen op Zoom vindt zichzelf geen buitengewoon mens. En wanneer men in een gesprek met hem wellicht een andere indruk krijgt, dan zal hij de bezoeker met ontwapenende overtuigings. kracht het tegendeel bewijzen- Nicolaas Broker, 43 jaar oud, geboren in Nieuwkoop, is directeur en eigenaar van het Losbladig Centrum te Bergen op Zoom. Een instituut, dat sinds kort een produkt op de markt heeft gebracht van bijzondere kwaliteiten. Het is een bepaald systeem, bestemd voor groot-, middel- en kleinbedrijf, dat een over. zicht geeft van alle hulpmiddelen en artikelen, die nodig kunnen zijn voor een goede bedrijfsinrichting. zeven jaar geleden met het ontwikkel3n van een systeem hiervoor, dat thans, nu het gereed is, een zeer eenvoudige in druk maakt. In grote trekken komt het hierop neer. dat de heer Broker en zijn staf alle mededelingen in welke vorm dan ook over artikelen betreffende be drijfsinrichting ontvangen en selecteren, deze in bepaalde rubrieken onderbren gen en deze via een code aan de deel nemende bedrijven" doen. toekomen. Oih in het bezit hiervan te komen geeft men zich op als abonnee van het systeem. Dat het voordeel van dit nieuwe sy steem duidelijk is, wordt wellicht het best aangetoond door het feit, dat vele bedrijven door het hele land zich reeds Nicolaas Broker met zijn nieuwe als abonnee hebben gemeld. Minstens systeem. even goed kan overigens de heer Broker zelf de voordelen onder de aandacht Een systeem, dat de heer Broker ze ven jaar studie heeft gekost. Studie van het advertentiewezen, van de economie, van vele andere zaken, die hij moest kennen om zijn systeem te kunnen lan ceren. De heer Broker ondervond vele malen, dat de grote toevloed van vak bladen, brochures, folders, etc. etc. ver warrend werkt op de leider van een be drijf. Weliswaar ontving deze zo velerlei informaties, maar ze kwamen ongeor dend binnen. Zo ongeordend en chaotiscn werd de stroom van voorlichting, dat de ondernemer geen overzicht meer kon hebben van alles wat er te koop is op het gebied van de bedrijfsinrichting. Hieronder moet men alles verstaan wat niet rechtstreeks te maken heeft met de produktie. Het aanschaffen van koffie zetmachines of het neerzetten van een rijwielstalling of het produceren van ge schikte achtergrondmuziek voor het per soneel vallen hieronder. Eenvoudig Van enige geordende voorlichting op dit gebied was geen sprake. De heer Broker zag hier brood in en begon (Van onze verslaggever) Niemand zal willen beweren, dat de Bergen op Zoomse kantonrechter voortdurend naar de bekende weg vraagt. Toch leek het daar tijdens de zitting van het kantongerecht wel wat op. Een min of meer braaf Bergenaar moest zich namelijk verantwoorden voor het zich bevinden in kennelijke staat van dron kenschap op de openbare weg. „Hoe kwam dat nouvroeg de kantonrechter vol mild begrip. Het antwoord van de verdachte kwam in al zijn eenvoud als een anti-climax: geen dramatische uiteenzetting van moeilijkheden thuis, slechts die ene opmerking: „Te veel op Dat de toevoeging „eerwaarde" in plaats van „edelachtbaredaarna minder passend was, deed niets ter zake. "gedachte gaf later nog een nadere verkla ring. Kijkt u eens, zo iets gaat ongemerkt. Je zit ergens en dan komen Piet en Jan binnen en die geven een rondje weg. En wat doe je dan: je doet mee. Bovendien moet u niet vergeten, dat het die dag vreselijk koud was en ook heel erg mistig. Ik denk. dat ik door de kou ben bevangen, toen ik bui ten kwam Maar de officier van justitie trapte er niet in: „Van de mist word je anders niet dronken, hoor luidde zijn onbetwistbaar antwoord. De ver dachte vond het overigens zelf ook wel erg. Hij had inmiddels contact opgenomen met het Medisch Con sultatiebureau voor een ontwenningskuur en in ver band daarmee was de straf niet.zwaar: dertig gulden boete, waarvan vijftien gulden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar en toezicht van het Me disch Consultatiebureau. Zuigfles Al even mild was het college tegenover een jonge vader, die als bewijsstuk, dat hij inderdaad vader was, een bloem van een zoon had meegebracht naar de rechtszaal. De man was bekeurd, omdat hij zijn auto had geparkeerd op een plaats waar een stopverbod geldt. Hij was zich volkomen van zijn schuld bewust, maar voerde toch enige argumenten aan om zijn schuld zo gering mogelijk te doen schijnen. Hij was bij kennissen, toen de zuigfles van de baby op de grond viel en in scherven brak. Het was zondag en dus moest er gezocht worden naar een winkelier, die zo bereidwillig was om op zondag een nieuwe baby-zuigfles te leveren. De jonge vader ging er met de auto op uit, het hongerig geschrei van de baby nog in de oren. Was het verwonderlijk, dat hij meer lette op een geschikte winkel dan op verbodsborden? Toen hij er dan ook een gevonden had, zette hij de auto zonder meer langs de kant van de straat en kocht een zuigfles. Een toevallig passerend dienstdoend ambtenaar van politie aar zelde in die tussentijd niet zijn zondagse plicht te vervullen en schreef een bon. En omdat de jonge vader het schikkingsbedrag van f 7,50 toch wel rij kelijk hoog vond, kwam hij gisteren naar de kan tonrechter om te trachten er iets af te krijgen. Dat lukte hem: zowel de officier van justitie als de kantonrechter vonden dat een boete van vier gulden voldoende straf was. De veroordeelde verliet de zaal, terwijl hij tegen zijn nog onmondige zoon een ge- zich trok, waarop duidelijk te lezen viel, dat je maar flink moet zijn om iets te bereiken. Mist Het komt nog wel eens voor, dat er bij dichte mist met een onjuiste verlichting wordt gereden. Verplicht is ongedimd groot licht en daarom keken de heren achter de groene tafel nogal streng naar de verdachte, die met stadslicht had gereden. De verdachte voerde een ogenschijnlijk uitstekende ver dediging: het zicht was ruim honderd meter en dan mag je met het licht rijden, dat je zelf verkiest. Toen de officier hem erop wees, dat het zicht meer dan tweehonderd meter moet zijn, keek hij verbijs terd op: daar had hij nog nooit van gehoord. „Maar u hebt toch een rijbewijs", vroeg de officier van justitie. „Zeker", antwoordde de man, „maar ik had er toch nooit van gehoord, hoor". Voor de officier aanleiding om een boete van 25 gulden te vragen. Toen de verdachte hiertoe was veroordeeld, voegde de officier hem nog toe, dat hij er ditmaal 'wel heel goedkoop van af kwam: „U hebt nog een rijles ge kregen ook cn dat kost in deze tijd altijd nog een flink bedrag". Waarmee de verdachte het met anders dan eens kon zijn. brengen. Hij heeft zich, zoals hij zelf zegt, wereldberoemdheid verworven met het uitgeven van losbladige schaukbe- richten onder redactie van Max Euwe. Een ander produkt. een uitgave ten be hoeve van de B. B., werd volgens de heer Broker door de regering gestolen en pas na zeven jaar. toen hij dreigde met een proces betaald. Kern ,,Met deze nieuwe uitgave sta ik heel sterk', zegt de Bergse uitgever. „De gesubsidieerdezich nationaal noemende instellingen lo-pen met een boog om de oorzaak van de chaos op het terrein van de voorlichting over bedrijfsinrichting heen. Ze hebben de mond vol over documentatie en an dere zakenmaar ze doen er niets aan. Ik welik tast de oorzaak in de kern aanzie mijn systeem. En hoe". Hij zegt het met rotsvast vertrouwen in zich zelf. Een vertrouwen gebaseerd op de wetenschap, dat zeven jaar studie niet voor niets zijn geweest en op het feit, dat vele bedrijven zich enthousiast tonen. „Mijn systeem voorkomt een scha de aan de nationale economie, die jaar lijks in de tientallen miljoenen guldens loopt. Schade aangericht door het verlo ren gaan van waardevolle informatie, doordat niemand zich meer door die rijstebrijberg kan heen eten, aangericht ook door de onjuiste aanschaf van be paalde artikelen voor de bedrijfsinrich ting. die meestal maar lukraak geschiedt en daardoor dikwijls ook niet geheel vol doet. Ik stel de hulpmiddelensector in het middelpunt van de aandacht en daar mee geef ik een nieuwe dimensie aan de economie". Alleen ,,Vele jaren heb ik alleen gestaan, ge pionierd, gevochten tegen belangen- en pressiegroepen. Maar na deze periode van moeizaam worstelen heb ik bereikt, dat door mijn nieuwe uitgave de weten schappelijke en economische ontwikke ling van de bedrijfsinrichting een be langrijke stap vooruit zijn gekomen en wellicht zelfs in het laatste stadium is geraakt". De man, die dit van zich zelf en zijn werk zegt, begon zijn loopbaan na het doorlopen van de ulo als boekhouder bij Philips. Daarna heeft hij vier jaar lang als boekhouder gewerkt bij een middel groot garagebedrijf te Bergen op Zoom. Hierna vestigde hij zich als zelfstandig uitgever. Niet alleen zich zelf, maar ook Bergen op Zoom maakte hij, naar eigen zeggen, van Noord- tot Zuidpool be roemd. Als dank daarvoor weigerde het gemeentebestuur van Bergen op Zoom hem een grotere woning, waarin hij zijn bureau kon vestigen, zo zegt hij. Een rancuneus man, de heer Broker? Niet meer dan vele anderen. In ieder ge val een man, die streeft naar het afle veren van een goed produkt, een man ook, die weet wat doorbijten cn volhou den is. En zelfs dit laatste staat er op zijn eigen verzoek bij: „Dan zien de mensen in deze slampamperige tijd ten minste weer eens, waar je met volhar ding kan komen". (Advertentie)

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1964 | | pagina 13