MAAKTE HANNIBAL
EEN ZOMERREIS JE?
Ijskap
aan het
smelten
Nieuw voor lichtingssysteem
bedrijfsinrichting
voor
Van mist wordje
N. BROKER BERGEN OP ZOOM:
Officier van justitie tot verdachte:
Ef "1
aten...
ist...
V
EN,
S
;tatie-
g
kleding
IS
Feiten en cijfers
Rampvloeden
Droogte
Voorkomt schade
aan nationale
economie
„Mistige" zitting
kantonrechter
Bergen op Zoom
18
werk voor U.
15% loonsver-
sstelsel-prima
vrije zaterdag -
inlandse trein-
g verdere ïnlicn*
Uw schriftelijk»
van leeftijd en
D A
N E G 1 2
19
DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 22 FEBRUARI 1964
ist bij Van Gent.
aold vakman
dient met vele
id. In onze
gaarne op
hnisch vakman.-
:ussen 7 en 9
e gewenste in-
<t.
an
RICHTING GEERTRUIDENBERG
age-
JDENS
DÓR-
ZIEKTE
weten?
of «en
komen (I
U op on*
werkdag
Maandag-
Je andera
DELEN
620-3901
uur 4527
Het lijkt onmogelijk dat in
deze barre woestenij ooit
wijngaarden te vinden zul
len zijn. Toch is de moge
lijkheid niet uitgesloten. We
zullen in dat geval echter
meer naar trater dan naar
wijn snakken.
HET WORDT WARMER
Nederland anno 19367
(Van een bijzondere medewerker)
ALLE levende wezens zullen eens van koude sterven, want de tem
peratuur van de aarde beweegt zich in dalende lijn. Dit kon men
dertig a veertig jaar geleden vaak in wetenschappelijke kringen
vernemen. Allengs echter heeft een ander inzicht terrein gewon
nen. Thans staat men in wetenschappelijke kring op het stand
punt, dat veeleer gerekend moet worden met de mogelijkheid van
een warmte- en droogte-catastrofe, die grote delen der aarde, waar
onder West-Europa, bedreigt als gevolg van klimaatsveranderingen
die zich vooral op het noordelijk halfrond voltrekken. Wij willen
dit eens nader bezien. De bestudering der aardkorst heeft geleerd,
dat in de loop der talloze miljoenen jaren, die de aarde bestaat,
klimaatswijzigingen zeer belangrijk zijn geweest zowel voor het
uiterlijk der wereld als voor het lot der mensheid. Spitsbergen, thans
een ijskast, had eens een tropische plantengroei, getuige de daar
aanwezige grote hoeveelheden steenkool. De nu zo droge Sahara
was eens een bloeiend land. Aardrijkskundigen en weerkundigen
hebben dikke, zeer geleerde verhandelingen geschreven over de
betekenis van het klimaat voor de beschaving. Duidelijk stelden
zij in het licht, hoe groot de invloed van klimaatswijzigingen op
de loop van de beschavingsgeschiedenis der mensheid is geweest.
In grote delen van Europa wisselden
in een (naar geologische maatstaf) nog
niet zo erg grijs verleden ijstijden en
tussen-ijstijden. polaire, tropische en
subtropische klimaten elkaar enige
malen achtereen af. Als het ijs zich
uitbreidde, dreef het de mensen in zui
delijke richting voor zich uit. Daar
entegen „zoog" het de mensen naar het
noorden, als het zich terugtrok. Thans
is het ijs bezig in te krimpen. Vindt
deze krimping voortgang, dan zullen
de gevolgen in menig opzicht zeer
onaangenaam zijn.
Sedert 1900 zijn vooral in de Noord-
Atlantische gebieden aanmerkelijke
temperatuursveranderingen geregis
treerd. Een vrijwel algemene stijging
der wintertemperaturen wijst er op, dat
wij een warmer klimaat krijgen. De
gemiddelde januari-temperaturen
Midden-Europa stegen in onze eeuw
met ruim 2° Celsius.
Groenland en Spitsbergen vertoonden
de opvallendste temperatuursverande
ringen. Een verhoging van 7° Celsius
der januari-temperaturen mag immers
stellig belangrijk worden genoemd. Ook
in Rusland, Noord-Amerika en Fin
land stelde men een stijging van de
wintertemperaturen gedurende de laat
ste tientallen jaren vast. De periode,
waarin landbouw kan worden beoe
fend, duurt op het ogenblik in Noor
wegen ruim twee weken langer dan
in 1900. De boomgrens in Scandinavië
is in de loop dezer eeuw geleidelijk aan
naar het noorden verschoven. Op grond
van deze en soortgelijke feiten kwamen
de weerkundigen tot de conclusie: Het
wordt warmer op het noordelijk half
rond.
Voorts constateerden de mannen der
wetenschap nog, dat de in noordelijke
richting gaande zeestromen warmer
en zoutrijker zijn geworden. Metingen
op verschillende plaatsen in de noorde
lijke zeeën brachten aan het licht, dat
de temperatuur van het zeewater daar
met minstens 2° Celsius en het zout
gehalte met 2 %o is toegenomen.
Het gevolg van een en ander is ge
weest, dat het poolijs merkbaar in
kromp. Het poolijs is bezig te smelten.
Nansen stelde in 1895 vast, dat het een
dikte had van 3.65 meter, de Russische
poolvorser Sedow mat in 1938 nog
slechts een dikte van 2.18 meter.
Wat dit betekent, ziet men in, als men
voor ogen houdt, dat er om en nabij
de beide polen ijsvlakten liggen met
een oppervlakte van ten naaste bij
15.000.000 km2. Zou al het ijs van
Groenland smelten, dan kwam er meer
water vrij dan de Noordzee en Oostzee
thans samen bevatten. Gaat dus de
smelting van het poolijs verder, dan
zullen de oceanen en zeeën zulke wa-
tertoevloeden moeten verwerken, dat
hun peil met dertig tot veertig meter
zou stijgen.
Dit betekent, dat tal van laaggelegen
delen der vastelanden en eilanden door
de zee zullen worden verzwolgen. Am
sterdam en Den Haag zullen tot ver
dronken steden worden op de bodem
der zee. Niet langer zal het heten:
Zandvoort en Sclieveningen aan Zee,
maar Zandvoort en Scheveningen on
der Zee
Niet alleen het poolijs is bezig te smel
ten, ook de „eeuwige" sneeuw en het
„eeuwige" ijs in de hooggebergten ver
tonen duidelijk de inwerking der zich
voltrekkende klimaatswijzigingen. Vrij
wel overal, waar eeuwige sneeuw en
ijs te vinden zijn (in de Alpen, in de
Himalaya, in de Pyreneeën, op de glet
sjers van Spitsbergen en op de hel
lingen van de Kilimandsjaro in tropisch
Afrika) heeft men in onze eeuw een
inkrimping van het met sneeuw en ijs
bedekte oppervlak kunnen constateren.
Omstreeks 1900 begon deze inkrimping.
In de laatste dertig jaren vond zij hier
en daar zelfs in versneld tempo plaats.
Duitse geologen kwamen op grond van
nauwvezette gletsjermetingen tot de
slotsom, dat in onze eeuw het gezamen
lijke oppervlak der Alpengletsjers met
ruim 20% is afgenomen. De oorzaak
hiervan is de geleidelijke tempera-
tuursverhoging. Gaat de afsmelting
der gletsjers in het huidige tempo
verder, dan zullen over anderhalve
eeuw druiven en ander ooft kunnen
worden geteeld waar nu nog een
„eeuwig'' sneeuw- en ijslandschap te
vinden is. De Mont Blanc en zijn wit-
gemutste kornuiten zullen dan in plaats
van sneeuwbergen wijnbergen zijn.
De inkrimping van het poolijs zal
wij wezen er reeds op een stijging
van het zeeniveau en de overstromin
gen van vruchtbare landstreken met
zich brengen. De verdwijning der glet
sjers zal tot heel andere, maar niet
minder fatale gevolgen leiden Immers,
de vruchtbaarheid van een gebied
wordt in aanzienlijke mate bepaald
door de hoeveelheid water, die zich
daar bevindt. Tal van grote rivieren
(in Europa de Po, de Rijn, de Donau,
de Rhone en andere) zijn voor een be
langrijk deel „smeltwater-rivieren".
Dat wil zeggen: „zij danken hun water
aan de periodieke smelting van sneeuw
en ijs in de bergen. In de zomer is
25% van het Rijnwater gletsjerwater.
Bij de Donau ligt dit percentage zelfs
bijna dubbel zo hoog.
Zijn er geen gletsjers meer die smelt
water leveren, dan zullen dus tal van,
min of meer grote, rivieren tot perio
diek droge of smalle stroompjes wor
den.
Het verkeer zou daarvan een gro
te belemmering ondervinden. Eni
ge malen reeds beleefden wij voor
proefjes van die ontwikkeling, bij
voorbeeld in oktober 1951 in Duits
land, toen daar door de droogte
Wat de verre toekomst in haar schoot
verborgen houdt, weet niemand ze
ker. Niettemin mag de mens niet ver
zuimen, ernstig aandacht te schenken
aan verschijnselen, die op de duur
voor de mensheid van levensbelang
kunnen blijken te zijn.
de waterstand zo was gezakt, dat
schepen, die via de Elbe naar Ber
lijn voeren, slechts in halve last
konden varen. Maar ook in ander
opzicht zou het uitblijven van het
smeltwater voor sommige delen
van Europa noodlottig zijn. Duits
land, Noord-Italië en de Donaulan-
den zouden te kampen krijgen met
droogte, onvruchtbaarheid, steppe
vorming, ziekte, dood en ontvol
king.
De grondwaterstand zou eveneens da
len. Trouwens, deze daling is hier en
daar reeds merkbaar geworden als ge
volg van de gestegen temperaturen en
de geringer geworden sneeuwval in de
winter, welke verschijnselen veroor
zaken, dat de aarde meer vocht afgeeft.
Bovendien hebben de kanalisatie
(„recht-trekking") van tal van beken
en rivieren, alsmede de drooglegging
van moerassige streken bijgedragen
tot het uitdrogingsproces (met als ge
volg daling van de grondwaterstand).
In dit verband zij nog opgemerkt, dat
ook de sterke houtkap, die in som
mige Europese landen voorkwam (en
voorkomt), stimulerend gewerkt heeft.
Bij dit alles komt, dat het waterver
bruik in deze eeuw kolossaal is toege
nomen. Alleen voor huishoudelijke
doeleinden reeds is in West-Europa
Een kijkje op de Scheve-
ningse haven. Als de som
berste verwachtingen werke
lijkheid worden, dan zou
men over vele eeuwen deze
haven op de zeebodem moe-
ten zoeken
het verbruik van water thans meer dan
vijftienmaal zo groot als in 1900. De
industrie verbruikt eveneens heel veel
water. Om een ton ijzer uit erts te
winnen, zijn 15 m3 water nodig en om
uit steenkool een ton cokes te verkrij
gen minstens 5 m3. Een paar jaar ge
leden zei een steenkool-deskundige in
het Ruhrgebied, dat de tijd kan ko
men, waarin water duurder zal zijn
dan steenkool. De thans als het ware
in voorbereiding zijnde droogte kan
dus zowel voor de landbouw en het
huiselijk leven als voor de industrie
uiterst bedenkelijke gevolgen met zich
brengen,
Het is een schrale troost, dat op de
Mont Blanc en andere sneeuwber
gen later een aantal wijnbouwers
misschien een goed bestaan zal vin
den. Water is belangrijker dan wijn
De nadelen van de verdwijning der
poolijskappen en der gletsjers we
gen héél wat zwaarder dan de klei
ne voordelen, die er hier en daar
het gevolg van zullen zijn.
Hoe kunnen wij de hier kort geschetste
verschijnselen verklaren? De geleerden
breken zich sedert vele jaren het hoofd
over deze vraag. Uiterst nauwgezet be
studeerden zij de luchtdruk, de winden,
de ijsbergen en andere meteorologische
en oceanologisches verschijnselen. Dit
alles bracht hen tot het inzicht, dat het
„warmer worden" in eerste instantie
moet worden verklaard door een ver
sterkte luchtcirculatie op aarde. Wijzi
gingen en verschuivingen der gebieden
van hoge en lage luchtdruk, zomede
versterkte luchttoevoer uit het zuiden
maakten dat er meer lucht in noorde
lijke streken belandde. In tweede in
stantie (dus om die wijzigingen, die
„eerste oorzaak") te verklaren, denkt
men aan een verschuiving der aardas,
waardoor het warmte-effect der zonne
straling op aarde groter wordt en de
temperatuur dus stijgt.
Een uiteindelijke, algemeen als juist
erkende, verklaring is evenwel tot
dusver niet gevonden. Heel veel
waarnemingen zal men nog moeten
doen (ook in de gebieden bij de
zuidpool), alvorens een wetenschap
pelijk ten volle verantwoorde ver
klaring van de behoudens te
eniger tijd optredende tegenkrach
ten langzaam naderende warmte-
catastrofe mogelijk zal zijn.
Intussen, hoe boeiend het ook is om
te vorsen naar de verklaring van een
naderend onheil, het vooruitzicht van
wat ons nageslacht te wachten staat,
is allesbehalve boeiend. Zelfs de over
weging, dat men aan de hand van de
zich thans (in onze tijd) manifesteren
de klimaatswijziging het standpunt
zou kunnen verdedigen, dat Hanni
bal's beroemde tocht over de Alpen
wellicht niet veel anders was dan een
goed-georganiseerde militaire mars bij
opwekkend' lente, of herfstweer inste-
de van een zware tocht over gletsjers
en besneeuwde passen, kan ons niet
verzoenen met het vooruitzicht der
grote bedreigingen, die de huidige tem
peratuurstijging (indien zij tenminste
aanhoudt!) voor de mensheid in zich
insluit. Wat Nederland betreft, moeten
wij bovendien letten op het feit, dat
onze bodem neiging tot dalen vertoont,
hetgeen de stijging van het zeeniveau
nog bedenkelijker maakt dan zij
reeds is.
Uit wat wij hier schreven mag niet de
conclusie worden getrokken, dat er in
de nabije toekomst rampen op het
program staan. In de verre toekomst
echter zullen er door de hier gesigna
leerde verschijnselen wèl rampen ont
staan. Het is dus zaak om in ge
meenschappelijk overleg op hoog ni
veau en op brede basis reeds nu maat
regelen te beramen om te bevorderen,
dat de aarde ook in komende eeuwen
bewoonbaar blijft.
(Van onze verslaggever)
Nicolaas Broker uit Bergen op Zoom vindt zichzelf geen buitengewoon
mens. En wanneer men in een gesprek met hem wellicht een andere
indruk krijgt, dan zal hij de bezoeker met ontwapenende overtuigings.
kracht het tegendeel bewijzen- Nicolaas Broker, 43 jaar oud, geboren
in Nieuwkoop, is directeur en eigenaar van het Losbladig Centrum te
Bergen op Zoom. Een instituut, dat sinds kort een produkt op de
markt heeft gebracht van bijzondere kwaliteiten. Het is een bepaald
systeem, bestemd voor groot-, middel- en kleinbedrijf, dat een over.
zicht geeft van alle hulpmiddelen en artikelen, die nodig kunnen zijn
voor een goede bedrijfsinrichting.
zeven jaar geleden met het ontwikkel3n
van een systeem hiervoor, dat thans, nu
het gereed is, een zeer eenvoudige in
druk maakt. In grote trekken komt het
hierop neer. dat de heer Broker en zijn
staf alle mededelingen in welke vorm
dan ook over artikelen betreffende be
drijfsinrichting ontvangen en selecteren,
deze in bepaalde rubrieken onderbren
gen en deze via een code aan de deel
nemende bedrijven" doen. toekomen. Oih
in het bezit hiervan te komen geeft men
zich op als abonnee van het systeem.
Dat het voordeel van dit nieuwe sy
steem duidelijk is, wordt wellicht het
best aangetoond door het feit, dat vele
bedrijven door het hele land zich reeds
Nicolaas Broker met zijn nieuwe als abonnee hebben gemeld. Minstens
systeem. even goed kan overigens de heer Broker
zelf de voordelen onder de aandacht
Een systeem, dat de heer Broker ze
ven jaar studie heeft gekost. Studie van
het advertentiewezen, van de economie,
van vele andere zaken, die hij moest
kennen om zijn systeem te kunnen lan
ceren. De heer Broker ondervond vele
malen, dat de grote toevloed van vak
bladen, brochures, folders, etc. etc. ver
warrend werkt op de leider van een be
drijf. Weliswaar ontving deze zo velerlei
informaties, maar ze kwamen ongeor
dend binnen. Zo ongeordend en chaotiscn
werd de stroom van voorlichting, dat de
ondernemer geen overzicht meer kon
hebben van alles wat er te koop is op
het gebied van de bedrijfsinrichting.
Hieronder moet men alles verstaan wat
niet rechtstreeks te maken heeft met de
produktie. Het aanschaffen van koffie
zetmachines of het neerzetten van een
rijwielstalling of het produceren van ge
schikte achtergrondmuziek voor het per
soneel vallen hieronder.
Eenvoudig
Van enige geordende voorlichting op
dit gebied was geen sprake. De heer
Broker zag hier brood in en begon
(Van onze verslaggever)
Niemand zal willen beweren, dat de Bergen
op Zoomse kantonrechter voortdurend naar
de bekende weg vraagt. Toch leek het daar
tijdens de zitting van het kantongerecht wel
wat op. Een min of meer braaf Bergenaar
moest zich namelijk verantwoorden voor het
zich bevinden in kennelijke staat van dron
kenschap op de openbare weg. „Hoe kwam
dat nouvroeg de kantonrechter vol mild
begrip. Het antwoord van de verdachte kwam
in al zijn eenvoud als een anti-climax: geen
dramatische uiteenzetting van moeilijkheden
thuis, slechts die ene opmerking: „Te veel
op Dat de toevoeging „eerwaarde" in plaats
van „edelachtbaredaarna minder passend
was, deed niets ter zake.
"gedachte gaf later nog een nadere verkla
ring. Kijkt u eens, zo iets gaat ongemerkt. Je zit
ergens en dan komen Piet en Jan binnen en die
geven een rondje weg. En wat doe je dan: je doet
mee. Bovendien moet u niet vergeten, dat het die
dag vreselijk koud was en ook heel erg mistig. Ik
denk. dat ik door de kou ben bevangen, toen ik bui
ten kwam Maar de officier van justitie trapte er
niet in: „Van de mist word je anders niet dronken,
hoor luidde zijn onbetwistbaar antwoord. De ver
dachte vond het overigens zelf ook wel erg. Hij had
inmiddels contact opgenomen met het Medisch Con
sultatiebureau voor een ontwenningskuur en in ver
band daarmee was de straf niet.zwaar: dertig gulden
boete, waarvan vijftien gulden voorwaardelijk met
een proeftijd van twee jaar en toezicht van het Me
disch Consultatiebureau.
Zuigfles
Al even mild was het college tegenover een
jonge vader, die als bewijsstuk, dat hij inderdaad
vader was, een bloem van een zoon had meegebracht
naar de rechtszaal. De man was bekeurd, omdat hij
zijn auto had geparkeerd op een plaats waar een
stopverbod geldt. Hij was zich volkomen van zijn
schuld bewust, maar voerde toch enige argumenten
aan om zijn schuld zo gering mogelijk te doen
schijnen. Hij was bij kennissen, toen de zuigfles van
de baby op de grond viel en in scherven brak. Het
was zondag en dus moest er gezocht worden naar
een winkelier, die zo bereidwillig was om op zondag
een nieuwe baby-zuigfles te leveren. De jonge vader
ging er met de auto op uit, het hongerig geschrei
van de baby nog in de oren. Was het verwonderlijk,
dat hij meer lette op een geschikte winkel dan op
verbodsborden? Toen hij er dan ook een gevonden
had, zette hij de auto zonder meer langs de kant
van de straat en kocht een zuigfles. Een toevallig
passerend dienstdoend ambtenaar van politie aar
zelde in die tussentijd niet zijn zondagse plicht te
vervullen en schreef een bon. En omdat de jonge
vader het schikkingsbedrag van f 7,50 toch wel rij
kelijk hoog vond, kwam hij gisteren naar de kan
tonrechter om te trachten er iets af te krijgen. Dat
lukte hem: zowel de officier van justitie als de
kantonrechter vonden dat een boete van vier gulden
voldoende straf was. De veroordeelde verliet de zaal,
terwijl hij tegen zijn nog onmondige zoon een ge-
zich trok, waarop duidelijk te lezen viel, dat je maar
flink moet zijn om iets te bereiken.
Mist
Het komt nog wel eens voor, dat er bij dichte
mist met een onjuiste verlichting wordt gereden.
Verplicht is ongedimd groot licht en daarom keken
de heren achter de groene tafel nogal streng naar
de verdachte, die met stadslicht had gereden. De
verdachte voerde een ogenschijnlijk uitstekende ver
dediging: het zicht was ruim honderd meter en dan
mag je met het licht rijden, dat je zelf verkiest.
Toen de officier hem erop wees, dat het zicht meer
dan tweehonderd meter moet zijn, keek hij verbijs
terd op: daar had hij nog nooit van gehoord. „Maar
u hebt toch een rijbewijs", vroeg de officier van
justitie. „Zeker", antwoordde de man, „maar ik had
er toch nooit van gehoord, hoor". Voor de officier
aanleiding om een boete van 25 gulden te vragen.
Toen de verdachte hiertoe was veroordeeld, voegde
de officier hem nog toe, dat hij er ditmaal 'wel heel
goedkoop van af kwam: „U hebt nog een rijles ge
kregen ook cn dat kost in deze tijd altijd nog een
flink bedrag". Waarmee de verdachte het met anders
dan eens kon zijn.
brengen. Hij heeft zich, zoals hij zelf
zegt, wereldberoemdheid verworven met
het uitgeven van losbladige schaukbe-
richten onder redactie van Max Euwe.
Een ander produkt. een uitgave ten be
hoeve van de B. B., werd volgens de
heer Broker door de regering gestolen
en pas na zeven jaar. toen hij dreigde
met een proces betaald.
Kern
,,Met deze nieuwe uitgave sta ik
heel sterk', zegt de Bergse uitgever.
„De gesubsidieerdezich nationaal
noemende instellingen lo-pen met een
boog om de oorzaak van de chaos op
het terrein van de voorlichting over
bedrijfsinrichting heen. Ze hebben de
mond vol over documentatie en an
dere zakenmaar ze doen er niets
aan. Ik welik tast de oorzaak in de
kern aanzie mijn systeem. En hoe".
Hij zegt het met rotsvast vertrouwen
in zich zelf. Een vertrouwen gebaseerd
op de wetenschap, dat zeven jaar studie
niet voor niets zijn geweest en op het
feit, dat vele bedrijven zich enthousiast
tonen. „Mijn systeem voorkomt een scha
de aan de nationale economie, die jaar
lijks in de tientallen miljoenen guldens
loopt. Schade aangericht door het verlo
ren gaan van waardevolle informatie,
doordat niemand zich meer door die
rijstebrijberg kan heen eten, aangericht
ook door de onjuiste aanschaf van be
paalde artikelen voor de bedrijfsinrich
ting. die meestal maar lukraak geschiedt
en daardoor dikwijls ook niet geheel vol
doet. Ik stel de hulpmiddelensector in
het middelpunt van de aandacht en daar
mee geef ik een nieuwe dimensie aan de
economie".
Alleen
,,Vele jaren heb ik alleen gestaan, ge
pionierd, gevochten tegen belangen- en
pressiegroepen. Maar na deze periode
van moeizaam worstelen heb ik bereikt,
dat door mijn nieuwe uitgave de weten
schappelijke en economische ontwikke
ling van de bedrijfsinrichting een be
langrijke stap vooruit zijn gekomen en
wellicht zelfs in het laatste stadium is
geraakt".
De man, die dit van zich zelf en zijn
werk zegt, begon zijn loopbaan na het
doorlopen van de ulo als boekhouder bij
Philips. Daarna heeft hij vier jaar lang
als boekhouder gewerkt bij een middel
groot garagebedrijf te Bergen op Zoom.
Hierna vestigde hij zich als zelfstandig
uitgever. Niet alleen zich zelf, maar ook
Bergen op Zoom maakte hij, naar eigen
zeggen, van Noord- tot Zuidpool be
roemd. Als dank daarvoor weigerde het
gemeentebestuur van Bergen op Zoom
hem een grotere woning, waarin hij zijn
bureau kon vestigen, zo zegt hij.
Een rancuneus man, de heer Broker?
Niet meer dan vele anderen. In ieder ge
val een man, die streeft naar het afle
veren van een goed produkt, een man
ook, die weet wat doorbijten cn volhou
den is. En zelfs dit laatste staat er op
zijn eigen verzoek bij: „Dan zien de
mensen in deze slampamperige tijd ten
minste weer eens, waar je met volhar
ding kan komen".
(Advertentie)