Gratis doos Erdal bij Tolet wc-reiniger NIEMEYER BLANKE BAAI Teenagers voor DE VERWAANDE SPRINKHAAN Machtsevenwicht in de wereld noodzakelijk Een ongeluk voorkomen PIJPROKEN EEN WAAR GENOEGEN MET Pluis Ma rietje Brievenbus e PARTIJBESTUUR VAN DE K.V.P.: Beter is echter internationale ontwapening Stilettoheid heeft bekend Weer diefstal van kunstwerk WARMTE Drie groepen van O.A.S. opgerold HERFST HEKS Pierlala GIJS J DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 14 NOVEMEER 1962 (Advertentie) £882 Het partijbestuur van de Katholieke Volkspartij heeft een verklaring uitge geven, waarin o.m. het volgende wordt gezegd: De mensheid heeft meer dan ooit een diep verlangen naar vrede. Vrede, die gebaseerd is op een internationale rechts orde en die sociale rechtvaardigheid vei ligheid en welzijn voor alle volkeren en mensen moet verzekeren. Dit verlangen naar het welzijn van mensen en volkeren wordt doorkruist door de spanningen, welke voortkomen uit de tegenstellingen tussen de demo cratische landen en de communistische landen. Maar niet alleen daardoor. Ook door de onrust, die het gevolg is van de toenemende verschillen in levensstandaard tussen de landen in ontwikkeling en de geïndustrialiseerde landen. De problemen, die uit deze tegenstel lingen en onrust voortkomen, kunnen slechts opgelost worden door een niet aflatende gezamenlijke krachtinspanning van alle vredelievende volkeren. Ook Nederland moet aan de oplossing van deze problemen zijn eigen bijdrage blij ven leveren. De huidige wereldsituatie kan niet be schouwd worden als een toestand van werkelijke vrede. Zij' berust op de hand having van een machtsevenwicht. Dit kan niet eenzijdig worden verbroken zonder de gevaren te vergroten, waar aan de volkeren zijn blootgesteld van de zijde van het communisme. Het noodzakelijke machtsevenwicht berust thans op bewapening. Daarvoor in de plaats zal moeten komen een inter nationale rechtsorde, welke regels stelt aan de menselijke samenleving. De door ontwapening vrijkomende gelden zouden mede kunnen worden besteed aan de verveelvoudiging van de hulp aan de landen in ontwikkeling. Na een langdurig verhoor heeft de zondagmorgen aangehouden 20-jarige Surinamer W. A. t. a. h. bekend in de nacht van vrijdag op zaterdag bij een vechtpartij op de Oude Zijds Voorburg- T u ifï. Amsterdam de fatale messteek te hebben toegebracht, tengevolge waar- t311 weT 22"iariSe Amerikaanse soldaat Jay W Jacoby is overleden. Zijn beken tenis klopt volledig met het verhaal van de twee Sunnamers die bij de vechtpartij betrokken waren en ook werden aange houden. De bekentenis volgde op een tijdrovend onderzoek onder leiding van hoofdinspecteur h. M. E. Bremer van het bureau Warmoesstraat, die in de loop van de dag eerst alle getuigen- v er klaringen liet verzamelen waarna hij met dit belastend materiaal nog eens een babbeltje met h. begon. H. gaf te kennen dat hij uit woede heeft gehandeld. Hij zei zich te hebben geergerd aan het gedrag van de Ameri kanen, die tegen de auto van zijn 28 jarige (eveneens aangehouden) vriend J F. S. zouden hebben geschopt. Op een woordenwisseling volgde daarop een vechtpartij, waarbij H. opeens zijn sti- Jettomes trok en de beschonken Ameri kaan de dodelijke steek toebracht. Naar zijn zeggen zou het beslist niet zijn bedoeling zijn geweest zijn tegenstander te doden. Voor de tweede maal in drie maanden 15 er in het universiteitsmuseum van ^awrence *n de Amerikaanse staat Kan- rtpLeeï diefstal gepleegd. Zondag ont- eKte het personeel, dat een 75 cm hoog onz?b beeldje uit de tuin was verdwe- u, was een werk van de Duitse van Saar' George Kolbe. De waarde het expressionistische figuurtje wordt geschat op 8000 dollar, vfj augustus van dit jaar werd een cmiderstuk in het museum gestolen dat tc, }v?arde had van 40.000 dollar. Deze aieistal werd nooit opgehelderd. Zolang een internationale overeenkomst echter nog niet is bereikt, is er tegen over de communistische bedreiging van onze hoogste waarden slechts één keuze: de handhaving van het huidige machts evenwicht om een oorlog te voorkomen en een agressie het hoofd te kunnen bieden. Dit is noodzakelijk om groter onheil te voorkomen. Daarvoor mogen de grootste offers worden gevraagd. Nederland zal als zijn aandeel in het handhaven van dit evenwicht een ver antwoorde bedrage moeten blijven leve ren aan de N.A.V.O. Ook zal ons land de volkerenorgani satie moeten blijven dienen, alsmede haar speciale organen en alle initiatie ven, projecten en organisaties, welke dienstbaar zijn aan de vreedzame samen werking van de volkeren. Daardoor mede kan bereikt worden, dat bij alle mensen en alle volkeren het bewustzijn van hun eenheid wordt verdiept en de oprechte wil naar een rechtvaardige en blijvende vrede wordt versterkt. (Advertentie) Christendemocraten „Blijven samenwerken met Nenni's partij" De nationale raad van de Italiaanse christen-democratische partij heeft zich maandagavond in Rome uitgesproken vóór voortzetting van „voorzichtige" sa menwerking met de linkse socialisten van Pietro Nenni. zonder die nochtans in een kabinet op te nemen. Een minderheidsmotie van oud-premier Mario Scelba, die een breuk met de Nenni-socialisten voorstelde, werd met| 104 tegen 20 stemmen verworpen. (Advertentie) zoveel en waar U wilt met een oliehaard van Vr.af Uw h Coleman Super-Straler. Het Franse ministerie van binnenlandse I zaken heeft bekendgemaakt, dat de politie in zuidwest-Frankrijk drie groe pen van de geheime legerorganisatie I OAS heeft opgerold en daarbij 33 OAS- leden gevangen heeft genomen en drie ton wapens in beslag genomen Oeoeoeoe! De wind giert door het kleine bergdorp je. Moeizaam klimt Anske de berg op. Iedere keer wordt ze teruggeduwd door de sterke tegenwind. He lemaal uitgeput valt ze neer op een grasveld bo* ven op de berg. Dan valt ze in slaap. De boer komt juist terug van zijn vriend. Goed gemutst klimt hij te gen de steile berg op. Thuis wacht moeder de vrouw met het warm eten. Wat zullen zijn kinderen opkijken als hij de prach tige armbandjes laat zien CHRISTIAN VAN BOVEN Gravenstraat 31, Clinge Dit is Pietje PLUIS. Hij is nooit in huis, Maar loopt altijd door bos en hel en voelt zich altjjjd blij. BETSIE AARTS Tilburg In ons land is de herfst gekomen De bladeren dwarlen door de bomen De paddestoelen in 't bos Staan somber in 't groene mos. De heide is in volle bloei De wind is schraal En in 't bos daar zingt nu zacht De grauwe nachtegaal. Dit is nu het herfstland Alles is koud en schraal De koekkoek verteld zacht in 't bos Een lang herfstverhaal. DINY CLAAS Breda KAREL LUYTEN Sav. Lohmanstraat die hij onderweg heeft ge kocht bij Saar de boerin. Bij die gedachte stapt hij vlugger door. Daar begint het ook nog te regenen, nu móet hij wel vlugger doorlopen. Tien minuten later ziet hij het dak van zijn huis al. Hé, wat ziet hij daar lig gen? Het lijkt wel een kind. Hoe komt ze nu daar nelemaal bovenop de berg? Als hij wat dichter bij komt, ziet hij dat ze pas een jaar of acht is. Hij tilt het meisje op, maar ze slaapt niet meer, ze is bewusteloos. De man draagt Anske in zijn ster ke armen en stapt op huis aan. Zijn vrouw staat al op de uitkijk; gewoon lijk komt hij om zes uur thuis en nu is het al zeven. Terwijl de boer alles ver telt, neemt zijn vrouw het kind over en doet het dro ge kleren aan. Intussen is Anske weer bij gekomen en als ze een kop warme melk heeft gedronken, zegt ze: ,,Ik moet na^r papa en mama terug". Als de boerin vraagt waar ze dan woont, wijst ze naar een boerderij die eenzaam ver derop staat. „O, is het daar, waar de nieuwe mensen zijn komen wonen? Maar meisje, hoe kom jij zo alleen op die moeilijke weg?" Dan ver telt Anske: „Ik was op school, moeder zou van middag verhuizen, en de oude buurvrouw had ge zegd dat ze me om 4 uur na school, naar mama in het nieuwe huis zou bren gen. Maar toen ik om 4 uur uit school kwam., zag ik niemand... Ik riep, toen kwam een dokter bij de buurvrouw naar buiten en hij zei dat de buurvrouw ziek was geworden. Toen dacht ik: ik ken de weg, dus ga ik maar., en zo ben ik nu hier." De boer zuchtte. Zo'n kind had 'n ongeluk kunnen overko men. Vlug wierp hij een blik op de klok, 8 uur. ..Kom," zei hij „ik breng je gauw weg. Wat zal je moeder ongerust zijn!" De boerin stopte haar een ta blet chocola in de hand. „Dag" zei ze, „en kom maar eens gauw op be zoek met papa en mama, je bent immers het nieu we buurmeisje." De boer bracht haar vlug naar huis, waar hij het ge beurde vertelde. De ou ders waren zo gelukkig dat ze de boer met tranen in de ogen bedankten. „Het is niets!", zei de boer. Maar het was wel iets geweest. Gewéést. Els Melser Den Bosch Marietje Verduin zat in haar rol stoel voor het huis. Nu weet je met een dat ze lam is. Ze keek naar de kinderen die in de zandbak aan het spelen waren. Kon zij ook maar lopen en spelen. Marietje zuchtte verdrietig. Even la ter viel ze in slaap, en de moeder die naast haar zat, streelde Marietje over het haar. Daarbij dacht ze er aan hoe een paar maanden geleden haar dochtertje nog dartelde zoals elk ander kind, maar hoe ze daarna ernstig ziek in het ziekenhuis had ge legen. Het was nog een wonder, dat ze tot zover was beter geworden en sedert een maand toch weer thuis was. Morgen zou ze weer voor onder zoek naar de dokter gaan. „Wat zit je daar te dromen, me vrouw?" Zij keek in het lachend ge zicht van meneer kapelaan. Die glim lachte, keek naar Marietje en zei: ,,Ik heb een verrassing, zij gaat vol gende week mee naar Lourdes". Ma rietje was wakker geworden en keek verbaasd op. „Ja, het is heus waar," zei hij toen hij het verbaasde gezicht van Marietje en het ongelovige van haar moeder zag. „Ja, met een an der meisje uit de buurt. En dan heet je ^een Marietje meer, maar Maria, want in Lourdes heet je bij je doop naam. Ga je nu mee naar het andere meisje? Dat heet Anna". Dat vond moeder goed, en even later troffen ze Anna, die aan het spe len was in het tuintje voor haar huis. „Anna, je mag mee naar Lourdes," zei Marietje. „Maar ik ben zo ge zond als een vis," antwoordde Anna. „Om Maria te vergezellen," zei de kapelaan. Toen de grote dag aanbrak en ze op het perron wachtten op de trein, zei Maria: „Ik ben stik-nerveus". „Dat zal wel meevallen," zei Anna flink. Toen de trein kwam, nam Ma rietje afscheid van moeder, werd op een brancard gelegd en door twee zusters in de ziekentrein gedragen, tegelijk met veel andere zieken. Anna werd in een goederentrein gebracht, maar was tijdens de reis bij Maria. De reis duurde een paar dagen. Er werd onderweg veel gezongen, vooral over: Lourdes op de bergen. Het is in Lourdes altijd een drukte van belang. Maria en Anna werden voorlopig gescheiden, want Maria ging in een ziekenhuis, Anna in een hotel. Ze maakten alles mee, wat er tijdens een bedevaart wordt gedaan: de lichtprocessie, het baden en bid den. Zo verstreken de dagen. Maar toen de laatste dag aanbrak werd Maria, tijdens de zegening plot seling genezen. Iedereen was daar ge lukkig over en de bisschop hield een toespraak. De reis terug maakte Maria niet in de ziekentrein maar in de goede renwagon, met Anna! Hoe blij haar ouders waren, toen ze thuis kwam, zal iedereen wel begrij pen. ELLEN REYNDERS Jan Ligthartstraat 12 b, Breda In het bos van heks Pierlala Zijn konijntjes en die lopen haar na. Maar als heks Pierlala gaat wandelen Eet ze onderweg heel wat amandelen. Dat vindt ze zo heerlijk Maar de heks is niet eerlijk. Daar wilden de elfjes een eind aan maken, Ze zouden met elkaar eens praten. Toen kwam koning Pierewand Hij zei, wat is hier aan de hand. De elfen zeiden: we gaan heks Pierlala betoveren, Van onder tot boven, In een konijn. Dan zal ze weten Hoe ze eerlijk moet zijn. LUCIE EN BENNIE VAN WAES Landstraat 8, Aardenburg CHR. STIENEN Grote Doornbos, Breda Hier is Olie Bolle Gijs Die is niet goed wijs Hij is gek En toch heeft hij altijd pret. En 's morgens om half tien Heeft hij praats voor tien. En 's middags bij het middagmaal Is het bij hem pracht en praal. En 's avonds als hij naar bed toe moet Krijgt hij van zijn baas een lekkere toet. RIA VAN GOOL Erasstraat 581, Kaatsheuvel Deze week gaan we prqzen geven aan teenagers. We zouden voor dit rubriekje nu en dan één prtfs uitrei ken, maar nu we dit eens wilden gaan vaststellen, bleek de keus moei- ïyk. Daarom worden het er twee, PETER DASSEN niet een eerste en een tweede maar Centraleweg 24, Geertruidenberg twee gelijkwaardige. Als het goed „Hoe ïcan ik met jou spelen", sput terde een sprinkhaan tegen een grijs veldmuisje, dat in het korenveld op zoek was naar een speelkameraadje. „Krijgertje zeker Man, één spron getje van mij en ik zit 25 meter ver der". „Vijfentwintig meter??" De snor haren van het muisje trilden van verbazing en met ontzag keek het uit de kleine kraaloogjes naar de sprinkhaan. „Verstoppertje dan?" informeerde 't muisje voorzichtig. „Zullen we eerst..' Maar de sprinkhaan viel hem in de rede: „Verstoppertje, maar man..." Nu werd het muisje toch een beetje driftig. „Muis", verbeterde het met een hoog streng stemmetje. „Ik heet muis". Per slot van rekening hoef de die verspringer nu ook niet zó verwaand te doen. „Muis", herhaalde de sprinkhaan onverschillig, „hoe kan dat nou. Eén sprongetje van mij en ik zit tien me ter hoog op een hooiberg, waar je me niet zou kunnen vinden". „Tien meter???" snuffelend ging het spit se snuitje omhoog. „En hoe doet u dat mijnheer sprinkhaan?" vroeg het muisje beleefd, dat het „mijnheer" nu toch wel op zijn plaats achtte. „Met mijn sterke achterpoten", zei de sprinkhaan en maakte een hups klein sprongetje van een meter en begon aan een blaadje te knabbelen. Maar het muisje was te verbaasd om er boos over te zijn. Snel keerde het zich om en trippelde met snelle pootjes haastig over het korenveld in de richting van de sloot. „Hé, pssst", piepte ze tegen een ha gedis, die roerloos op het zand lag uitgestrekt. „Moet je hóren zeg" piepte het met een van verbazing nog steeds schril hoog stemmetje: ,In het korenveld zit een beest eh, een sprinkhaan die zegt dat hij 25 m ver en tien meter hoog kan sprin gen". „Hij is gek", zei de hagedis zonder ook maar één vin te verroe ren. „Dat zeg jij, maar ik heb het gezien', hield het muisje vol. De hagedis schoot overeind. „Gezien? van de 25 meter?" ,,Nou, van die 25 meter niet' ging het muisje opgewonden verder, „maar dat zal ie best kunnen. Ik zag hem wel een meter springen en dat deed hij of het niks was". „Hoe doet ie dat dan?" klonk de stem van een slak die met het huis op zijn rug moeizaam dichterbij was gegle den. „Hij heeft sterke achterpoten, zegt ie", zei het muisje. „Ik geloof er allemaal niks van", klonk het van af het water, waar een waterspin met kleine pootjes lijntjes op de wa terspiegel tekende, die meteen weer wegvloeiden. „Ik zou het ook wel eens willen zien". „Ik ook, ik ook". Het was ineens een hele drukte aan de rand van de sloot. „Hij moet het maar eens bewijzen", kwaakte de kikker. „Ja", juichten alle dieren. „Hij moest maar eens over een koren schoof springen", meende de kikker, die dat zelf niet presteren kon. „Nee, over de sloot", anders kan ik niets zien", kwam het waterspinnetje met een ijl stemmetje tussenbeide maar hield toen verschrikt zijn mond. Stel je voor dat de kikker... Maar de kik ker had belangrijker dingen dan eten aan zijn hoofd. „Goed", zei hij daar om minzaam. ,.Ik vind het best. Over de sloot en dat is zeker een meter of tien". In optocht gingen ze het kleine muisje achterna, dat haastig voor hen uittrip- pelde. De sprinkhaan zat nog op precies dezelfde plaats. Hij had al drie korenaren op en begon juist aan een vierde te knagen toen de troep naderde. De kikker schraapte zijn keel: „Ehhh". „Sprinkhaan", snuffel de het muisje zachtjes. „Sprinkhaan' kwaakte de kikker plechtig. Het knagen hield op en de sprinkhaan keek onbewogen naar het groepje die ren: „Mijnheer sprinkhaan alstublieft' „Mijnheer Sprinkhaan", kwaakte de kikker opnieuw en zag ietsjes groener van ergernis. „Muis vertelde ons dat u 25 meter ver en 10 meter hoog kunt springen?" „Minstens", klonk het onbewogen en om het te bewijzen maakte hij hups een halve-meter- sprongetje. De hagedis schoot van schrik een eind opzij, maar de kikker raakte er helemaal niet van onder de indruk. Een halve meter springen kon hij óók. Dus kwaakte hij ver was moesten we hiervoor een song avond organiseren, want uit veel bij dragen hl\jkt, dat onze jongelui zich door de moderne songs laten inspire ren. Wij zouden dan onder de aan moedigende klanken van een band het podium beklimmen en de prijswin naars uit de zaal naar hoven roepen. Dan kregen ze van onze knapste zan ger een boeket rode rozen en hij zou smeken of hij dit gedicht op zijn repertoire zou mogen zetten! Zo zou het mooi zijn, maar helaas dit kunnen wij niet voor elkaar bok sen. Nu moeten we eerlijk zeggen dat niet alle gedichten in de sfeer van jazz en song thuishoren; toeval ligerwijze de bekroonde gedichten niet! Daarom houden wij ons er maar bij de winnaressen gewoon geluk te wensen en ze een verrassing thuis te sturen. De prijzen zijn voor: Jeanette Janssens, Hansweert. Jean- nette krijgt in de eerste plaats de prijs omdat het alleraardigst idee van haar was. In de tweede plaats omdat zij de oudste en de trouwste medewerkster is van de Kleine Stem In de derde plaats omdat zij voor deze rubriek verschillende uitsteken de bijdragen heeft geleverd, en voor: L. Wisse, Bieberglaan 11, Breda, voor het gedicht „NAJAAR". Ga zo voort allemaal. Ook wij gaan voort met opletten en nu en dan een prijs geven. So long! Uncle John en tante Thea. Weten julliewaaraan wij hier op de krant kunnen merken dat de winter in aantocht is? Aan de sta pels tekeningen die jullie ons op stuurt. De dagen zijn nu kort aan het worden, de avonden lang. Na tuurlijk speel je méér binneshuis dan in de zomer. En wie graag te kent, kan zich daar nu fijn mee bezig houden. Wij zullen maar weer eens opnoe men van wie de kunstwerken hier voor ons liggen! Ze kunnen niet allemaal een plaatsje krijgen, dat weten jullie wel. (De nagetekende plaatjes, de overgetrokken plaat jes en de overgeschreven versjes en verhaaltjes krijgen zeker nooit een plaats, dat weten jullie wel!) Gerrie Fens, Brigitta Kint, Eric Kint, Herman van Dijk, Jan den Biggelaar, Lucie de Waal, Jo Verstraeten, An- toon Hofmans, Janny van Ginneke, Janek Czyzewski, Jeroen Vermolen, Wilna van Dongen, EHy Raayma- kers, Bertha Bakx, Hansje Broeders, Maria Maas, Marloeke en Liezet Ny- sen, Jean van Waes, Rudie Poppe, Adrie van den Heykant, Julien Mi- chielsen, Rudi Michielsen, Thea de Keyzer, Helma Hendrikse, Elsje van den Heuvel, Gerrie Jonkheym, Adrie van Opdorp, Loek Willemen, Elisa beth van Gestel, Ria de Wever, An- nelies de Wever, Theo Roets, P. van Loon, Alex Jansen, Antoine van Bo ven, Marijke Stienen, Loekie van Lon den, Marie Loui&e Kint, Robbie van Waes, Karin Kostzewa, Rini Verwij- meren. J. BRANDS Markt 19, Geertruidenberg der: „Daarom komen we u vragen over de sloot te springen". „Over de sloot?" „Over de sloot". „Ik geef geen demonstraties", zei de sprinkhaan uit de hoogte. „Hij kan het niet", plaagde het muisje, dat naast de kikker wat meer praats had gekregen. Maar dat liet de sprinkhaan niet op zich zitten. ..Goed dan, op één voorwaarde spring ik over die ehh... sloot", klonk het. „Ik doe het voor 1000 blaadjes. 1000 malse groene blaadjes". Hij zei het zo langzaam dat het leek of ie ze stuk voor stuk aan het proeven was. „Als u gesprongen heeft zullen we daar voor zorgen", kwaakte de kik ker. ,,Nee éérst", besliste de sprink haan. De kikker werd van ergernis nog groener dan hij al was. „Goed", besloot hij kortaf. Met z'n allen ging het terug naar de sloot en de kikker had moeite de sprinkhaan bij te hou den, die plagerig voor de groep uit hupte. „Verzamel duizend groene blaadjes" beval de kikker alle dieren. „Malse" voegde de sprinkhaan eraan toe. Al le dieren haastten zich, want ze wil den nu snel die wondersprong zien. Maar dierenpootjes zijn maar klein en kunnen maar hooguit twee blaad jes dragen. Daarom duurde het wel een uur voor de eerste 100 blaadjes er waren. Al die tijd keek de sprinkhaan een beetje angstig naar die vreemde sloot, die hij toch wel breed vond. Maar kom, troostte hij zichzelf, hij had belangrijker sprongen gemaakt en opgewekt begon hij aan het stapel tje groene blaadjes. Lekker mals wa ren ze. Zo lekker dat hij hoe langer hoe sneller ging eten en hij had wel 100 blaadjes gegeten toen de kikker kwaakte: „Duizend. Duizend blaad jes. En nu mijnheer sprinkhaan, de sprong". „De sprong ja", moeilijk kwam de sprinkhaan overeind. Oef, wat had hij veel gegeten. Maar nou ja, daar werd hij sterk van. Hij zou dit stelletje domme dieren eens even laten zien dat... Pets plons! Het wa ter spatte de dieren om de oren, die het schaterend van zich afschudden en zo moesten lachen dat ze bijna vergaten de spartelende sprinkhaan te redden. „Helpen", commandeerde daarom de kikker en plonste als eer ste de sprinkhaan achterna om de reddingswerkzaamheden te regelen. Iedereen volgde. Alleen het water spinnetje niet. Het was voor zulk werk veel te klein en daarom teken de het van puur plezier op de wa terspiegel ditmaal krulletjes in plaats van lijntjes.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1962 | | pagina 11