Kiezen lussen loonzakje en sociale uitkeringen Pastoor P. Matthijssen uit Zierikzee deken van Gilze Salaris past niet bij verantwoording Onrendabele elektrificatie eist meer gemeente-geld UËl Begroting provincie Zeeland sluitmaar met pijn Kritische notities van r.-k. werkgevers op Veldkamps plannen Hondsdolheid in Huijbergen? PIEDERIET- v. TILBURG Vogelwaarde gaf het voorbeeld glasblad jlfem Nehroe in moeilijkheden Compromis Antwerpen niet bang Kap. van Deursen uit Etten naar Zeeland Voor IJpelaai CONGRES KLEUTERLEIDSTERS Ook Prinsenbeek krijgt vrouwelijke ambtenaar van de burgerlijke stand Meer woningen Slechte rijksweg Dodelijk ongeval te Nuenen DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 31 OKTOBER 1962 Mr. F. J. F. M. VAN THIEL .(Van onze verslaggever) „De zaak is duidelijk: er moet een keuze gemaakt worden tussen de inhoud van het loonzakje en het recht op latere uitkeringen, want de verbeteringen in de sociale voorzieningen moeten worden ingepast in hetgeen jaarlijks voor loonsverhoging beschikbaar is". Aldus gister middag mr. F. J. F. M. van Thiel, algemeen voorzitter van het Ne derlands Katholiek Werkgevers Verbond, in zijn feestrede op Bou- vigne te Breda, waar de Katholieke Werkgeversvereniging in het bis dom Breda het negende lustrum vierde. Die keuze-kwestie is actueel, nu de minister van Sociale Zaken Veld kamp het sociale ver zekeringsrecht in ons land weer in beweging heeft gebracht met zijn adviesaanvraag aan de S.E.R. Mr. Van Thiel gaf gistermiddag enkele kritische kanttekeningen bij de plannen van de minister de A.O.W.-uit keringen op te trekken tot 3.000,— per jaar, de arbeidsongeschiktheids verzekering ook voor zelfstandigen te verplich ten, en een volksverzeke ring op te zetten die moet voorzien in de medische zorg bij zware geneeskundige risico's. Ervan uitgaande dat sociale rechtvaardigheid een norm is die voort durende aanpassing en bezinning vraagt op de concrete situatie, maak te hij ook enkele belang wekkende opmerkingen over de medezeggen schap van de arbeiders in de bedrijven, en over de internationale dimen sie van het sociale vraag stuk, namelijk de ver houding ten aanzien van de ontwikkelingslanden. Over de volksverzekering tegen zware medische risico's zei hij „Het risico komt betrekkelijk weinig vqor, doch wanneer het treft, is het vrijwel voor iedereen te zwaar om zelf te dragen. Mede omdat in de particuliere sfeer geen dekking te vinden is, acht ik hier een voor ieder geldende volksverzeke ring op zijn plaats." Wat het idee betreft de arbeidsonge schiktheidsverzekering ook voor zelf standigen verplicht te stellen een ge dachte die geboren is uit de wens om ook materiële voorzieningen te kunnen treffen voor de gehandicapten mr. Van Thiel vroeg zich af of deze wel te rijmen was met de gedachte van de Algemene Bijstandswet. Het kader Als de A.O.W.-uitkeringen worden op getrokken tot het „sociaal minimum" 3.000,—), blijft er dan nog een taak voor de bedrijfsvoorzieningen, vroeg mr. Van Thiel. Akkoord, dat een dergelijke regeling vrij grote groepen werknemers van een pensioen voorziet dat circa 70 procent bedraagt van hun netto inkomen uit de tijd dat zij nog werkten. Wat echter ten aanzien van de beter ge- salarieerden, de gespecialiseerde werk nemers en het kader De bedrijfs- pensioenen hebben dan alleen voor hen nog zin, ofschoon zij er nooit in zullen slagen hun pensioen in een blijvende verhouding te brengen tot hun laatst genoten inkomen. Mr. Van Thiel stelde hier de vraag: „Wordt de solidariteit niet sterk overtrokken ten nadele van specialisten en kader Belasting Wanneer bij het optrekken var de A.O.W.-uitkering een verhoogd uniform premiepercentage wordt vastgesteld en tegelijkertijd de premiegrens belangrijk wordt verhoogd, zouden de werkgevers eerder met een soort bestemmingsbelas ting dan met een solidariteitspremie te maken krijgen en de bestemmings belasting zou dan bepaald niet volgens billijke principes van draagkracht zijn vastgesteld. Mr. Van Thiel maande in dit opzicht tot grote bezinning en hij voorzag in de bedrijven moeilijkheden bij de inrichting en uitvoering var een pensioenregeling voor de middengroepen, wanneer de basisregeling een te zware last op de bedrijven zou gaar leggen. Sprekend over de hulp aan de ont wikkelingsgebieden, zag mr. Van Thiel de, een specifieke taak voor de onder nemers, mits de overheid een aantal mensen, zonder tijd voor bezinning, staan ernstig bloot aan de kans te ver schralen". En: „de verleiding van het materiële in het ondernemersleven is groot en het evenwicht vraagt ook iets anders De werkgeversvereniging, die zich juist hierop toelegt, kan haar leden behoeden om te gaan „freewheelen" in deze radicaal veranderende wereld. Heeft de werkgever nog wel een juist beeld van de arbeider, vroeg hij zich af. „Het arbeiderstype is totaal anders geworden. Hij luistert naar dezelfde radio, kijkt naar dezelfde televisie en film, leest de zelfde kranten als wij. Ik ben er zeker van dat onze kijk op hem nog niet is aangepast, dat wij hem onbewust nog verwarren met de arbeider van gisteren, die al lang is gestorven." Zoals ook de vriendelijke negertjes van de missie kalenders gestorven zijn, en zoals zo veel in het Europa van nu en de wereld van nu gestorven is. „In een ver.eniging als de onze", zei hij, „doen wij. ons best een antwoord te formuleren op de wereld van vandaag". De jubilerende vereniging, een van de actiefste in het land, telt thans 275 leden in vijf kringen, namelijk Zeeuwsch Vlaanderen, Bergen op Zoom, Roosen daal, Oosterhout en Dongen. De bisschop van Breda, mgr. G. de Vet, heeft pastoor P.C.F. Matthijssen van Zierikzee benoemd tot pastoor van de parochie van de H. Maria Magdalena te Rijen en tot deken van het dekenaat Gilze. Hij zal in Zierikzee als pastoor worden opgevolgd door kapelaan H. van Deursen van de parochie van de H. Lam- bertus te Etten. De conrector van het in stituut St. Marie te Huybergen, J.A.A. Michielscn, zal als kapelaan naar Etten gaan in de plaats van de vertrekkende kapelaan van Deursen. Zijn plaats op St. Marie wordt nu ingenomen door ka pelaan C.J. van Haastert, die tot voor kort kapelaan was te Middelburg. Deze blijft daarbij tevens zijn functie van godsdienstleraar op O.L. Vrouw ter Duinen te Ossendrecht vervullen. De nieuw benoemde deken P.C.F. Mat thijssen verklaarde zeer blij te zijn met zijn benoeming, al was hij graag nog een jaar of drie, vier, in Zierikzee gebleven. Hij stond daar na zijn langdurige Ber gen op Zpomse periode namelijk nog geen anderhalf jaar. Hij had zijn nieuwe pa rochianen net leren kennen. Deken Matthijssen kent Rijen en om geving helemaal niet. Daarom gaat hij vandaag eens poolshoogte nemen, als weer en' wind het hem tenminste toe staan de pont over het Zijpe te nemen. Pastoor Matthijssen heeft in Zierikzee met zijn gemengde parochie (nog geen duizend katholieken op 7000 zielen) zijn draai goed kunnen vinden. Naar onze correspondent in Zierikzee ons meldde, was pastoor Matthijssen doortastend en voortvarend op allerlei gebied. Zo heeft hij in minder dan geen tijd de financiën van de parochie gesaneerd. Een uitvloeisel van zijn financieel be heer is o.m., dat met ingang van morgen alle plaatsen in de kerk vrij zullen zijn. Pastoor Matthijssen had ook regelmatig contact met de dominees van de verschil lende protestantse groeperingen op Schouwen-Duiveland. De bijeenkomsten van deze verschillen de protestantse gezindten worden bij toerbeurt voorgezeten door de aanwezige dominees. Ook pastoor Matthijssen ech ter heeft een dergelijke vergadering al eens op uitnodiging geleid. De strandzlelzorg op Schouwen-Duive land heeft de bijzondere belangstelling van pastoor Matthijssen ondervonden. Hij heeft hard gewerkt aan de verbete ring van de outillige in en rondom de strandkerk in Haamstede. Deken Mat thijssen zal volgende week vrijdag door vicaris-generaal mgr. dr. W. Koenraadt te Rijen worden geïnstalleerd. De nieuwbenoem de pastoor H. van Deursen te Zierikzee werd geboren te Dordrecht en pries ter gewijd op 6 juni 1936. Op 12 augustus 1936 volgde zijn be noeming tot sub-re gent van het klein seminarie IJpelaar. In augustus 1941 werd hij benoemd tot kapelaan in de parochie van Chris tus Koning te Breda en in 1943 tot ka- kelaan in de parochie van O.L. Vrouw Hemelvaart, eveneens in Breda. Op 29 januari 1947 werd hij vrijgestel de voor werkzaamheden in verband met de wederopbouw van de nieuwe IJpelaar. In die periode heeft hij vele acties op touw gezet om gelden voor dit doel te verzamelen o.a. de oud-papieractie, tour nees met koren en verjaardagskalenders. Dit werk deed hij tot 10 oktober 1949, toen hij werd benoemd tot kapelaan van de St. Lambertusparochie te Etten. De laatste jaren heeft pastoor Van Deursen als aalmoezenier ook de oefeningen te La Courtine bijgewoond. DEKEN P. MATTHIJSSEN Mr. P. M. II. VAN BOVEN acties van „Uniapac" en het aandeel daarin van het N.K.W.V. noemde mr. Van Thiel het verlengstuk van de sociale activiteiten in het eigen land en daarom moet de actie een ge integreerd onderdeel zijn van de ver- bondswerkzaamheden. Medezeggenschap Over de medezeggenschap in de onder neming, de P.B.O., zei hij het te be treuren, als de gedachte die eraan ten grondslag ligt zou worden verworpen. Zoals bekend, heeft de organisatie commissie van de S.E.R. geconcludeerd dat met name van werkgeverszijde nog al negatief gereageerd was op de vor deringen op de weg naar publiekrech telijke bedrijfsorganen. „Wij moeten hier geen vooringenomen standpunten in nemen", zei hij. P.B.O., medezeggen schap en winstdeling zijn niet bij uit stek een katholieke zaak, maar als christelijke werkgevers moeten ook de katholieke zich bezinnen op de christe lijke visie op mens en maatschappij. „Wij moeten ons klaar voor ogen stellen waar het om gaat, dan zal het misschien mogelijk zijn de P.B.O. te ontdoen van wat haar nu belast". Het is onverstan dig het kind met het badwater weg te gooien. Bezinning nodig De rede van mr. Van Thiel, die het hele sociale vraagstuk ,,im Frage" stel kreeg een uitstekend voorspel van de voorzitter van de diocesane ver eniging mr. P. van Boven. Hij hield een noodzakelijke voorwaarden vervult. De pleidooi voor studie, want „handelende (Van onze verslaggever) De aanstelling van hulpen in de kleu terschool, meer bouwvolume, opheffing van de ziekenbriefjes, grotere waarde ring voor het werk van de hoofdleidsters en een herziening van artikel 20 van de katholieke onderwijswet; dit zijn enkeïe wensen die de nieuwe voorzitster van de sectie kleuterleidsters van de katholieke onderwijsbond in dit bisdom, mejuffrouw Th. C. A. Oomens uit Breda, uitsprak op het diocesaan congres dat gisteren in Con cordia in Breda is gehouden. „Onze leid sters staan haast voor een onmogelijke opdracht: de lage salariëring is een be zwaar om het hoofdschap te aanvaarden. In vergelijking met het lager onderwijs constateren wij gelijke verhoudingen wat betreft werk en verantwoording, maar ongelijke wat betreft de waardering", zei de voorzitster. De maidenspeech van mejuffrouw Oomens stond niet alleen in het teken van wensen en klachten; zij kon ook mededeling doen van enkele verbeteringen in het kleuteronderwijs. Het aantal leerlingen, dat boven het jaargemiddelde ligt en bepaalt of een school al of niet in aanmerking komt voor een door het rijk bezoldigde leid ster is verlaagd van 15-12 en 10 tot 10-8 en 6. Verscneidene instituten zijn door de minister aangewezen om de A-opleiding van één jaar in drie jaar te veranderen, hetgeen volgens de diocesaan voorzitster vooral ten gunste komt van de prakti sche vorming van de leerling-kleuter leidsters. Een belangrijke verbetering was verder de salarisherziening van ja nuari 1962. Akte verplicht Met ingang van 1 januari 1963 mogen de leidsters die niet in het bezit van een akte zijn niet langer bij het kleuter onderwijs werkzaam blijven, uitgezon- jaar of langer werkzaam waren in di onderwijs en toen minstens vyfendertij jaar oud waren. Mejuffrouw Oomen merkte bij dezenieuwe regeling op dai er ruimschoots gelegenheid is gegever om de akte te behalen. Geen enkel schooi ijf-d [litlk tiglb nsl latln enjH >ollH bestuur kan verandering in de regeling treffen. Bijblijven Na de opening door de voorzitster werd het congres, waaraan o.m .werd deelge nomen door vertegenwoordigsters van de landelijke sectie en van de rijks- en bisschoppelijke inspectie ,bij monde van drs. W. de Hey geconfronteerd met de problematiek van de kleuterleidster in de veranderde maatschappij. Ogen schijnlijk gaat de veranderde maatscnap- pij aan de kleuterleidster en het kind voorbij, zei hij, maar bij nader inzien drukt elke vorm van maatschappij haar stempel op het kleuteronderwijs; door zijn scherp opmerkingsvermogen ervaart het kind de verschillen en tegenstellin gen o.m. in de gezinnen waarmee het in aanraking komt". Om te kunnen voldoen aan de eisen van het hedendaagse kleu teronderwijs, dat niet alleen bestaat uit het bewaren van de kleuters maar voor al uit de begeleiding en ontwikkeling van hen, zal de leidster zich niet na de opleiding mogen terugtrekken in de be slotenheid van haar klas, maar zij zal haar blik ten opzichte van de maatschap pij moeten verruimen en haar taak daar in moeten ontdekken", aldus drs. De Hey. Pionierster De zitting van het congres werd be sloten met de huldiging van zuster Mar tina uit Dongen, die vanaf de oprichting van de bond voorzitster is geweest. Op haar initiatief werden in 1947 met diver se congregatie-oversten voorbereidingen getroffen voor de oprichting van een katholieke bond van kleuterleidsters in het zuiden van Nederland. Zij toonde bovendien grote activiteiten in verband met het opstellen van de kleuteronder- wijswet. Voorzitster Oomens dankte haar voor de bewezen diensten en overhan -• -,VV un-liaicil CU uveniaii- rterd zij die op 31 december 1955 vijf-digde haar een envelop met inhoud de 19ür n( 11-1.luHl.l.i kleuterklas van de Belcrum uit Breda bracht haar een zanghulde. Tot besluit van de dag voerde het to neelgezelschap ..Het Masker" uit Den Haag het klassieke stuk „Freuleken" van IH. Roelvink op. (Van onze correspondent) Een ingekomen stuk van de PZEM in zake de aansluiting van de onrendabe le percelen was voor de heer Pcrdaen in de raad van Vogelwaarde aanleiding om scherp stelling te nemen tegen de geplande kostenverdeling van dit elek- trificatieplan. De heer Perdaen had be rekend, dat deze onrendabele gebieden ongeveer 5 procent uitmaken van de op pervlakte van Vogelwaardé en derhalve vloeit er aan rijksuitkeringen van deze gronden jaarlijks een belioorlyke som in het gemeentelaatje. Hij kon het daarom niet billijken, dat ae gemeente in de kosten van de elektrifica tie slechts 20 procent zal moeten bijdra gen. Een gevolg van de onjuiste kostenverde ling is dat slechts ongeveer de helft van de belanghebbenden op de voorwaarden zal ingaan en de vrees is dus gewettigd dat in dat geval het plan niet zal wor den uitgevoerd. De heer Perdaen zou dit zeer betreu ren. De enige mogelijkheid om de be langstelling van de belanghebbenden meer positief te richten, bestond naar zijn mening hierin, dat de gemeente haar aandeel in de kosten verhoogt tot 30 pro cent, zulks ter ontlasting van de be langhebbenden. Wethouder Serrarens was het volledig eens met het stand punt van de heer Perdaen en hij zou het een mooie geste van de raad vinden als Vogelwaarde in dezen een lichtend voorbeeld zou stellen. In deze kwestie, die al meerdere ma len in de raad ter sprake is gekomen werd nu de knoop meteen doorgehakt. Met algemene stemmen werd besloten de bijdrage van de gemeente te ver hogen tot 30 procent en hierbij werd de hoop uitgesproken, dat alle bij dit plan betrokken gemeenten eenzelfde gedragslijn zullen volgen. De kans tot slagen van dit plan zou hierdoor aanmerkelijk worden ver groot en Vogelwaarde wacht met be langstelling af of deze positieve stap het begin zal betekenen van de vic torie voor de onrendabele gebieden. Straatverlichting De raad vatte zijn taak deze keer bij zonder serieus op, want een agenda zonder hoogtepunten bood meer dan 2 uur stof tot gesprek. Zelfs de subsidie aanvragen, die meestal overeenkomstig de wens van B. en W. en zonder slag of stoot worden behandeld, gaver nu aanleiding tot eindeloos wikken en we gen Dat uit deze slag het Zeeuws Con sultatiebureau voor alcoholisme zegevie rend te voorschijn trad. (de raad legde royaal ƒ65.- op tafel) en de Katholieke Reclassenngsvereniging afdeling Zee land de kous op de kop kreeg, zou er op kunnen wijzen, dat Vogelwaarde al les behalve droog ligt, maar in ieder- ge val het inbrekersgilde niet onder de in gezetenen is vertegenwoordigd. Nog meer geïnspireerd werd de raad toen de feilen in de openbare straat verlichting aan de orde werden gesteld B. en W. hadden op een donkere avond de zaak eens bekeken en zo hier en daar zal meer licht gaan schijnen in de duis ternis Toch nog te weinig, vond de raad, hoewel men er toch wel van overtuigd was, dat niet iedere verspreide woning zijn eigen lichtmastje kan hebben. Wet houder de Bakker, die nog steeds met de waarneming van de enxenxenxenxen de waarneming van het burgemeesters ambt is belast, duelleerde met de heer Peersman, die de verlichting van de Sasdijk als onvoldoende betitelde. Bijna was de gehele raad op staande voet uit gerukt om te zien wie nu wel gelijk had, maar een fikse regenbui zorgde er voor dat de raadszetels bezet bleven. B. en W. zullen nu hun taak op de Sasdijk nog eens overdoen en zij zullen daarbij niet alleen letten op de verlichting van de kruin, maar ook op die aan de voet van de dijk. Want juist aan die voet zou de schoen hem wringen. De periodiek aftredende leden van het Burgerlijk Armbestuur, de heren F. A. de Bakker, J. A. Collet, R. van Kampen «en P. van den Bosch, werden herbe noemd. Origineel en van meer liefde tot de betrokken kandidaten getuigend dan een blanco stem, was het stembriefje waarop de aanduiding „neutraal" stond vermeld. Als leden van de commissie, die belast1 wordt met het onderzoek van de ge meente-begroting 1963, werden door de voorzitter aangewezen de heren E. Schelfhout, W. Lambert en J. Burggrave Inzage stukken De heer Peersman was van mening, dat de meeste raadsleden onvoldoende voorbereid zijn op hun taak in de raads vergaderingen. Wel liggen de stukken ter inzage, maar niet iedereen kan zich vrij maken om tijdens de kantoor-uren de nodige inlichtingen te verkrijgen. Hij zou graag het voorbeeld van vele andere gemeenten willen volgen en de stukken in gestencilde vorm aan de leden toe sturen. De voorzitter wees er op, dat dit met de huidige personeelsbezetting niet te verwezenlijken is. Het aantrekken van een extra kracht vond de raad een te hoge prijs voor het toch wel met in stemming begroete idee van de heer Peersman. Gezocht zal worden naar een andere oplossing bijv. door enkele dagen vóór de raadsvergadering ook 's avonds gelegenheid te bieden tot inzage vaii de stukken. De heer Peersman kreeg verder de gevraagde inlichtingen inzake de aan besteding van de verbetering van de weg in de kom van Stoppeldijk. Voor dit werk kon geen aannemer gevonden worden en een volgende poging is uit gesteld tot het voorjaar van 1963. Wel zullen nog vóór de winter de ergste putten werden gedicht. De heer de Schepper toonde zich te genstander van de versnippering van het toegewezen woningcontingent over de verschillende kerkdorpen. Hij gaf b. en w. in overweging de woningbouwcom plexen zoveel mogelijk te centraliseren en wel daar, waar de meeste behoefte aan woonruimte bestaat. Hiermee verband houdend merkte de heer Lambert op, dat de grondprijzen wel erg hoog zijn. Dit stimuleert de par ticuliere bouw zeker niet. De voorzitter maakte duidelijk, dat alle kosten van bouwrijp maken moeten worden doorbe rekend en de gemeente ligt, wat dit betreft aan banden van het hogere toe zicht. Zoals we gisteren hebben gemeld zal de gemeente Nieuw-Ginneken voortaan een vrouwelijke ambtenaar van de bur gerlijke stand hebben. Ook Prinsenbeek zal echter zo'n vrouwelijke functionaris krijgen. Want als de raad het voorstel van b. en w. goedkeurt en waarom zouden de vroede vaderen er bezwaar tegen maken zal mej. J. P. Karremans als zodanig worden benoemd. Zij wordt dan benoemd in plaats van de gemeente-secretaris, die deze functie niet meer mag waarnemen sinds het inwonertal van vijfduizend is overschreden. Mej.. Karremans krijgt dus ook o.m. bevoegdheid om Prinsenbeekse jonge lieden in „den huwelijken staat te ver enen"; maar dat vindt ze nog wat grie zelig. Ze wil in deze nieuwe functie eerst nog een jaartje „acclimatiseren" alvo rens zich hieraan te wagen. De burgerlijke stand zelf is voor mej. Karremans geen nieuwtje. Al zo'n vijf tien jaar is zij in deze afdeling van het gemeentelijke apparaat werkzaam, „en tot volle tevredenheid", zo werd ons verteld. De veterinaire rijksinspectie te Boxtel heeft een grote herders hond van de fam. S. aan de Gin- nekenstraat te Huybergen in ob servatie genomen. Het dier is waarschijnlijk aangetast door hondsdolheid. Een definitief oor deel kon de veterinaire inspectie nog niet laten horen, maar een veearts te Huybergen, die het dier in eerste instantie heeft on derzocht, heeft verklaard, dat er bijna geen twijfel aan kan be staan, dat het hier een nieuw ge val van hondsdolheid betreft. Het gerucht gaat, dat de fam. S. te Huybergen de hond heeft overgenomen van een kennis of handelaar te Roosendaal, die het dier weer schijnt te hebben gekocht oP een hondenmarkt te Antwerpen. Toen de fam. S. merkte, dat de hond eigenaardige verschijnse len vertoonde, warschuwde zij, veront rust door de veelheid van berichten over hondsdolheid, onmiddellijk de po litie, die het dier naar eerder genoem de veearts bracht. Naar aanleiding van dit verschijnlijk nieuwe geval van hondsdolheid heeft burgemeester van Agtmaal van Huy bergen huis aan huis een schrijven la ten bezorgen, waarin hij er op aan dringt de momenteel bestaande bepa lingen, de honden aan de lijn te hou den en de katten binnenshuis te laten, nauwkeurig op te volgen. Hij wijst erop, dat alle loslopende honden op last van hem gedood kunnen worden. (Advertentie) GINNEKENWEG 34 Tel. 41273 Breda ®^derietC) "•T/LBURfc -fe Exclusieve gouden Sieraden Brillant - Diamant •fe Zilverwerken (Van onze redacteur) Gedeputeerde Staten van Zee land hebben Provinciale Staten hun begroting voor 1963 aangebo den. Omdat de regering de provin cie geen compensatie heeft gege ven voor de gestegen loonkosten heeft wel enige zorgen gegeven een sluitende begroting te ontwer pen. Het is toch gelukt, zelfs zon der het provinciale voorzieningen- peil te verminderen De ontwikke lingsfase, waarin Zeeland zich be vindt, zal aan het budget der pro vincie zware eisen stellen. Het fi nancieel beleid zal er daarom op gericht moeten zijn, dat aan deze eisen kan worden voldaan, aldus de toelichting op de begroting. In een algemene inleiding op de begro ting bezint het provinciaal bestuur zich op zijn komende taak nu Zeeland zich in de aanvang van een ontwikkeling be vindt die de structuur der provincie in vele opzichten belangrijk zal wijzigen. Het provinciaal bestuur heeft heel in het algemeen zich blijkens de toelich ting op de begroting de volgende taak ge steld: „de versnelde ontwikkelingsgang opvangen door met betrekking tot <ie eigen taak te doen wat daartoe in eco nomisch opzicht wordt vereist en, voor zover anderen te dien aanzien een taak hebben, daartoe stimulerend werkzaam te zijn. Daarnevens zal deze ontwikke ling moeten worden begeleid door het geen daartoe in sociaal, cultureel en hy giënisch opzicht is vereist. Het provinciaal bestuur wil voorts ko men tot een „harmonisatie van leven en werken onder de best mogelijke omstan digheden". Daarbij wordt gesteld dat het achterblijven van de economische ontwikkeling van Zeeland ten gevolge van het missen van de aansluitingen op de grote stromen van verkeer en ver voer slechts overwonnen kan worden door rechtstreekse verbindingen met zo wel noordelijk als zuidelijk gelegen in dustriebekkens en door een optimaal ge bruik van het Westerscheldebekken als woon- en werkgebied. Wat het laatste betreft wordt gepleit voor de toewijzing van meer woningen voor Zeeland in 1963. Zou daartoe niet worden besloten dan dreigt volgens het provinciaal bestuur het gevaar dat een redelijk economisch rendement van rijks investeringen als het Deltaplan, de Sloe- haven-aanleg en de kanaalverbetering in Zeeuwsch-Vlaanderen niét wordt ver kregen. In het kader van de in gang gebrachte ontwikkeling is het een feit dat de uit voering van openbare werken en de realisering van planologische plannen meer en meer leidt tot het verwerven van landbouwgronden voor niet-agrari- sche doeleinden. Om compensatie van het verlies van landbouwgronden te verkrij gen gaan de gedachten van het provin ciaal bestuur o.a. in de richting van in poldering van het Land van Saeftinghe. Dit probleem is ernstig in studie. Met het oog op de steeds verdergaande industrialisatie wordt o.m. vrij uitvoe rig ingegaan op de verschillende haven plannen. Ten behoeve van de Sloehaven zullen rijk, provincie en gemeente op publiekrechtelijke basis gaan samenwer ken in een havenschap. In afwachting van het ontstaan van het havenschap zal de voorbereidingscommissie, die in dezen werkzaam is, of het dagelijks be stuur daarvan, naar wordt verwacht als interim-bestuur voor het havenschap gaan fungeren. Intussen dient de Sloehaven te wor den ontsloten. De westelijke en oostelijke ontsluitingsweg zullen door de provincie worden aangelegd. De spoorlijn naar de haven is een zaak voor het havenschap. Teneinde stagnatie te voorkomen zijn G.S. bereid de staten een voorstel tot vóórfinanciering van de aanleg van de spoorlijn te doen. Volgens de toelichting op de begroting zullen de werken voor de nieuwe haven van Walsoorden in het vroege voorjaar van 1963 kunnen aanvangen. Omstreeks dezelfde tijd zal met de werken voor de nieuwe haven van Yerseke begonnen kunnen worden. Wat de haven van Bres- kens betreft is, naast het verwerven van een derde havenbassin de vraag van het overdragen van het beheer aan de streek aan de orde. Ook het beheerschap van de havens in de kanaalzone van Zeeuwsch- Vlaanderen is in studie. In het licht van de ontsluiting van Zee land wijst het provinciaal bestuur in de toelichting op de begroting o.m. nog op de steeds moeilijker wordende situatie bij vooral de veerdienst Kruiningen— Perkpolder en op de al lang niet meer voor zijn taak berekende rijksweg 58 door Zuid-Beveland en Walcheren. De werkzaamheden voor de voorberei ding van de bouw van de Oosterschelde- brug verlopen volgens plan. De finan ciering is tot en met 1963 reeds ver zekerd. Vermoedelijk in 1968 zal Zeeland van aardgas worden voorzien. Op enkele van de laatste punten zullen wij deze week nog nader terugkomen. ]\/{en moet werkelijk medelijden heb ben met premier Nehroe van India. Hij heeft openlijk bekend, dat hij met zijn neutralisme, zijn schip peren tussen Oost en West, in een droomwereld heeft geleefd en dat hem nu de schellen van de ogen zijn ge vallen. Hij roept nu het Westen en het Westen alleen te hulp, om zich te wapenen tegen het agressieve communisme aan zijn noordergrens. De economie van zijn land, die toch al veel buitenlandse hulp nodig had, wordt nu extra zwaar belast door een geweldige opvoering van de al te zeer verwaarloosde bewapening. De prin cipes van zachtmoedige vergoelijking, welke hij tot nu toe toepaste bij zijn beoordeling van het communisme, moeten plaats maken voor harde ver betenheid in de strijd tegen een on scrupuleuze vijand. Nehroe wordt nu ook gehinderd door het slepende con flict met Pakistan over Kashmir. Daar door kan hij nu niet vertrouwen op de solidariteit van het hele Indiase subcontinent. In Karatsji hoort men nu zelfs misprijzende woorden over de Amerikaanse hulp aan India. Van daar dat president Kennedy nu een beroep op Nehroe heeft gedaan, zich zo spoedig mogelijk te verstaan met Pakistan over een kwestie, die reeds zo lang aan het doorzieken is. In het gezicht van de Chinese vloedgolf in het noorden wordt het onderling ge krakeel over zo'n betrekkelijk geringe kwestie onvergeeflijk. Het is te hopen, dat Nehroe ook hierbij zich van oude vooroordelen kan ontdoen. Dan heeft do levensgevaarlijke situatie voor zijn land tenminste al iets goeds opge leverd. "UT/e willen het als een gunstig teken opvatten,' dat er weer van ver schillende kanten aandacht wordt ge vraagd voor de Schelde-Rijnkwestie. Die mag immers niet inslapen, want het geldt hier een levensbelang voor West-Brabant, Antwerpen en de Bene lux. In Rotterdam blijft men pleiten voor de minimum-oplossing, vervat in het befaamde convenu. Dat houdt, naar men weet, in een doorsteek van de Kreekrakdam, waarna de schepen ver der hun weg moeten vinden door bestaande wateren. De Handels- en Transportcourant heeft dezer dagen nog eens betoogd, dat dit een com promis is, waarbij beide partijen ele menten van hun oude standpunten lieten vallen. Over zulk een compromis kan dan nog wel verder gesproken worden, doch slechts op detailpunten. Een voortgezette vaarweg door de Eendracht, zoals Antwerpen verlangt, ziet het blad als een te verre gaande afwijking van het convenu. We kunnen deze redenering werke lijk niet volgen. Tussen de twee uiter ste standpunten is immers meer dan één vorm van compromis denkbaar. Wij zijn hieraan ook al toe bij het standpuVit van de gemeente Antwer pen, waarachter de Belgische regering staat. Dit houdt in, dat er een defini tieve regeling voor de Schelde-Rijn- verbinding dient te komen volgens de kortste weg door de Tussenwateren, terwijl dan de Rijnvaartpremies wor den afgeschaft naargelang de verwe zenlijking daarvan. Dat is ten opzichte van de oorspronkelijke Belgische eis van een Moerdijkkanaal kennelijk ook een compromis en, naar het ons voor komt, een verder gaande toenadering tot het Nederlandse standpunt dan het convenu laat zien ten opzichte van het Belgische. Het staat nu overigens aan de onderhandelaars en de regerin gen het wederzijds aanvaardbaar com promis te vinden. verklaring van commissaris dr. Kortmann in de Noordbrabantse Staten over het Kreekrakplan en een vraag aan mr. Lichtenauer over het Sloeplan hebben blijkbaar in België ongerustheid verwekt met betrekking tot de invloed, welke Antwerpen van de verwezenlijking van deze plannen zou kunnen ondervinden. Het gerucht ontstond, dat Antwerpen er schade door zou kunnen lijden, en men ver baasde zich, dat Antwerpen niets van zich liet horen. Een en ander is aanleiding geworden voor de Antwerpse schepen voor de haven mr. L. Delwaide zijnerzijds te verklaren, dat België Nederland niet kan verhinderen zijn haveninstallaties te Terneuzen of aan het Sloe te mo derniseren en dat deze werken evenals ook de mogelijke uitvoering van het Kreekrakplan op geen manier de haven van Antwerpen zouden kunnen benadelen. Met name zouden zij dit niet, wan neer de vaargeul van de Schelde zo danig wordt verbeterd, dat schepen van grote tonnage de Antwerpse olie raffinaderijen zullen kunnen bereiken. Mr. Delwaide preciseerde, dat het bij het Sloeplan slechts over een haven- en industrieterrein gaat van 600 hectare, terwij] Antwerpen zijn bedrijfsterreinen thans uitbreidt tot 10.000 hectare. Antwerpen heeft bo vendien de beschikking over een uit gebreid verkeersnet en een sterk ge ïndustrialiseerd achterland. De Ant werpse schepen gaf met deze en andere vergelijkingspunten duidelijk te ken nen, dat er geen vrees behoeft te bestaan voor schade te Antwerpen tengevolge van de Nederlandse plan nen. Het is goed, dat hij dit heeft gedaan, niet enkel om zijn stad- en landgenoten gerust te stellen, maar ook omdat hier mee een mogelijke beduchtheid in Nederland voor Antwerpse bezwaren tegen de uitvoering der Nederlandse plannen de grond wordt ontnomen. Op de Lieshoutseweg te Nuenen Is gis terenavond omstreeks zeven uur de 68- jarige T. Teunisse uit Gerwen door een personenauto aangereden en op slag ge dood. De bestuurder van de personenauto werd door een tegenligger verblind.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1962 | | pagina 3