Nijgh en Van Ditmar llieater hrc"T: Wie is dichter van de Reinaert bestaat 125 jaar ONTHULLING VAN DR. GOOSSENAERTS Tito Schipa neemt afscheid Mado Schoolmeesters maa LITERATUUR OORLOG en VREDE Voorkeur bij pocketlezer: Bundeltje herinneringen van vijf auteurs RAMEN HERPLAATST IN AMSTERDAMSE OUDE KERK UIT DE KUNST Theater brengt: SYLVIA BEACH Xt mensen en muzen - mensen en muzen - mensen en muzen - mensen en muzen - mensen en muzen - mensen en muzen Postume hulde aan Doeke Zijlstra Tijdschriften ui Gedenkboek i POTTERS «HM J.INIA overleden DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 13 OKTOBER 1962 Het was in het jaar 1837, dat de heer Henricus Nijgh te Rotterdam een boekhandel vestigde, waaraan spoedig een uitgeverij van boek- en plaatwerken verbonden werd. Dit initiatief vormde het begin van de „Nimmer Dralende" uitgeverij Nijgh Van Ditmar, die thans dus 125 jaar bestaat. Bij deze gelegenheid is in de geboorteplaats een receptie gehouden, waarop een der huidige directeuren, de heer E. W. P. van Dam van Isselt, de verrassende mededeling deed, dat het hoofdkantoor van Den Haag naar de Maasstad zal terugkeren- Het zal verrijzen aan de Westblaak. XT eel veel is er van de geschiedenis dezer firma niet bekend, daar het archief bij het bombardement van Rot terdam in de meidagen van 1940 ver loren ging. Een belangrijk feit was de overeenkomst, die in 1923 werd aan gegaan met de eigenaar van de uit geverij De Waejburgh: Laurens van der Waals. Nog steeds is deze als li terair adviseur aan de zaak verbon den. Een naam, die evenzeer melding verdient is die van Doeke Zijlstra, de man, die de uitgeverij uitbouwde tot wat ze in de dertiger jaren werd en nu nog is. Hij is in 1940, toen hij het Beursplein overstak om een voorschot te halen voor zijn personeel, door een verdwaalde kogel dodelijk getroffen. Zijn mededirecteur was de heer J. Th. Piek, die thans nog commissaris van de N.V. is. Sinds 1960 is de heer W. P. N. Schrijver lid van de direc tie. 1894, een jaar voor de dood van H. Nijgh, werd De Wereldkroniek opge richt. Andere periodieken waren o.m. Economisch Statistische Berichten en De Lichamelijke Opvoeding. Later volgden Liberaal Reveil, het ophefma kende Gard Sivik, De Gong enz. Van groot belang was ook het maand blad Forum, dat van 1932 tot en met 1935 aan vele jongeren uit Nederland en Vlaanderen gelegenheid bood tot pu- blikatie. Ook Filmliga was een produkt van deze firma, nog altijd het best uitgevoerde tijdschrift, dat op dit ge bied in ons land verschenen is. Het zou ons te ver voeren moesten we alle letterkundigen opsommen, van wie werken in het fonds van Nijgh en Van Ditmar zijn opgenomen. Tot hen be horen F. Bordewijk, Walter Breedveld, Antoon Coolen, Pierre H. Dubois, Paul Haimon, Albert Helman, Har Scheepens, Simon Vestdijk. Ook enkele buiten landse auteurs behoren er toe. Van de literaire series is de N.D.- reeks met haar 75 delen het meest be kend. Daarnaast vraagt de Zakdoek reeks voortdurend aandacht, evenals de Gele Serie, die bestaat uit detective- en politieromans. De laatste vier jaren vond het beste uit de schoolpers een plaatsje in de bundels „Een 10 voor de 10-ers". SIMON VESTDIJK T\e leiders van de jubilerende uitge verij hebben steeds veel belang stelling voor tijdschriften getoond. In "Oij wijze van feestgeschenk heeft de directie haar vrienden een gedenk boek aangeboden, waarin vijf auteurs hun herinneringen aan de dertiger ja ren hebben opgeschreven. F. Bordewijk opent het met een wat van-de-hak-op-de-takkerig artikel dat intussen bijzonder interessante passages bevat. Zo verkjaart Bordewijk, dat zijn eigen positie tegenover deze uitgeverij een volstrekt unieke is in het hele land: Onze echtgenote heeft er fonds bezorgd, en wel een waarvan we niets wisten eer het resultaat voor ons lag in de vorm van een kleine private biografie, op verzoek van de Uit geverij geschreven en samen met een beschouwing door Dubois als boekje verschenen. En onze dochter heeft er eveneens fonds bezorgd". Van Antoon Coolen, die de meeste van zijn manuscripten aan Nijgh en Van Ditmar toevertrouwde, is het „In me- moriam Doeke Zijlstra" uit het boek „Bevrijd Vaderland" overgenomen. Ook de andere auteurs roemen de voortref felijke kwaliteiten van deze uitgever. „Voor hem gold nog niet zozeer of het boek verkoopbaar, als wel of het in BORDEWIJK zijn ogen goed was", aldus Bordewijk. Vestdijk vertelt in zijn bijdrage met veel humor over zijn tegenstanders: correctoren, zetters, typografen, over zijn afkeer van de nieuwe spelling en over wat niet al. Ook Gerard Wal schap zingt de lof van Doeke Zijlstra: „Mijn werk is nooit meer zo mooi uit gegeven ajs door hem". Literair-historisch is het opstel van Maurice Roelants „Requiem voor Doeke Zylstra, de humaanste der uitgevers", verreweg het belangrijkste. Hij draagt tal van grondstoffen aan voor een geschiedenis van het maand blad Forum, waarbij hij terloops ook een onjuistheid in het boek van Ada Deprez over Du Perron rechtzet. Roe lants publiceert o.a. een brief, die Zijl stra aan alle redacteuren stuurde en waarin de diverse episoden, die tot het opheffen van Forum hebben geleid, belicht worden. De vrienden van de jubilerende uit geverij zullen haar dankbaar zijn voor dit charmante geschenk, dat met enkele foto's verlucht is. Een exemplaar, gebonden in buffel kalfsleder, bedrukt met goud, werd aan Hare Majesteit Koningin Juliana aangeboden. WILLEM VAN DER VELDEN I Nagelaten werk van de Rotterdamse beeldhouwer Emile Voeten wordt van 20 oktober tot 2 december geëxposeerd in de tuinzaal van het museum Boy mans te Rotterdam. In de Tilburgse schouwburg brengt het Oxford Playhouse (Dublin Gate Thea tre) vrijdag 19 oktober aanstaande een opvoering van Shakespeare's Othello. De musicus en componist Louis Toe bosch en de graficus J. B. Sleper, bei den te Breda, evenals dr. J. Starink te Tilburg zijn benoemd tot lid van de Raad voor de Kunst- Louis Toebosch heeft van het ministe rdie van O. K. en W. opdracht ont vangen tot het schrijven van twee korte orgelwerken. Na ,,Traviata" en Othello" volgt nu Don Carlos" als derde Verdi-weder- opvoering van het beginnende seizoen in de Kon. Vlaamse Opera te Antwer pen. Het werk heeft sterke affinitei ten met de geschiedenis van onze lage landen, maar het is bovendien het meesterwerk uit de eerste periode van grotere rijpheid van de Italiaanse mees ter, een opera die de weg baant voor ,,Aida" en de laatste werken „Othello" en „Falstaff". Een grootse montering belooft een hoogst aantrekkelijke voor stelling. Solisten zijn Mimi Aarden, Nelly Lancia. Andrea Nevry, Maria van der Meirsch, Edward de Decker, Emile de Jonghe, Ronald Dutro, Nick Her bosch, Lode Le Moine, Bert Olsson. Willy van Hese. Er wordt nog één voorstelling gege ven nl. op zondag 14 oktober. De Toneelgroep Theater te Arnhem brengt deze maand de première van Tolstoi's „Oorlog en vrede". Volgende maand, en wel op 9 november, wordt het stuk in de Tilburgse schouwburg gebracht. De toneelbewerking is van Alfred Neumann, Erwin Piscator en Guntram Prüfer, terwijl de regie ge voerd wordt door Ircna Babel. De roman „Oorlog en vrede", van Tol stoi geldt in de wereldliteratuur nog steeds als een meesterwerk. Tolstoi's opzet was gestalte te geven aan zijn gedachten over de absurditeit van de oorlog en dit doende schiep hij een onvergetelijk beeld van de Russische samenleving, de Russische wereld uit de eerste jaren van de 19 eeuw be lichaamd in diep doorschouwde karak ters. Het talent van de kunstenaar ver duurzaamde tn bezielde zijn historisch inzicht en gaf vleugels aan de theo rie, die hij verdedigde. Piscator en zijn medewerkers Neumann en Prüfer hebben nu aan die leidende gedachte opnieuw gestalte willen ge ven op het toneel. En zoals Tolstoi met veel talent gebruik maakte van alle middelen die de roman hem bood, zonder daarbij zijn eigen stem ooit het zwijgen op te leggen, hebben Piscator en zijn medewerkers - ook met veel talent en niet schromend voor toe voeging van eigen kommentaar - al le mogelijkheden van het toneel aan gewend. Met gebruikmaking van enkele van de belangrijkste figuren uit de roman werden de gebeurtenissen - die in onmiddellijk verband stonden met de leidende gedachte - opnieuw gegroe peerd en soms zelfs gewijzigd naai de eis van het drama om het verhaal opnieuw te vertellen met de typische middelen van het toneel. Zij gebrui ken daarvoor expressiemiddelen, die de bekende realistische of romantische traditie doorbreken en soms ver te bui ten gaan in een snelle opvolging van fel doorleefde tonelen, die aan het stuk een meeslepend en opwindend ritme geven. De handeling wordt bepaald door Na poleons verovering van het vasteland van Europa en zijn fatale veldtocht naar Rusland, een historische perio de die loopt van 1806 tot 1812. Het toneel is opgebouwd uit drie speel vlakken, die ieder hun eigen beteke nis en functie hebben, t.w. het noodlotstoneel, waarop Napoleon en Tsaar Alexander verschijnen en de historische gebeurtenissen zich afspelen Het aKtietoneel, waarop het leven van de mensen zich afspeelt, dat door dit historische noodlot zo sterk wordt be- invloed, zonder dat zij er iets aan toe of af kunnen doen; en dan, als uitbouwsel van dit toneel; drie podia waarop de hoofdfiguren van het spel Pierre, Graaf Besoechov, - Andrej Vorst Bolkonski, en Natascha, Freule Rostova, hun reakties, op deze door de historie beïnvloede gebeurtenissen, in hun leven verwerken. de „Open Kring" van Gent. De letter kundige P. Schepens stelde vast, dat in Scandinavië de „Reinaert"-figuur evenmin onbekend is en dat zij daar blijkens de Zweedse volksoverlevering nog veel ouder is dan in onze Neder landse of Vlaamse „Reinaert" of de Franse verhalen, waaruit Willem van de „Madoc" heeft geput. Deze Franse versies gaan trouwens weer terug op ,-tr u - Nederlandse voorbeelden, wat uit Ne- (Van een bijzondere medewerker) derlandse woorden in de Franse tekst Tijdens een zitting van het Erasmus-Genootschap te Gent heeft dr. W. Goos- Qp tg maken senaerts een verrassende onthulling gedaan. Hü deelde namelijk mee dat Dg Zwee(Jse over"ievering moet echter ov-. /-X/-> OantcQ Irriniïen van r*1prkpn hebbpn Celeid tot het achter- r:;j atnvi»-.non /-.f nasporingen in de Gentse kringen van ,,clerken" hebben geleid tot het achter halen van althans een der schrijvers van de „Reinaert", namelijk Aernout, die in een van de Gentse kerken in de tweede helft van de twaalfde eeuw proost was van het kanunniken-kapittel. Bovendien zou men waarschijnlijk ook Willem van de „Madoc" op het spoor zijn. Genoemde dr. Goossenaerts is bij ge- AANKNOPINGSPUNT legenheid van zijn tachtigste verjaar- Hjer j|gt nu aanknopingspunt voor dag gehuldigd door het Erasmus-Ge nootschap. dat als de Vlaamse tak van het Algemeen Nederlands Verbond beschouwd kan worden, waarbij het ook is aangesloten. Dr. Goossenaerts was eigenlijk wars van een huldiging, maar hij heeft zich zo verdienstelijk gemaakt voor de Nederlandse cultuur de vaststelling van het auteurschap, waarover dr. Goossenaerts zün belang wekkende mededeling deed. Deze heeft de vondst niet zelf gedaan- Hü is wel de stimulator van de onderzoekingen geweest. dateren uit de tijd van de Vikingen of Noormannen. Als dit zo is, wordt hier mee de reeds in de middeleeuwen zo wijde verspreiding van het Reinaert- verhaal heel verklaarbaar. De Noor mannen, die overal binnenvielen, zijn daaraan dan debet. De kern van het verhaal werd alom bekend en met meer of minder succes zal het dan later door literatoren van verschillende landen zijn opgetekend en uitgewerkt tot een epos. Maar het mooiste daar van en het best verwerkt of vertaald in een volkseigen verdichting zal toch blijven onze „Reinaert" van Aernout en Willem, „die Madoc maekte". en voor de Vlaamse zaak, dat hij er js intussen nog een andere ontdek niet helemaal onderuit kon. En daar -• - j- hij zich nog in het bijzonder in de weer heeft gesteld voor het onderzoek en de viering van het streekeigen Rei- naert-epos, kon men hem moeilijk een meer toepasselijk geschenk aanbieden dan een jonge (opgezette) vos. Het antwoord van dr. Goossenaerts was feitelijk een wedergift in de vorm van bovengenoemde onthulling. Deze zal binnenkort wel een nadere precise ring verkrijgen. Er is over het auteurschap van de „Reinaert" al heel wat te doen ge weest. Deze alom bekende sluwerik, die onsterfelijk de literatuur der eeu wen doorwandelt Goethe bv. heeft zijn hele epos in het Duits herschre ven deed als een rasechte deugniet degenen, die zijn daden boekstaafden in zijn alibi delen. En dat op zijn mid deleeuws onschuldig-geraffineerd Want wanneer men de „Reinaert" openslaat treft u op de eerste regel al de naam van de dichter „Willem, die Madoc maekte". Dat is toch duidelijk. Maar omdat ge in geen encyclopedie Madoc kunt vinden, kunt ge er zo al even min achter komen wie die Willem was. Er komt nog bij, dat een handschrift van omstreeks 1340 niet één, maar twee schrijvers in de proloog van het epos opnoemt, naast Willem van de Madoc ook nog Aernout. De geleerden zijn toen gaan uitzoeken wat van die Willem en wat van Aer nout kon zijn. Zij hebben het daarin heel ver gebracht, zij het niet zonder onderlinge meningsverschillen, maar wie nu Willem en Aernout eigenlijk waren werd er niet helderder mee. Het was wel zeker, dat zij aanmerke lijk vroeger hebben geleefd dan de tijd van het genoemde handschrift van 1340 Maerlants Rijmbijbel van 1270 noemt de „Reinaert" reeds. Ofschoon de lite ratuur-historicus C. Kaakebeen in een uitgave van 1922 bij vergelijking van de „Reinaert" met Maerlants „Alexan der", waaruit voor het dieren-epos kon zijn geput, het ontstaan van de „Rei naert" rond 1260 aanneemt, gaat men thans hiervoor nog ongeveer een eeuw terug. king gedaan met betrekking tot de - „Reinaert", waarvan wordt gewaagd Een houtsnede uit de rijmarufc van in „Getuigenis", het maandblad van tyReinaert"uitgegeven te Antwerpen (Advertentie) Deze week heeft de nu 73-jarige en enigszins gezette Tito Schipa in het stadhuis van New York het eerste van een serie afscheidscon certen gegeven. Zij zullen het be sluit vormen van een der grootste zang-carrières van deze eeuw. In de volgende maanden zal de grote Schipa in diverse Amerikaanse steden nog eenmaal optreden. „Overal heb ik gezongen, behalve in Japan", zegt de tenor, „wanneer ik de kans daartoe had gekregen, zou ik ook daar wel voor het voet licht zijn verschenen". In zijn donkere haardos is nog geen grijze haar te bespeuren en zijn ge spierde gelaat vertoont nog geen en kel rimpeltje. In 1956 vervulde deze nog zo vitale man zijn laatste opera- rol. Hij trad toen op in ,,L'elisir d'a- more" van Donzetti, welke uitvoering in de Romeinse opera plaatsvond. In 1957 maakte hij een val, waarvan de gevolgen hem beperkingen hebben opgelegd, zodat hij niet meer zoveel kon optreden als vroeger, toen hij ook in Moskou op de planken stond. „Boris Chaliapin leerde mij liederen van Rimsky-Korsakoff, die ik op deze tournee zal zingen," zegt Schipa, die vijf talen spreekt, er in acht zingt en voornamelijk met zijn handen het woord voert. ,,Die Russen reageer den bijzonder impulsief. Iedereen kuste me. In mijn 52-jarige carrière heb ik nooit zoveel enthousiasme meege maakt". Hoewel Schipa van geboorte Italiaan is werden de Verenigde Staten zijn twee de vaderland. Hij heeft nu het plan om in New York of Los Angeles, in welke steden hij een huis heeft, een „Schipa-conservatorium" te stichten, waar jongeren zich in de muziek kun nen bekwamen. „Op het ogenblik geef ik les in Rome," vertelt hij, „De jon ge mensen hebben tegenwoordig goede stemmen, maar zij studeren niet hard genoeg. Zij willen te snel geld ver dienen. Zelfs in zangrollen, die hen he lemaal niet liggen." Wat is nu het geheim van Schipa's on gelofelijk lange loopbaan? In het alge meen begint de stem toch na het pas seren van de 50 aan volheid en glans te verliezen? Tito Schipa zegt hier zelf over: Voordat ik mijn debuut maakte studeerde ik zes en een half jaar. Ik studeerde deze tijd bijzonder intensief. Ik heb mijn stem nooit mis bruikt, ik rook niet, ik eet niet veel en bovendien eet ik nooit rood vlees. Verder waak ik over mijn gezondheid, forceer mijn stem nooit en ik heb nooit vocale oefeningen gedaan. Wan neer ik wil controleren hoe het met mijn vocale conditie gesteld is, maak ik alleen dit geluid...." Hierbij maakt hij een afschrikwekkend, schurend ge luid, dat doet denken aan een lucht- storing in een oud radio-toestel. Schipa's favoriete vertolking was wel de titelrol in „Werther" van Massenet, waarin hij zijn groot acteertalent kon uitleven. Amelita Galli-Curci, die hij volgende maand in Californië een be zoek wil gaan brengen en Lucrezia Bori, beschouwt hij als de prettigste tegenspeelsters uit zijn gehele loop baan. Een van de meest opwindende ogenblikken in zijn muzikale loopbaan was voor hem het moment waarop hij voor de eerste keer zijn eigen ope rette „Prinses Liana" kon regisseren. „Naast mijn zangstudie studeerde ik ook compositieleer." vertelt hij, „ik heb twee missen en enige populaire lied jes geschreven, die ik tijdens mijn concerten dikwijls ten gehore bracht. Het zijn romantische liedjes, maar ik houd ook wel van andere genres, zelfs als het goed wordt gedaan, van rock and roll, de cha-cha-cha en de twist. Verleden jaar zei mijn arts mij, dat mijn onwillig been door dansen wat beter in het gareel zou geraken, dus ben ik mij maar op de twist gaan toeleggen. Het heeft mij nog veel goed gedaan ook". A\ MENTHOLPELLETS Tejten hoest en Keelpij' Uitwerking frappant De Oude Kerk in Amsterdam wordt thans gerestaureerd. Het is een jarenlang vergend werk dat buiten gewoon kostbaar is. Das zyn in het gotische bouw werk drie gebrandschilderde ramen herplaatst in de Noorderzübeuk. Deze mijlpaal was reden voor een groot aantal vertegenwoordigers van overheid en particuliere instanties, die subsidies verlenen, de stand van zaken eens te komen opnemen. Mado Schoolmeesters, een Belgische artieste, die sinds drie en een half jaag in Breda woont, is opdracht verstrekt een enorm glas raam te maken voor het nieuwe gebouw van de Raad van Arbeid te Breda. Het glas, dat wordt aange bracht in het trappenhuis van het gebouw is geïnspi reerd op de Antwerpse ha ven en wordt in' wit, zwart, blauw en grijs uitgevoerd. Het is haar eerste monumen tale werk. Het werk is ab stract geïnspireerd, ofschoon in de lijnen en contouren ge makkelijk de levendigheid van een haven is terug te vinden. Kennismaking met het schilderwerk van Mado Schoolmeesters leert, dat dit uit stekend voor ramen te gebruiken is. Zij heelt een zeer originele visie op het ha venbedrijf ontwikkeld, waarbij zij met forse contouren werkt. Allengs werd de ze visie meer abstract en het is met dit werk, dat zij de laatste tijd zeer veel succes boekt. Mado Schoolmeesters' werk is eerlijk en eist daarom geen voorbehoud. Het heeft een geheel eigen hand en dit ef fect wordt zonder buitenissigheden be reikt. Men heeft de indruk, dat het werk spontaan ontstaat, eigenlijk zon der moeite. Bovendien lenen zich de kleuren, waarin zij haar schilderijen maakt, uitstekend voor verwerking in een glaswand. Mado Schoolmeesters werd geboren in Brussel, waar haar vader beeldhouwer was. Zij studeerde in haar geboorte plaats aan de Académie royale des beaux arts gedurende vier jaar om later in Antwerpen te gaan werken aan het Nationaal Hoger Instituut- Hier ontmoette zij haar man, de kunstschil der Janus Nuyten. Met hem werkte zij enige jaren in Antwerpen om daarna naar Breda haar mans geboorte stad te verhuizen. Haar raam is een uitbundig maar toch ingetogen spel van lijnen, die beheerst in het vlak zijn gebracht. Daardoor ont staat een constructief geheel, waarin niet alleen de lijnen van schepen en masten zijn terug te vinden doch ook de beweging van eb en vloed. Het werk wordt uitgevoerd op de ateliers van de firma Th. den Ridder, voorheen gebrs. Wuysman te Breda. Een zeer bekende figuur in de literaire wereld van Parys, de Amerikaanse Miss Beach, is overleden. Zy werd 75 jaar. Miss Beach werd geboren in Baltimore in de Amerikaanse staat Maryland. In 1917 kwam zij voor het Rode Kruis naar Parijs, dat van nu af haar vas te woonplaats zou worden. In 1919 o- pende zij een boekwinkel, die het mid delpunt zou worden voor de vele Ame rikaanse en andere Engelstalige schrij vers, die tussen de twee wereldoor- togen naar Parijs kwamen. Zij moe digde Ernest Hemingway aan tot schrij ven, was bevriend met T.S. Eliot en arrangeerde de eerste, privé-uitgave van „Ulysses" van James Joyce. An dere geregelde bezoekers van de boe kenzaak van Miss Beach waren E.E. Cummings, Ezra Pound en Gertrude Stein. Toen haar zaak in de dertiger jaren dreigde te worden gesloten, voer de een groep bekende Franse auteurs, onder wie André Gide en Paul Valery, een campagne om sluiten te voorko men. De Parijse Amerikaanse kwam deze zomer nog in het middelpunt van de belangstelling te staan, toen zij als e- regaste in Dublin de opening van een museum ter ere van James Joyce bij woonde. SCHEPEN EN MASTEN EB EN VLOED Een enquête, gehouden door een Haagse uitgeverü (Semper Avantl n.v.) onder de lezers van pocketboeken, heeft uit gewezen dat bijvoorbeeld byna 50 pro cent van de huisvrouwen dol is op detective-boeken, terwyl maar 25 pet van de werkende vrouwen deze ver strooiing zoekt. Literatuur geniet met een percentage van 68 tot 81 de groot ste belangstelling bij de pocketlezer. Speciaal in industriële kringen ligt de belangstelling lager ca 62 pet.) en by studenten zeer hoog (93 pet). Het resultaat van de enquête is ont leend aan ruim duizend antwoorden, die bij de uitgeverij binnenkwamen- Van mannen kwamen 82 pet en van vrouwen 18 pet der antwoorden binnen Voorts werden de antwoorden ingedeeld in drie groepen, die van beter gesitu eerden (leidinggevende functies) 29 pet mannen en 2,5 pet vrouwen; van zelfstandigen (niet leidinggevend) 22 pet mannen en 8 pet. vrouwen en van afhankelijken (leerlingen van middel bare scholen, studenten en gepensi oneerden) 29 pet mannen en 9,5 pet vrouwen. Gebleken is dat de studenten verreweg de meest enthousiaste pocketboekle zers en -kopers zijn. In handelskrin gen bestaat een vrijwel evengrote be langstelling voor pocketboeken als on der leerlingen van middelbare scho len. De belangstelling in industriële kringen steekt hierbij ongunstig af. In de groepen bestaat ook grote interes se voor boeken over geschiedenis (mannen 70 en vrouwen 57 pet). Vol kenkunde bezit 54 pet van de pocket- lezers. onmiddellijk gevolgd door psy chologie (52) en wetenschappelijke lec tuur met 46 voor mannen en 24 pet vrouwen). Religie in beschouwende vorm wordt door 43 tot 48 pet van de pocketle zers gezocht, reizen en wat daarmee verband houdt door 42 pet en detec tive door 41 pet der lezers. Lichte ro mans genieten een matige belangstel ling, nl. 37 pet mannen, maar 54 pet bij de vrouwen. Beeldende kunst en muziek wordt ech ter door 50 pet der vrouwelijke pocket lezers gevraagd tegen 40 pet der man nelijke lezers. Sport en knutselen staan het minst in de belangstelling. Hier voor zijn de uitslagen respectievelijk 23 en 22 pet Bij de beoordeling der resultaten dient echter rekening te worden gehouden met het feit, dat de gegevens ont leend zijn aan lezers, die reeds re gelmatig pocketboeken kopen en een uitgesproken voorkeur voor boeken in een bepaalde richting hebben, aldus de uitgeverij.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1962 | | pagina 13