Wij mogen onze ogen niet sluiten voor de harde werkelijkheid In onze landen nemen de roepingen af Hoeveel kost een seminarist? Stoffelijke nood of gebrek aan priesters... Het gevaar der U HELPT Pauselijk Missiewerk voor eigen Priesters Waarom toch zo uitvoerig inet cijfers? NATIONAAL BUREAU PAUSELIJKE MISSIE-ACTIE Laan Copes van Cattenburch 127, Den Haag. Giro 8725. Tel. 070-112343 Minstens 1 priester per 10.000 inwoners AANTAL BESCHIKBARE PRIESTERS DOEL Gaten met gaten vullen maar wij vergeten de reiskosten Onlangs bleek ons beslist niet voor de eerste keer dat Iemand verbaasd was om het feit, dat het beheer en de verantwoording van de gelden voor de Pauselijke Missiewer ken zo nauwkeurig en zo zakelijk cor rect waren. Deze verbazing deed ons pijn! Bo vendien: ieder heeft recht op inzage in de boeken: ze zijn in orde! Moge het vertrouwen schenken en helpen om dichter te komen bij het ideaal, dat dit Pauselijk Missiewerk uit eigen inkomsten z(jn doelstelling kan vervullen. toch ook mede aan de opleiding van priesterstudenten in de missiegebieden: door UW gezinsbijdrage aan de Pauselijke Missiewerken, waardoor u lid bent van het P.M.P.; door het schenken van een bijzondere gift voor de bouw van semi- naries door met een jaarlijkse bijdrage van tenminste 500,— een bepaalde student te steunen; door een blijvende studiebeurs te stichten, waarvan de jaarlijkse rente gebruikt wordt voor steun aan een bepaalde student; door het schenken van minstens 25.per jaar en dan tesamen met anderen een bepaalde student steunen; door het schenken van een bedrag onder voorwaarde van een jaar lijkse uitkering tijdens bet leven; door het P.M.P. per testament als erfgenaam van uw nalatenschap te benoemen of met een legaat te gedenken. (s.v.p. vermelden: Priesteropleiding). nu Iedere Ottawa een juli 18679 di Zolang men Ottawa zo van één kamm welzijn en del Hoog boven Otd de „Vredestorenl bouwd als een hen, die vielen op als een manifesta streven naar vrei sen de volken. Td vende land om destoren duidelijl vernemen de mer uren. Op nationale toogl dere bijzondere gelegl klanken van het cal destoren over stad ei digen allen, die het vl roep tot vrede. De zl het carillon weegt o Hij draagt Canada's J wereldoorlog in zijn li de inscriptie Glory f Highest, and on E;| Will towards Men". Ottawa is het brand! symbool van Canadaf heid. De stad ligt opl aan de samenloop vaj Parlementsheuvel if en regeringsgebouwen stijl beheerst de J gende land, zoals Utr§ stad Utrecht en het drie rivieren zijn de tuurlijke grens vormd cies Ontario en Quebl Kideau en de met boor de Gatineau. De Otta wekkende stroom metj Chaudière Waterval Waterval en eer! Iets ten oosten van d vel zijn de sluizen tua het Rideau-Kanaal. I meters verder ligt dl provinciale brug tussd tario. Niet ver van dl Kideau zich via een Ottawa. De Ottawa is niet sic ciale, doch ook een grens. Tegenover Otta' Quebecse oever) de in< en daarachter strekt zit velland van Gatineau schap, doorsneden doo ongevaarlijke Gatineau- delijke oever van de O1 een nauwelijks geaccidt weidelandschap. Ni Het was een Veneti dienst Cabot gehete in 1497 ontdekte. In he, tiende eeuw besloten de ook eens te gaan kijke land. In de kustgebiede ter geen edelmetaal zij niet. „Aca nada" (,,hier i zij gezegd hebben en a schattende uiting zou volgens velen zyn ontst dere historici menen naam Canada teruggaa se woord „Kanatha' ten" betekent. Hoe dit minder gouddorstig da4 den, namen Canada in koning Frans I in bezit ontdekkingsreiziger Ja noemde het land Nieuw Canada's vroegste (vj schiedenis is die van Fransman en Brit or lands. Een paar eeuwen met wisselend succces li dat, na een koloniale oo dood, Engeland bij de C1763) Canada definitief na de onafhankelijkheic Verenigde Staten, vielen tweemaal toe (laatstelijl da binnen, maar beide een nederlaag. De Engelsen handhaaf ten ook een tweetal ops ren 1838 en 1839 de baas opstanden waren uitgega den elementen van Fran ZelJ Canada legde de weg v (Au\ ei U nti?j De bekende mlsslograaf, pater Mas- son S.J. schreef onlangs over Afrika: „Oin haar eigen bestaan niet eigen mensen te kunnen verzekeren zou de Afrikaanse Kerk moeten kunnen be schikken over minstens 1 priester per 10.000 inwoners, waarvan er dan minimaal 200 katholiek zijn". Als bijvoorbeeld morgen de Afri kaanse geestelijkheid de evangelise- ring van Afrika ln haar geheel zou willen overnemen, zou zij moeten be schikken over 8500 priesters voor de zielzorg onder de katholieken en over 13.500 voor het missiewerk in eigen lijke zin. Maar...de getallen van de laatste tijd vertellen ons dat het con tingent Afrikaanse priesters nauwe lijks de 2000 overschrijdt. In hetzelfde artikel, dat hij schreef voor het blad „Afrika", het tijdschrift van de Witte Paters, berekende hij op basis van de huidige groei der be volking en van het aantal katholie ken in NEGER-Afrika, dat in 1980 er 215 miljoen mensen zullen wonen, waarvan 30 miljoen katholieken; daar voor zullen nodig zijn 15.000 pries ters, maar bij de huidige groei van het aantal eigen priesters zal hun aantal hoogstens 5.000 bedragen. Zeker: onze landen sturen nog steeds missionarissen en zullen bet blijven doen, maarnu reeds is hun aantal onvoldoende. En in onze landen nemen de roepingen af. „Al hetgeen ge niet zult verdeeld hebben vóór uw dood, zal dóór uw dood verdeeld worden". Baganda-spreekwoord HET doel van bet Pauselijk Missiewerk voor eigen Priesters (afgekort P.M.P. en vroeger genoemd: Sint Petrus Liefdewerk) is zonder meer duidelijk uit de naam: hulp voor de opleiding van priesters. Dit omvat echter beslist meer dan enkel studiebeurzen; het behelst ook en niet allen realiseren zich dat het onderhoud en de eventuele uitbreiding van de seminarie-gebouwen alsook de bouw van nieuwe seminaries in die gebieden, waar het kersteningswerk zich ook en met name als succesvol toont in de vraag van jongens om priester te mogen worden. De subsidies, die door bet Hoofdbestuur te Rome worden gegeven, zijn dan ook duidelijk te verdelen in twee hoofdgroepen: 1. voor het onderhoud van de seminaristen, de zoge naamde gewone subsidies: 2. Toor de houw, de uitbreiding en het onderhoud Tan de gebouwen, de zogenaamde extra subsidies. De aanvragen voor de gewone subsidies voor de studenten vertonen in de afgelopen jaren een duidelijke stijging. Het rapport van het Algemeen Secretariaat vat de verschillende redenen hiervoor als volgt samen: a. de stijging van de kosten voor levensonderhoud; b. de noodzakelijkheid het niveau der seminaries gelijk te houden of gelijk te trekken met dat van de andere IN veel missiegebieden zijn de bisschoppen erin geslaagd de toename van de onkosten gedeeltelijk zelf op te los sen door activiteiten om in eigen levensonderhoud te voor zien, vooral door landbouw- en veeteelt-bedrijven, die een groot gedeelte van de voeding ver schaffen. Naarmate de moge lijkheid hiertoe groter of klei ner is, variëren de aanvragen om subsidie. Dat er geen algemene norm is. blijkt uit de volgende voorbeelden, die aan geven de gemiddelde subsidie, die per student per jaar gevraagd wordt: onderwijs-instellingen, ook de gouvernementele; c. de noodzakelijkheid gelijk te komen of gelijk te blijven met het levensniveau van de plaatselijke bevolking, die door het veelvuldiger contact met de moderne comfort, hogere eisen stelt. Toor een klein seminarist Kameroen Ghana Oeganda Kongo Tanganyika India 630,— 725,— 470,— 650, 400,— 540,— Kameroen Ghana Oeganda Kongo Tanganyika India voor een groot seminarist 1250,— 1075,— 723,— 1075,— 725,— 725,— Ten overvloede vermelden wij nog. dat bij de vaststelling van deze bedra gen ook de economische stabiliteit van het land uiteraard een grote rol speelt. Om enig idee te geven van de omvang van het werk van dit Pau selijk Missiewerk ontlenen wij aan het laatste internationale jaarverslag het volgende: Klein seminaries aantal studenten Afrika 165 18.328 Azië 136 8.806 Oceanië 13 379 Amerika 34 1.440 Europa 4 104 352 29.057 Groot seminaries aantal studenten Afrika 41 1.806 Azië 38 3.438 Oceanië 2 57 Amerika 9 215 Europa 3 78 93 5.594 Over 1951 was als subsidie to taal aangevraagd een bedrag van 32.837.461,terwijl ter beschikking was een bedrag van 27.801.828, Aan gewone subsidies werd toege wezen een bedrag van 13.249.216, aan extra subsidies 14.353.442, 27.602.658.— dit is 84 percent van het aangevraag de. Een bedrag van 199.270,bleef ter beschikking van het secretariaat en voor subsidie van het college San Pietro te Rome, waar 120 priesters uit 27 niet-westerse landen universitaire studies volgen. Van het zojuist genoemde totaal bedrag werden ook subsidies gegeven voor gebieden die niet vallen onder de S. Congregatie der Propaganda Fide, dus voor gebieden die buiten de „ech te" missiegebieden vallen, namelijk 915.404,voor seminaries, die res sorteren onder de Congregatie voor Oosterse Kerken, 706.580,voor seminaries in het zo priester-arme Latijns Amerika. Ook werd 'n bedrag van 1.102.629 ter beschikking gesteld voor de bouw of uitbreiding van seminaries, waar toekomstige paters hun opleiding ont vangen. Perc. t d. Kath. op Aantal Kath. Tere. eigen pr. op AZIë i) de totale bevolk. per priester het tot. aantal Zuid-Korea 1,82 930 54 Hongkong 5,10 480 31 Taiwan 1,36 305 31 Indonesië 1,30 1210 33 8 Brits-Borneo 5,10 675 Irian 1,00 710 Pakistan 0,34 850 24% Zuid-Vietnam 9,50 S05 S9 Burma 0,85 730 37% Mal. Federatie 1,80 855 43% India 1,00 945 72% Japan 0,29% 169 25 Thailand 0,50 465 41 Laos 1,35 300 10 Cambodja 1,10 925 26% Ceylon 7,10 1420 69 AFRIKA i) Kenya 11,4 1910 8,5 Nigeria 4,7% 2130 6.6% Ruanda Urundi 40,5 3725 32 Uganda 26 2910 34,9 Con (Leo.) 33,5 1740 14 Ghana 11,4% 2000 17,5 Cameroen 22 1560 26,5 Zuid-Rhodesia 7,8% 950 6,8 Nyasaland 16,0 1860 21,5% Congo (Brazzav.) 32,5 1710 12,6 Tanganyika 14,5 1220 22,7 Basutoland 41 2000 13 Madagascar 20 1800 24 Unie v. Z.-Afrika 5,8 895 23,2 Senegal 4,9% 980 10 Liberia 1 320 2,6 Deze gegevens betreffen enkel gebieden, die vallen onder de Pro loe schrijnend missen we in dit overzicht communistisch China met zijn 630 miljoen inwoners! De toename van het aantal eigen priesters in Azië en Afrika is verheugend: in de Aziat. missiegeb. 1918 919 1949 3.474 1935 4.332 1959 6.497 in de Afrik, missiegeb. Samen 90 1009 1.080 4554 1.595 6127 2.082 8579 Deze cijfers wijzen op een duidelijke groei, maar verder zeggen ze ons weinig of niets. Wij moeten ze plaatsen in bet grote geheel van andere factoren, zoals het aantal missionarissen; het aantal reeds aan wezige katholieken; de totale bevolking. In Centraal Afrika Is er één eigen priester op elke 74.000 inwoners, waarvan 9o00 katholieken. D IDDEN, gelovig en volhardend is weinig spectaculair; het aa resultaat daarvan is niet in statistieken en diagrammen te vangen. Wat spreekt ons het meest aan: het woord van Chris tus om de Heer van de oogst te vragen om werklieden te zenden of een oproep lot noodleniging in honger, ziekte, onwetendheid of armoede? Afrika wordt bedreigd door „het ge vaar van verstikking", dat wil zeg gen het aantal gedoopten is veel en veel sneller gegroeid dan het aantal beschikbare priesters. Het mag en kan ons dus niet verwonderen, dat eerlijke publikaties over meerdere Afrikaanse gebieden spreken van ge- loofsvervlakking en zelfs van geloofs afval. In verschillende landen van het priesterarme Latijns Amerika is ln dit opzicht de situatie gunstiger dan in verschillende gebieden van Afrika! Hoe verheugend het aantal eigen priesters in meerdere Aziatische ge bieden ook moge zijn, dit mag onze ogen niet sluiten voor de harde wer kelijkheid van het uiterst gering per centage katholieken op de totale be volking. En juist in die landen die de meeste mensen tellen, waarvan de betekenis in het grote wereldgeheel snel groeit: Indonesië, Pakistan, India en Japan. In deze nood helpen door gebed en offer is het eerste doel van het Pause lijk Missiewerk voor eigen Priesters (vroeger genoemd Sint Petrus Lief dewerk). Gebed om roepingen ginds èn ons offer om ons gebed te bekronen: de bouw van seminaries en studiebeur zen. Er zijn voorbeelden te over die ons duidelijk leren hoe juist hier gebed en offer hand in hand moeten gaan! Pius XII schreef ln de encycliek: „Fidei Donum": „Moeten dan de jongens, die vol gens het plan van Gods voorzienig heid thans tot het priesterschap ge roepen schijnen, door gebrek aan hulpmiddelen in geringer aantal wor den toegelaten? Gaat het aan zoveel jongens, die naar het priesterschap verlangen, en de beste hoop geven vanwege geldgebrek van de semi naries uit te sluiten?" De Paus doelt hier op enige gebie den in Afrika in Azië echter is dit regelmatig gebeurd, met name in Korea en Zuid-India. Vaak hoort men de vraag: waarom zoveel kleine seminaries? Waarom niet voor een aantal missie-gebieden gezamenlijke seminaries. Dat zou geld en mensen sparen. Bij een aandachtige lezing van het overzicht der seminaries dat wij hier naast publiceren blijkt dat er meer dere, voor onze begrippen beslist kleine seminaries bij zijn! Zou inder daad geld gespaard worden? Zo op het eerste oog wel, maar dan vergeten wij onder andere de reiskosten. Het gaat niet om enige malen per jaar, bij gelegenheid van de vakan tie, om een reis van bijvoorbeeld Den Helder naar Maastricht of van Gro ningen naar Vlissingen, maar veeleer om Amsterdam-Belgrado of Kopen- hagen-Madrid. Deze reiskosten b ma rleren vaak de kosten van het levens onderhoud!!!! Zeker: bij grotere semi naries kan het totaal aantal professo ren kleiner zijn, maar tegenover dit voordeel staat een veel groter nadeel. De toekomstige priesters zouden dan nog veel meer dan nu toch al het ge val is, opgroeien in een leef- en denk wereld, die geheel anders is dan die, waarin zij straks als priester zullen werken. Zij zouden er als vreemden in terugkeren. De noodzaak van subsidie voor de bouw, de uitbreiding en het onder houd van de gebouwen, heeft tot ge volg dat de gewone subsidies lager wordenWij vermeldden reeds het totaal bedrag dat werd aangevraagd en dat ter beschikking stond, resp. 32.837.461,— en 27.801.828,—. Dit laatste bedrag was slechts voor de helft van het P.M.P- zelf; de andere helft kwam dankzij een subsidie van het Pauselijk Missiewerk voor Geloofs- verbreiding. In gewoon Nederlands noemt men dit: gaten met gaten vullen!! Deze jeugdige seminaristen zien de toekomst niet zwart in.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1962 | | pagina 10