aaft Mentaliteit der bevolking remde ontwikkeling Papier voor UW pen PUZZEL Modelspoorbaan, in groot formaat BOEKENPLANK ULPKRACHT Interessant proefschrift van dr. E. Hartel Reina Prinsen Geerligsprijs Autodieven ingerekend 12 MUIDEN 13 FABRIEK NV. editie ch lassers neerde mannen iKLIEDEN OLDE KRACHTEN DKKENBERG BERGEN OP ZOOM VROEGER EN NU Noormannen Mentaliteit Vestingstad Wetsontwerp tegen dc doodstraf Vakbondsleiders in Engeland nemen loonvoorstel aan Modern Bergen Tien doden bij razzia's in Nepal Ver van huis Parijs Het water des levens Ciske groeit op De belastingalmanak '62 dsche Hoogovens en muiden vraagt in ver groei van het concern itomatiserlng van haar ratoria Symnasium-B of E.T.S. n betrekking op: ■gen aan bedrijfsinstal- n regelapparatuur resultaten en rentscijfers op warmte- ardiging en het onder- ische en elektronische jr. een bedrijfsopleiding liek te volgen. 13 DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 17 FEBRUARI 1962 OOSENDAAL ïg van de productie: iet machinepark, grondige van elektrotechniek ver- sollicitaties te richten aan se vakken opgeleid willen zowel mannelijk als vrou welijk. fabriek Schotsbossenstraat Z ENTE ROTTERDAM gemeentelijke diensten en iheid tot plaatsing van van NTEUR lATWERKER IKER |EN NTEUR \GER KETELMACHINIST) KER -elling aan de gas- en elek- in de tramremises en auto- Ie voor grond- en plantsoen- tatst. emeen tot 45 jaar. zullen uitvoerige inlich- strekt omtrent e wij zing ig van n os ten Dsten enz. icitatles, met opgave voor n in aanmerking wenst te aan het bureau lvoorziening, - Kamer 333, m - l, van no. 95. IUM Breda echnische Dienst kan wor- slast met het interne trans- 1 worden ingeschakeld als rhoudsdienst. i 40 jaar. ir overeen te komen. ichten aan de chef techni- lerseweg 81, Breda. k. doceert „De mentaliteit van de bevol king van Bergen op Zoom was van een niet te onderschatten betekenis voor het afremmen van de ontwikkeling van de stad". Dit is een van de stellingen bij de „proeve van een sociaal-geogra fische stadsanalyse van Bergen op Zoom" waarop de heer E. G. H. Hartel uit Doetinchem aan de rijks universiteit te Groningen promo veerde tot doctor in de letteren. De heer Hartel is in Bergen op Zoom geboren en heeft er zijn jeugd doorgebracht. Momenteel i hij adjunct-directeur van de h.b.s. te Doetinchem. Hij aardrijkskunde. Dr. Hartel heeft zijn studie opgedragen „aan alle Bergenaren, in het bijzonder zij, die in Bergen op Zoom zijn gebo ren en getogen, en daarna elders een bestaan moesten vinden". In een voorwoord wijst de ge promoveerde op de vele hulp, die hij bij het opstellen van het proef schrift van de heer C. J. F. Sloot- mans, stadsarchivaris van Bergen op Zoom heeft ontvangen. Het proefschrift is in zes hoofdstukken ingedeeld, respectievelijk gewijd aan de ontwikkeling van het fysisch milieu, West-Brabant in de pre-historie, het ont- staan van Bergen op Zoom, de middel eeuwse stad Bergen op Zoom, Bergen op Zoom als vestingstad en de moderne stad Bergen op Zoom. Het laatste hoofdstuk is verreweg het uitgebreidst. In de ontwikkeling van Bergen op Zoom heeft Hartel drie stadia onderscheiden. Het eerste stadium is dat van de middel eeuwse stad, in het tweede stadium do mineert de vestingfunctie, terwijl het derde stadium dat van de moderne stad is. Na een voornamelijk van wetenschap- pclijk belang zijnde indruk van de ont wikkeling van het fysisch milieu gegc- ven te hebben acht dr. Hartel het mo gelijk dat er reeds 4000 jaar voor Chris tus of zelfs nog eerder mensen in West- Brabant gewoond hebben. West-Brabant I is lang een onherbergzaam en geïsoleerd I gebied geweest zodat de Romeinse wegen en de zich daaromheen vestigende Ro meinse beschaving slechts in een wijde I boog om het West-Brabantse gebied te I vinden waren. Volgens Slootmans is de naam Bergen op Zoom, althans Bergen, afkomstig van ..Berghis", de naam van het Frankische 1 landgoed, dat in de 4e eeuw is gesticht I op dc plaats waar nu Bergen op Zoom ligt. J Naast dit Bergen waren er later in West- i Brabant nog twee Bergens, namelijk Steenbergen en Geertruidenberg. Volgens A. Beekman is het heel goed mogelijk dat men ter onderscheiding van deze l twee andere Bergens het Bergen op de I hoge rand (of „Zoom") langs de Schelde i Bergen op Zoom ging noemen. omgeving en dan vooral noord West-Bra bant in sterke mate het karakter van een expulsiegebied vertoont. In het oorzakencomplex van deze on bevredigende situatie komen in meerder of minder duidelijke mate drie factoren op de voorgrond, die elkaar ook weder zijds beïnvloeden: de historie, de ver- keersligging en de mentaliteit van de menselijke groep. De betekenis van de historische factor wordt vooral teruggevonden in de in vloed, die de vestingfunctie heeft achter gelaten. De uitbreiding van de moderne industrie (de industriële functie is op het ogenblik verreweg de belangrijkste voor Bergen Zoom) werd belemmerd door de vestingwerken, die pas tussen 1867 en 1882 werden gesloopt. Ook na de slechting werd de stad nog in zijn uit breiding belemmerd doordat grote delen van de vrijgekomen gronden voor mili tair gebruik gereserveerd- werden. De tweede remmende factor is de ver- keersligging van Bergen op Zoom. De langs Bergen op Zoom lopende verkeers- route te land, werd na de Franse tijd weer in oostelijke richting verlegd. Ook de zuid-noord verkeersroute te water van Antwerpen naar de Rijndelta verloor haar waarde door de aanleg van de Kreekrak- dam. Met dit laatste hield ook verband de verslechtering van de Bergse haven, die juist in de periode van de opkomst der moderne industrie van zoveel belang had kunnen zijn omdat het verkeer te land relatief gezien voorshands nog van weinig betekenis was Dc verbetering van de haven bleef vol gens Hartel door verschillende oorzaken achterwege, o.a. door de aarzelende hou ding van het gemeentebestuur tegenover de instanties, die deze havenverbetering moesten accepteren en subsidiëren. De grootte van de schade, die door het lange uitblijven van de verbetering van de haven werd veroorzaakt, is naar de mening van Hartel niet te schatten, maar wellicht is ze veel groter dan de kosten van de nieuwe haven, indien men deze aangelegenheid in geld zou kunnen uit drukken. De genoemde aarzelende hou ding van het gemeentebestuur hield, al dus Hartel, verband met de tegenstellin gen in groeosbelangen tussen de vissers, de industriëlen en de havenbewoners. In de eerste helft van de 9e eeuw werd Bergen op Zoom door de Noor mannen geteisterd. Een voordeel van het verblijf van de Noormannen in de Lage Landen was dat de rivieren en zeegaten van Vlaanderen en Zeeland meer in de belangstelling kwamen. De toeneming van het verkeer op de Schelde, die toen nog langs Bergen op Zoom recht naar het noorden liep en voor Antwerpen de verbinding vormde met de Maas en de Zee. de overgang van het hof Bergen naar een riddergoed, de vergroting van de vrijheid van de hori- gen, de vestiging van kooplieden in Ber gen op Zoom en de verheffing van Ber gen op Zoom tot stad met handelsrech ten waren volgens Hartel factoren, die I ertoe bijdroegen dat Bergen op Zoom tot een stad in geografische zin kon uit- I groeien. I Het was de handelsfunctie, die de oor- i zaak was van de bevolkingsconcentra tie, die zich in het middeleeuwse Bergen «Et -i0!11 ™ord.eefi- Met de handelsfunctie ontwikkelde zich vooral dc industriële functie Ook de politieke functie ging aanvankelijk een grote rol soelen, maar kreeg meer en meer regionale betekenis I toen de ..buitenlandse" politieke en eco nomische betrekkingen een minder gun stig verloop kregen. Ook op handels- en industrieel gebied werd Bergen op Zoom i in de middeleeuwen een regionaal ver- zorgingscentrum. Bergen op Zoom werd hierbij ernstig gedupeerd door het uit vallen var. net belangrijkste deel van haar omgeving (hei kleigebied) tengevolge i van overstromingen. Terwijl het middeleeuwse Bergen op ï^na geheel op het zuiden geori- I «or^eü w?f' richtte de vestingstad (de I P^10de voor 1795) zich in politiek en Sm"0"1!— opzicht naar het noorden, ter- wijl religieus en cultureel de blik voor een belangrijk deel naar het zuiden ge- ZTrd oil6'' ?etjLontact het zuiden i werd ook gehandhaafd door een voort- derfandcnmmigratie UH de Zuideliike Ne- Belangrijker evenwel voor de structuur van de bevolking was volgens Hartel o. immigratie van militairen, vooral Duitsers. In het hoofdstuk over de mo derne stad Bergen op Zoom zegt tri hier over gedetailleerder: ..Doordat Bergen een èr°note„eaVwtmgstad was cn d°°'"dat de min? van haar bewoners uit kan mênaT u ew'u "g iS voortg<*°men nisat£ het Sev°el voor orga- welk mbiseh BerS°naa>' verklaren, lief de :Lhv0C^ a°g ve,rstp>'kt werd omdat G?.,y ^?nde militairen grotendeels Daarmee wordt tevens de derde factor van het achterblijven van Bergen op Zoom ingeleid: de mentaliteit van de bevol king. Deze factor wordt in het proef schrift verschillende keren genoemd en nader uitgewerkt als mede-oorzaak van de minder gunstige verschijnselen, die zich in het bestaan van de stad hebben voorgedaan. Als voorbeeld wordt genoemd de ver splintering van het maatschappelijk le ven, waarin grote aantallen verenigingen die hetzelfde doel nastreven, zich vaak verliezen in onderlinge concurrentie in plaats van door samenbundeling van krachten tot een hoger niveau te komen. Als cultureel centrum komt Bergen op Zoom volgens Hartel nog veel te kort. Als centra van culturele evenementen noemt Hartel Thalia (als de belangrijk ste), de Korenbeurs en de Hollandse Tuin. Wij kunnen het hiermee niet eens zijn. Het Luxor-theater wordt in het ge heel niet genoemd, terwijl Thalia ten gunste van het Luxor-theater toch prak tisch geheel aan kracht heeft ingeboet. Als oorzaken van de versnipperingen in het culturele en recreatieve leven (sport) wordt o.m. het sterke individualisme van de Bergenaar genoemd. Ook de sterk vlottende bevolking wordt als oorzaak aangewezen. Vervolgens brengt Hartel het niet altijd gunstige oordeel over de katholiciteit in Bergen op Zoom ter sprake. Aan het liberaal katholicisme, waarover Slootmans spreekt, ligt voor een belangrijk deel het individualisme van de Bergenaar ten grondslag, aldus Hartel. Als treffend voorbeeld van het ele ment kortzichtigheid in de mentaliteit de Bergenaar noemt Hartel de be rucht geworden tuinderskwestie vlak na de tweede wereldoorlog. Dit conflict was ontstaan tussen een kleine groep tuin ders en de gemeente over de onteigening van aan de oostzijde van de stad gelegen gronden en werd tot het uiterste doorge zet. Hierdoor stagneerde de stadsuitbrei ding terwijl ook het gereed komen van de geprojecteerde industrieterreinen werd uitgesteld en dit in een periode van sterke industriële expansie in Nederland, met name in Noordbrabant. De eenzijdige uitgroei van de Bergse industrie is, aldus zegt Hartel letterlijk, -•misschien ook mede veroorzaakt door een factor, welks bestaan niet bewijsbaar is en die ook nooit in de literatuur ge noemd wordt maar die met klem door zich als insider voordoende personen be nadrukt wordt, namelijk een groepje invloedrijke de factor, dat lieden uit de metaalindustrie de vestiging van andere industrieën verhinderd zou hebben door beïnvloeding van de gemeentepolitiek, voornamelijk met de bedoeling in ver band met het voortdurende arbeidsover- schot in west-Noordbrabant de lonen van de werknemers laag te houden. Uiteraard is zulk een houding mogelijk, maar, nogmaals, bewijzen kan men ze niet. Ook voor andere plaatsen hoort men dergelijke beweringen, b.v. voor Win schoten en voor Hengelo, maar ook daar ontbreken verantwoorde bewijzen tegen de personen, die het in hun eigen be lang voor beter houden de industriali satie af te remmen. In het geval van Bergen op Zoom moet men deze bewe ring meer als een uiting van een be paalde mentaliteit zien dan als iets wat tastbaar is. Het is deze mentaliteit zelf, die wellicht van grotere betekenis is ge weest. Men zou haar, wat de minder aangename kant ervan betreft, kortweg kunnen bestempelen als een onbarmhar tige en kortzichtige opvatting, die in sterke mate verlammend werkt op de vele zich ontplooiende activiteiten". Dat deze mentaliteit niet zonder in vloed kon blijven op het beleid dat de plaatselijke oVerheid voerde bij de ver betering van het bestaan der stad in de meest ruime zin, behoeft volgens Hartel geen nader betoog. Bij het parlement van de Amerikaanse staat Mississippi te Jackson is donderdag een wetsontwerp ingediend voor de af schaffing van de doodstraf. „De doodstraf is gebaseerd op animosi teit en woede", zo verklaarde initiatief nemer Tom Douglas, lid van de senaat. „Het zou beter zijn om een man levens lang gevangen te houden en hem nuttig werk te laten verrichten". (Advertentie) Nu heeft de tuinman tijd voor U! Laat juist in deze maanden Uw tuin verzorgen. Straks als het voorjaar is ziet U daarvan het fleurige resultaat! rje stichting Reina Prinsen Geerligs- fonds te Amsterdam deelt mee, dat inzendingen (proza, gedichten, toneel stukken, al of niet gepubliceerd) voor de jaarlijkse prijsvraag van dit fonds vóór 1 juli van dit jaar moeten worden toe gezonden aan het secretariaat van de stichting. De deelnemers dienen op 24 november 1962 de leeftijd van 20 jaar te hebben bereikt en niet ouder te zijn dan 25 jaar. De jury bestaat uit Mies Bouw- huijs, Nel Noordzij, dr. J. W. Schulte Nordholt en Paul de Wispelaere. De leiders van de drie grote Britse vakbonden van spoorwegpersoneel heb ben een aanbod van de regering aan genomen voor een loonsverhoging van 3 procent per 1 april en de toezegging van verdere onderhandelingen later in het jaar. Premier MacMillan had zich persoon lijk tot de vakbondleiders gewend met het verzoek het aanbod aan te nemen, dat nog door de vakbonden moet worden bekrachtigd. Horizontaal: 1. niets doen; 4. plaats in Japan; 8. deel v.d. V.S.; 12. soort vaas; 13. schaakterm; 14. deel v.d. mond; 16. drank; 17. ezel (Eng.); 19. op de wijze van; 21. eenh. v. druk (afk.); 23. met gezel, kameraad; 25. graafwerktuig; 27. kier; 29. soort stof; 31. hoefdieren; 33. uitroep; 34. plaats in Zuidholland; 37. voorzetsel; 39. verwijderd; 40. vragend voornaamw.41. liefkozing; 43. tweetal; 44. Engels lidwoord; 45. nauw; 46. Spaanse titel; 47. steensoort; 49. plaats op de Veluwe; 51. bevel; 53. zangnoot; 55 plaats in Utrecht; 58. Frans lid woord; 59. soort soep; 61. gedicht van Homerus; 63. het spelen; 64. glazen uit bouw; 67. iedere; 69. thee (Duits); 71. oud Nederlands lidwoord; 72. meisjes naam; 73. afgemat; 76. waterkering; 77. deel v.e. boom; 79. soort; 81. alleen- spel; 82. plaats in Drente; 83. vlek. Verticaal: 1. van grote afmetingen; 2. plaats der oudheid; 3. deel v.e. muziekinstrument; 4. onder andere (afk.); 5. schrede; 6. vlek van inkt; 7. tandeloos zoogdier; 9. uitspansel; 10. dubbelklank; 11. plaats in Overijsel; 13. soort schip (afk.) 15. familielid; 18. inhoudsmaat; 20. hofbe diende; 22. leesteken; 24. uitroep; 25. sportterm; 26. gelofte; 28. Europeaan; 30. wagendeur; 32. zaagafval; 33. slang; 35. soort stof; 36. werkelijk; 38. slot; 39. gevuld; 42. meisjesnaam; 48. nobe le; 50. uitsteeksel; 52. meisjesnaam; 54, boom; 56. Ned. Televisie Stichting (afk.); 57. aanw. voornaamw.; 58. luchtstrijdkrachten (afk.); 60. plant; 62, noodtoestand; 63. nu en dan; 65. rivier in Groningen; 66. hennepbraak; 68. dr ooginrichting; 70. jongensnaam; 72, pers. voornaamw.; 74. onderofficier (afk.); 78. meisjesnaam; 80. als eerder (afk.) OPLOSSING Horizontaal: 1. dadelijk; 4. tabak; 7. overste; 8. notaris; 11. epe; 14. sneu; 15. kil; 16. aren; 17. sap; 19. apostel; 22 oesters; 23. fraai; 24. dartele. Verticaal: 1. doorn; 2. dieet; 3. klets; 4. tenue; 5. boete; 6. karnton; 9. aru- ba; 10. inkt; 12. paars; 13. slip; 14. statief; 18. prooi; 19. avond; 20. trede 21. losse. KevoHUiv,f afkomst waren waardoor dit aanerboren was'gan alS hgt wa- ia hcf duideliik dat de een gegv""eZ" Bc,rgen °P Z"°™. <"e in de Nederlands van..dc scheuring ongunstig ren?m aeen'- Z1J het vaak in ml hooft gesneidrt11' uZln' zeer actiev<? £ad Overigens w'ijst aan Va" de cie stedengroei Hartel erop. algemëèn<Vtao,„r?n.j Wes,-Europa over het ■neen stagneerde in de middeleeuwen. J? Zii" rccaP'tutatie van het hoofd h HarteT U Ber*en K ,egaai1 Va" het 'eit dat dO stad in bevolkingsgroei ls achtergeble- )i| andere Brabantse gemeenten van ongeveer dezelfde grootte, terwyl dc Als een vader zijn zoontje een elek trische trein wil geven, is er keus uit talrijke merken. Voor diegenen, die echter iets anders willen dan dat hele kleine is er nu de mogelijkheid de za ken forser aan te pakken: een smal spoortreintje, dat zes tot tien kleine passagiers kan vervoeren. Helaas is ons de aanschaffingsprijs van het spoortje niet hekend. Wel het stroomverbruik: een kilowatt per uur. NIEUW-GUINEA (VI) Naar aanleiding van de kwellende vraag van de heer J. uit Breda wil ik trachten hem het misschien a.s. vertrek van zijn zoon naar N.-Guinea te verlichten. Als iemands zoon voor de dienst wordt uitgezonden naar een gebiedsdeel overzee, laat men zijn jongen gaan. Waarvoor? Door de band niet uit vaderlandsliefde, of het begaan zijn met het lot en de toekomst van die mensen in dat betreffende gebiedsdeel, een uitzondering daargelaten. Maar men laat hem gaan, zomaar, omdat we gewend zijn te doen wat nodig geacht wordt door onze regering. Het waarom beseffen we later pas. Zelf ben ik ook 2 jaar in Indonesië ge weest, mijn oudere broer gelijk met mij, 3 1/2 jaar. Wij zijn gegaan en met ons dui zenden anderen. Waarvoor? Niet uit vader landsliefde of het begaan zijn met het lot en de toekomst van hen die in Indonesië woonden, maar gewoon omdat het van ons gevraagd werd Als wij 's avonds thuiskwa men van een tocht door blubber, berg op berg af, dwars door rivieren en bossen, dan waren we moe na een hele dag door de snikhete zon geploeterd te hebben, 20-30 km ver. Dan gebeurde het dikwijls rond elf of twaalf uur, dat er een boodschap kwam uit een kampong, 10 of 15 km van oris vandaan: „Komt a.u.b. te hulp. Er zijn ram- pokkers". Dan gingen we weer na 2 of 3 uur slaap om in de ochtend terug te ke ren, of zonodig langer, om dan na terug keer weer de gewone dagtaak van blubber en bossen tegemoet te gaan. We deden dit omdat het van ons gevraagd werd. Later beseften we, dat we door onze gang duizenden mensen het gevoel hebben gege ven, dat er nog mensen waren die hen be schermden. En daarom, beste heer J., laat ook u uw zoo" gaan, omdat het van u ge vraagd wordt. Niet onze veiligheid en geluk staan op het spel, maar wel die van de Papoea's. Zelf standig zullen en kunnen ze hun geluk nog niet vinden, maar ook niet na aansluiting bij Indonesië zal dit het geval zijn, om de eenvoudige reden dat men in eigen land nog geen evenwicht kan houden. Dat Nederland er in N.-Guinea nog niet veel van terecht heeft gebracht in al die jaren, ben ik echter niet met u eens. In een onmetelijk woest gebied zoals daar, ziet men na 10 jaar hard werken nog maar wei nig vooruitgang, ik kan me dat goed in denken. Wü zullen offers moeten brengen, som migen van ons grote, om te trachten te voor komen dat ook daar een chaos zal gaan heer sen, waarvan de Papoea's de dupe zouden worden. Wij zijn ook bevrijd door jongens die zelf niet gevraagd hebben dit te mogen doen. Velen hebben dit ook met de dood moeten bekopen. Met dit schrijven heer J., hoop ik u een goed beeld gegeveVi te hebben van het waarom uw zoon moet gaan. En bij het vertrek naar N.-Guinea wens ik hem goede vaart en behouden thuiskomst. HOOGERHEIDE. J. S. OTS NIEUW-GUINEA (VII) Of het nu in China of in Rusland, in Cuba, in Oost-Duitsland of in Nieuw-Guinea is, daór waar het communisme overheerst, kent men geen vrijheid en heeft men geen rech ten. Daar heerst tirannie en slavernij. De waarheid van deze woorden ligt besloten in ontelbare historische feiten waarmede de vrije wereld sinds Karl Marx is geconfron teerd. Niettemin is men in vele kringen nog van mening dat het beter is meer dan drie kwart miljoen weerloze Papoea's uit te le veren aan een dictatuur dan de rechten van deze naasten te verdedigen. Welke dialec tiek bezigt men eigenlijk in deze kringen? Jaarlijks vele tientallen miljoenen voor de Papoea's! Wat doen we er eigenlijk? Het kost ons alleen maar geld! Wat we er doen: Even onze economische belangen ter zijde leggen en de belangen behartigen van men sen die zichzelf nog niet kunnen bedruipen. Wij verdedigen er het recht van onze naas ten, zoals de Amerikaanse soldaten op Europees grondgebied dat van ons zullen verdedigen. Dat recht heet: VRIJHEID. Wij zijn er ook om na het ontwikkelings proces van de Papoea's geheel belangeloos, ik herhaal: geheel belangeloos, het bestuur aan hen over te dragen, of mogelijk eerder aan een instantie die volgens menswaardige maatstaven in staat is de belangen van de Papoea-bevolking te behartigen. .Overgave aan Indonesië is dus onmogelijk omdat Soekarno even onmenselijk Is als de tirannen in Peking en Moskou, waarmee hij flirt. Bovendien is het dwaas te menen dat capitulatie een dictator als Soekarno voldoende bevrediging zal schenken. Hij zal weldra nieuwe aanspraken doen op andere gebiedsdelen, want het communistische blok moet groeien, zal groeien en Soekarno's ster moet stijgen, zal stijgen. Daarom ook is het onze taak dit communistische groeipro ces een halt toe te roepen en Soekarno's machtswellust in te tomen. De eerste invasie is afgeslagen. Konden de zonen van Michiel de Ruyter en Maarten Tromp, die dagelijks geconfronteerd worden met onze Nationale Hymne, die spreekt van: „En tirannie ver drijft die mij mijn hart doorwondt", anders doen? NEEN! OUDENBOSCH, J. KONINGS NIEUW-GUINEA (VIII) Als men de beide stukken over Nieuw- Guinea van vorige week vergelijkt, dan ziet men duidelijk dat beide schrijvers van deze stukken hetzelfde beogen. Ik bedoel hiermee de heren J. Paulussen enerzijds, die zijn visie hieromtrent zeer dui delijk gaf t.o.v. die van die zijn dorpsge noot de heer Duynstee en anderzijds de heer C. v.d. S. uit Breda. Beiden hebben een zeer duidelijk en voor al scherp beeld van wat er nu eigenlijk gaande is met het reeds herdoopte „West- Irian", gegeven. Mag ik mij bij hen scharen. Ik ben het nl. volkomen met hen eens, daar ik de beide stukken van de heer Duynstee ook heb gelezen. BREDA, G. R. EEN TRIESTE ZAAK Een der zaken, die vorige week voor de Bossche rechtbank werd behandeld, was on getwijfeld wel heel triest. Het is niet mijn bedoeling om op dit onderwerp als zodanig terug te komen. Maar wel de achtergrond ervan, welke m.i. door de verdediger in deze zo treffend werd aangehaald. Hij zei nl.. dat onze samenleving zich wel inspant, ge lukkig overigens, voor de Kongolese kinde ren. maar dat er tot op heden voor onze eigen gehandicapte kinderen nog zo weinig positiefs is gedaan. Ik denk hierbij b.v. aan een wettelijke re- geiing. die de extra financiële lasten voor de ouders van zulke kinderen helpen ver lichten. zonodig wegnemen en die zonodig de mogelijkheid openstellen dat deze kin deren opgenomen kunnen worden in een inrichting. Is het eigenlijk niet meer dan een plicht van ons, als gezonden in de maatschappij, dit leed te helpen verzachten, daarmede te gelijkertijd onze dankbaarheid tonend, dat we goddank normaal en gezond mogen zijn. DONGEN, j. c. KROL ..DE HEERLIJKE PENDEL Zo, de pendel is dan ook weer op de korrel genomen in uw blad van zaterdag 10 febr. jl. Ik las daarin dat de scheepvaartvereniging Zuid de Brabanders en Zeeuwen weer lek ker wil maken voor de pendel en dat het artikel van uw blad zich daartegen weer heftig verzet, omdat de ontplooing van de industrie in Brabant cn Zeeland daar door wordt belemmerd. Ja, Rotterdam maakt propaganda, dat zul len we wel toe moeten geven. Maar wat bieden Brabant en Zeeland? Voor ons werk nemers niet zo veel, want dan werd er niet gependeld. En als er malaise zou ko men door terugzakking der bedrijvigheid zo schrijft uw artikel, dan zouden we terug gezonden worden naar onze woonplaatsen., waar de sociale bijstand voor ons zal op draaien. Nu, geachte artikelschrijver. U bent wel zeer kortzichtig, zij het niet kleinzielig met uw geschrijf. U moet eens eventjes nuchter en goed Nederlands denken, alvorens het op krantepapier te drukken. Ik bekijk het volgens mijn eigen opinie zo: ten eerste zijn we allemaal Nederlander. Of we nu in Rotterdam werken of hier in Brabant of Zeeland komt de Nederlandse economie ten goede. Hebben de havens en industrieën in Rotterdam te weinig arbeids krachten, stagneert daar het werk en heb ben we hier te weinig werkmensen, dan is dat hetzelfde geval. En geachte artikelschrij ver, als er malaise komt door werkloosheid, want dat bedoelde u toch, dan gaan we niet naar de sociale bijstand zoals u schrijft, maar komen we in de werkloosheidswet-verzeke ring, waar we wekelijks onze premie aan betalen en waar we recht op hebben daar van te worden uitgekeerd. Nee hoor, nog geen steungeld de eerste drieëntwintig we ken, maar uitkering van onze verzekering de W.W. populair gezegd. Mocht die malaise in Rotterdam en boven de Moerdijk komen, nou, dan zal het hier zeker ook niet rooskleurig uitzien met de werkgelegenheid. Onthoud nu maar dit, dat wij werkmensen onze eigen vrije weg zullen kiezen en door geen krantegeschrijf daar van ons zullen laten weerhouden. Ik per soonlijk en vele van mijn tijdgenoten en nog oudere zijn de jaren van voor 1940 niet vergeten. Toen kon men zonder meer heen geduwd worden waar ze ons wilden hebben. Was er toen maar zo'n welvarend Rotter dam geweest! LEPELSTRAAT, J. SOMERS (We willen inzender verzekeren, dat we de pendelaars, die terwille van een hogere welstand voor hun gezin, buiten hun woon plaats werken, niets verwijten. Het is hun goed recht daar te gaan werken waar ze willen, als hun gezinsleven er maar niet door ontwricht wordt. We geloven ook, dat de pendel op een redelijk korte afstand geen bezwaar behoeft te ontmoeten. We moeten de zaken niet eng-locaal bekijken en een grotere bewegelijkheid van het arbeiderskorps zal met de vergemakke lijking van het verkeer toenemen. Waar we echter tegenop komen is dit: Rotter dam wil voor zich en het omringende Europoortgebied min of meer een mono polie van werkgelegenheid opeisen en West-Brabant alleen maar een taak van woongebied toebedelen. Wij nu menen, dat zulk een opeenhoping van werkgelegen beid in grote agglomeraties met het stag neren van mogelijkheden om elders werk gelegenheid te scheppen de economische structuur van ons land scheef zou trek ken en de „buitengewesten" tot een tweede-rangsbestaan zou degraderen. Het kan onmogelijk in het belang van 's lands economie zijn, de reeds overkropte Rand stad tot economische oververhitting te bren gen. En dat mede door kunstmatige be voordeling bij het bepalen van de toon hoogte. Dat bestrijden wij. Het gaat ons niet tegen de individuele pendelaars. We pleiten voor een harmonieuze ontwikke ling van de economische bedrijvigheid Red.) BEJAARDENZORG Naar aanleiding van een stukje over de misstanden welke nog heersen in bejaar dentehuizen, voel ik mij verplicht het vol gende te schrijven. Elke zondag kom ik in een bejaardenhuis en dikwijls als er de middagpot uitgedeeld wordt. Soep, maar zonder balletjes of vlees. Wat de rest betreft niet veel beter. Elk be jaard mens is verplicht er eten bij te kopen. Wat de slaapgelegenheid betreft: hopeloos, zoals die oude mensen dp bed liggen. Nooit zien die oudjes eens een vers kopje koffie. Beschuit of een koekje is er niet bij. Het wordt daarom heel vlug tijd, dat daar eens verandering in komt. Wat de kostprijs in dat gesticht ls, bete kent voor de exploitanten een zoet winstje. Een ding is zeker: als ik bejaard word mij niet gezien in zo'n gesticht. Ik ga liever gewoon dood. WASPIK, r. BUITENLANDSE ARBEIDERS EN WONINGNOOD Nu heb ik weer gelezen, dat de buiten landers ook hun gezin mee mogen brengen.... en die krijgen natuurlijk een woning. En de Nederlanders maar wachten! De woningnood neemt weer toe. Door de erge toestanden die er door die woningnood zijn, zal het communisme ook weer toene men, want de mensen worden het wachten moe. Als je 15 gulden huur voor een kleine woning moet betalen kan er niet veel voor de kerkebouw overschieten. En dan Nieuw-Guinea: In een tijdschrift las ik eens, dat Soekarno de zoon van een Nederlander is, die hem ook heeft laten studeren. Later is zijn moeder met Soekarno getrouwd, wiens naam hij nu draagt. Nu haat hij zo de Nederlanders, dat hij ze allen wel kan verscheuren. Als nu die zaak met Nieuw-Guinea in zijn voordeel afgelopen ls. begint hij weer aan wat anders Misschien wil hij dan Friesland hebben ROOSENDAAL, EEN LEZER SPANJAARDSGAT Hevig ben ik verontwaardigd over het on geluk van jl. zaterdag, toen een auto in h~t Spanjaardsgat reed. De Van Bergenstraat en het Spanjaardsgat zijn met een dubbele witte streep gescheiden. Als Bredanaar moest ik er naar zoeken. Waarom zijn er bij Gas- straat-Tramsingel wel planken aangebracht, terwijl een auto er niet door kan vanwege stoeprand en landtaarnpaal? Als deze plan ken dan zo duur zijn, wil ik er wel voor zorgen. Dat spaart misschien wel men senlevens. Over de stuntelige redding spreek Ik maar niet. BREDA, F.T.J. PASSIES De Delftse politie heeft twee minder jarige jongens gearresteerd, de achttien jarige V. en de even oude K., beiden uit Rotterdam, die samen op zijn minst vier auto's hebben gestolen. Een agent zag, dat de jongens zich om streeks elf uur verdacht ophielden op de Westlandseweg. Het bleek dat zij twee flessen benzine bij zich hadden en daar mee de tank wilden vullen van een be stelauto, die enige honderden meters verder zonder brandstof stond. In deze auto trof de politie nog twee jongens aan en drie meisjes van respectievelijk der tien, veertien en vijftien jaar. Öp het politiebureau bekenden K. en V. dat ze de auto in Utrecht hadden gestolen. Voorts hadden zij zich nog schuldig ge maakt aan diefstal van twee auto's in Amsterdam en een in Rotterdam. De Nepalese minister van Buitenlandse Zaken, Toelsi Giri, heeft gisteren te Kat- mandoe verklaard, dat het leger in de afgelopen vier maanden acht personen heeft gedood en 160 arrestaties heeft ver richt tijdens razzia's op rebellen. Minister Giri verklaarde, dat de stad Bharatpoer volledig in handen van de regering was en dat de rust daar was hersteld. Aan regeringszijde zijn twee doden gevallen en „enkele" gewonden. De roman ,,Ver van huis" van Jona Raffe verscheen, niet geheel vlekkeloos door J.F. Kliphuis vertaald, bij A.W. Sijthoff te Leiden. De jonge schrijfster vertelt van enke le echtparen, die gedwongen zijn Ame rika te verlaten om in de Braziliaanse hoofdstad Rio de Janeiro, dus ver van huis, hun huwelijksleven op te bouwen. De moeilijkheden in de vreemde omge ving zijn talrijk en de verleidingen van de wereldstad zijn dat eveneens. Hoge salarissen laten fuiven en partijen toe met al de gevolgen. Het strand van Copacabana is een bijzondere attractie, vooral in de avonduren. Het carnavals feest van Rio is een ware orgie, waar alle remmen worden losgegooid. Het gevolg van de weelderige levenswijze en de grote vrijmoedigheid in het on derling verkeer zijn overspel en echt scheiding. Alles bij elkaar een triest boek, dat weinig uitzicht biedt. De schrijfster, die de menselijke tekortkomingen bijzonder scherp schildert, neemt geen blad voor de mond. De erotiek krijgt in haar re laas een ruime plaats. Oudere lezers kunnen in de ontluisterde levens een waarschuwend voorbeeld zien, jongeren wensen we vrolijker en minder veront rustende lektuur toe. De arts-fotograaf Nico Jesse heeft in een groot bij Elsevier uitgegeven boek het fascinerende Parjjs in al zijn fa cetten vastgelegd. Monumentaal en in tiem, vol weelde en vol armoede, speels en met een strenge arbeidstucht, zwie rig en vuil, ingetogen en pikant, spon taan en gekunsteld, elegant en afstote lijk, weids van uitzicht en met donkere sloppen, met bloeiende parken en gore gevels, in honderderlei gestalte zien we hier Parijs aan ons voorbijtrekken en we gaan onwillekeurig filosoferen over de oude vraag: „Kan fotografie kunst zijn?". Nu, Nico Jesse is zeker een vurig pleiter voor een positieve be antwoording van die vraag. In een voor woord bevestigt Jean Cocteau: „Het is van wezenlijk belang te begrijpen dat de camera geen machine en geen gla zen oog is doch het voertuig van een ondoorgrondelijk mysterie waardoor de kunstenaar-fotograaf het model met zijn teken merkt". Wie Parijs kent en er steeds geboeid weerkeert, zal bij het doorbladeren van dit boek de oude ont roeringen voelen trillen en toch ook door nieuwe verrassingen getroffen wor den. Ja, dit is waarlijk volop Parijs! De tekst bij de platen, verzorgd door Ute Vallance, is ook goed in de char mante toon gehouden, die het onder werp behoeft. En Elsevier heeft aan het geheel weer zijn uitmuntende gra fische vaardigheden besteed. We menen er intussen op te moeten wijzen, dat men het boek niet in jeugdige handen moet geven. Water des levens, aqua vitae, whisky, ziedaar het grondthema, waarop Henry Morton Robinson deze lijvige roman heeft gecomponeerd. Met whiskey stoken houdt de oude pio nier Chance Woodhull in het midden van de vorige eeuw zich alleen bezig als een nevenbedrijvigheid; zijn zoon An son wordt door de omstandigheden ge dwongen deze veel-omstreden nijverheid als zijn hoofdberoep te kiezen en hij wordt een van de beroemde distillateurs van zijn land. Maar dan wint in de jaren tijdens en na de eerste wereld oorlog de gedachte aan een algeheel drankverbod veld en als dat verbod er komt, ligt de kleinzoon verslagen en willoos, tot tenslotte een avontuur met lieden, die hem in de clandestiene fa bricatie van sterke drank willen drijven, zijn levenslust weer doet ontwaken. Dit grondpatroon is uitvoerig uitge werkt in een familiegeschiedenis met vele vertakkingen. De liefde, regelma tig en onregelmatig, schurkerij van groot en klein formaat, de politiek in niet altijd frisse gedaante, rechtspraak onderhevig aan allerlei invloeden, ze ko men allemaal uitvoerig aan hun trek en Robinson weet ons dit alles met zwierige borstel voor te schilderen. De psychologische uitdiepingen van de verschillende figuren kan niet altijd overtuigen en de compositie van de ro man is ook niet zijn sterkste zijde. De dramatiek wordt bijwijlen ook van een drakerige soort. Maar het geheel is toch wel geschikt om te boeien en om iets aan te voelen van de grote ontwik kelingen, welke het heterogene Amerika tot de Vereinigde Statan deden uit groeien. We moeten deze roman, uitgegeven door West-Friesland te Hoorn, een flinke por tie voorbehoud meegeven. Het bekende jongensverhaal van Piet Bakker „Ciske de Rat" was het eerste boek, dat in de Elsevier Pockets, serie E, werd opgenomen. Thans verscheen nummer 89 in deze ontspanningsreeks. Het bevat het ver volg Ciske groeit op," het tweede deel van de populaire trilogie. De boeiende verteller, die Piet Bakker was, geeft hier de lotgevallen van Cis- sie Vrijmoeth nadat het ventje in een vlaag van drift een misdaad heeft be gaan. Hij ondergaat zijn straf, maar weet zich met behulp van vrienden een weg naar een betere toekomst te banen. Een ontroerend, hartverwarmend boek, dat al door duizenden gelezen is en al in meer dan tien talen vertaald werd, en dat ook in deze pocketvorm zijn weg weer wel zal vinden. De meeste Nederlanders zitten weer met zo'n gezellige grote brief van Va dertje Fiscus, die hun een ingewikkeld brok huiswerk opgeeft. Men kan het gauw overhevelen naar een belasting- kundige, men kan er ook een eer in stellen heel die reeks van vragen zelf te beantwoorden. Voor die tweede ca tegorie is nu net op tijd verschenen Elseviers Belastingalmanak. Gebaseerd op de nieuwste gegeven wordt hier een heldere en omstandige toelichting gege ven hij iedere te beantwoorden vraag. Uitvoerige tabellen en een register ver gemakkelijken 't gebruik van aeze prak tische gids.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1962 | | pagina 9