ELISABETHSTAD
SCHOONHEID
VERVALT VAN
TOT MISERE
Fries
van
nationalisme dateert niet
vandaag of
gisteren
HAITI, paradij selijk
doch
mooi.
niettemin doodarm
Drie supporters met
premie
(f 75) uit Acht van Chaam
Iets
verk
De dieven zijn hier uitermate beleefd
Plunderaars overal actief
en de V.N. is machteloos
Transport van plastic-buizen
Jaarlijh
onvers
Van Redbad tot Binnema
Verenigde Staten wagen een gokje
Maar het is
beslist niet
dynamisch
CHIRl
55
Pistool tussen
de broekriem
V.N. machteloos
Belegerde stad
Vriendelijk
Operatie van waterhoofd
Onderzoek naar
de gevolgen
Dictatuur van
Duvalier is
weerzinwekkend
De dictator
De dollars
BOEKENPLANK
Teilhard de Chardin
Karei de Grote
Nieuwe impuls
Friese beweging
OUDERS W,
TWEE DAGE
Vader en
slapend
de kim
Kernstopg
(weer mui
Fraai winter
DAGBLAD DE STEM VAN MAANDAG 29 JANUARI 1962
Langzaam maar zeker is Elisabethstad, tot voor kort een der welvarendste en elegantste centra
in Midden-Afrika, bezig in een primitief negerdorp te veranderen en dit proces gaat gepaard
met vriendelijke knikjes en hier en daar een vrolijke groet, zonder dat iemand zich er eigen
lijk veel van aantrekt. De nachtmerrie van elke blanke kolonist in dit zwarte werelddeel - dat
de zwarten zijn huis, zijn meubelen, zijn auto en al zijn verdere bezittingen eenvoudig zullen
overnemen - kan men hier werkelijkheid zien worden. Maar geweldpleging gaat er nauivelijks
mee gepaard. Het gebeurt geleidelijk en op steelse tvijze.
Kort geleden stond ik in een door prachtige bomen overschaduwde
straat met mijn auto geparkeerd. Voor de gevechten uitbraken, was dit
een der aantrekkelijkste en duurste Europese wijken van de stad.
Een wijk met prachtig onderhouden gazon's en bloemperken, met rijke
villa's voorzien van brede terrassen, waar men dikwijls cocktail-partij
en aan de gang zag.
Afrikanen zag men er nooit, tenzij het
huisbedienden of tuinjongens waren. Nu
staan deze huizen alle leeg. De Bel
gische bewoners zijn gevlucht, meestal
met achterlating van al hun meubilair.
De bloemperken zijn door onkruid over
woekerd- De tegels van de terrassen zijn
gebroken, de blinden voor de ramen
hangen uit hun voegen en de ruiten zijn
vaak geheel versplinterd.
Vanuit mijn auto zag ik, dat er heel
wat activiteit in één van de villa's
heerste. Tenslotte ging de voordeur
open en kreeg ik een hele rij in lompen
gehulde Afrikanen te zien, die allen iets
op hun hoofd droegen. De een had een
tafel veroverd, de ander een radio, een
derde droeg een stapeltje Perzische kle
den opgerold onder de arm en een vier
de zag ik een paar met geborduurde
stof beklede boudoirstoeltjes naar buiten
sjouwen. Zij liepen langs mijn auto en
knikten beleefd. ,,Jambo, bwana" (goe
den dag, baas) riep er één met vrolijke
grijns.
Vijftig meter verder, aan het einde
van de laan, staat een flatgebouw, dat
bezet is door een eenheid Ethiopische
soldaten van de Verenigde Naties. Eén
van hen zat in een ligstoel op het gazon
met z|jn rug naar het verkeer toege
keerd. Hij sprak geen Engels en geen
Frans en toen ik hem eindelijk had dui
delijk gemaakt, wat er gaande was, ble
ken de Afrikanen niet hun buit v«
dwenen te zijn.
Ik reed naar het hoofdkwartier van
de V.N., driehonderd meter verderop.
Op mijn weg passeerde ik het door
zware mortiéren beschermde hoofd
kwartier van de Amerikaanse zending
der zevende-dags adventisten. Het gras
rondom het gebouw was bedekt met
verscheurde boeken, correspondentie en
de inhoud van de zendingskarthoteek.
Plunderaars hadden daar niets van hun
gading kunnen vinden, maar toen ik
langsreed kwam er een lachende nege
rin uit het gebouw te voorschijn met
een rol fel gekleurde bijbelse taferelen
onder de arm, die kennelijk bestemd
waren geweest om in zendingsschool
tjes te worden opgehangen. Toen zij mij
zag, klonk dezelfde vrolijke groet:
„Jambo, bwana".
„Ja", zei een van de ambtenaren op
het hoofdkwartier van de V.N., „we
hebben eenvoudig niet genoeg mensen
en we' kunnen nu eenmaal niet overal
tegelijk zijn. We hebben patrouilles om
te letten op plunderaars, maar zodra ze
voorbij zijn, begint het plunderen weer
alsof er niets gebeurd is- Elke keer,
dat wij een geval van plundering ont
dekken, confiskeren wij de buit en slaan
die op, zodat de eigenaar zijn spullen
eventueel terug kan halen. We hebben
al een hele tent vol met meubelen en
andere huishoudgoederen."
telingenkamp, waar een onbeschrijfe
lijke vervuiling heerst, en dus trokken
zij de stad in.
De rijke villawijk was niemandsland
tijdens de gevechten in december. Veel
huizen kregen directe treffers van mor
tieren en bazooka's en slechts twee van
de meer dan honderd villa's worden nog
door hun Europese eigenaars bewoond.
Sommige zijn door de officieren van de
V.N. gerequireerd, maar in de andere
villa's hebben zich Afrikaanse vluchte
lingen genesteld. In bepaalde villa's, die
ik gezien heb, wonen meer dan twintig
mensen op de gelijkvloerse verdieping.
Op één van de weidse terrassen, temid-
vroeg hem, wat hij had gestolen. „Ik
heb niets gestolen, baas", antwoordde
hij. „De blanke bazen hebben alles ach
tergelaten en ik heb het gevonden. Dus
is het nu van m|j."
De stroom plunderende vluchtelingen
dringt langzaam maar zeker tot andere
wijken van de stad door en elke dag
ziet men, dat er weer meer huizen vol
komen leeggehaald zijn.
Aan de andere kant van Elisabethstad,
in de industriewijk, is hetzelfde proces
aan de gang, maar daar gaat alles veel
minder vriendelijk toe- De Baloeba uit
het vluchtelingenkamp, dat op een af
stand van anderhalve kilometer ligt,
plunderen zich dag na dag een weg door
de fabrieken en opslagplaatsen, waar
door Elisabethstad eens tot de voor
naamste economische centra van Kongo
behoorde. Zij hebben reeds een koelhuis
installatie volledig verwoest, een inval
gedaan in een grote fabriek, waar dran
ken gemaakt werden en waar zij zestig
ton suiker wegsleepten, en in een op
slagplaats van machinerieën hebben zij
alles kapotgeslagen, wat maar kapot te
slaan was. Wat zij wilden meenemen
laadden zij op kruiwagens, waarvan zij
er duizenden in een andere fabriek von
den.
Er zijn in de inudstriële wijk nog
maar weinig gebouwen, die niet bescha
digd zijn. Soms is dat aan de gevechten
van december te wijten, maar in de
meeste gevallen is het een gevolg van
de plunderingen van de laatste veertien
dagen.
Er zijn echter toch nog Europeanen,
die zijn gebleven om hun zaken en hun
bezittingen te beschermen. Een Belg
vertelde: „Vanochtend zijn er hier twee
a drieduizend Baloeba langsgekomen.
Het waren net mieren en zij namen let
terlijk alles mee, dat van hun gading
was. Maar ik heb nooit last met ze ge
had." Hij haalde met een welsprekend
gebaar zijn tropenhemd omhoog en ik
zag, dat hij in zijn broekriem een ver
vaarlijk uitziend automatisch pistool ge
stoken had. „Laat ze maar komen," zei
hij rustig.
Zo leven de blanken in de Katangese
hoofdstad in de staat van voortdurende
belegering. Nooit durven zij hun vrouw
en kinderen zonder toezicht te laten,
zelfs niet voor een paar minuten. Toch
blijven zij, deels uit koppigheid, deels
omdat zij hopen op betere tijden, deels
omdat nu eenmaal al wat zij bezitten
hier in Elisabethstad is. Maar diep in
hun hart weten zij, dat de voor hen zo
goede oude tijd nooit meer terugkomt.
Straattafereel in de Katangese hoofd
stad: Doelloos rondzwervende Afrika
nen, die vaak bescherming nodig heb
ben, doch tegen wie anderen soms
beschermd moeten worden.
De vriendelijkste plunderaars zjjn
mensen van de Baloeba-stam en andere
stammen, die tegen het regime van pre
sident Tsjombe zjjn cn die uit hun wjj-
den van dure tuinmeubelen, zitten zes
Baloeba-vrouwen hun babies te voeden.
Buiten staan fietsen in plaats van Ame
rikaanse limousines en in de achtertuin
wordt de maaltijd gekookt op rokende
vuurtjes, want de keukens worden niet
gebruikt. Binnen spelen negerkindertjes
op de kale parketvloeren.
Eén van de Europeanen, die nog altijd
in de wijk woont, vertelt: „Op een dag
zag ik een Afrikaan uit een flatgebouw
komen met een reusachtige vracht, die
hij in een bedsprei gewikkeld had. Ik
De Nederlandse organisatie voor zui-
ver-wetenschappelijk onderzoek heeft
de heer W. Luyendijk, lector in de
neurochirurgie aan de rijksuniversiteit
te Leiden, een subsidie verleend voor
een psychologisch, sociologisch en ge
nealogisch onderzoek bij kinderen be
handeld voor een groeiend waterhoofd
(progressieve hydrocephalus internus).
De vraag hoe kinderen met een wa
terhoofd moeten worden behandeld,
vormt in medische kringen sinds jaren
een moeilijk probleem.
Er zijn verschillende mogelijkheden
om kinderen met een waterhoofd - een
ziekte, die veroorzaakt wordt door een
abnormale toeneming van het hersen-
vocht - te behandelen. Een van deze me
thoden bestaat hierin, dat men het over
vloedige hersenvocht naar het bloedva
tenstelsel, respectievelijk het hart laat
afvloeien.
Dit is echter een vrij ingewikkelde
ingreep. In het academisch ziekenhuis
in Leiden is een chirurgische behande
ling ontwikkeld, waarbij de overvloe
dige hoeveelheid hersenvocht of rugge-
mergsvocht naar de buikholte w-~ dt af
gevoerd.
Hoewel de waterhoofden na deze
operatie niet groter worden en de sche
delbeenderen van de aldus behandelde
kindemen aan elkaar groeien, blijft nog
altijd de vraag open, hoe de patientjes
zich verder geestelijk zullen ontwikke
len. Er bestaat immers een grote kans,
dat hun hersenen beschadigd zijn door
ziekten, die aanleiding gaven tot het
ontstaan van het waterhoofd en door de
hydrocephalus zelf.
Om op deze vraag een antwoord te
kunnen geven, wordt nu met ZWO-sub-
sidie een psychologisch, sociologisch en
genealogisch onderzoek ingesteld.
Tien plastic buizen met een lengte
van zeventig meter en een doorsnede
van 11 cm en vervaardigd van draka-
tileen, zijn gisteren door een helikop
ter overgebracht van de fabriek in
Enkhuizen naar het bouwdok voor de
segmenten voor de Coen- en IJ-tunnel
in Amsterdam-noord. De soepele bui
zen zullen dienen voor de watervoor
ziening op de bouwplaats. De foto
toont een van de transporten, gade
geslagen door vertegenwoordigers van
de pers.
(Eigen buitenlandse dienst).
Voor de Ver. Staten en de andere me
deleden van de organisatie der Ameri
kaanse Staten is er nog één staat over
gebleven, waarmee Washington, behalve
Cuba, op omzichtige wijze manoeuvre
ren moet, n.l. het kleine Haïti, dat het
kleinste deel vormt van Hispaniola, het
grootste eiland in dit eilandengebied,
terwijl het grootste deel in bezit van de
Dominic. Republiek is. In Haïti heerst
voorlopig nog ongestoord een eenmans-
regiem, dat elke oppositie met ijzeren
hand vernietigt.
De man, die de bewoners van Haïti
regeert is president Frangois Duvalier,
wiens macht uitsluitend steunt op een
straf georganiseerde gestapo, die wegens
haar razzias en massa-arrestati - alge
meen gevreesd is. Duvalier beschouwt
zich als het symbool van het „nieuwe
Haïti", waar de negers alleen als echte
Haïtianen worden beschouwd en mulat
ten en mensen met lichte huidskleur als
minderwaardig worc*en beschouwd en
v.d. militaire dienst en 't bekleden van
ken vluchtten, toen de Katangese politie I officiële betrekkingen zijn uitgesloten,
een razzia onder verdachte elementen Sinds de overleden generalissimus Ra-
bcgon te houden. Zij doen alles liever faël Trujillo, dictator van bet buurland
dan zich vestigen in het Baloeba vlueh- s*n Domingo in het jaar 1937 by een in-
val in Haïti een vreselijke moordpartij
onder de Haïtianen aanrichtte, waarbij
duizenden hunner omkwamen, heerst
er een diepe vijandschap tussen beide
staten. Maar nu in San Domingo de
bloedige dictatuur verdwenen is, zal
zich wel een nieuwe verhouding tot
Haïti vormen en daarvan meent men
een politieke uitwerking op Haïti te
mogen verwachten.
Dictator Duvalier is een voormalig
arts. Hij verschijnt nauwelijks in het
openbaar en wil van de pers niets we
ten. Met behulp van het leger won hij
in 1957 de verkiezingen, die hij meteen
maar afschafte. Naast het leger schiep
hij een geheime politie van 5000 man en
met deze macht houdt hij het volk er
onder.
5?
De slager, de winkelier en de
bouwvakarbeider uit St.-Wille-
brord hadden gedrieën, zoals het
vurige wielersupporters betaamt,
op 2 augustus van het vorige jaar
de Acht van Chaam bezocht. Na
afloop waren ze in contact geko
men met een, naar zijn zeggen, ge
desillusioneerde coureur.
„Ik heb niets gewonnen" had de
man zijn nood geklaagd. „Ik heb
de strijd moeten staken. Maar nu
heb ik er genoeg van, jullie kun
nen mijn karretje kopen."
En in de breinen van het drietal was
naast het wielerenthousiasme een koop
manslichtje opgegaan. Zo'n uitgebluste
renner kon nooit veel voor zijn racefiets
vragen.
„Hoeveel?," was er gevraagd.
„Vijftig gulden," had de uitgebluste ge
zegd.
In dezelfde breinen had een veelvoud
van dit bedrag als werkelijke waarde
rond gespookt.
„Top." was er gezegd, „geef maar mee,
en gedrieën hadden ze de vijftig pop bij
elkaar gekregen. En toen was er zelfs
door de kopers een rondje gereden over
het draaierig parcours van die legenda
rische acht Maar de kater had zich later
aangediend in de vorm en gedaante van
de eigenaar van de racefiets. Die had
niet al te vriendelijk gevraagd wat de
heren op zijn karretje moesten. En in
zijn gezelschap was Hermandad geweest,
die het hele verhaal van die ontgoochelde
coureur en de vijftig pop op papier had
gezet, welke gang van zaken het opmaken
van een proces-verbaal wordt genoemd.
„Heling, subsidiair schuldheling," was
de inhoud van de dagvaarding, die door
de officier van justitie, mr. J. Peijnen-
burg werd voorgedragen, waarbij het
dorpje Chaam taalkundig juist aan ziin
trekken kwam.
„We hebben er niet bij stil gestaan,"
luidde de verdediging van het drietal.
„Ja, maar heren, luister nu eens," zei
de politierechter, mr. J. Willekens „Nu
wil je me toch niet wijsmaken, dat jullie
niet in de gaten hadden, dat die race
fiets veel meer waard was?"
Nee, dat wilden de heren niet Ze gaven
toe. dat ze het karretje wel op een hon
derdje hadden geschat.
„En dat is nog aan de lage kant," zei
de officier, „want de eigenaar spreekt
van vierhonderd".
De politierechter ging eens nader in op
de persoon, die zo goed de rol van ter
neergeslagen coureur had gespeeld
„Hoe zag die man er uit?." wilde hij
weten. „Was die in de kleding van een
coureur?"
Nee, dat was niet het geval geweest.
Alleen fietsschoenen had hij aangehad,
verder een gewoon pak.
„Aha," zei de officier triomfantelijk,
„dus helemaal niet iemand in zo'n ren
nerspakje, zo iemand met gespierde dijen
en gebruinde armen. Dan hadden jullie
toch al direct argwaan moeten krijgen, dat
er iets niet in orde was".
Dat hadden de supporters nu net niet,
omdat de wedstrijd al ten einde was en
dan blijft geen enkele coureur nog lan
ger dan het nodig is in zijn tricootje
lopen.
De officier begon er van overtuigd te
raken dat de opzet om te helen bij het
drietal niet aanwezig was geweest. Ei
genlijk was het alleen maar een domme,
weliswaar op winstbejag gerichte, streek
geweest. Mr. Peijnenburg beperkte zich
daarom tot schuldheling, daar kon het
drietal niet onderuit komen. Ze hadden
zich moeten realiseren dat het geen zui
vere koffie had kunnen zijn.
Door de officier werd ieder voor zijn
onvoorzichtigheid veertig gulden boete
toebedacht.
De supporters vonden deze geldsom
aan de hoge kant. Per slot van rekening
was er van het handeltje niets terecht
gekomen en bovendien hadden ze een
snipperdag moeten nemen. De politie
rechter, die uiteraard geen enkele sport
in de rechtszaal een kwaad hart toe
draagt, had wel oren naar dat snipper-
argument: ieder vijfentwintig gulden.
Met menselijke rechten of menselijke
persoonlijkheid hield hij in het geheel
geen rekening meer en dat bracht hem
in ernstig conflict met de katholieke
kerk en de studenten, de enige intellec
tuele leken, die tegen zijn machtswel
lust opkwamen. In 1960 zette hij mgr.
Frangois Poirier, primaat van Haïti over
de grens onder de belachelijke beschul
diging, dat deze aan communistische
studenten 2500 dollars zou hebben gege
ven om het regiem van Duvalier ten
val te brengen. Onder hetzelfde motief
werden talloze andere priesters verdre
ven en het enige principieel-katholieke
dagblad „Da Phalanx" verboden.
Het Vaticaan heeft Duvalier en allen
die hem bij de verdrijving van (Je pries
ters geholpen hebben, in de ban ge
daan. Het was de eerste grote excom
municatie tegen een westelijke regering
sinds de maatregelen tegen de vroegere
Argentijnse dictator Juan Peron.
De houding van het regiem-Duvalier
tegenover de Ver. Staten is afwisselend
warm en koud geweest. Bepaalde hogere
beambten schijnen links gericht te zijn
en nogal invloed op Duvalier uit te
oefenen In juni 1960 verklaarde hij dat
Haïti weldra zou moeten kiezen tussen
de twee grote machten: het oostblok of
het westblok. Maar de minister van bui
tenlandse zaken Joseph Baduidy denkt
er anders over. Toen deze plotseling de
diplomatieke betrekkingen met het Cuba
van Fidel Castro verbrak zei hij: „Wij
houden het bij de Ver. Staten. Zij zijn
onze goede vrienden!"
Duvalier schijnt dat nu ook wel te
hebben ingezien, want de dollars moe
ten tenslotte van de Vér. Staten komen.
Daarom bood hij de Amerikanen onoffi
cieel een marinebasis aan in de haven
van Mole Saint Nicolas, een natuurlijke
haven aan de noordwestkust, van Haïti.
64 kilometer van Cuba verwijderd!
En dat is wel de reden, waarom Was
hington de ogen dichtknijpt voor het
Hitlerregiem van Duvalier en jaarlijks
belangrijke dollarbedragen afstaat. De
Republiek Haïti heet dan ook in de
volksmond hef „Armenhuis van Ameri
ka".
Na de boekjes van prof. Wildiers en
prof. Delfgaauw over Teilhard de Char
din is nu ook een uit het Duits vertaald
werkje voor de Nederlandse lezer be
schikbaar, om zich te laten binnenlei
den in de gedachtenwereld van de be
roemde Franse Jezuiet. Dr. Josef Vital
Kopp momenteel leraar aan het gymna
sium te Luzern, is de auteur, die er
inderdaad in slaagt ons zowel de figuur
van Teilhard de Chardin als de stout
moedige conceptie van zijn moderne,
christelijk geïnspireerde evolutieleer
naderbij te brengen.Hij gaat ook kort in
op de theologische bezwaren, welke er
tegen zijn ingebracht en besluit met een
reeks van treffende fragmenten uit de
brieven van Teilhard de Chardin.
Het boekje is uitgegeven door Lannoo
(Tielt Den Haag).
De Frysk Nasjonale Partij van
Binnema en Kramer heeft een
storm in een glas water ontketend.
Meer nog dan in Friesland zelf is
in Holland gesproken en gelachen
om deze voor Nederland toch u-
nieke partij. Er werd gedacht aan
een grap toen het nieuws omtrent
deze politieke partij bekend werd,
maar helaas voor de serieuze Frie
zen en ook voor de serieuze niet-
Friezen is het met deze Friese Na
tionale partij bittere ernst geweest.
En wat misschien nog ernstiger kan
heten is het feit, dat het ditmaal
geen oude Friese strijders waren,
maar dat het de jeugd was die
voor deze sensatie zorgdroeg. Ve
len vragen zich dan ook af wat
deze jongeren bezielt met hun
nationalisme nu we in een tijd le
ven waarin de vorming van een
Europese staat meer en meer re
aliteit wordt.
Het Fries-nationalisme is niet iets van
de laatste jaren. Het werd geboren in
een tijd die al meer dan 1250 jaar ach
ter ons ligt. Omstreeks 690 was er spra
ke van een Friese natie onder leiding
van een machtige vorst, Koning Red
bad, die zelfs kans heeft gezien tijdelijk
Keulen te bezetten en voor lange tijd
te regeren over practisch heel het te
genwoordige Nederland en de Duitse
Noordzeekust. Dit Friese rijk en deze
koning zijn een realiteit en het is juist
dit koninkrijk dat later bij de Friezen
nog een grote rol speelt. In 732 verloor
de opvolger van Redbad, Hrodbad, de
slag aan de Boorn tegen de Frankische
Karei Martel, waarmee een einde kwam
aan de Friese onafhankelijkheid. In 754
werd Bonifacius door de Friezen ver
moord. Hoewel vaak gesproken wordt
van een roofmoord, kan deze overval op
de bisschop en zijn helpers moeilijk an
ders gezien worden dan als het werk van
de Fries-nationalisten, die hun „vrij
heid" nog niet vergeten waren en als
heidenen de Christen-Franken tot hun
vijand rekenden.
Weer zien we het Fries-nationalisme
te voorschijn komen in de historie, wan
neer er eeuwen lang sprake is van bij
zondere voorrechten, die Karei de Gro
te omstreeks 800 aan de Friezen zou
hebben geschonken. Inderdaad is er
sprake geweest van een bijzondere sta
tus, maar deze was niet gebaseerd op
deze legende, doch eerder op het feit,
dat in de late middeleeuwen de Frie
zen rechtstreeks geregeerd werden door
de keizer van het Heilige Roomse Rijk
en geen graaf of hertog over zich ge
steld zagen. Het tegenwoordige Fries
land was in de 14e en 15e eeuw een
staat van souvereine kleine republiekjes.
En juist dit Friesland zou geboren zijn
uit de voorrechten van Karei de Grote
aan de Friezen gegeven. Dat het hier
een legende betrof is duidelijk, daar er
in de 11e eeuw nog een graaf in Fries
land regeerde.
Maar legende en traditie zijn in vele ge
vallen vandaag nog de basis waarop
een onafhankelijke staat gevestigd is
en zo behoeft het geen verwondering
te wekken dat de Friezen hiervan ge
bruik maakten om hun recht op zelf
bestuur te verdedigen.
Intussen was Friesland aan het eind van
de 15e eeuw een taaleiland geworden,
daar het Fries in de Groninger Omme
landen en Oost-Friesland zich niet kon
handhaven. Het is tenslotte de Friezen
hun eigen schuld geweest dat de Frie
se vrijheid verloren ging, want door de
binnenlandse twisten kon men zichzelf
niet meer besturen en werd in 1498 de
Hertog van Saksen voor rond 250.000
gulden bezitter van Friesland en daar
mee de landheer.
Na vervolgens in 1516 onder de Bour
gondische heerschappij te zijn gekomen j Jong Fryslan'
en via Karei V en Philips II eindelijk
lid van de Unie van Utrecht, brak een
nieuwe periode voor Friesland aan. Hoe
wel de stadhouders uit het Huis van O-
ranje van buitenlandse afkomst waren,
verkreeg Friesland, zoals ook de andere
Nederlandse gewesten, in 1381 zelfbe
stuur, hetgeen gehandhaafd bleef tot
1795.
In deze periode was het zelfbesturende
Friesland iets vanzelfsprekends en het
oppergezag van de stadhouder werd ge
zien als een instelling die deze zelfstan
digheid bewaakte. Slechts een enkele
keer keerden de Friezen zich tegen de
stadhouder en in feite ook tegen de band
die hen met de zes andere provinciën
verbond. Het was in de dagen van Wil
lem Lodewijk, in het laatst van de 16e
eeuw, dat Karei Roorda als Fries-natio
nalist openlijk de strijd tegen de stadhou
der voerde en deze verloor.
De situatie in Friesland benaderde
„Kristlik Frysk Selskip" werd opgericht
en het orthodoxe en gereformeerde deel
van Friesland, dat buiten de beweging
stond, ook mee ging doen. Friese kan-
selpreken, Friese bijbelverhalen en Frie
se psalmboeken hebben sedertdien hun p
intrede gedaan.
Tenslotte kwam de Friese beweging bij
alle richtingen terecht. In 1917 werd het 9
„Roamsk Frysk Boun" opgericht door M
prof. T. Brandsma, pater Alb. Doodkor-
te en A. Witteveen.
Inmiddels was deze Friese beweging, 'I
die alleen maar streed voor behoud van fl|
de taal, voor velen te „tam". Jan Jel
les Hof trachtte in 1905 met zijn „Boun
de Friese beweging een
bredere grondslag te geven, hetgeen
echter mislukte.
In de jaren van de eerste wereldoorlog
kwam dan hetgeen waar men zich nu
„nog' zo druk om maakt, nl. het eerste
optreden van het nieuwe Fries nationa
lisme door oprichting van de „Jong
Fryske Mienskip" van dr. Douwe Kal-
ma en Eeltje Folkertsma. Iemand van
het oude „selskip" en iemand van het
„Kristlik Frysk Selskip" gingen pleiten
voor Fries zelfbestuur. Aanvankelijk
leek het dat Kalma de hele Friese be
weging achter zich zou krijgen, vooral
daar de kinderjaren van de „mienskip"
samenviel met het einde van de eerste
wereldoorlog, toen heel wat staten en
monarchieën op het voetstuk stonden te
wankelen en ook Troelstra zijn greep
naar de macht wilde doen.
Wanneer toen Troelstra aan het be
wind was gekomen en Nederland een re
publiek geworden, zou zonder twijfel de
in vele opzichten datgene wat nu door kans groot z|jn geweest op verwezenljj-
de Friese nationalisten geëist wordt,!king der idealen van Kalma c.s. Maar
lTernuaookrnodgS iT® |nu de „mienskip" weldra op re-
10n_ j00n° rIS T-. ii-ii -i 'tour. Buiten Friesland dacht niemand
Met de Bataafse Republiek kwam de
eenheidsstaat. In Friesland waren zowel meer aan Fries nationalisme,
federalisten als voorstanders van del Misschien moet de figuur van Jan
centrale staat te vinden. Zonder strub- Melles van der Goot gezien worden als
belingen verliep dan ook de opneming de Fries nationale profeet van de der- L.
in groter verband. Zonder noemenswaar-'tigerjaren. In 1933 richtte hij het Friese [y
dige oppositie werd later, in 1814, de fascistenfront op, dat later opging in de
provincie Friesland opgenomen in het
Nederlandse staatsverband. Van verzet
hiertegen kan moeilijk gesproken worden
en voorzover hier al sprake van was,
ging het om de Franeker universiteit,
die in de Franse tijd was opgeheven
en niet werd herkregen. Het lijkt er dairN.S.B.
ook veel op dat in het begin van de vo-'
rige eeuw het Fries-nationalisme sliep...
eveneens door hem gestichte Fryske
Folkspartij, waarvan het programma
heel wat verder ging dan nu van de
F.N.P. Aan de verkiezingen heeft deze
Folkspartij nimmer deelgenomen. Zij
was nationaal-socialistisch, maar anti I
en anti-Duits, waardoor haar g
geen lang leven beschoren was. In 1941
ging ze op in Saxo-Frisia, een in Gro
ningen zetelende beweging en moest in
1943 helemaal verdwijnen.
Na de oorlog kwamen de oude gelul*
Het jaar 1844 is het jaar van de op-1den terug. Nu ontsmet van nazi-ideëen
richting der Friese beweging geweest.1 traden de Fries nationalisten naar vo-
Toen werd door T R. Dijkstra, H. S. i ren vooraan stond de Frysk Nasjon»l«
Sytstra en J. van Loon het „Frysk Sel-:_ A nrf,.rflI)
skip for tael- en skriftekennisse" opge Jongerein van Halbe Doele en verderop
richt. Het was een culturele vereniging de oude „selskippen", die nu ook voo
van intellectuelen en geen volksbewe-l meer zelfbestuur" begonnen te voelen-
ging. Bij de liberale boeren en midden-
stand kreeg dit „selskip" aanhang, maar JIn 1948 werd de „Striidboun Frysu»
bij de arbeiders wilde men er niets van'Frij" opgericht, onder leiding van a
weten. Het ging om het behoud van de zelfde Folkertsma, die in 1915 ookzL
taal en zonder nieuwe impulsen leek de
ze vereniging langzaam te zullen ver
dwijnen. Het was echter de grote socia
listenleider Pieter Jelles Troelstra, die
het „selskip" nieuw leven in blies en
hij moet dan ook gezien worden als èen
der grondleggers van het nieuwe natio
nalisme, hoe vreemd dit ook mag klin
ken voor een socialist omstreeks 1890,
die het „proletariërs aller landen vere
nigt u" als leus aanhief.
Was Pieter Jelles Troelstra trouw ge
bleven en had hij niet het leiderschap
van de socialistische arbeidersbeweging'gJjjg^gn er^niet
de partij was. De oprichting van <jcZ..
strijdhond heeft destijds veel hilaritei
verwekt. Toch heeft de oprichting ^a.,
„Fryslan Frij" en de grotere activitei
van de Friese beweging via een berucn-
te „knuppelvrijdag" in 1951 geleid vj
inwilliging van bepaalde eisen, zoai
Fries in de rechtzaal. Fries op sch<j.
enz. Toch kreeg men de indruk dat.G
laatste jaren de extremisten in Ene
land minder in aantal werden. De woord
voerders in Friesland waren meest vsr*
standige Friezen, die het nationalism
deze anti-Nederlandse vorm te ve
Nederland belangrijker gevonden,
wellicht waren we dan geconfronteerd
geworden met de gedachte van zelfbe
stuur voor Friesland binnen de Staat
der Nederlanden. Immers onder Troel
stra kreeg het Frysk Selskip aanhang
onder de arbeiders en beleefde de Frie
se beweging een grote triomf. Dit was
mede het gevolg dat in Friesland aan de
socialistische arbeidersbeweging, reeds
een (socialistische) Friese Volkspartij
was vooraf gegaan, waarin een zekere
mate van zelfbestuur werd voorgestaan
en welke partij enige duizenden aanhan
gers heeft gehad.
Deze opwaartse gang van de Friese be
weging werd nog versterkt toen in 1908
door dr. Wumkes en ds. Huismans het
te vinden waren
hun politieke partij in de steek te la*e"j
Men weet in Friesland maar al te goe
dat onder normale omstandigheden ee
dergelijk nationalisme geen succes hee
daar nu eenmaal in het politieke
door de eeuwen heen staatsgrenzen 1
langrijker worden geacht dan taalgre
zen, en zeer zeker vooral in deze tij
nu het „zelfbeschikkingsrecht der vu*
keren" met voeten wordt getreden
Nederland bezig is op te gaan ineen gr
tere Europese gemeenschap. Dit is
de ogen van de meeste Friezen heel w
belangrijker dan Fries Nationalisme, n
sympathiek men dan ook mag sta
tegenover het recht om een eigen t
te spreken en een eigen culture!®
meenschap te vormen!
102e JAARGANG
Uitgave: N. V. Uitg.
Directeur: E. H. B. B
Hoofdredacteur: J.
Redactieraad: J. M. A.
C. J. v. Hootegem, mr
Mes, mr. H. M. L. de f
Vercauteren, L. J. v.
Bureaus: Breda - R<
Tel 22341 (4 lijnen) -
Bureau voor de Zeeu\
Kinderen van een ge
gische Namen hebbel
gen in de veronderste
hun ouders sliepen t<
kelijkheid waren over
de kinderen aan om\
verteld dat zij hun oi
derde dag niet hadd
een onderzoek ingestei
de ouders met het jor
gezin door kolendaml
het leven waren gek
stelde vast dat de do*
der was ingetreden.
De vader van het gezii
ren genoot een oorlc
14-jarige dochter had
gezin, waarvan de rr
was. De kinderen wa
rige week donderdag
school gegaan, nadat
ren gaan slapen.
Zondag werd het 14-ja
aangesproken door eei
de moeder van het gc
gen niet had gezien,
telde dat de ouders
kind sliepen. Het ha»
ongerustheid veroorza
al twee dagen niet hai
zij altijd lang sliepen'
De Geneefse kernstopcq
teren op verzoek van d<
ten voor onbepaalde tijc
Amerikaanse onderhand
klaarde kort voor het ei
zitting dat er geen „vei
bestond dan de besprek
totdat „een gemeenscl
voor onderhandelingen"
den.
Stelle's communistiscl
rapkin zei na afloop van
Westen heeft de conferi
doen lijden. Het heeft v<
meer om hier te blijve
Het aantal verkee
land zowel als in d<
schrikbarend toegent
de toeneming van h<
lijke afloop, hetzij
van blijvende invalic
mens met zijn moderi
Daarentegen is zijn
MOGELIJK krijgen de Ni
tillen binnenkort hun eig
maatschappij, die dan de
Westindische bedrijf van
overnemen. De onderhan
over zijn gisteren begonn|
ER IS gisteren in de ve
de Spoorwegongevallenraé
slist wanneer het onder
ramp bij Harmeien zal bi
VOLGENS DE Westduits
economische zaken is h
nodig dat het Engelse pc
als Engeland toetreedt to
DE NIEUWSTE modellci
in Oost-Duitsland, voorzie
dernste snufjes, kunnen j
uitzendingen meer ontvai
VOOR 400.000 gulden aan
•!uw®Jen is gestolen uit eer
in Melbourne.
HET TIJDSTIP voor Gier
is voor donderdagmorgei
op half acht, dat is half t^
dag Nederlandse tijd.
Weersverwachting van
tot vanavond, opgemaa
avond 23.15 uur:
Enkele overdrijvende x\
maar ook flinke zonni;
Lichte vorst tot tempera
vriespunt. Zwakke tot
tussen oost en zuidoost.
Verwachting van het Be
kundig instituut:
Mooi tot koud weer. IV
peratuur van —5 tot
maximumtemperatuur
graden.
Vandaag: zon onder 17.2
onder 12.31 uur.
Morgen: zon op 8.23 ui
3.49 uur.