Vrij korte maar veelbewogen historie van Wouws kasteel Zegels van verloren land Leraren walgen van Sovjet- onderwijs in Berlijn Paleis van de Dalai Lama door Chinezen opgeknapt Emmm* hm v,, M ,-.4v :r:m- Vesting 375 jaar geleden aan Spanjolen verraden BOEKENPLANK Rechtmatige bewoner in ballingschap Er was drie eeuwen niets gebeurd TIENDUIZEND VERTREKKEN iVoNHAjJ; 1 Voor 't eerst Concrete opvoeding lek Limerick De Bijbel over het wonder Bia'de i in geest en waarheid Spaans gezind Nog één keer Oriëntatie Omkop en Wonderwerk Onverdraaglijk Slechthorenden rijden veiliger DAGBLAD DE STEM VAN MAANDAG 15 JANUARI 1962 n A- -#♦*#«*«*»««««#* Wouw is een landelijke gemeente. Tegelijkertijd streeft het gemeente bestuur van Wouw er naar een woon- gemeente te zijn, niet alleen voor zijn eigen landelijkebevolking maar ook voor de stedeling uit Bergen op Zoom en Roosendaal. De relatie tussen Bergen op Zoom en Wouw is al heel oud. Wouw is namelijk van het begin af de geliefde woonplaats geweest van de Heren en Markiezen van Bergen op Zoom. De verbondenheid met Wouw is zelfs zo sterk geweestdat Gerard van Wesen- m.ale, de eerste Heer van Bergen, zich omstreeks 1300 herhaaldelijk de „Heer van Woude" noemt. De Heren van Bergen op Zoom be schikten in Wouw over een kasteel, dat tevens het middelpunt was van een groot door de Heren zelfs geleid landbouwbedrijf. De jaren na 1488 zijn vooral voor Brabant een tijd van onrust, oorlog en verwoesting geweesteerst in de strijd van opstandige Vlamingen en Hoeken tegen het gezag van Maximi- liaan, de vader van Philips de Schone, daarna in de beginperiode van de 80-jarige oorlog. Teneinde Bergen op Zoom extra te beschermen werd het kasteel van Wouw rondom de eeuw wisseling belangrijk versterkt met de aanleg van torens, een ommuring en een gracht. Tussen 1566 en 1606 was de omgeving van het kasteel herhaal delijk het toneel van hevige strijd. Een markant punt in deze periode is het verraad geweest van de Franse kapitein Mar chant, waardoor het kas te vertellen gaan we terug tot 1505. Vol gens de archiefstukken kan worden aan genomen dat in dat jaar de verbouwing tot vesting, die onder leiding stond van de bekende bouwmeester Anthonis Kel dermans, gereed gekomen is. Op de hierbij gaande tekening van het beleg van 1583 krijgt men een indruk van het resultaat van de verbouwing. Hoewel sommigen hun schouders wel eens op halen voor deze tekening meent de heer Korneel Slootmans, stadsarchivaris te Bergen op Zoom, dat deze voorstelling de werkelijkheid dicht benaderd moet hebben. Er is ruim tien jaar aan de versterking van het kasteel gewerkt. Het was een enorm karwei. Zo waren er ruim elf miljoen bakstenen nodig, voornamelijk IJselsteen. De IJselsteen werd per schip naar Roosendaal ge bracht, daar o.a. door vrouwenhanden gelost en vervolgens met paard en kar naar Wouw gebracht. In de zomer van 1542 heeft Wouw voor het eerst echt dienst gedaan als versterkt fort. Maarten van Rossum hield toen zijn grote strooptocht in de richting van Antwerpen. De Markiezin van Bergen op Zoom zocht toen haar toevlucht binnen de muren van het kas teel te Wouw, die te sterk bleken voor de aanvallen van Van Rossum. Kort na het vertrek van de Markies van Bergen op Zoom Jan IV van Gly- mes met Montigny naar Spanje (1 juli 1566) had de beeldenstorm plaats. Ook binnen Bergen was het rumoerig. Mar kiezin en stadsbestuur lieten een com pagnie soldaten komen ter handhaving van de rust. Alle hervormden kregen het bevel de stad en het markiezaat te i- verlaten. Er werd extra zorg besteed teel tegen betaling van tienduizend aan de jnstandhouding van het kasteel pulden en drie maanden soldij voor zijn manschappen zonder slag of stoot in het bezit van de Spanjaarden kwam. Dit verraad had plaats op 17 januari 1587, deze maand 375 jaar geleden dus. Om de krijgshaftige geschiedenis van het kasteel van Wouw vanaf het begin te Wouw, waarschijnlijk om een veilige wijkplaats te hebben. Na de dood van Jan IV van Glymes werden diens bezittingen, dus ook het kasteel van Wouw, door de Raad van Beroerten verbeurd verklaard aan Phi lips II. Arnold Sanders werd in 1571 als Prof Perquin staat in de pedagogische wereld bekend om zijn formidabele be lezenheid, zijn scherpe kijk op heden daagse opvoedingsvraagstukken en zijn kennelijke animo, om originele ziens wijzen sprankelend en vaak ook kitte lend aan anderen voor te houden. In dit derde Tweelicht-numer, een collectie van Perquins bijdragen aan Dux over de ja ren 1950 - 1959. ontmoet men de schrij ver op zijn best. Hij berijdt er zijn stok paardjes en getuigt van zijn vooruitstre vende opvattingen, vooral inzake de vorming van de rijpere jeugd. Al zal niemand het op elke pagina volledig met de schrijver eens zijn, het blijft ver kwikkend, om een expert zo spits en raak zijn ideeën te zien verwoorden. Een hoogst interessante bundel. (Uitg. Paul Brand - Hilversum). A.G. ,,Ick Limerick" heet een bundeltje limericks van Lode van Woensel, een uitgave van N.V. Uitgeversmaatschap pij ,,De Pelgrim" in Eindhoven. Het is, typografisch beschouwd, bijzonder leuk verzorgd maar wat de uitgever ertoe bewogen heeft de rijmsels het licht te doen zien is beslist niet de overtui ging geweest dat ze zo verschrikkelijk geestig zijn- Integendeel, we vinden ze praktisch allemaal vrij flauw en we hebben er ook geen enkele kunnen ont dekken die een „clou" bezit. En eer lijk gezegd hebben we ook om geen van die limericks ook maar een beetje kun nen glimlachen. „Wonder boven wonder is hij er goed bovenop gekomen," zeggen we, als iemand een ernstige ziekte doorstaan heeft. We kennen het „Wirtschaftswun- der", de wonderen van de moderne techniek en van de kunst. Stuk voor stuk wat nonchalante gebruikswoorden, want échte wonderen zijn het niet. Een écht wonder heeft hoe dan ook met God te maken, het heeft betrekking op het ongewone, dat een overschrijding in houdt van de aanwezige „natuurlijke" mogelijkheden. In de bijbel echter betekent het won der nog niets meer, het heeft in vele gevallen een „tekenfunctie", het be-te- kent dat het ongewone de mens erop attent moet maken, dat hij in de ge- Deze tekening geeft een beeld van de belegering van het kasteel te Wouw door de troepen van Oranje in de eerste dagen van mei 1583. beurtenissen van de natuur en van de geschiedenis een onzichtbare Aanwezige moet zien, die alles leidt in de richting door Hem gewild- Deze tekenfunctie der wonderen vindt men vooral in het Joannes-evangelie, waaraan dr. de Groot zijn laatste hoofdstuk wijdt. Bij Mattheus hebben de wonderen weer een andere functie. Dr. de Groot weet al deze betekenis sen van het bijbelse wonder helder uit een te zetten. De opzet van zijn werk je (uitgegeven bij Romen en Zoon) is doorzichtig, de stijl goed verzorgd en aangenaam te lezen. In één woord een uitstekend bijbelovertje. J. H Het opschrift van dit boek, uitgege ven bij Desclée de Brouwer, is ont leend aan het gesprek van Jezus met de Samaritaanse vrouw het uur komt dat de ware aanbidders de Vader zul len aanbidden in geest en waarheid. De volwaardige aanbidding van de Vader zal pas dan mogelijk zijn, als de volle openbaring van God als Vader zal heb ben plaatsgehad, „als het uur geko men is", na de verrijzenis van Jezus dus. Op deze hoogste openbaring Gods zal de nieuwe aanbidding afgestemd zijn. Het zal een gebed zijn „door Christus". Hiertoe is de hulp van de „Geest der Waarheid" onontbeerlijk. Een van de belangrijkste aspecten van het christelijk gebed zal dus zijn, dat het „trinitarisch" is: bidden is in con tact treden met de Vader via de Zoon. maar dit contact kan slechts tot stand komen „in de H. Geest". Over dit trinitarisch karakter van het gebed handelt de schrijver Herman Mertens in zijn eerste deel in het tweede belicht hij de praktische hou ding van de christenmens, alles gezien in bijbels en liturgisch perspectief. De schrijver is doctor in de theologie en geestelijk directeur van het seminarie te Mechelen, zowel theoretisch als praktisch een uitstekende gids in deze niet-gemakkelijke materie. Maar geluk kig heeft de schrijver zich vrij weten te houden van alle geleerddoenerijvak termen treft men er nauwelijks aan, en tóch is het onderwerp behandeld met een grondigheid die bij het thema past. De uiteenzettingen zijn gemakke lijk te volgen, geschreven in een vlotte stijl, met liefde voor het onderwerp en gedragen door persoonlijke ervaring. Iemand die zó weet te schrijven, be heerst zijn stof. J- H. rentmeester des konings aangesteld. Evenals andere dorpen van het Markie zaat met name Hoeven, Huijbergen, Borgvliet en Halsteren, maar zwaar der nog, leed Wouw onder de bezetting en het optreden der Spaanse soldaten. Een van de belangrijkste bepalingen van de Pacificatie van Gent (novem ber 1576) was, dat de vreemde soldaten verdreven zouden worden. In het begin van 1577 vertrokken de Spaanse solda ten. Er bleven, o.m. te Bergen op Zoom en Wouw, alleen nog Walen en Duit sers. De heer van Champigney kreeg van de Staten Generaal de opdracht te gen deze troepen op te treden. Het kas teel te Wouw, dat bezet was door 40 Hoogduitse soldaten van het regiment van Karei Fugger, werd hierop o.l.v. Elias le Lion bestormd door vijf ven dels voetvolk en één vendel ruiters. Na een belegering van enkele dagen werd de vesting op 4 augustus 1577 ingeno men. Allen, die er in waren, werden omgebracht, uitgezonderd één man die ontsnapte en zijn wapenbroeders in Bergen op Zoom met zijn mededelingen grote vrees aanjoeg. Een ander vendel van Fugger, dat te Steenbergen lag, gaf zich nog dezelfde dag vrijwillig over. Het Markiezaat kwam terug aan de wettige erfgename van Jan IV van Gly mes, n.l. diens nicht Margaretha de Me- rode. Begin februari trouwt zij met Jan van Withem, die Spaansgezind was en dus niet overweg kon met het stadsbe stuur van Bergen op Zoom, dat de zijde van Oranje gekozen had. Wanneer de stad besluit het garni zoen binnen te laten en nog wel onder de beruchte kolonel La Garde, trekt de Markies zich plotseling terug op het slot te Wouw (oktober 1580). Van daaruit waagt hij eind 1581 zelfs een poging Parma de stad Bergen op Zoom in handen te spelen. De Staten ver klaren daarop de Markies tot vijand van de staat en schenken de Prins van Oranje diens goederen. In april 1583 brengt Oranje een leger bijeen om Eindhoven te ontzetten. Bevelhebber maarschalk Biron komt echter te laat. Daar hij te Roosendaal gelegerd is wordt de bestorming van de vesting Wouw voorbereid. De be zetting van het kasteel bestaat uit ca. 125 Italianen en ongeveer 150 boeren, die voor het dreigend gevaar binnen de muren zijn gevlucht. De Markies Jan van Withem was niet meer in de vesting. Kort tevoren was hij naar elders vertrokken. Begin mei begon de beschieting met 14 stuk ken geschut. Vóór 's middags drie uur kwamen 1560 bommen op de beleger den en de vesting neer. De geschoten bressen bleken echter nergens van zo danige aard dat een bestorming kon worden gewaagd. De bezetting van het kasteel was evenwel zo beducht voor een stormaanval en er was zo weinig hoop op ontzet, dat nog dezelfde dag de witte vlag gehesen werd. Parma was zeer verstoord over de gemakkelijke overgave. De soldaten, die vrije aftocht hadden gekregen, wer- |den gestraft. De Italiaanse kapitein, die dde leiding had gehad, werd te Breda onthoofd. Daarentegen zagen de over winnaars zich door de stad Bergen op Zoom met wijn beloond. De gegevens van bijgaand artikel zijn ontleend aan het jaarboek 1943 van de oudheidkundige kring „De Ghulden Roos" te Roosendaal. In dit jaarboek heeft de heer Kor neel Slootmans, stadsarchivaris te Bergen op Zoom, een uitgebreid artikel over de geschiedenis van het kasteel te Wouw geschreven. den, ca. 85 man, hielden zich aanvanke lijk kranig maar moesten zich na vijf dagen toch overgeven. Op vier na, die Geertruidenberg hadden verkocht en voor wie geen genade bestond, kregen de verdedigers vrije aftocht. Even voor deze laatste belegering had de graaf van Hoogstraten gevraagd zijn kasteel aldaar neutraal te verklaren in dien b.v. de vijand hetzelfde met Wouw wilde doen. De enorme verliezen, die de familie van de graaf al tientallen ja ren lang had moeten incasseren, noopte hem dit voorstel te doen. De aartsher togen voelden hier wel voor maar zij wilden de zekerheid hebben dat mui tende soldaten zich dan niet van de versterkingen zouden meester maken. De enige oplossing was de omwalling van beide kastelen te slechten. De neu- traliteitsakten van Hoogstraten en Wouw werden getekend respectievelijk op 24 december 1605 en 1 februari 1606. In de zomer van 1606 trokken beide par tijen hun troepen terug waarna men de versterkingen begon te slechten. De aartshertogen brachten hiermee een groter offfer dan de republiek. Hoog straten, „He nagel aan de poot van de Kempen" was strategisch gezien name lijk zeer belangrijk t.o.v. Breda, zolang Den Bosch in Spaanse handen was. Nog éénmaal wordt Wouw in de krijgsgebeurtenissen genoemd. Tijdens de oorlog met de bisschop van Munster probeerden diens troepen zich in 1666 op het huis te Wouw en in Oudenbosch te vestigen. Door het optreden van de prins van Tarente en vorst Fritz van Nassau werden de Munstersen terugge dreven. Het kasteel raakte meer en meer in verval. Het woonhuis van het kasteel is jarenlang ge bruikt door de opperjagermees ters van de Bergse Markiezen. Omstreeks 1800 is ook het woonhuis geslecht waarmee voorgoed een einde kwam aan de geschiedenis van het kas teel te Wouw. Op IS januari zullen op een beken- j 300 pond sterling zullen opbrengen, baar geworden eiland zullen wor de postzegelveiling in Londen deze Een zeer hoge prijs voor zegelsdie den uitgegeven. De zegels dragen alle vier zegels van Tristan da Cunha'zo recent zijn. De waarde ligt dan een afbeelding van koningin Eliza- worden ingezet voor 150 pond ster- ook in het feit, dat vermoedelijk beth van Engeland en daaronder een ling. Verwacht wordt, dat zij zeker .nimmer meer zegels van het door afbeelding van een exemplaar van I een vulkaan-uitbarsting onbewoon- een bepaalde vissoort. De wereldorganisatie van natio nale verenigingen van leraren zond onlangs een commissie naar de oude Duitse hoofdstad Berlijn. Deze commissie had tot taak de si tuatie van het schoolwezen in het door de Russen bezette gebied van Duitsland te bestuderen. De mede deling, dat sedert de verdeling van Duitsland 75000 onderwijzers en leraren de Sovjetzóne verlaten hebben, had de internationale or ganisatie ten zeerste verontrust. De naar Berlijn afgevaardigde ex perts kwamen uit vier werelddelen, het waren de Amerikaan Carr, de Afrikaan Stephan Kioni uit Kenia, Kim Tuk Lum uit Malaya en de Fransman Henri Bau- de. Zij hadden het plan ..zich zo objec tief en nauwkeurig mogelijk te oriënte ren over de uitwerking van de gebeur tenissen sedert de 13e augustus 1961 op kinderen, jeugdigen, studenten, leraren en professoren in Oost- en Midden- Duitsland. Teneinde een zo groot mogelijke ob jectiviteit te bewerkstelligen, wendde de commissie zich tot de lerarenvereniging in de oostzone met het verzoek aan het onderzoek mede te werken. Men wilde beide partijen horen. De communisti- •sche lerarenorganisatie hulde zich ech ter in stilzwijgen. Ondanks dat bezoch ten de commissieleden herhaaldelijk de oostsector van Berlijn en zij trachtten informaties in te winnen door middel Na de val van zijn kasteel bleef Jan van Withem bij Parma aandringen op herovering. Een eerste poging van Par ma de bezetting met drie maanden soldij om te kopen bleef zonder succes (1585). Dan volgt het verraad van Marchant. Wouw is opnieuws Spaans bezit en men1 verwacht nu gemakkelijker Bergen op Zoom te kunnen innemen. Deze ver wachting is, gezien het mislukte beleg van 1588, niet in vervulling gegaan. Vanuit Wouw wordt de omgeving van nu af aan door Spaanse troepen onvei lig gemaakt, niet alleen om strategische doeleinden maar ook omdat de bezet ting doorlopend gebrek aang eld, voed sel en zelfs munitie heeft. Omdat in de omgeving niets te halen is moet het proviand geleverd worden door Etten, Princenhage, Zundert, Rijsbergen, Sprundel, Galder en Oudenbosch. De troepen uit Wouw hinderen ook het scheepvaartverkeer tussen Holland en Zeeland wanneer de schepen wegens windstilte in de buurt moeten aanleg gen. Een en ander was voor de Staten re den om te trachten Wouw weer in het bezit te krijgen. Een infiltratiepoging in 1598 mislukte. In 1605 slaat Prins Mau- rits het beleg voor Wouw nadat hij zijn pogingen om Antwerpen te verove ren verijdeld had gezien. De beleger- Het eeuwenoude Potala pa leis in Lhasa, de hoofdstad van Tibet, is door de Chinese com munisten gerestaureerd, aldus een bericht, van het communis tische persbureau Nieuw-China Het paleis, waaruit de Dalai Lama enige jaren geleden door de communisten is verdreven, onderging een ingrijpende res tauratie, waarbij ongeveer 200 van de beste kunstenaars uit Tibet drie maanden lang aan het werk werden gezet. Verschoten muurschilderingen werden in hun oorspronkelijke luister hersteld. De muren kregen een nieuwe pleister laag. Ook het dak van het gebouw, waar de tombe van de vijfde Dalai Lama staat, werd hersteld. Het was de vijfde Dalai Lama, Lob- Saod Gya-Tso, die het oude paleis voor het laatst had gerestaureerd. De vijfde Dalai Lama, die door de meeste Tibeta- nen wordt beschouwd als de grootste van alla Dalai Lama's, bestuurde het land drie eeuwen geleden. Hij wist zijn gezag over geheel Tibet te vestigen en werd in Peking ontvangen als een onafhanke lijke soevereine vorst. Het paleis werd ongeveer 1300 jaar ge leden gebouwd door de grote koning Song-Tsen Gam-Po, maar werd bij op eenvolgende oorlogen vernield en door de eerste minister van de vijfde Dalai Lama op grotere schaal herbouwd. Sinds dien zijn er slechts kleine verbouwingen geweest en werd weinig aan het gebouw toegevoegd. Het paleis, dat 13 verdiepingen en meer dan 10.000 kamers telt, is gebouwd op een heuvel die uitziet op de hoofd stad. Het is vaak beschreven als een technisch en artistiek wonder. In de En cyclopedia Britannica staat dat het paleis „300 meter lang en hoger is dan de St.-Paul's kathedraal in Londen, maar harmonieus van lijn en kleur". Volgens „Nieuw China" werden ook meer dan 1600 schrift werken opnieuw gebonden. Daaronder zijn vier boeken die geschreven zijn in gouden letters en een ander boek, waarin de leer en weder waardigheden van Sakyamoeni zijn vast gelegd, en dat 300 jaar geleden werd ver sierd met goud, zilver, parels, koraal en kostbare stenen. Het boek zou geschre ven zijn door de vijfde Dalai Lama. In het bericht wordt de verzekering gegeven dat „alle godsdienstige geschrif ten, boeken, Boeddha-beelden en ande re relieken in het paleis zorgvuldig zijn bewaard". Sinds de Dalai Lama in 1959 in bal lingschap werd gedreven is het paleis onder het beheer gesteld van de staat, aldus het Chinese persbureau. Dit is de keerzijde van de restau ratie-medaille. Uit de Tibetaanse kloosters verjaagde monniken pro testeren tegen het feit dat hun hoogste geestelijke en wereldlijke leider in zijn eigen land geen rechten meer bezit. „Ik zal vertellen, wat de kinderen hier i verduren hebben". van persoonlijke gesprekken. In West- Berlijn bestudeerde de commissie 203 vrijwillig ter beschikking gestelde brie ven van gevluchte leraren, studenten en I scholieren. Honderd personen, die getui ge waren geweest van de opvoedings praktijken in de Russische zone vaa Duitsland werden afzonderlijk onder vraagd, terwijl men ook bevoegde ver-I tegenwoordigers van Westberlijnse scho-1 len om hun visie op deze zaak vroeg. I Het onderzoek leidde tot zeer interes-1 santé resultaten. Bij een bezoek aan I twee Westberlijnse scholen stelde men bijvoorbeeld vast, dat 80 procent van de - jongens en meisjes naaste familieden m Oost-Berlijn hebben, die zij sinds de volledige afsluiting niet meer kunnen be- zoeken. Volgens de commissie zijn hoofdza-1 kelijk de volgende beweegredenen I oorzaak geweest van de vlucht van vele Oostduitse leraren: voor de op-I voeders is het onverdraaglijk in strijd! met de waarheid en de eigen overtu ging onderwijs te moeten geven, zi verzetten zich tegen het bevel, hul leerlingen uit te horen en te bespiol neren. De leraren, noch de scholieren zijn van plan zich te laten dwing cl tot het bijwonen van politieke bijeen komsten, de school is voor hen geen partij-politiek forum. Zo spoedig mo-j 1 gelijk zal de Verenigde Naties en haar vakorganisaties, in 't bijzonder de! UNESCO, een verslag van meer 200 pagina's worden overhandigd. „Ons doel is,'" aldus de secretaris] generaal van de Wereldorganisatie.! een bijdrage tot meer begrip van del pedagogische situatie van de ge vluchte leraren en de politieke tpc-l stand in Berlijn te leveren en onaf zienswijze in de hele wereld te ver-j breiden. Van hoeveel belang dergelijke inter sieve en grondigse oriënteringsreize: 1 bleek reeds, toen men de eerste reac- i ties van de Aziatische en Afrikaanse vei jj tegenwoordigers vernam. Stephan Kionilj uit Kenia verklaarde: „Afrika, dat no£ niet besloten heeft, of het zich bi; het oosten of westen zal aansluiten, dient ingelicht te worden. Ik zal alle landen van mijn werelddeel bezoeken en doen wat in mijn vermogen ligt. In Afrika mag geen plaats zijn voor het commti'] nisme." De Maleier Kim Tuk Lum kwam naar aanleiding van de in Berlijn oppgeda»f j ervaringen tot een gelijksoortige conch i sie: „De mensen in Azië, die ook nc- op een kruising staan en niet we^ welke weg zij moeten kiezen, zullen mijn mond horen, dat ik me in Ou51' Berlijn teruggezet voelde naar een ongeveer 2000 jaar geleden, toen een keizer de Chinese muur bouwde, onafa' hij hang was. „Slechthorende mobilisten rijden vei- I liger dan automobilisten met goede oren," zo verkondigde Crescenzo Mazj. de Italiaanse onderminister voor gezond heid. In een toespraak tot een forum ove" veilig verkeer zei hij, dat recente sta tistieken hadden aangetoond, dat va" alle weggebruikers met gezond gehoor. 3,9 procent een ongeluk had gehad, ter wijl bij mensen, die slecht horen, dn percentage niet hoger was gekomen dan 0,14. Mazza zei, dat dit kwam, omdat men sen met een slecht gehoor zich steeds bewust blijven van hun handicap.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1962 | | pagina 8