EVEN DE KLOK TERUG GEZET MODERNE BOERIN begroet vooruitgang iSslÉPS ^J~eeótmenu J van honderd jaar ^ïflcdc ft® sportlef 33 DAGBLAD DE STEM m fOO JAAR n 5 NOVEMBER f960 33 Studie ezondhei'dszorg Maar de techniek moest eerst een groep mensen bedreigen, alvo rens zoals vandaag, ook voor hen een zegen te worden. In 1870 werk ten jonge kinderen in aardewerkfa brieken met de gevolgen van „ver stomping des geestes, idiotisme, ze delijk bederf en losbandigheid, verwaarlozing der christelijke plich ten. verzwakking des lichaams, vroegtijdige dood, zwak en ziekelijk nakroost". Nog in onze eeuw maak ten jonge meisjes veel te lange dagen in de fabriek, waarna er thuis nog een zware huishoudelijke taak wachtte. Een bejaarde katoenspin ster (die nu pensioen ontvangt waar zij vroeger niet van had kunnen dro men vertelt dat zij als 12-jarige 's morgens om half 6 op stap ging: een hele rij meisjes stijf gearmd, zodat ze om de beurt een eindje kon den slapen. Techniek Spartaans en m m m m m m. m m m m m m m m m m 0* 0* 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 00 nfnfwn toot doktor fin* «tudeiea. Dat wfldo rij ook en zij bekwaamd# zich reeds dn het latijn. Maar Aletta werd op straat uitgejouwd en do heren studenten maakten afschuwe lijke grapjes op die blauwkous. De vrouwenbeweging moest nog geboren worden. Grootvader werd woedend: Frans leren is nog wat anders dan studeren en dokter worden. Trou wens als er geld uitgegeven moest worden voor studie, dan later voor de jongens en niet voor meisjes die huishouden moesten doen en de krant voorlezen. Tot troost mocht Marie zijn boekhouding verzorgen en zijn brieven schrijven. Achter de scher men werd zij een uitstekende zaken vrouw, beter dan haar vader was geweest en de familie plukte er de vruchten van. Voor het oog van de wereld moest zij de zachtzinnige jon ge vrouw blijven: of haar dat maar ten dele lukte? Grote intelligentie werd toen niet in een meisje ge waardeerd. Zij is nooit getrouwd. Wellicht stelde zij ook te hoge eisen aan de ontwikkeling van de jongelui uit haar omgeving. Vurig bleef zij Aletta Jacobs bewonderen die in '79 afstudeerde, als dokter in Amster dam een kosteloze kliniek voor arme vrouwen opende en die in 1903 pre sidente werd van de vereniging voor vrouwenkiesrecht. Nichtjes van de tantes zijn arts geworden. ,,Wat be nijd ik je" zuchtte Marie toen Riet je promoveerde. ,,Wat benijd ik je", zuchtte Anna, toen Rietje bovendien trouwde. Wi Aan niets went de mens vlugger dan aan voorspoed. Wat speciaal de vrouw in de laatste hon derd jaar gewonnen heeft is een voorspoed die niet in cijfers is uit te drukken. Zij heeft ge lijke rechten, aan de man gekregen, vrijheid, kansen op geestelijke ontwikkeling en ontplooi ing van krachten; vooroordeel en onwetenheid zijn weggevaagd en materiële zegeningen van de moderne tijd veraangenamen haar het dagelijks leven. Wij in onze dagen, nemen die winst bijna on achtzaam op, vergetend dat nog niet lang gele den onze moeders en grootmoeders het met zo veel minder moesten stellen. Toenemend materialisme en vervlakking be ginnen nu al afbreuk te doen aan het geluk, dat deze voorspoed bedoelde te brengen. Maar de vrouw die de voordelen van deze tijd paart aan het goede dat haar van vroeger werd doorgege ven, behoudt het geluk van haar generatie en geeft het door aan het volgende. Anna had zich in Parijs de ogen uitgekeken aan de mode. Ze kwam thuis en vond de vaderlandse crinoline niet volgens de laatste eisen. Er werd een knecht uitge zonden om de grootste crinoline uit de stad te gaan kopen. Hij kwam terug met het ijzeren gevaarte, maar zie: het was te breed voor de bescheiden voordeur van de woning. Anna moest het met een smallere stellen. Zo ging het ook met haar andere illusies. Zij was de oudste, handig en huishoudelijk. Al gauw moest zij de taak van de ver moeide en verzwakte moeder over nemen. Zij werd de spil in huis en voedde de drie jonge kinderen op. Zij wilde wel graag trouwen, „maar nu nog niet; later als de kinderen groter zijn." Toen die het huis ver lieten, en de twee zusters vader en moeder na een jarenlange verzor ging aan hun eind hadden gebracht, brak voor haarzelf het begin aan van een lange oude dag. Zij hebben de tweede wereldoorlog niet meer meegemaakt, noch de daarop volgende ontreddering van de mensen en de ellende in kampen. Zij zouden niet begrepen hebben dat de vrouwen, 40 jaar na het verkrij gen van het vrouwenkiesrecht, dit alles nog niet kunnen voorkomen. T^E boerin heeft het langst op de vooruitgang moeten wachten, want natuurlijk vond in de stad het nieuwe eerder ingang dan op het platteland. Toen de stadse huisvrouw al lang op gas kookte, werd op de boerderij nog met hout en turf gestookt; in het gunstigste geval had de boerin een petroleumstel of een kolenfornuis. Nog zijn er gehuchten waar geen elek trische aansluiting is; nóg zijn er boer derijen waar het water uit put of pomp gehaald moet worden. Maar lang zal het niet meer duren of ook voor deze laatsten zal het huishouden door de moderne gemakken worden verlicht. Eeuwenlang is zij de sloof geweest die dag en nacht klaar stond voor het bedrijf, zorgde voor de kippen, het var ken, de geit, hielp met. melken en het gerei schoonhield. Het huishouden kwam beslist op de tweede plaats; zij moest er met haar primitieve midde len, gebrek aan tijd en doodmoe li chaam, maar wat van zien te maken. De hygiënische toestanden waren hier nog slechter dan in de stad. Hoe kon het ook anders: bedompte ruimten met kleine ramen, te weinig bedsteden, de stal aan de woonkeuken, kippen en konijnen soms onder het bed. Er was een slechte watervoorziening, slecht licht, en geen voorlichting. Kijkje door de glazen deur in woonkamer van moderne boer derij. Zand en stof wordt weg gezogen.. (Uit: ,,Goed wonen") Om de sombere ruimte van een vrolijk tapijt te voorzien, werd zand op kunstige wijze ge strooid. De moderne communicatiemiddelen hebben stad en land vlak bij elkaar gebracht. De stadse en de boerin staan niet meer vreemd tegenover elkaar. De boerinnenbonden en de Kruisver enigingen hebben in de ontwikkeling prachtig werk gedaan. Zij hebben er voor gezorgd dat er een nieuw ge slacht gevormd werd, vrij van voor oordelen en bijgeloof, open voor nieu we denkbeelden, leergierig en enthou siast om het nieuw verworvene in prak tijk te brengen. Nog steeds zijn de bonden in de weer om de jeugd voor haar taak klaar 1e maken, en de oudere generatie bij het nieuwe aan te passen. Nieuw gebouwde boerderijen hebben met de nadelen van de oude afgere kend. Licht en lucht mag binnenstro men en komt de bewonders ten goede. Frisse slaapkamers en een douchecel maken dat de woonkamer is wat zij wezen moet: een gezellige kamer om in te wonen. De elektriciteit stelt de boerin in staat zich te bedienen van de gemakken die het huishouden verlichten: de stofzui ger, het elektrisch strijkijzer. Maar ook van de apparaten die juist zij, met het bedrijf annex, zo hard kan nodig hebben: de wasmachine, de diepvries. Ook al moet zij nog helpen in het bedrijf dan nog is zij geen sloof en slaaf meer. Zij is te vergelijken met de vrouw in de stad die naast haar huis houden een hele of halve baan heeft. Als zij wat plooien kan en een goede gezondheid geniet, hoeft niemand daar onder te lijden. In 1848 trouwde mijn grootmoeder. Haar eerste twee kinderen, onze tan tes Anna en Marie waren 20 en 22 jaar oud, toen het tiende kind, mijn moeder, werd geboren. De tan tes zijn bijna 90 jaar geworden en onze moeder is nu 92 de ver halen uit de oude tijd kennen wij uit de eei-ste hand. A Is klein meisje heb ik nog ge- speeld met een bakerpopje uit dc vorige eeuw. Het was uit de kindertijd van de tantes en gemaakt van wit glacéleer. gevuld met zeme len. Het model leek meer op een moderne teenager dan op een baby: lange armen en benen aan een lang gerekt lijf. In de gewrichten waren fyne geledingen aangebracht; handjes, voetjes en kop waren van porselein. Dit wiegekind had een luiermand met kleertjes zoals de zuigelingen in die tijd gedragen hebben. Eerst kreeg de pop een katoenen navel bandje aan, dan een wollen: daarna een flanellen hemdje en dan een katoenen met mouwtjes, 's Winters ging er een borstrokje overheen. Ongetwijfeld heeft de pop luiers ge dragen, maar die herinner ik me niet omdat het „pak" zo'n indruk maakte. Dat pak, waar het kind je mooie rechte beentjes van krijgen moest bestond uit één wikkel van dik flanel en één van gedamasscerde katoen. Het kind werd er vanaf de oksels stevig ingerold en de doe- Ken die veel langer waren dan de beentjes werden als de klep van een enveloppe toegevouwen en naar voor omgeslagen. Het pak werd be vestigd met bakerspelden die prijk ten op een kanten kussen waarop zij zo waren gestoken dat de kop jes een wens schreven: ..Welkom in het leven.' Dan was er een lange jurk, een gehaakt kapertje gebrei de polsmofjes. Zo ingebakerd werd ook mijn moeder nog in de schom- melwieg gelegd en er voor een voe ding uitgehaald als ze lastig werd. Bleef ze huilen dan kreeg ze een lapje met een kandijklont in de mond gestopt, en als de tandjes Advertentie» VEILIG ZICHT haar dwars zaten werd het mondje van binnen met brandewijn inge wreven. De bakers wisten alles. Had een kindje ontstoken oogjes: wassen met slootwater of inspuiten met zog. Tegen stuipen: de afgeval len navelstreng in de wieg bewaren. Tegen ontsteking van het navelwond je: een blauwe rozijn erop leggen. Op ontstoken moederborsten legden zij spinrag, pannekoeken, kalfsvlees of koeiendrek. Mijn moeder moet een teerder popje geleken hebben dan het porseleinen speelgoed. De baker althans vond: dat wordt geen blijvertje. Toch heeft zij de gruwe lijke verzorging, zij het klagelijk, doorstaan. Zij is nu 92. Zouden wij vandaag dan toch overdrijven met onze zuigelingenzorg, hygiëne en voedingsleer? Oordeelt u zelf: van de 10 kinderen die grootmoeder ter wereld bracht moest zij er vijf af staan voor hun derde levensjaar. In onze gewesten stierven toen gemid deld 25 zuigelingen van de 100. Van daag nog geen 2 van de 100. In de kamer van mijn moeder hangt een fotografie van de tan tes Anna en Marie toen zij 12 en 14 jaar waren. Dat is een bijzon derheid want liet fotograferen was nog maar juist uitgevonden. Het Portret is een ovaal meester werkje. gevat in een vierkant passe partout en een met de hand uitgesne den glanzend houten lijst. De meisjes hebben fijngeruite jurken aan. Een zeer nauwsluitend lijfje, ruime mou wen, een wijde uitstaande rok ge garneerd met slingers zwart galon. Onder de halflange rokken komen lange geborduurde broekspijpen uit. Witte kousenvoeten steken in zwar te platte schoentjes. Marie klemt een popje in de armen. Precies hon derd jaar geleden heeft grootmoeder die jurken zelf met de hand ge naaid. Ze waren onverslijtbaar en werden twintig jaar later voor de zoveelste keer vernaaid en pasklaar gemaakt voor het jongste zusje. De twee meisjes hebben geduldig gepo seerd bij de fotograaf tot ze pips zagen van vermoeidheid, het is op de foto nog te zien. De fotograaf heeft zijn ziel gelegd in dit werk van kwaliteit; het resultaat heeft een eeuw getrotseerd. De pop van Marie was aange kleed door Anna die al even handig met de naald werd als haar moeder. Maar zij ontwikkelde zich tot een voortvarende jonge vrouw en schaf te zich een van de eerste naai machines aan. ..Ach" riep toen de moeder uit, ,,had ik dat toch ge had voor alle zomen die ik van mijn leven heb genaaid!" Tientallen jaren later zei tante Anna iets dergelijks toen mijn moeder een trapmachine kocht. En een stofzuiger. Hetzelfde zei mijn moeder toen ze mijn zigzag bewonderde. En mijn snelkookpan. hij zich gaarne door haar de cou rant voorlezen. De tantes wisten ons te vertellen dat zij breiden aan haar kous ter wijl de moeder met een blos van inspanning op de wangen las en nu en dan hakkelde. ,,Sla de moeilijke woorden maar over, zei Meester Ha zelaar", was dan het stopwoord van de verwende vader. Hij hield veel van zijn vrouw maar eiste een betere ontwikkeling voor zijn doch ters. Als meisjes van omstreeks twin tig jaar stuurde hij ze voor een paar maanden naar een aangetrouwde fa milie in Parijs cm er het Frans machtig te worden. Het was zo voor uitstrevend dat er familiebijeenkom sten over werden gehouden om die gekke Willem dat uit zijn hoofd te praten, maar hij zette door. De meisjes keerden ongeschonden in de schoot van de familie weer maar wel met nieuwe ideeën in haar hoofd jes. Marie met de knappe kop werd meegesleept door het voorbeeld van de jonge Aletta Jacobs die in Gro- 0&YSSSSA''. ■V/SySsV.''/SS///h «will -» •J Tn vele opzichten Is de luxe toegeno men. maar op enkele punten Is een weldadige versobering vast te stellen. Honderd jaar geleden werd in Brussel een feestmaaltijd gegeven ter gelegen heid van een nieuwe spoorwegverbin ding. Het diner duurde 8 uur. Het be stond uit 30 gangen. De Haagse kookschool geeft omstreeks 1900 het volgende conventionele menu: Schildpadsoep Cróquetten Zalm met peterseliesaus Ossehaas met maderasaus Ham met spinazie Bredase kapoentjes met champignons Aspic met mayonnaise Punch Zwezerik met doperwten Getrukeerde eend Fazant met salade Hollandse asperges Snippen Diplomaatpudding Sinaasappelgelei IJs Dessert TWEEDELIGE JAPON (CRINOLINE rok van grijze moiré, afge zet met dubbele rij ge pijpte plooien. Er ho ren twee lijfjes bij van dezelfde stof, één hooggesloten, het an dere met een décolle té. Er wordt een jasje op gedragen van co- baltblauw fluweel. De cashmir omslag doek is schuin ver deeld in een goede en een verkeerde kant. Even boven de schuine lijn dubbelgeslagen, geeft de shawl beide goede kanten boven elkaar te zien. Het strooien hoedje is met linten, veren, bloemen versierd. MIDDAGJAPON JAPON van leverkleu rige taft met in geweven zwarte stre pen, ivaarin gekleurde anjers zijn gebro cheerd. Het losse lijfje heeft een geklost kanten kraagje. De rok wordt half bedekt door een gedrapeerde overrok. Twee jaar later wer den de mouwen inge kort en van een man chet voorzien, waar door de japon weer enige jaren met de mode meekon. In deze tijd werden hoedjes voor op het hoofd gedragen; ze leerden op haar plaats gehouden door afhan gende linten, zgn. „suivez-moi".(volg mij). I t I f t FRANSE JAPON T/AN zwart-groen moiré-zijden da mast met Japanse bloemmotieven is deze japon vervaardigd. De perfecte snit en een voudige coupe verra den geraffineerde Franse couture. De ja pon is tweedelig; het lijfje heeft in de rug 6 smalle pandjes die overgaan in het schootje dat de queue geheel bedekt. Midden voor heeft het lijfje een baan van grove zwarte tule, waardoor de haak- en oogsluiting wordt bedekt. Langs de naden van mouwen en boordje, dezelfde tule. m TTonderd jaar geleden was groot- vader een ontwikkeld man voor zijn tijd. Hij werd door zijn vrouw met veel ontzag naar (le ogen ge zien en verwend, 's Avonds liet Hoge knoopschocntjes met een frans hakje. De parasol is van geruite bruine zijde met ivoren stok. AVONDJAPON ±1905 1AEZE avondjapon is van zwarte tule en gegarneerd met pail letten en kralen Het lijfje geeft door de ty pisch overblousende corsage, de voor deze tijd kenmerkende „droit-devant" lijn. De slap afhangende pof mouwen zijn met een strook zwarte kant af gezet. Het lijfje wordt aan de achterkant ge sloten. Aan de onder kant is de rok afge werkt met een garne ring van fluweel. Er wordt een voeringrok onder gedragen, die bestaat uit een taft- zijden rok, waarover heen een rok van voile Ninon. Deze zgn. Goudtor Ieren schoentjes hebben satijnen strikjes en zijn bewerkt met gouder. kraaltjes. AVONDJAPON 1927 TJIT de charleston-tijd is deze japon van rose georgette met rose pailletten en glaskralen geborduurd. De hemd-japon, uiterst eenvoudig van snit, heeft een boven lijfje dat bestaat uit een dubbel gevouwen vierkante lap; voor de rok is in het midden van een vierkante lap 'n cirkel geknipt, waar aan het bovenlijfje be vestigd is. Hierdoor hangt de rok in vier punten. De waaier van zioar- te struisveren met schildpad is uit 1921. (Het hemdmodel van deze japon beleeft een come-back in 1960. Zal het een succes wor den ét tt RAYON AVONDTOILET 1960 14ET groot avond toilet van onze dagen heeft de laatste jaren weinig verande ring ondergaan. De mouivloze en vaak schouderloze modellen hebben een strak ge modelleerd lijfje waar aan de rok in princes- sevorm is gesneden of met een taillenaad in eventuele rimpels of plooien is aangezet. Het cashmir motief dat de stof op deze tekening te zien geeft, is zeer en vogue. De lichte sleep maakt het toilet zeer gekleed echarpe verzacht décolleté. tt tt de het Lange spelden met bewerkte knoppen worden door Im mense hoeden gestoken. Struisveren waaiers zijn chic. Zilverlamé avondschnencn van ca 1920. Lange kralen kettingen worden overdag en 'g avonds gedragen. Tekeningen naar kostuums uit eigen verzameling van F. van der Laken voor een uitgave van NYMA.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1960 | | pagina 53