WAT BLEEF EN WAT GING ER Pfeizierlrcin Amsterdam. PRIVAAT-MES1 Verkoopen EEK VASTE MIK, VERPACHTING DOCHTER m BEN SLOTVOOGD. Gemengde berichten Shakespe ares Zomernachtsdroom DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 31 DECEMBER 1958 9 op \\m. «IMltMIS RW WlEOTj Vroege Expo TWEE WEEZEN. Da's de grootste knoei voor onzen middelstand. Het beletsel, waartegen elk pogen van den niet-kapitalist tot uitbreiding zijner zaken afstuit. Een oneer voor den kooper. Een druk voor den winkelier. Het maakt, dat deze in den kas siersknecht die met onverbiddelijke regelmaat zijn driemaandelijksche wissels aanbiedt, een spookbeeld ziet. Dat hij geld moet leenen tegen hooge rente. Daar nu vooral in dezen tijd het geld zoo schaarsch is en zoo duur, en de prijzen van de grondstoffen zoo hoog, dunkt het ons nuttig over dit verkoopen op crediet eens een hartig woordje te zeggen. We spraken over deze zaak on langs met een welgesteld winkelier, die de zaak al heel luchtig opnam. „Wel", zeide hij, ,,'t is nu eenmaal de gewoonte en wat zullen wij er aan doen?" „Die gewoonte uitroeien". „Onmogelijk". „Zonder moeite niet, doch met vereende en ingespannen krachten wel. Wij kunnen ons niet voorstellen dat ge goed beseft; welk nadeel dit verkoopen op crediet u toebrengt". „Ik heb er nooit erg over na gedacht. Wel vroeger, toen mijn zaak nog zoo vast niet stond en ik niet ruim genoeg in 't geld zat". „Maar waarde vriend, bedenkt ge wel, dat de meesten uwer vakge- nooten niet zoo ruim in hun geld zit ten? Niet ruim genoeg tenminste, om een jaarlijksch verlies van rente te kunnen dragen, hun toegebracht door het verkoopen op crediet? Laten we u een vrij onbescheiden vraag doen. Hoeveel bedraagt het bedrag uwer nieuwjaarsrekeningen?" De andere glimlachte ironisch, als wilde hij zeggen: „Dat gaat je nu eens niks aan". „Welnu", hernamen wij, nemen wij een willekeurig cijfer: 10.000. Dan verliest ge jaarlijks aan rente de ronde som van 400. „Veel meer, riep onze vriend uit. „Veel meer". Want eerstens kan ik als handels man veel meer van mijn geld ma ken dan de onnoozele 4 pCt., die een rentenier trekt. Voorts moet ik aan vele mijner klanten meer geven dan een jaar crediet. Bijvoorbeeld. Iemand koopt 1 Januari 1900 bij mij voor 10.goederen. Dan krijgt hij zijn rekening pas in Janua ri 1901. En in den loop van dat jaar behoort deze klant te betalen. Ech ter haasten de meesten zich vol strekt niet. Ja, een groot deel vind ik in Januari 1902 nog in mijn boe ken terug als debiteurs". „Welnu?" „Wat?" „Is dit een schade voor u ja dan neen?" „Natuurlijk. Maar doe er maar eens wat aan". Hiermede eindigt elke redenee ring: „doe er maar eens wat aan". Men drinkt een glas En laat de zaak, zoals zij was. Bezwaren, die tegen de afschaf fing der borggewoonten worden inge bracht, kunnen al gemakkelijk op zij worden gezet. Wij verliezen onze klanten, zegt men, Eilieve, kijk dan eens naar de groote magazijnen, de maatschap pijen, die zich tegenwoordig in elke stad vestigen. Verkoopen zij niet al le a contant? En schuilt niet juist hierin haar kracht? Het borgen geschiedt niet, omdat men niet betalen kan. Juist zij, die het ruimst en het diepst in hun brandkast kunnen grijpen, borgen het meest en het langst. De kleine luyden betalen grif a contant. De grooten koopen op krediet omdat het mode is. En wij hebben nog nooit gehoord, dat iemand weigerde een winkel binnen te gaan, omdat er direct moest betaald worden. Maar een bezwaar, dat méér telt, ligt hierin: Jan doet het niet, daarom kunnen wij, Piet en Klaas, er evenmin aan beginnen. Hebt gij, Piet en Klaas, echter ooit met Jan over de zaak gepraat? Hebt gij ooit getracht te komen tot een gemeenschappelijk handelen? hebt gij ooit bij uw verschillende klanten laten vragen, wie voor, wie 'egen het stelsel van borgen zijn? Voor ge in deze richting geen po gingen hebt gedaan, kan het gewicht van uwe tegenwerping niet geschat worden. Wij zeiden straks, dat door de duurte van het geld en de hooge Prijzen der grondstoffen dit artikel ons te pas scheen. Inderdaad, die thans werkt met klein kapitaal en moet passen en me ten om zijn zaak bij elkander te hou den, zucht dubbel om het geld, dat openstaat in zijne boeken. Nog eene andere reden dreef ons tot dit schrijven. Er is groot gevaar voor den mid delstand. Niet overal voelt men nog de dwingende kracht van het groot kapitaal, dat zich opeenhoopt en als een kolossus zich werpt op den be scheiden handelsman. Maar niettemin bestaat het gevaar, en grijnst het in poote steden al vele kleinere zaken tegen. Ia Duitschland dreigt het den mid delstand met ondergang. Men heeft getracht het een breidel aan te leg- Sen door beperkende wetsvoorschrif ten. Niets baat. Alom in den lande ujzen de reuzen-bazars als uit den grond, en vermeerdert de lange lijst, "7 een doodenlijst voor den middel stand. En in ons land? Vennootschappen naast cooperatie- v„i,ve'eenigin®en springen, plotseling .assen, het leven in; onze wet- js. ter keering van dit euvel, reldg rekkiS aIs nergens ter we ge ^an meenen, dat ook hier lande de vereeniging van het Deze morgen ben ik wakker geworden door het geluid van een elektrische klok, die je door een slim systeem eerst met zoemen uit je slaap probeert te halen, dan gaat rinkelen en vervolgens tot nog krachtiger geluiden overgaat. Ik zat in een auto na een douche-partij en een ontbijt, waarvoor onze voorvade ren met hun fosforstokjes en open haardvuren een halve dag nodig gehad zou den hebben. Op deze dag in 1958 duurde het drie kwartier. Die auto ging precies vijf keer zo hard als een hijgend paard voor de postkoets om toch nog beneden de maximum-snelheid van vijftig kilometer te blijven. >V Of til g'GVt'oag'd: ota tót» spoedig rèegtjlyk ia dienst te traden. Adws mei frsttco brieven, omkr letter X, I a»» liet Bareel de».er Coansni. 1 En later, op de krant, vertelden Dagblad De Stem en alle andere bladen in eerlijke letters zwart op wit, dat de Amerikanen met resultaat een raket het oneindige hadden ingestuurd, dat er apen worden opgeleid voor vluchten in de ruimte, dat de televisie weer een operatie zou opnemen, dat de Sovjets 20.000 vliegtuigen pa raat hebben om er op los te timmeren, dat, kort gezegd, de wereld nog steeds draaide, maar elke dag met een hoger toerental, steeds doller, steeds razender. En toen ben ik in oude leggers gaan snuffelen, in kranten uit het jaar 1875 en uit 1900. Om verbaasd te ontdekken, wat er sindsdien veranderd is... en hetzelf de is gebleven. Nu we aan de grens zijn van een ander, nog moder ner jaar, is het interessant om mee rond te dwalen in het wereldje dat we nog zien kunnen als we ons ten minste de tyd gunnen om te kijken, het wereldje van onze ouders en grootouders. VAX Paardenmest. Ambtenarij Men leest in de Arnh. Cour.: De stationschef van den Nederlandschen Rijn-spoorweg te Utrecht weiger de een vervoerbiljet aan te nemen van een verlofgan ger der nationale militie, die onder de wapenen moest komen, welk vervoerbiljet door den Burgemeester van Buurmalsen was opgemaakt naar de voorschriften, daaromtrent gegeven door den Minister van Oorlog, en wel op grond dat het een geschreven en dus geen gedrukt formulier was. Wordt dit stelsel algemeen toe gepast, dan zal het bij de op handen zijnde opkomst onder de wapenen van de lotelingen der nationale mi litie tot moeilijkheden aanleiding kunnen geven. 15 April 1875. Mooi Heertje Nozems Men meldt uit Arnhem van 11 April: Voor eenigen tijd pleegden eenige jongelieden uit den fatsoenlijken stand, bij het verlaten der school, op straat baldadig heid tegen eene arme tachtigjarige vrouw. Dit had den noodlottigen afloop, dat de vrouw door een val haar heupbeen brak en onlangs, na een langdurig, he vig lijden, aan de gevolgen is overleden. 15 april 1! 75 S.i.1 VAN AMSTERDAM, ONOJVH unucern: YA» shajitlc lie gnwte Scfw-tthorgicfit op het KftsUH'lpttmi j XE BJRJBTD-A.. In de vorige week vervoegde zich ten kantore van de Geldersche krediet-vereeniging te Deventer een per soon, -zich noemende De Boer, uitbetaling verzoekende van een wissel bedragende ruim 8000, door de di rectie van het kantoor dier vereeniging te Groningen afgegeven en aan hem geëndosseerd. De wissel werd uitbetaald. Nu moet zijn gebleken, dat die wissel valsch was en de zoogenaamde De Boer een kantoor bediende was van het Groninger kantoor, die zich met het ontvangen geld uit de voeten heeft gemaakt. 15 april 1875. ZOXP.Mi H Nsveaéer 1875. Op de» 30. St'pit'mikir a. ties middags t 2 ure. z» 1, ten Bureel» van deo, Kolonel, Ptaufgeiijkeii Ot>mman<Ja«f, In het openbaar worde» VERPACHT vwr de» tijd van 1 jaar, ingaande 1 (V,tu ber 1S73 ers eindigende uk, September iS?8s Het \V 1X3 HA DEN ran de MEST der Paarden van de ll« battery Veld- Artillerie, alhier in gaxnistoe». De Voorwaarden liggen va» des voor- middags 18 tot- 12 ore ter lesing ten Bureele van den K'apifein-Cominainlaot run gemelde batterij, aan do GasthnisveUkn. te Amerika, .,in alles de eerste", wil van de wereld tentoonstelling te Philadelphia gebruik maken om aan de wereld te toonen dat het ook in de kookkunst voor aan staat. De eerste meesters van het vak zijn tot den wedstrijd uitgenoodigd, die in 1876 zal worden ge voerd en waarbij Amerika de diepgevoelde smet wil uitwisschen. dat land door den Russischen grootvorst Alexia aangewreven, toen hij schreef dat het noch keu ken heeft noch koks. Vooral op de Fransche keuken heeft men het voorzien en reeds verscheen een werk van zekeren James Parkinson, waarin hij uiteenzet wat de Amerikaansche keuken boven de Fransche vooruit heeft, die aanmatigend is en zonder oorspron kelijkheid. Het werk wordt besloten door een lange lijst van gerechten en spijzen, die specifiek Ameri- kaansch zijn en in Europa niet voorkomen. 12 Augustus 1875. «AAMAITÜ HWEOTOIWHETAS ST.U]«PO()RWEG®. OP ZONDAG 27 JÏÏHIJ 1875, vuu Breda, Gilze-Rveii, Tilburg, Oisfwnvjjk, Eindhoven, Bes»l, Boxtel, tight en VBosch. Zie mdm AaapMInijettea. I>B BiKEirgtH-Cimm&kL. (Oreti' ««v- ïjjaée hst vemlg op Nieuw Drama li graoc! spectacle in tsfe- ïvclen roet nieuwe decoratiesenslumes e« verder theatrale» toestel. Nwit door eersig ander tironeelgeselseliapopge veerd waarvan liet onuitgegeven hanti- schrift alken aan dese directie als eigen domsrecht ter opvoering voor geheel Nederland -is afgestaane» te Ji&sittr- dtv#, vijftig taaien achtereenvolgend in' den afgeioopen winter, met algcmecnea bijval is ten tooncele gevoerd. mmm is iwmr im, (TOT ZKK.BHB EN FtNAXB SIAJITING.} IDE or miK HEI OF 110 IR «ET JVTif I Kluchtige Vfttufrflüé 'tö«i Mng en koi>r<*n, in Wi rijven, welk stuk te 't-ftepe en m voornaamste ons Isrfd met bef ten tooneek is geeoorch TOT SLOT; mine* i^'i groot-kapitaal niet een onmiddellijk gevaar zal worden voor den middel stand? Als wij de groote magazijnen een gevaar noemen, dan meenen wij na tuurlijk ,,voor den kleinen winke lier". Of ze het zijn in zich, valt te be twisten. De economische verhoudingen gaan nu eenmaal dezen gang, en wij heb ben hare ontwikkeling af te wach ten. Maar wat dreigt verpletterd te worden in dezen maalstroom, moet krachtiger worden in zich, moet zijn weerstandsvermogen ontwikkelen. Welnu, 't wordt algemeen aangeno men, dat een der groote voorspron gen, die de maatschappijen hebben op de kleinere particuliere, de ver koop is a contant. Die voorsprong behoeft haar niet te worden overgelaten. Tenminste niet zonder een poging om hem ook te veroveren voor den middelstand. Deze make zich krach tig tot den strijd, die reeds is, doch geweldiger nog komen zal. WPRI'; I Yrooiijko Vaudeville i» twee Wrijven, met nieuwe coupletten, en7, Aasraag ?1 aar. Do hoofdrollen Kollen vemtW wor-j den. door tie Dames W.TANSMFPTERSp I.ARONPFJjLE en de» Heer N. JUBELS. j De Directie noodiyt tie Weeski mieren ran it De ye- %indheden wit, de Foorstel-'j liny vttn Maanday-avoml ander ytdeide le komen hifA wonen. De San Francisco Eveningpost schrijft: In Magnire's theater had bij de voorstelling, gegeven door den goochelaar Hermann, het volgende incident plaats: De heer Hermann wilde het bekende kunststuk vertoonen met den hoed en verzocht een van de heeren hem een hunner hoeden te geven. Een der op de eerste rij gezeten bezoekers reikte den goochrlaar zijn nieu wen cylinder over en zag hoe het hoofddeksel in 't vol gende oogenblik In een platvormigen toestand geraakte daar Hermann met opzet een misstap deed en juist op den hoed neerviel. De eigenaar van den hoed sprong woedend op en begin den kunstenaar uit te maken maar deze stoorde er zich niet aan, scheurde den hoed aan stukken en wierp die in de zaal. Nu verloor de man van den hoed zijn geduld, hij greep zijn stok en diende den goochelaar eenige krachtige slagen toe. Hermann sprong achteruit, greep een pistool en schoot op den aanvaller. Iedereen geraakte in beweging en trachtte uit de schietlijn te komen, maar tot algemeene verbazing bleef de man van den hoed ongekwetst en viel zijn nieuwen cylinder bij hem neder. Hermann verklaarde daarop aan het publiek, dat hij in de uit oefening zijner kunst nog nimmer op zulk een onbe schofte wijze was behandeld en hij verlangde, dat de man van den hoed verwijderd zou worden. Deze wensch werd van onderscheiden kanten onder steund: er verhieven zich eenige vuisten en onder ge- stoot, geschuif, geschop en gestomp werd de „gentle man" buiten de deur gezet. Het behoeft nauwelijks ge zegd, dat zijn nieuwe cylinder bij deze manoeuvre in werkelijkheid geheel plat werd. (18 nov. 1875). Te Sheffield heeft op oudejaarsavond, ten 11 ure, een hevige gasontploffing plaats gehad in een buis in Rockinghamstreet. De dame die het huis bewoonde werd door den schoorsteen omhoog geworpen. Twee meisjes werden door de vensters op straat geslingerd en verschillende andere personen werden gewond. Het huis is geheel ineengestort. (7 jan. 1875j. f 1 ivj uMESfciUïA wmm TF HO01% YmwéM TON XEN- hef LI KEN l'RSTBL' I I» it MUl'UHCUT. Jrlichiükfi Itel 8tire*a i lift Göïirvüiev :r Ri.kar. Hel Alg. N. en Adv. v. Z.V. bevat het volgende in gezonden stuk: „Sedert verscheidene weken ziet de gemeente Sas van Gent zich ten tweede male beroofd van onderwijs, omdat de onderwijzer goed gevonden heeft de school te sluiten, zonder dat wij weten of hij de macht heeft om dat te doen en welke beweegredenen zijn van zijne handelingen. Hetgeen ons verwondert, is, dat hij zich veroorlooft het Gemeentebestuur grof te beleedigen, door openbaar in het dagblad Ons Regt te schrijven, dat het schurken zijn, en zulks zonder dat eenig lid van den Raad tegen deze beleediging, hunne eer en rechtschapenheid aangedaan, opgekomen is of die heeft vervoigd. Het zou tijd worden dunkt ons, dat deze staat van zaken ophield, want het is niet alleen betreurens waardig voor de ouders, maar een wezenlijk schan daal voor de gemeente." (14 jan. 1875). KANTONGERECHT TE BREDA. Zitting van den 26. Juni en 3. Juli 1875. Uitspraken in de navolgende zaken: Veroordeeld: 1. A. H. K., wonende te Breda, wegens op de open bare straat aldaar wateren anders dan in de daartoe bestemde bakken, in eene geldboete van f 1,- of 1 dag gevangenisstraf, c.e. (14 juli 1875). Zondagmiddag kreeg tot groot vermaak der om standers op de Oude-Vest een infanterie-tamboer een pak slaag van een kastelein. De dappere infanterist zocht zijn heil in de vlucht. (26-27 aug. 1900). BELGIE. Te Brussel is Woensdagochtend met veel succes de proef genomen van een locomotief voor tramwagens. De machine zit In een kast, die den vorm van een personenwagen heeft; alleen door den schoorsteen be speurt men haar aanwezigheid. Zij maakt geen bij zonder geraas en vermijdt het schokken, terwijl de wagens onmiddeUijk tot stilstaan kunnen worden ge bracht. Bij deze proef is gebleken, dat de paarden op den weg niet schrikken van den trein. Door de uit vinding van een Franschen ingenieur is de stoomketel onontflofbaar gemaakt. Eerlang zuUen nieuwe proeven plaats hebben. (3 okt. 1875). w#iitpi I SMIR, RS®® I® me wwfe- f» ixemugm fcf SIEMGKS» m Sfetfe*» ia fessskek*»* In Athene bestond eene wet, volgens welke burgers hunnne dochters mochten dwingen tot een huwelijk, weigerde de dochter, dan had de vader het recht haar ter dood te brengen. In het eerste toneel van bovengenoemd blijspel komt Egeus zich beklagen bij Theseus, hertog van Athene, dat zijne dochter Hermia weigerde den schoonzoon zijner keuze, Demetrius te huwen, omdat zij Lysander beminde. Hare verontschul diging, dat Demetrius vroeger liefde bewezen had aan hare vriendin Helena, maakt op haar vader geen indruk. Theseus is tegen zijn wil, verplicht de wetten te doen gehoorzamen en geeft aan Hermia vier dagen van beraad. Lysander en Hermia nemen daarop 't koene besluit des nachts te ontvluchten en in 't geheim elders te huwen, waar die wet geen kracht had. 't Geheim wordt alleen meegedeeld aan Helena, die onedelmoedig genoeg was het aan Demetrius te vertel len, in de hoop, dat zij daarvoor 't genot mag hebben haren ontrouwen minnaar te volgen, die zeker Lysan der en Hermia zal achterhalen. 't Bosch, waar Lysander en Hermina zouden samen komen was de verblijfplaats van Elven. Tusschen hun koning Oberon en hunne koningin Titania was om streeks dien tijd een twist gerezen over een kleinen pleegzoon van Titania, dien zij weigerde als page aan haren gemaal af te staan. Om haar hiertoe te dwingen, wilde de koning haar kastijden en bediende zich daartoe van de hulp van Puck, ook wel Robin-Gutgeselle genoemd, een ondeu gende schelmachtige geest. Hij beval Puck hem uit het woud een bloem te halen (Lieb im Müssiggang.) Een slapende, wiens oogen met het sap deze bloem bevochtigd waren, moest ver lieven op den eerste, dien hij bij zijn ontwaken ziet. Terwijl Puck heengegaan is, om aan de bevelen zijns meesters te gehoorzamen, zag de koning Deme trius en Helena het bosch ingaan, hoorde hij, hoe on vriendelijk Demetrius tegen haar was, hoe zij hem herinnerde aan zijne vroegere beloften van trouw en hoe zij eindelijk vooruitsnelde, terwijl Helena zoo snel zij kon trachtte te volgen. De Elvenkoning had medelijden met Helena en toen nu Puck terugkwam, sprak Oberon tot dezen: „In dit bosch is eene lieve maagd, die door een Atheenschen jongeling versmaad wordt. Zoek hem op, droppel een weinig van het aap dezer bloem in zijne oogen, wan- Midsummer night's dream) neer hij slaapt en zorg, dat de eerste, die hij bij zijn ontwaken ziet deze jonkvrouw mogen zijn." Vervolgens ging Oberon naar het tooverprieel van Titania, die door hare elven in slaap werd gezongen. Oberon naderde haar zachtjes, druppelde in hare oogen van het minnesap en sprak: Was sich zeigt auf diesem Platze, Wenn du aufwachst, sei dir theuer, War's auch selbst ein Ungeheuer Hermia was inmiddels met haren Lysander het bosch ingegaan; na lang en vermoeiend rondzwerven, besloten zij wat te rusten en legden zich, op eenigen afstand van elkander op het mos neder en sliepen weldra. Puck, die hen zag en meende dat dit de ontrouwe Demetrius en de versmade jonkvrouw Helena was, be vochtigde des jongeling's oogen met het sap der bloem. Het toeval wilde dat bij zijn ontwaken Helena daar langs kwam en dat zij dus de eerste was, die hij zag. Het toovermiddel werkte zoo sterk, dat hij, zijne liefde voor Hermia vergetende, in hartstochtelijke liefde ont vlamde voor Helena en tot haar sprak: Durch's Feuer lief ich, Wenn's euch Freude machet. O Helena, so holde lichtgestalt. Helena, meenende dat Lysander met haar spotte, geraakte in gramschap, noemde hem onedelmoedig en laaghartig en ijlde heen. Toen Hermia ontwaakte en ontdekte, dat zij alleen was, werd zij zeer verschrikt en doolde door het bosch om Lysander te zoeken. Intusschen werd Demetrius, nadat hij lang te ver geefs naar Lysander en Hermia gezocht had, door Oberon gevonden in diepen slaap. De koning had uit Puck's antwoorden begrepen, dat deze het minnesap op de verkeerden persoon had toegepast en dus be vochtigde hij zelf de oogen van den slapende, die toen hij ontwaakte, het eerst Helena zag en ten gevolge van het toovermiddel, haar eveneens van zijn liefde sprak. Juist op ditzelfde oogenblik kwam ook Lysander, op zijne beurt achtervolgd door Hermia. Beide jonk vrouwen waren evenzeer verbaasd. Helena meende, dat allen tegen haar hadden samengespannen om den spot met haar te drijven. Een hevige woordenwisseling tusschen de twee vrien dinnen was daarvan het gevolg. Demetrius en Lysander snelden inmiddels heen om in het bosch om Heiena's liefde te vechten. De oorzaak van dezen twist was dus de onoplettend heid van Puck. Om dus te herstellen, wat zijn dienaar misdreven had, gelastte de koning aan Puck, om den nacht te verdonkeren door een dikken mist en daar door de twistzieke minnaars te beletten, elkander te kunnen vinden. Verder moest hij hen zoo misleiden en vermoeien, dat zij in slaap vielen. In hun slaap, moest hij Lysander's oogen opnieuw bevochtigen, op dat deze, bij zijn ontwaken Helena vergeten zou hebben en opnieuw zijn vroegere genegen heid voor Hermia zou opvatten. ,,Dan zullen de twee jonkvrouwen gelukkig zijn en v.kv.,,y«: U n op DONDERDAG Augustus, JSiJtrtAö i' t.-ti» .DaarïRQt 'jpndst wsn FiesfA Wp. AANVANG 2% UUR. I OLISLAGEES» zal het haar voorkomen, alsof alles lechts een droom t* geweest," sprak de koning. Daarop ging Oberon naar Titania, die nog altijd sliep. Op eenigen afstand vond hij iemand liggen slapen, die in het bosch verdwaald was. (Boden, een wever, die behoorde tot het kluchtig gezelschap van hand werkslieden, die bij de aanstaande bruiloft van Theseus een toneelstukje zouden opvoeren en zich daarvoor in het bosch geoefend hadden). Oberon zette met een tooverslag dezen knaap een ezelshoofd op en toen nu Titania ontwaakte en dezen knaap zag, riep zij uit: Welch Engel weckt mich auf dem Blumenbett? Dich lieb' ich! O, so komm' mit mir; Ich sende Elfen zum Gefolge dir. De man met het ezelshoofd liet zich de liefdesbetui gingen der Elvenkoningin welgevallen. Toen nu de koning kwam en haar met haren gunsteling vond, vroeg hij haar opnieuw om haar pleegzoon. De koningin schaamde zich voor den koning en durfde hem deze gunst niet weigeren. Oberon kreeg den page en gaf thans aan Titania een ander toovermiddel, waardoor zij hare bezinning terug kreeg. Na hunne verzoening gingen de Elvenkoning en zijne gemalin het bosch in, om te zien wat er van het nacht- gekrakeel der gelieven gekomen was. Zij vonden alle vier, op eenigen afstand van elkander, slapende in het grasperk. Puck had dezen keer beter opgepast en toen nu allen langzamerhand ontwaakten, hadden zij hunne be zinning terug bekomen en meenden, dat zij een be nauwenden droom hadden gehad. Lysander voelde zich weer tot Hermia getrokken en in Demetrius was weer de oude liefde voor Helena ontwaakt. Egeus gaf zijne toestemming tot het huwelijk zijner dochter met Lysander en vier dagen later werd hun huwelijk en dat van Demetrius met Helena voltrokken, terwijl Oberon en Titania die plechtigheid vierden met feesten en vermakelijkheden door geheel hun Elvenrijk. Aan hen, die deze geschiedenis van de guiterijën der Elven ongelooflijk oordeelen, zegt Puck in de Epilog Wenn dies Shattenheer mlszfiel, Ei, so denkt: bei unserm Spiel Nah'te euch ein Schlummer mild, Der euch wies ein Traumgebild.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1958 | | pagina 21