Het duizend jaar oude Marktkruis van inspiratie Trier bron van door de eeuwen Het nieuwe eiland Zierikzeese aannemer ontdook belasting beste gelderse Autodiefstallen als vrijetijdsbesteding RADIO 7 DAGBLAD DE STEM VAN DINSDAG 21 OKTOBER 1958 7 Heroprichting in 1945 sprak tot de verbeelding Droom wordt werkelijkheid BOEKENPLANK „Petrus de Visser" SIEMENS wte&udsie. Twee schepen gezonken Ferhat Abbas laat gevangenen vrij steen onbezet was. Ontroerd volgde de menigte het werk van enige ar beiders, die het marktkruis terug plaatsten. Er ontstond gedrang toen de massa het kruis ontwaarde. Iedereen wilde het het eerst zien. Nauwelijks stond het kruis op de (Van een onzer redacteuren) nodige legenden geweven zijn Een van de meest imponerende scheppingen in de Westduitse ^^"dat^e^een*^ stad Trier is zonder enige twijfel het Marktkruis. Niet omdat het beurde' alvorens de aartsbisschop- ,IT keurvorst het besluit nam het kruis Marktkruis een imposant bouwsel is. Weliswaar is het kruis, dat 0p te richten. cp een twee meter hoge granietzuil staat, niet ontbloot van archi- ne'j.°pveaen wfemlal" meteen ö'ude'pïaats of de burgemeester nam tectonische schoonheid; het meest onder de indruk komt de toerist kruis op hun Weding. E^w'tkruis het woord. Op deffe^da?u?"°""j dat zij zelf met hadden aangebracht, stadspatroon, zo zei hij, neDDen wij van de rijke historische betekenis van dit gedenkteken. Vooral de Bisschop Heinrich, dit ziende, be- elkaar tussen de puinhopen van on- 1 schouwde het als een wonder en ze geliefde vaderstad teruggevonden. heroprichting van het kruis in 1945, de Wijze waarop en de richtte daarom een kruis op". Wij hebben elkaar teruggevonden, De waarheid luidt anders, maar waar omdat wij getuige willen zijn hoe het is ook, dat het kruis in meerdere marktkruis, het duizend jaar oude Hio 't™ u„i„ J,,„ heeft opzichten door de eeuwen heen een kenmerk van onze stad, heropge- □16 hen een hele OBg neen ir-_+oiro*-<" ie nnmonct Onir m riif woorden, die toen zijn gezegd, spreken tot de verbeelding. Alvorens dieper op de betekenis van het marktkruis in te gaan is het goed in enkele zinnen Trier te teke nen. De legende zegt, dat de West duitse stad reeds bestond dertien honderd jaar vóór Rome was ge bouwd, maar de werkelijkheid is, dat de Romeinse legioenen, die on der Julius Caesar naar het noorden oprukten, in het Trevenland een ne derzetting maakten, die door Con- stantijn de Grote en veel meer nog door zijn moeder Helena tot een stad werd omgetoverd. Onder hun invloed of met hun medewerking kreeg de stad zijn basiliek, zijn thermen, zijn brug over de Moezel, zijn dom en zijn vermaarde Porta Nigra. Toen de Romeinse prefectuur van Trier naar Arles verhuisde, daalde de stad in betekenis totdat in 958, precies duizend jaar geleden, de aartsbis- jaren vóór schop Heinrich een idee verwezen- oostkant is lijkte, dat van enorme invloed op de historie van de stad zou zijn. De aartsbisschop keurvorst besloot 'n kruis op te richten. Hij koos daar voor een geschikt punt in zijn resi dentie. Dit punt moest het centrum worden van stad en streek. In de schaduw van het kruis dienden de inwoners van Trier en verre omge ving samen te komen. De aartsbis schop schiep door de oprichting van het kruis een nieuw handelscentrum. Hij gaf Trier iets terug van de oude glorie uit de Romeinse tijd. stad, bezig gehouden Wie bij het kruis in het midden van de driehoekige markt gaat staan, en rondkijkt, bemerkt, dat deze stad geheel rond dit kruis is geprojec teerd. Dit zou niet zijn gebeurd in dien de aartsbisschop niet juist dit punt als centrum had aangewezen. Aan de westrand van de markt be vindt zich de vierkante, logge Sint Gangolftoren, waarop met gouden letters. „vigilate et orate", waakt en bidt, gebeiteld staat. Onder de toren liggen als blokjes in een blokken doos de winkels, kleine warenhuizen en restaurants. Aan de noordzijde van de markt ligt het karakteristie ke, uit 1684 daterende ,,Rode Huis" met het trotse opschrift, dat Trier inderdaad reeds dertienhonderd Rome bestond. Aan de de Simeonstraat, opge smukt met talrijke oude gevels en met op het einde de Porta Nigra, de Romeinse toegangspoort. Aan de zuidzijde verheffen zich de basiliek en dom, de laatste vele jaren vóór de oprichting van het marktkruis gebouwd. Het geheel overziende bevestigt de indruk, dat Trier èn in de geschie denis èn in het heden een welvaren de stad is. ODzicht hepft hPt pnï-'m x richt wordt. Op ons, die overgeble- p i invloed ven zijn> ligt de reusachtige taak de ze geschonden stad terug op te bou wen. Wij zullen dat doen volgens de roemrijke traditie van onze voor op de bevolking uitgeoefend. Kenmerk Gedenkteken Door Trier een marktkruis te schenken stichtte aartsbisschop Heinrich de hoofd markt, een feit, waarvoor de stad de bisschop altijd dankbaar is geble ven. Wie nu het genoegen smaakt enkele dagen in Trier te mogen doorbrengen ziet duizenden en nog eens duizenden mensen naar de markt komen, die overigens weinig verschilt van een marktdag in een van onze steden Trier oefent op de omgeving nog steeds de invloed uit die aartsbis schop Heinrich zo graag aan de ne derzetting gaf. Tijdens de markt dag is dat goed te constateren. In 'n hoek van het plein staan tientallen buitenlui, die een konijn of een kip aan de man of de vrouw willen bren gen. Met de ver koop van dit éne dier eindigen hun marktbeslomme- ringen. De verko pers en verkoop sters verdwijnen in de winkels, wa renhuizen en klei- Iff ne restaurants die ||1||| rond de markt een WÊÈ, plaats hebben ge- IfS kregen. Pas tegen ia|j zonsondergang mam vertrekken de klei ne en grote markt kramers uit de „Een gevolg van het marktkruis", fluistert de inwoner, die zich zeer wel bewust is van de grote beteke nis van aartsbisschop Heinrich's daad. Is het daarom, dat rond de aanwezigheid van dit kruis reeds de Het marktkruis van Trier is mate- rieel van grote be tekenis geweest, maar ook geeste lijk. Over de oude stad daalden ram pen neer, maar al tijd vond de bevol king, geïnspireerd door het kruis, de moed terug het kwaad, door de rampen veroor zaakt, uit te wis sen. Een ontroe rend voorbeeld daarvan is 1945. De tweede wereld oorlog had de stad aan de Moezel zwaar getroffen. Door talrijke bom bardementen was één-derde deel van Trier verwoest. Honderden bur gers hadden het leven gelaten. De puinhopen waren zo groots en zo on overzichtelijk, dat het leek alsof Trier nooit in staat zou zijn zich te herstellen. Op de feestdag van de Heilige Petrus, op de 29e juni 1945 riep de burge meester zijn mwo- ners op, naar de markt te komen. Het marktkruis, dat in de barre oorlogsdagen een veiliger plaats had gekregen, zou her opgericht worden. „Op de markt", zo zegt een officieel verslag: „waren duizenden, duizen den inwoners teza men, zodat geen vaderen, maar wij zullen het vooral j Het duizend jaar oude marktkruis. (Advertentie) rookworsl De basiliek uit de Romeinse tijd. échte VLEESWARENFABR1EK J.MEESTER M.V. WIIHE Asfalt vereist een juiste ver menging van grint, rivierzand, stuifzand en bitumen. Dat heb ben we geleerd op een wonder lijk eiland, een eiland, dat nog niet op de atlassen staat. Het ligt middenin de woeling van weidse wateren. De wolken bouwen fantastische decors te gen de hemelkoepel rondom. De meeuwen laten zich drijven op 't geweld der zingende win den en in een lange stoet ziet men de zwaar beladen han delsschepen voorbij schuiven. Het schuim spat op tegen de boegen en verstuift in een stroom van met zonlicht gela den droppels. Op de slikken staat het riet sierlijk te buigen als onvermoeibare hovelingen. Maar dichtbij is er het geratel van de machine, die ons leert hoe je asfalt kunt bakken. Dat doet ze hele maal vanzelf. Ze doseert de juiste hoeveelheden grint eh zand. stort het mengsel in een trommel, waardoor heen felle vlammen jagen. Met een temperatuur van 165 graden komt dan het goede asfalt eruit, als van te voren ook nog de te grote stenen er uit gemikt zijn. Dat heeft die ma- chine daan nog onlangs in Turkije ook ge en straks staat ze misschien in --CC O Ui a XV O Sic: •Johannesburg of Bangkok. Maar nu is ze op dit eiland en daar staan tfe grote vrachtauto's klaar, om het hete baksel te ontvangen en goed af gedekt weg te rijden. Waarheen? We lopen gebogen tegen een bulderende }vind langs de barakken en keten, 'a.ngs kunstmatge duinen en geïmpro viseerd e stranden en gaan in de rich- 1ir*g van een klein torentje, dat heel vef wog boven een bomenreeks uit- priemt. w® alen links vooruit 'n paar geweldige gevaarten liggen, vanwaar een zwarte pijpleiding naar het „land" voert. Weer wordt men eerst afgeleid door de zon, die zilve ren schubben op het water tekent in een brede baan vol glinstering en kleur, maar dan wil men toch weten wat die zwoegende monsters daar doen en het antwoord luidt: Zand zuigers. Zandzuigers die aan het eind van het eiland als het ware een lange broekspijp breien, welke tot aan dat torentje moet gaan reiken. Tovereiland Het is allemaal wat wonderbaar lijke beeldspraak, maar het is dan ook een tovereiland, waarop we lo pen, uit verbeelding geboren werke lijkheid. Laten we nu maar meteen zeggen, dat we met een op de golven dansende vlet dit eiland van het rus tieke Willemstad uit hebben bereikt. We wandelen op het toekomstige ver keersplein, van waaruit de wegen zullen lopen naar Flakkee, naar Dui- veland en naar het Brabantse land. Het is een stukje Deltawerken, dat we hier betreden. De asfalt wordt ge stort op taluds en op nieuwe wegen. Ue walsen maken het glad en plat. Vfaar toch zijn er nog rietstengels, *V1Ch een weg banen door deze arcie massa om een groene spriet weer in de open lucht te steken. De atuur is ook hier nog sterker dan de techniek. Het is echter een onschul- ïge overwinning en onze uitmunten- e gids, de heer Sterkman van de e adienst, die er ons opmerkzaam p maakt, heeft er zelf pleizier in. ,^ie °°k Pleizier heeft, dat is burge- mooS+erA.Van r Hooft, die met ons meestapt. Hij is immers ook burge meester van dat eilandenrijk en pas ais de dam sioh nog verder «toekt het kan niet lang meer duren zal ergens in de geul de grens van Zuid- Holland bereikt zijn. We hebben werkelijk onze ogen uitgekeken, dat PQs enkele maanden na definitieve -goedkeuring van de Deltawerken al zulk een gigantische arbeid is verzet. Het gaat wel eens anders met wetten, die in het Staats blad zijn verschenen... Dit is Neder land op zijn best en op zijn grootst. Men bespeurt, hoe hier met liefde en geestdrift gewerkt wordt aan een pro ject, dat het aanschijn van zuid-west- Nederland moet veranderen. Hier, in de open lucht, tussen het spel van wind en golven, waar de wolken spek takels scheppen grootser dan een Al penlandschap, waar men de oer krachten der natuur moet temmen en regelen, staat een werkgemeen schap van stoere, onverzettelijke mensen, die zich door niets laten af leiden van de taak, welke voor hen uitgestippeld ligt. Vijf dagen van de week vertoeven ze hier in barakken, die aan het „comfort" van een ouder wetse legerplaats doen denken. Een kok staat er glunderend koks glun deren altijd goede dingen klaar te maken voor magen, die heel wat kunnen verstouwen. Het is hier ook een leger, een leger van vrede en op bouw. een leger, dat Nederland nog beter bewoonbaar zal maken. Wie dit ziet, ondanks atoom- en H-bommen geloven in een toekomst, omdat er nog te veel onverzettelijke wil tot scheppen en construeren leeft. Terug Ons vletje danst weer terug naar het rustieke Willemstad, nog zo vredig en kraakhelder en in herfst- meditatie verzonken. Maar in dit stadje wonen er al verscheidenen, die hun beste krachten geven aan het immense werk daarmidden in het grijsgroene schuimgekopte wa ter. Het droomt een droom, niet van driftige industrialisatie en revolu tie in levensgewoonten. Wel echter van vriendelijke gastheer, die woon gelegenheid en ontspanning zal bie den aan de in het overbevolkte wes ten opgestapelden. Er gaat ook iets, er gaat ook veel veranderen in deze rustieke hoek. Maar het ligt in de lijn van wat het nu is: een verade ming na drukke bedrijvigheid, een mogelijkheid om zichzelf terug te vinden als men verloren gelopen is in de existentie van deze tweede helft der twintigste eeuw. (Van onze corres pondent) Een onbetekenend ver keersongeval heeft aan het licht gebracht, dat er rond de Oostfranse stad Nogent een bende jongelui bestond, die uitsluitend uit amuse ment auto's stal. Die jongens hadden geen enkel winstmotief. In een maand tijd hadden de knapen kans gezien een vijftgtal wagens te ontvreemden. Ze zitten na veilig achter slot en grendel. Twee bendeleden maak ten dezer dagen een tochtje met een hunner gestolen wagens, maar op een kruispunt in de Grande-rue in de No- gent kwamen ze in bot sing met een andere auto, „We zullen een agent gaan zoeken", aldus de jongens. „Die kan dan proces-verbaal opma ken Het slachtoffer van hun onvoorsiohtigheid rook echter lont. „Dat kan wel door een van jullie twee gebeuren", ant woordde hij. „Jij blijft hier bij mij". En hij greep de 18-jarige G. in de nek. Toen een uur later de eveneens 18-ja- rige C. nog niet was te ruggekeerd bleek wel, dat de bestuurder van de vrachtwagen juist had gezien. Tegen de politie legde G. een vlot te bekentenis af; „Ja. We hadden deze wagen ook gestolen". Hij noemde namen en adressen van zijn vrien den, die een half uur later eveneens konden worden verhoord. Het relaas was beang stigend: de bende be stond uit een tiental jongelui van 18 tot 19 jaar, die elkaar om acht uur 's avonds ontmoet ten op de brug van Mul house en vervolgens „ro- vertje gingen spelen". Geen enkele wagen was veilig. Z» hadden een hele verzameling valse contact- en portiers sleutels. De snelste wa gens hadden vooral hun aandacht. Ze stalen dan soms twee, drie of vier automobielen per avond waarmee ze vervolgens in de omstreken snel heidswedstrijden gingen houden. Hoeveel wagens ze precies gestolen had den en waar ze de voer tuigen, veelal defect en altijd zonder benzine, hadden achtergelaten wisten ze niet nauw keurig te vertellen. Ze schatten de laatste maand alleen een vijf tigtal wagens te hebben ontvreemd. De ouders van de jon gelui, waaronder nota belen van de omgeving, bleken in het geheel niet op de hoogte te zijn van de activiteit hun ner kinderen. Nog er ger; ze wisten niet eens, dat hun zoontjes in het algemeen pas tegen het ochtendgloren thuis kwamen. ook doen, omdat in het midden van onze stad het kruis zijn plaats heeft herkregen. Na de burgemeester sprak de met luid gejuich begroete aartsbisschop. „Het oude, eerbiedwaardige kruis moge nu blijven staan tot aan het einde der tijden". „Grote God, wij loven u", zong de menigte op het plein, begeleid door een orkest. De laatste klanken van het lied waren nog niet verstor ven of er brak een applaus los. dat „de klokken van de Sint Gangolftoren overstemde. Trier klapte en weende van vreugde. Het marktkruis, het kenmerk van Trier, had zijn plaats heroverd. Het inspireerde de bevolking de wederopbouw aan te vatten. Anno 1958 is Trier een nieuwe oude stad. De inwoners spreken over het marktkruis Kurt Frieberger schreef deze mach tige cultuurhistorische roman reeds in 1938. Hij was daartoe geïnspireerd door een toespraak van wijlen Pius XII, die toen kardinaal was. Hij ba seerde zijn werk op de evangeliën en brieven der apostelen en op de Joodse en Romeinse historie, welke voor hem, na jarenlange studie geen gehei men meer had. Doordat het nat.-socialistische re giem het werk brandmerkte als „pro paganda voor het katholicisme", werd er geen papier voor de uitgave be schikbaar gesteld, zodat het pas jaren na de oorlog in Duitsland kon ver schijnen. Bij het lezen van Petrus, de visser, moet men onwillekeurig denken aan de bekende historische roman „De Mantel", het is even groots van con ceptie; nog levendiger geschreven en daardoor ongemeen boeiend. Het is een bewogen, levensechte be schrijving van de apostel Petrus. Men volgt hem van zijn jeugd als vissers knaap af tot aan zijn marteldood als bisschop van Rome en hoofd der Kerk. Aangrijpend is de eerste ontmoeting met Christus geschilderd; men volgt hem op zijn omzwervingen met de meester door Galilea tot aan diens kruisdood. Dan schetst de schrijver met trefzekere hand de wonderbare ontwikkeling van Petrus, de man die lezen noch schrijven kon en toch te gen de almacht van wereldrijkbeheer sers in, de gehate Kerk uitbouwde en leidde tot een onaantastbare instelling, die de eeuwen weerstaat. De levensgang van de grote apostel is al boeiend genoeg, maar de wijze Wegens ontduiking van de inkom stenbelasting en het betalen van zwarte lonen aan enkele van zijn ar beiders hoorde de 47-jarige Zierikzee se aannemer P. van T. voor de recht bank te Middelburg f 2000,boete tegen zich eisen. Bovendien vor derde de officier, mr. J. L. Andreae, een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee maanden met een proeftijd van drie jaar. De officier was van oordeel, dat 't bij Van T. een „warboel van financiële knoeierij" betrof, waarmee de aan nemer de bedoeling had er zelf beter van te worden. Deze belastingontduiking dateerde reeds uit 1956. Van T. hield er een eigen methode op na om zijn inkom sten te verantwoorden en om tot een aanvaardbaar "gemiddeld inkomen te geraken smeerde hij zijn verdiensten over goede en slechte jaren uit. In 1956 had hij een goed jaar en daarom hield hij f 6000,achter de hand, een bedrag waarover ook geen inkomsten belasting werd voldaan. Het uitbeta len van te hoge lonen beliep in totaal een bedrag van f 1500,Nadat een controleur van de belastingen uit Rotterdam er nog op gewezen had, dat een aantal posten niet aan de boekhouding waren opgegeven, be paalde de president, mr. P. van Em- pel, de uitspraak op 29 oktober. De zaak tegen de naaimachinehan- sterk principieel karakter. De man was in appèl gekomen tegen een vonnis van de Oostburgse kanton rechter, waarbij hij tot f 11,boete werd veroordeeld, omdat hij in strijd zou hebben gehandeld met de provin ciale landschapsverordening. B. had (Advertentie) namelijk op een stuk grond langs de rijksweg vlak voor Oostburg een wa gen met twee reclameborden neer gezet, waarvoor hij geen vergunning bezat. Hij zei, dat hem bij informatie ter gemeentesecretarie en bij de pro vinciale griffie gebleken was, dat hij geen toestemming nodig had. De officier betoogde echter, dat B. hierbij een voorstelling van zaken had gegeven, die misleidend was ge weest. „Hij heeft de opzet niet duide lijk naar voren gebracht", aldus mr. Andreae, die meende, dat deze kwes tie juridisch zeker onder de land schapsverordening valt. Hij vroeg een principiële boete van f 1, De raadsman, mr. H. A. R. de Mul, opperde dat het wagentje op 24 augustus 195 was geplaatst en dat zes dagen later reeds proces-verbaal werd opgemaakt. „Daardoor was het nimmer uit te maken of B het geval voor langere tijd wilde laten staan". De verdediger ging tenslotte uitvoe rig in op het betreffende artikel in de landschapsverordening, waarna hij tot de conclusie kwam, dat zijn cliënt van rechtsvervolging ontslagen dien de te worden. Uitspraak 29 oktober. Tengevolge van een lek in het voor- i schip is het bijna 400 ton metende sleep- schip „Marina", dat met een lading grind op weg was naar Den Haag, in de Coolhaven te Rotterdam gezonken. Schipper J. Hoevenaar en zijn gezin konden nog tijdig de wal bereiken. Het motorvrachtschip „Risico" is op ongeveer 800 meter afstand van de Urker haven gezonken. Aan boord be vonden zich schipper J. Stam, diens vrouw en een kind. Zij konden tijdig in veiligheid worden gebracht. waarop de schrijver de bewogen ach tergronden van de geweldige tijd, waarin Petrus leefde weergeeft, maakt reeds het lezen van dit kloeke boek tot een verfijnd genot. „Petrus, de visser", werd op royale wijze uitgegeven door De Fontein te Utrecht-Antwerpen. (Advertentie) Twee afgevaardigden van het in ternationale comité van het Rad» Kruis gaan per vliegtuig naar Tunis om mee te helpen bij het organiseren van de vrijlating en repatriëring van Franse gevangenen, die zich in han den van de Algerijnse opstandelingen bevinden. De „Vrije Algerijnse Re gering". onder leiding van Ferhat Abbas, heeft telegrafisch om de komst der afgevaardigden verzocht. De raad van de Arabische Liga zal de „Vrije Algerijnse Regering" jaar lijks 125 miljoen gulden verstrekken, zo wordt officieel in Cairo vernomen. Abbas heeft om een geldelijke bijdra ge gevraagd om de strijd tegen Frankrijk te kunnen voortzetten.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1958 | | pagina 7