Nautilus' tocht onder het
ijs van de Noordpool
Antwerpen-Rij nverbinding
in nieuw licht
F rankrijk
Nederland
kan werkkrachten uit
opnemen
vnrm
oto
Fen
Begeleiding
PARLEMENTAIRE BLOEMLEZING
öw* &su cAA
Een reis zoals alleen Jules
Verne heeft durven dromen
Compromis over nieuw tracé
mogelijk en waarschijnlijk
lulie
r
Leshout
Lpioen
DAGBLAD DE STEM VAN DINSDAG 4 MAART 1958
...en dan is dit blok voor Sjel
Jaarsalaris van
f 100.000 voor
DC 8 captains
Kansen in veeteelt
en landbouw
0 0 0 Q/7
c
O
uws over de
i voetbalpro-
ondag haalde
eep door de
ijven alle in-
odige duizen-
het program
ird, zodat ook
iwijzigd hoef-
log een kans
inzet van
in, volgt hier-
nog eens.
jfer:
f
ïtie)
k elke dag
de vrouw
en drogist
zijn te Zeven-
gespeeld voor
rde klas libre
nt-Zeeland van
and.
geslaagd toer-
rict west-Bra-
tie op zich ge-
mede veel eer
den op twee
in hotel Tho-
lenboom, en op
ïr voor prima
le accommoda-
partijen was
mede ook wel
waarmede ver-
ampen hadden,
jke prestaties
ïndelijk tussen
sshout uit Mier-
sroutineerde A.
lkenswaard. B.
was zaterdag
ekomen. maar
af, dat hij met
2gen moest ne-
tap kwam, door
in handen van
oede speler met
ik wat noncha-
maakte de
een dankwoord
de spelers en
volgende eind-
/Iierlo Hout, 10
N ieuwenhuizen,
3.44 gem.; F.
p. 3.15 gem.;
n, 8 m.p. 3.03
'ortum, 8 m.p.
«s, Waalwijk, 6
land. Zevenber-
i.; P. Oostdijk,
77 gem.
>rzitter, de heer
daarna de prij-
bij alle spelers
volle prijs ont
eer toe.
iet, maar
het huis
beurt en
gelukkig
aar komt
pas! Flit
en, bed-
e motten
d zouden
k voor de
de zomer
oorschijn
motten
nop t f 4.50
Onder de dikke ijskorst, die een groot gedeelte van de Noor
delijke IJszee bedekt, voer enige tijd geleden de Amerikaanse,
door kernenergie aangedreven duikboot Nautilus.
Het doel van deze vaart was, zoveel mogelijk gegevens te ver
zamelen over het weer en de ijstoestand aan de Noordpool en te
onderzoeken of deze plaats strategische waarde zou kunnen heb
ben. De commandant van de Nautilus, William Anderson, geeft
in het Engelse blad „Daily Express" een nauwkeurig verslag van
het grote avontuur van de duikboot.
Aan de tocht van de Nautilus gin
gen weken van voorbereiding voor
af, de bemanning wist van niets om
dat men wilde voorkomen dat er een
paniek aan boord zou ontstaan.
Na een reis van elf dagen, die zon
der moeilijkheden verliep, bereikte
de Nautilus de grens van het onbe
kende. Het plan was, onder het ijs
door tot vlak bij de Noordpool te va
ren.
Een onderzeeër van het oude type.
de Trigger, begeleidde de atoom
duikboot om zo nodig hulp te bie
den.
Het was niet de eerste keer, dat
een onderzeeër een duik nam onder
de dikke ijslaag. In de tweede we
reldoorlog vluchtten de Duitse duik
boten onder het ijs, nadat zij een
aanval hadden ondernomen tegen ge
allieerde schepen. Het was echter
niet de bedoeling van de Duitsers,
om een echte tocht onder het ijs te
maken.
De eerste keer dat de Nautilus
een tocht ondernam, betrof het
eerder een proeftocht. De beman
ning werd op de hoogte gesteld
van het doel van de reis. Volgens
de psychiater dr. Lyon werd deze
mededeling met gemengde gevoe
lens ontvangen. Het leek er een
ogenblik op dat de bemanning erg
bang zou zijn, maar de comman
dant toonde dagen achtereen films
over de Noordpool, zodat de
mannen langzamerhand vertrouwd
raakten met hetgeen hen te wach
ten stond.
Na een van deze films merkte een
van de mannen op: kerel wat zul
len we er een bonte avond van ma
ken, wanneer wij weer thuis zijn".
Het was niet de eerste keer, dat een
onderzeeër aan deze tocht zou be
ginnen. In 1931 probeerde Sir Hu-
bert Wilkins al een tocht te ma
ken met een onderzeeër die toeval
lig ook Nautilus heette. Deze po
ging mislukte en er werden maar
weinig gegevens verzameld. Bij het
onder water komen, zette zich ijs
bloemen af tegen de wanden en de
bemanning drong er hoe langer hoe
meer op aan terug te keren. Het
was trouwens maar goed dat deze
tocht al vanaf het begin een misluk
king was, want uit de ervaringen die
de atoomduikboot opdeed, bleek wel
dat de onderzeeër van Sir Hubert
Wilkins een ramp tegemoet zou zijn
gegaan wanneer hij inderdaad enke
le kilometers onder het ijs zou heb
ben gevaren.
Omdat de Nautilus van Anderson
uitgerust was met een motor, voort
gedreven door kernenergie, was zij
niet afhankelijk van vaargeulen of
grote gaten in het ijs.
Onbetrouwbaar
Het grootste probleem van de Nau
tilus was het feit dat op de uiterste
breedten waarheen de tocht zou
gaan, de kompassen niet in alle op-
zichten betrouwbaar waren. Er werd
een speciaal gyrokompas aange-
I bracht, dat ontworpen was om ook
bruikbaar te zijn op hogere breed
ten.
.Al bij de eerste tocht werden tal
rijke gegevens verzameld.
Aan boord beschikte men over een
groot aantal uitstekende instrumen
ten die een goede indruk gaven van
het metersdikke ijspak boven* de
boot. Op sommige plaatsen bestaat,
zo toonden de instrumenten, de uit
gestrekte vlakte van de Noordelij
ke IJszee uit smalle blokken en
brokjes waartussen een schip ge
makkelijk kan varen. De ijsschotsen
i*1 dikte van een paar voet
11? voet, maar zelden meer.
Het water onder het ijs was hele
maal niet donker zoals verwacht zou
woraen maar grijsachtig en doorzich-
1a°u Y zoriHcht gefilterd werd
f a1JS\ keerpunt van
.^ers tocht wilde de commandant
wel eens een kijkje aan de oppervlak,
te nemen. Er was niet veel ruimte
,^e, duikboot naar de op
pervlakte te brengen in feite was
e,v^n moeilijk en precies als een
ï1 e8n naa*d brengen. Na een
&eï gDer^"°euvr,eer lukt het de
precies onder het gat te
de boot aan de oppervlakte kunnen
komen. Er zat echter geen water
boven de boot, maar ijs. Aanvanke
lijk meende Anderson dat de dikte
nogal mee zou vallen, maar er voer
plotseling een hevige schok door de
boot.
Wat er precies gebeurd was, kon
niet direct gezegd worden. Na veel
gepraat werden de zeeofficieren het
er over eens, dat men tegen een ijs-
(Advertentie)
Ofschoon de commandant van
de Nautilus, William Anderson
weinig zegt van de militaire be
tekenis van de tocht pan de
Nautilus, is het uit verklarin
gen van Washington wel dui
delijk, dat het succes van de
reis een nieuw en boeiend
hoofdstuk van de zeemans
strategie opent. Tot nu toe
was de strategisch gelegen
Noordelijke IJszee onbereik
baar voor alle zeemogendhe
den. De tocht van de Nautilus
toont echter, dat duikboten
die met kernenergie zijn aan
gedreven, in deze wildernis
relatief gezien met gemak in
de Noordelijke IJszee kunnen
opereren. Er zou vanaf punten
in de Noordelijke IJszee een
aanval kunnen worden gelan
ceerd op Rusland. Tevens zou
het mogelijk zijn door plaatsen
in dit gebied te bezetten, de
activiteiten van de Russen te
volgen. Van groot belang is
ook de natuurlijke camouflage
die de uitgestrekte ijsvelden
bieden.
Reeds in het rapport-Pierson
van de Kamer-commissie voor
Buitenlandse Zaken betreffende
de begroting van dit departe
ment vindt men omtrent de
Schelde-Rijn-verbinding 'n ver
klaring van minister Larock
vermeld.
Zijn reactie op de opmerkingen van
Kamerleden dienaangaande luidt daar
aldus:
„Tenslotte herinnerde hij eraan dat in
het verslag Van Cauwelaert-Steenber-
ghe in het graven van een kanaal was
voorzien om Antwerpen met de Rijn te
verbinden; dit werk zou 1600 miljoen
frank kosten, waarvan 80 pet. voor re
kening van België.
Wat de plannen betreffende Noord-
Steek iets op over Uw sigaar (3)
Ge hebt méér aan Sjef te danken
dan ge weet, meneer! Sjef is
n.l. één van de beste sigaren
makers van de Senatorfabrieken.
Ha, da's 'n rap manneke, diejen
Sjef. Ge moet zien hoe snel en
vakkundig z'n vlugge vingers
het geurige Deli dekblad rond
de sigaar-in-wording wikkelen!
Het ene sigatenblok met afge
werkte „bosjes" na het andere
gaat onder z'n handen door en
aan het eind van die vaardige
bewerking liggen daar de
honderden prachtige bol-
knakken met hun gave
vorm, hun geurige smaak.
Als ge Sjef dan uit waar
dering voor zijn knappe
vakwerk een robuusteSenator
uit Uw eigen doos toesteekt,
grinnikt hij breed en zegt: „Ah,
meneer, da's nou bakketskinde-
ren brood geven, want ik rook
ze zelf: de béste sigaar die ik
ken, want ik weet precies wat er
in en er om zit. Niks anders als
de mooiste Braziel- en Sumatra-
tabakken!" Steek dan Uw ei
gen Senator op aan het door
Sjef bereidwillig ontstoken
lucifervlammetje.
En als dan de
geur van
Uw Se
nator
Uw
kritische
rokersneus
hélemaal bevredigt, zeg
dan maar eens„En dagge
bedaankt zijt, da' witte, Sjef!"
"HM
Nautilus
brengen.
Alles leek
n.onkri te gaan. Ieder
IhfA I'k Z0U het bovenste puntje van
I k gevaren was. Ongelukkigerwij-
ri ^Jn7erikaajise onderzeeër Nau-
I.1™3'dle °P atoomkracht de tocht
iNmtaJlft uxjpestrekte ijs van de
I Noordelijke IJszee maakte.
ze werd hierdoor het meest kwetsba
re punt van de Nautilus vernield. De
periscoop was onbruikbaar gewor
den, Na ook met een tweede peris
coop dezelfde ervaring te hebben ge
kregen, besloot de commandant weer
terug te keren naar het uitgangspunt.
De periscoop is voor een duikboot
die door kernenergie wordt voortge
dreven, van minder groot belang als
bij een gewone onderzeeër. Bij ope
raties zoals de Nautilus nu uitvoerde
kon een periscoop wel gemist wor
den maar omdat er direct na de
tocht onder het ijs een vlootmanoeu-
vre zou moeten volgen, moest ze
wel zo snel mogelijk hersteld wor
den.
Kariveitje
Het was een karweitje waaraan
een specialist zich in normale om
standigheden nauwelijks zou durven
wagen. De technici van de Nautilus
moesten dit zaakje opknappen onder
wel zeer ongunstige omstandigheden.
Er was een hevige storm opgesto
ken en de zee was buitengewoon on
rustig. Met een hydraulische kruk
werd de periscoop weer op zijn
plaats gebracht. De roestvrije stalen
buis knapte echter. Vastgeklemd aan
de bovenbouw, de handen en het
gezicht half bevroren, zo werkten de
reparateurs van de Nautilus aan dit
moeilijk karweitje. Telkens op
nieuw woei, door de felle wind, de
vlam van het lasapparaat uit.
Toen de periscoop op zijn plaats
stond, besloot de commandant weer
een nieuwe tocht te beginnen. Het
was nu de bedoeling een tocht te
maken die twee tot vijf dagen zou
duren.
In minder dan geen tijd bereikte
de Nautilus de 83e breedtegraad. De
kompassen waren een klein beetje
van streek en alleen het gyrokom
pas functioneeerde normaal.
De tocht werd voortgezet, nog
meer in de richting van de
Noordpool, maar plotseling
raakte ook het gyrokompas van
streek. Het gebeurde zo plotse
ling en beslissend, dat de be
manning een ogenblik van
streek raakte. Na een grondig
onderzoek ontdekte men dat er
een zekering was doorgeslagen
Als 'n gyrokompas wordt uitge
schakeld op normale breedten,
duurt het ruim vier uur voor
dat het evenwicht hersteld is.
Daar er nog nooit op deze breed
ten een gyrokompas uitgeschakeld
was, wist niemand hoe lang het hier
wel zou duren voordat de kompas
weer op dreef zou zijn. Het manke
ment werd verholpen, maar men
kon niet anders doen dan wachten
Ondertussen werd de tocht toch
voortgezet maar het was moeilijk
na te gaan, waar men was. Het was
zoals een van de officieren toen op
merkte: ,,het doet mij herinneren
aan een jongen die een grote kelder
gaat onderzoeken en een rol touw
afrolt om hierdoor de weg terug te
vinden. Hij gaat overal naar toe
maar komt dan plotseling tot de
ontdekking dat het touw afgebroken
is.
Kort nadat de 87e breedtegraad
was gepasseerd, een feit dat nader
hand kon worden nagegaan, gaf de
commandant opdracht terug te ke-
ETER MEE UIT
ren. Het duurde zeven uur voordat
de kompas weer in orde was. De
pool was nog niet bereikt en de be
manning was het nog niet eens, wie
het dichtst bij de pool was geweest,
maar na een heleboel geredetwist
werd het duidelijk dat de man die
aan bakboordzijde gezeten had, het
dichtst bij de pool was geweest.
Na anderhalve dag bereikte de
Nautilus weer haar uitgangspunt. Er
waren talrijke kostbare gegevens
verkregen al was de boot niet zo
dicht in de buurt van de pool geko
men als men gehoopt had. De laat
ste tocht, die onder het ijs werd ge
maakt leek meer op een plezierreis
je. Er werd wat heen en weer ge
varen. In een grote open vlakte
kwam de Nautilus even naar boven
en de commandant maakte er tal
van foto's die van grote waarde wa
ren.
brabant betreft, staan deze het tracé
van het Moerdijkkanaal niet in de weg.
Ons land volgt de toestand met een
waakzaam oog."
Larock
Op 23 januari 1958 beantwoordde
dezelfde minister bij de mondelinge
behandeling van zijn begroting in de
Kamer vragen van de Kamerleden
Delwaide, van Cauwelaert, Van den
Daele, Rombaut, Craeybekx en De
Sweemer met betrekking tot het Del
ta-plan en de Belgisch-Nederlandse
waterwegenkwestie. Hij verklaarde
toen o.m. letterlijk:
blz. 250 van het Beknopt Verslag:
„De Antwerpen-Rijnverbinding is dus
in een nieuw licht geplaatst. Het ad
vies Van Cauwelaert-Steenberghe be
houdt voor ons zijn volle waarde, wat
betreft het graven van een kanaal tus
sen de dokken van Antwerpen en van
het Hollandsch Diep. Dat hebben wij
aan de Nederlandse regering meege
deeld: er is geen sprake van, dat Bel
gië van het vragen van die verbinding
zou afzien.
Maar de in 't advies Van Cauwelaert-
Steenberghe voorziene voorwaarden
kunnen veranderen. Op het ogenblik dat
het advies werd gegeven was het ont
werp van het Deltaplan nog maar pas
in wording.
Het zou voorbarig zijn nu met zeker
heid de omwenteling in het verkeer te
willen voorzien die kan voortvloeien uit
de werken die zullen ondernomen wor
den, ondermeer ter hoogte van „Volke
rak."
Het plan inzake het Moerdijkkanaal
wordt thans door onze technici bestu
deerd in het licht van een heel samen
stel van gegevens, enerzijds, de verwe
zenlijking van het Deltaplan en, ander
zijds, de werken die door de Nederland
se regering in het vooruitzicht gesteld
worden met het oog op de aanpassing
van de waterwegen in Noordbrabant.
De heer Van Cauwelaert heeft zich
verheugd over het sluiten van het ver
drag van Economische Unie dat op 3
februari a.s. te 's-Gravenhage zal wor
den ondertekend. Ik ben overtuigd dat
deze nieuwe stap in de goede richting,
in Nederland zoals bij ons de gunstige
voornemens voor een onderling voor
delige regeling van het vraagstuk van
de Antwerpen-Rijnverbinding zal ver
sterken.
De rechtsbetwistingen waarop de heer
Delwaide gezinspeeld heeft zijn mij niet
onbekend. Maar over die betwistingen
heen, moet men het oog gericht houden
op het te bereiken doel, dat er in be
staat met onze Nederlandse vrienden
de beste voorwaarden te bedingen, met
het oog op de volledige veiligheid van
onze Rijnvaart, naar de geest en de let
ter van de verdragen."
Schmal
Op 4 februiari heeft in de Ne
derlandse Tweede Kamer Mr.
Schmal, naar aanleiding van de boven
weergegeven verklaring van minister
Larock van 23 januari in de Belgi
sche Kamer, aan minister Luns een
aantal vragen betreffende de Schelde-
Rijn-verbinding gesteld.
Hij merkte toen op:
blz. 635 der Handelingen:
„Met ongenoegen heeft men gezien,
dat de pretentie van een Moerdijkka
naal, een directe verbinding tussen de
Antwerpse dokken en de Moerdijk, op
nieuw wordt gemaakt. De zeker niet
onopzettelijke veelzinnigheid van het
door minister Luns destijds aan Mr.
Vixseboxse gegeven antwoord wreekt
zich nu. Toen de regering het door Bel
gië geëiste kanaal volgens het door Bel
gië aangeboden tracé jarenlang offreer
de en België die offerte jarenlang niet
aannam, had de Nederlandse Regering
er een eind aan moeten maken en de
offerte wegens non-acceptance verval
len moeten verklaren, zoals een goed
koopman doet en een goed minister van
een koopmansvolk behoort te doen.
Luns
Minister Luns beantwoordde deze
opmerking op 6 februari aldus:
blz. 705 der Handelingen:
„Voor wat betreft de Rijn-Schelde-
verbinding, geloof ik. dat de Neder
landse Regering geheel gehandeld heeft
in de geest van de geachte afgevaar
digde. De teneur van de verklaring,
welke ik op 13 maart 1957 bij de begro
tingsbehandeling in de Eerste Kamer
heb afgelegd, was immers, dat de uit
voering van de noodzakelijke werken
in west-Noordbrabant de plaatselijke
situatie waarschijnlijk zo zal verande
ren, dat het advies van de heren Steen-
berghe en Van Cauwelaert niet langer
aan de werkelijkheid beantwoordt. In-
Sinds de interpellatie in de Belgische Senaat over het Delta
plan en in verband met de rede van minister Vanaudenhove,
verleden week bij de aanvang van de opruiming van de Stop te
Ternaaien uitgesproken, wordt er verwarring gewekt door be
richten uit Brussel en Antwerpen over de bedoelingen van de
Belgische regering ten aanzien van de Belgisch-Nederlandse
waterwegen.
In meer dan één commentaar wordt het dientengevolge
voorgesteld, alsof België nog altijd staat op het Moerdijkkanaal
volgens het tracé, neergelegd in het rapport-Van Cauwelaert-
Steenberghe, niettegenstaande de verklaring van minister Luns
nog onlangs aan het Tweede Kamerlid mr. Schmal, waarin
naar de waterstaatswerken in west-Brabant werd verwezen en
onderscheid werd gemaakt tussen „het" kanaal en „een" kanaal.
Wij hebben reeds eerder opgemerkt, dat een nieuwe, korte,
Schelde-Rijn-verbinding aan de orde blijft en dat dit ook de zin
is van het Belgische vasthouden aan de term en het begrip van
een „Moerdijkkanaal", maar dat men van België mag verwach
ten, met het oog op het Deltaplan en de werken in west-Bra
bant, een meer werkelijk tracé te aanvaarden.
Om de belangstellenden terzake in ons gewest in staat te
stellen zich een eigen zuiver oordeel te vormen over de werke
lijke politieke stand van zaken, geven wij hier de letterlijke
teksten weer van de verklaringen, welke in de Belgische Senaat
en de Nederlandse Tweede-Kamer over deze materie zijn afge
legd.
(Advertentie)
dien België dan ook op een gegeven
ogenblik tot de conclusie zou komen,
dat de vaarweg van Antwerpen naar de
Rijn als gevolg van het Deltaplan niet
meer aan redelijke eisen voldoet of in
betekenis verminderd is, en België der
halve toch op een andere verbinding
zou aandringen, zullen eventuele be
sprekingen, die daarvoor door beide
landen zouden worden gehouden, geba
seerd moeten worden op de dan be
staande feitelijke situatie.
Het gaat hier om de bekende kwestie
van: ,,het kanaal" of „een kanaal"."
Weer Larock
Juist dezelfde dag 6 februari kwa
men in de Belgische Senaat de inter
pellaties van Mr. De Baeck en Prof.
P. De Smet over het Deltaplan aan
de orde. Minister Larock ging nu ook
in zijn antwoord op 12 februari daar
aanvolgend uitvoeriger op de juridi
sche aspecten van het vraagstuk in
het algemeen en van de verwikkeling
ermee van de Schelde-Rijn-verbin
ding in. Hij verklaarde dan o.m.:
blz. 337 Beknopt Verslag van de Se
naat:
„Ik ben onder de indruk gekomen
van het verheven peil van de denkbeel
den van de heer De Baeck en van de
kracht waarmede hij een rechtsgeleer
de stelling verdedigd heeft die wij,
evenwel, niet in haar volle omvang tot
de onze kunnen maken. Wij hebben on
derhandelingen aangeknoopt en de hoop
mag bij ons bestaan dat wij praktische
oplossingen zullen bereiken. Wij zullen
daartoe komen door de vraagstukken in
hun geheel te stellen met inachtneming
niet alleen van de juridische aspecten
maar ook van de technische en politieke
zijden."
Nader ingaande op de Schelde-Rijn-
verbinding merkte hij verder op:
blz. 339 Beknopt Verslag van de Se
naat:
„Wat betreft de tussenwateren heeft
het ontwerp van de Deltawet, ingediend
na de overhandiging van het advies
Steenberghe-Van Cauwelaert, de gege
vens van het vraagstuk van de verbin
ding Schelde-Rijn gewijzigd. Het bou
wen van een dam in het Volkerak zal
waarschijnlijk de lasten van onze Rijn
vaart, die reeds met zoveel moeilijk
heden te kampen heeft, verzwaren.
De nauwkeurige schatting van de be
zwaren zal eerst mogelijk zijn wanneer
men zal weten op welke plaats de dam
en de sluizen zullen gebouwd worden.
Maar dan zullen de voorwaarden rijp
zijn voor een doeltreffende vergelijking
van de standpunten. De verbinding
Rijn-Schelde moet dus worden gevrij
waard en verbeterd. Het Deltaplan is
een nieuw feit dat moet in rekening
worden gebracht voor de verbetering
van onze Rijnscheepvaart. Het verslag
Steenberghe-Van Cauwelaert behelst
een geheel van voorstellen die moeten
herzien worden in het liclit van het
nieuwe feit. Van geen enkel der voor
stellen wordt afgezien. De regering
heeft in Den Haag laten weten dat zij
niet afzag van het ontwerp van het
Moerdijkkanaal. De Nederlandse rege
ring heeft hiervan akte genomen en
ons laten weten, dat de hydrografische
aanpassingen die zij voornemens is aan
te vatten in het westen van Noordbra
bant, hun verwezenlijking zou bemoei
lijken.
Wij mogen niet onbekend zijn met de
psychologische aspecten van dit vraag
stuk. Op dit ogenblik dat de onderhan
delingen hangend zijn» zou iedere voor
barige inneming van een positie nadelig
zijn voor de mogelijkheden van een
schikking en zeer vermoedelijk voor
onze belangen. De vrijwaring van deze
belangen berust op stevige juridische
grondslagen. Zij moet niet verzwakt
worden door verklaringen van inzichten
die zouden gevaar lopen de onderhan
delingen te belemmeren en ze zelfs mis
schien in gevaar te brengen."
Motie
Zoals bekend eindigde het debat bij
de interpeUaties over het Deltaplan
met de indiening van een motie,
waarin de Belgische regering wordt
verzocht
„er voor te zorgen dat België niet
voor een voldongen feit wordt gesteld
en dat geen enkel werk van het Delta
plan, dat de gewettigde rechten of be
langen van België zou kunnen schaden,
wordt uitgevoerd vooraleer in een
geest van zuiver begrip voor het ver
langen naar veiligheid van onze Neder
landse vrienden en buren een over
eenkomst is tot stand gekomen omtrent
de voorzieningen die tegelijkertijd moe
ten worden getroffen ter vrijwaring van
de betrokken nationale belangen."
In deze motie wordt ook de Schel
de-Rijn-verbinding bedoeld, doch ,,het
Moerdijkkanaal" niet genoemd. De
tekst laat aUe vrijheid aan de Belgi
sche regering om te streven naar een
compromis terzake evenals omtrent
de Oosterschelde en de Wester-
schelde.
Conclusie
Wanneer men nu alle hier weer
gegeven verklaringen van de Belgi
sche regering bij monde van minister
Larock aandachtig nagaat, komt men
tot de conclusie, dat de eis van het
Moerdijkkanaal door België theore
tisch blijft gesteld, doch slechts als
het beginsel van een nieuwe verbin
ding tussen Antwerpen en het Hol-
landsch-Diep; die eis zal immers
moeten worden aangepast aan de ge
volgen van het Deltaplan en aan de
toestand, welke de op stapel staande
waterstaatswerken in west-Brabant
gaan scheppen.
Dit betekent, dat de nieuwe
Schelde-Rijn-verbinding, waarop
België in beginsel blijft rekenen,
praktisch zal afwijken van het tra
cé-Van Cauwelaert-Steenberghe en
eerder het voorstel van mr. Burger
in de Tweede Kamer zal benaderen,
wien in de Belgische Senaat ook
door de interpellant mr. C. De
Baeck zelf hulde werd gebracht.
En dit voorstel bevatte een ka
naal-tracé, dat in de buurt van
Dintelsas, dus bij de sluizen van de
toekomstige Volkerakdam, zijn uit
monding zou vinden.
Inlichtingen uit bevoegde
Belgische bron wettigen voor
ons de opmerking, dat de aan
zienlijk geringer kosten voor
België van een nieuwe Schelde-
Rijn-verbinding volgens het
westelijke tracé, het verzaken
aan een kanaaltak tot in het
plaatsje Moerdijk in grote mate
zal vergemakkelijken.
In Amerika
Onlangs is overeenstemming be
reikt tussen de Air Line Pilots Asso
ciation (A.L.P.A.), de Amerikaanse
organisatie van verkeersvliegers, en
een van de luchtvaartmaatschappijen
van het Amerikaanse verkeersnet, de
„National Airlines", ten aanzien van
de salarissen der vliegers, die de
diensten met de toestellen met
schroefturbine- en straalturbinemoto-
ren zullen uitvoeren.
De „National Airlines" zullen, als
de DC-8 in gebruik wordt genomen
(straalmotoren), aan de gezagvoer
ders een jaarsalaris van 26.000 dol
lar (ongeveer 100.000.-) uitbetalen
en aan captains van de Lockheed
Eleetra (schroefturbinemotoren) een
bedrag dat iets lager ligt dan f 90.000
per jaar.
(Van onze Parijse correspondent)
Honderd en tien duizend werklozen in Nederland. Het bericht
heeft op de Nederlandse kolonie in Frankrijk diepe indruk ge
maakt. Wil niet een deel dezer werklozen in Frankrijk gaan wer- bekoren.erlandse
ken? Deze vraag wordt ook gesteld in officiële, Franse kringen,
Het antwoord zal ongetwijfeld bevestigend luiden, want onder de
druk van het spook der werkloosheid krijgt emigratie een ander
aspect.
ongeschoolde arbeidskrachten in de
begunstigde industrieën, die vrijelijk
kunnen investeren en in de loop van
dit jaar hun produktie aanzienlijk zul
len opvoeren. Gemakshalve hebben
we de mijnbouw maar niet genoemd:
zeker^ de Franse mijnbouw zal wei
werklozen kunnen
Er is hier beslist geen plaats voor
het hele leger. Misschien wel voor
enkele tienduizenden er van. Frank
rijk vreest ook een terugslag in
enkele bedrijfstakken, hetgeen de re
gering tot voorzichtigheid rhaant. An
derzijds gaat men volgens het nieu
we investeringsplan andere bedrijfs
sectoren aanzienlijk uitbreiden. Hier
toe behoren onder andere de vee
teelt, de chemische industrie, de au
tomobielnijverheid, textiel, elektro
techniek, mechanische industrie, en
de papierindustrie. Het is nog niet
zinking van einde 1957 zal vermoe
delijk gevolgd worden door een ster
ke opleving, daar er immers ernsti
ge plannen bestaan om te komen tot
vrije huren voor de nieuwe wonin
gen.
In de boven genoemde sectoren
kan nog steeds personeel worden ge
plaatst. Al wat Frankrijk aan werk
lozen bezit is een compagnie be
roepswerklozen van 45.000 man. Toen
de zorgen einde 1957 hoog waren ge-
woongelegenheid te komen. Auto
mobielnijverheid en de chemischa
industrie hebben grote behoefte
aan geschoolde krachten.
nog geen acht percent vormen van Theoretisch liggen er hier kansen
de nieuwe vraag naar geschoolde en voor een deel van de Nederlandse
werklozen. Twee zaken zijn nochtans
noodzakelijk. De eerste en de moei.
lijkste vereiste is, dat de Neder
landse autoriteiten contact opnemen
met de Franse regering en tot een
akkoord pogen te komen. Dit ak
koord is mogelijk. Misschien zullen
we als tegenprestatie wat meer Fran
se wijn moeten drinken of wat rui
mer krediet mogen geven voor de
aan Frankrijk verkochte eieren.
Een tweede kwestie waarop we de
nadruk zouden willen leggen is de
noodzaak van een goede aanpas
singscursus. Hoewel men in enkele
uren treinreizen in Frankrijk is zijn
er tussen Nederland en Frankrijk be
langwekkende verschillen. De toekom
stige emigrant moet er tevoren
van op de hoogte zijn. Zijn Franss
toekomst mag hem niet te rooskleu
rig worden afgeschilderd. In die aan
passingscursus tenslotte moet aan
dacht worden besteed aan de Franse
taal. Miljoenen Italianen, Spanjaar
den en Polen hebben in Frankrijk
werk gevonden. Enkele duizenden Ne-
Theoretische kansen
Anders is het met landbouw en
veeteelt. Vele bedrijven hebben een
tekort aan personeel en zien gaarne
Nederlanders komen. De lonen zijn
laag: 130 fr. per uur. De landarbei
ders worden merendeels door de boe
ren gehuisvest voor enkele guldens
per maand, hoewel de „woning" voor
onze begrippen veel te wensen over
laat. De kindertoeslag en kleine voor
delen in natura maken weer wat goed
terwijl er voor ernstige werkers een
toekomst is als eigen baas. Veel ho
gere lonen worden betaald in de in
dustrie. Geschoolde arbeiders verdie-
stegen, vreesde men, dat tengevolge nen Y3,8.'5 50.000 fr. per maand, waar- derlanders leven en werken al in
van het deviezentekort sommige be
drijfstakken moeilijkheden zouden
lrijgen met de invoer van grondstof
fen, hetgeen tot tijdelijke werkloos
heid zou kunnen voeren. Momenteel
vreest men in financiëel-ecönomische
kringen dat de eventuele arbeiders,
duidelijk wat er met de bouwbedrij- die in andere sectoren vrij kunnen
vigheid gaat gebeuren: de kleine in- komen door de investeringscontrole
op. indien ze vier kinderen hebben,
nog eens dertigduizend fr. per maand
kindertoeslag komt. Hoewel 't leven
hier aanzienlijk duurder is, kan men
van een dergelijk bedrag behoorlijk
rondkomen.
De grote yioeilijkheid is niet
om werk te vinden maar., om
aan een arbeidsvergunning en
het land van Marianne. Er is nog
plaats voor enkele tienduizenden
landgenoten. Wordt het onder de he
vige druk der omstandigheden niet
noodzakelijk aan deze mogelijkheid
aandacht te schenken?
Teveel goede krachten zijn voor de
Europese Samenleving verloren ge
gaan.